Operation Manual

De netwerkoverdrachtssnelheid voor de px12-450r wordt bepaald door de primaire
netwerkinterfacekaart in de gekoppelde configuratie. Dat betekent dat de overdrachtssnelheid 1
Gb is als de primaire netwerkinterfacekaart een 1 Gb-poort is, zelfs als de gekoppelde configuratie
een 10 Gb-poort bevat.
De primaire netwerkinterfacekaart is de eerste netwerkinterface die wordt geselecteerd bij het
configureren van de gekoppelde netwerkinterfacekaart.
Als de primaire 10 Gb-netwerkinterfacekaart niet goed functioneert, wordt een van de back-
upnetwerkinterfacekaarten de actieve (primaire) interface. Als dit een 1 Gb-netwerkinterfacekaart
is, wordt de netwerksnelheid voor de px12-450r teruggebracht tot 1 Gb.
Sommige in de modus Failover gekoppelde 10 Gb- en 1 Gb-poorten met andere 1 Gb-poorten:
De primaire interface voor de in Failover gekoppelde netwerkinterfacekaart wordt bepaald zoals in
het vorige gedeelte beschreven.
De netwerkinterfacekaart met de hoogste prioriteit in de routingtabel bepaalt de netwerksnelheid
voor de px12-450r. Met LifeLine 4.1 wordt routingprioriteit gegeven aan de in Failover gekoppelde
netwerkinterfacekaart als de 10 GbE-poort de primaire interface is.
Opties apparaatconfiguratie
Netwerkinstellingen 21