L380, L380 Yoga, S2 3rd Gen en S2 Yoga 3rd Gen Gebruikershandleiding
Opmerking: Lees het volgende aandachtig door voordat u deze informatie en het product dat het ondersteunt, gebruikt: • Veiligheid en garantie • Installatiegids • 'Belangrijke veiligheidsvoorschriften' op pagina v Lenovo® is continu bezig de documentatie van uw computer te verbeteren, met inbegrip van deze Gebruikershandleiding. Voor de meest recente documenten gaat u naar: http://www.lenovo.com/support Eerste uitgave (Januari 2018) © Copyright Lenovo 2018.
Inhoud Belangrijke veiligheidsvoorschriften . . v Lees dit eerst . . . . . . . . . . . . . . Belangrijke informatie over het gebruik van uw computer . . . . . . . . . . . . . . . Situaties waarin onmiddellijk handelen vereist is Service en upgrades . . . . . . . . . . . Netsnoeren en voedingsadapters . . . . . . Verlengsnoeren en vergelijkbare accessoires . Stekkers en stopcontacten . . . . . . . . Kennisgeving voedingseenheid. . . . . . . Externe apparatuur . . . . . . . . . . .
Beveiliging van de vaste schijf . . . . . . De beveiligingschip instellen . . . . . . . De vingerafdruklezer gebruiken. . . . . . Gegevens verwijderen van een opslagstation Firewalls gebruiken . . . . . . . . . . Gegevens beschermen tegen virussen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 53 54 54 55 56 56 Hoofdstuk 6. Geavanceerde configuratie . . . . . . . . . . . . . . 57 Het besturingssysteem Windows 10 installeren Stuurprogramma's installeren . . . . . . . Het programma ThinkPad Setup gebruiken .
Verklaring van conformiteit met Japanse VCCI Klasse B . . . . . . . . . . . . . . . Japanse kennisgeving voor producten die worden aangesloten op de netstroom met een nominale stroom kleiner dan of gelijk aan 20 A per fase . . . . . . . . . . . . . . . De kennisgeving van Japan voor netsnoeren . . . . . . . . . . . . . . Informatie over Lenovo-productservice voor Taiwan . . . . . . . . . . . . . . . Nalevingskeuring voor Eurazië . . . . . . . . Audiokennisgeving Brazilië . . . . . . . . . . 119 . 119 .
iv L380, L380 Yoga, S2 3rd Gen en S2 Yoga 3rd Gen Gebruikershandleiding
Belangrijke veiligheidsvoorschriften Opmerking: Lees eerst de belangrijke veiligheidsinformatie. Lees dit eerst Deze informatie helpt u uw notebookcomputer veilig te gebruiken. Gebruik en bewaar alle informatie die bij uw computer is geleverd. De informatie in dit document vormt op geen enkele manier een wijziging van de voorwaarden in de koopovereenkomst of de Beperkte Garantie. Raadpleeg 'Informatie over de garantie' in de publicatie Veiligheid en garantie die is meegeleverd met uw computer.
Bescherm uzelf goed tegen de warmte die door de netvoedingsadapter wordt gegenereerd. Als de computer via de netvoedingsadapter is aangesloten op het stopcontact, wordt de adapter warm. Bij langdurig contact met uw lichaam kunnen er, ook door uw kleding heen, brandwonden ontstaan. • Zorg dat de adapter op dergelijke momenten niet tegen uw lichaam komt. • Gebruik de netvoedingsadapter nooit om u eraan op te warmen. Zorg dat uw computer niet nat wordt.
Ga te allen tijde voorzichtig om met uw computer. Voorkom het vallen, stoten, bekrassen, verdraaien, trillen en indrukken van de computer, en plaats geen zware voorwerpen op de computer, het beeldscherm of de externe apparaten. Wees voorzichtig als u de computer meeneemt. • Gebruik een hoogwaardige draagtas die voldoende steun en bescherming biedt. • Stop de computer niet in een overvolle koffer of tas.
• Gebroken of beschadigde netsnoeren, stekkers, adapters, verlengsnoeren, piekspanningsbeveiligingen of voedingseenheden. • Tekenen van oververhitting, rook, vonken of vuur. • Schade aan een batterij (zoals barsten of deuken), spontane ontlading of lekkage uit de batterij (herkenbaar aan vreemde stoffen). • Een krakend, sissend of knallend geluid of een sterke geur afkomstig uit het product.
Netsnoeren en voedingsadapters GEVAAR Gebruik alleen netsnoeren en voedingsadapters die door de fabrikant van het product zijn geleverd. Netsnoeren dienen goedgekeurd te zijn voor veiligheid. Voor Duitsland moet dit H03VV-F, 3G, 0,75 mm2 of beter zijn. In andere landen moet aan overeenkomstige veiligheidseisen zijn voldaan. Wind een netsnoer nooit om een voedingsadapter of een ander voorwerp. Hierdoor kan er een mechanische spanning op het snoer komen te staan, waardoor het kan rafelen of scheuren.
Stekkers en stopcontacten GEVAAR Als het stopcontact waarop u de computerapparatuur wilt aansluiten, beschadigd of verroest blijkt te zijn, gebruik het dan niet tot een gekwalificeerde elektricien het heeft vervangen. Verbuig of verander de stekker niet. Als de stekker beschadigd is, bestel dan een vervangend exemplaar bij de fabrikant. Gebruik voor de computer niet hetzelfde stopcontact als voor andere elektrische apparaten die veel stroom gebruiken.
Externe apparatuur WAARSCHUWING: Sluit geen andere externe kabels of snoeren aan dan USB- en 1394-kabels als de computer is ingeschakeld. Anders kan de computer beschadigd raken. Om schade aan de aangesloten apparaten te voorkomen, dient u na het uitschakelen van de computer minimaal vijf seconden te wachten voordat u de externe apparaten ontkoppelt.
Kennisgeving voor niet-oplaadbare knoopcelbatterij GEVAAR Probeer niet zelf de niet-oplaadbare knoopcelbatterij te vervangen. Het vervangen van de interne batterij moeten worden uitgevoerd door een reparatiebedrijf dat door Lenovo is geautoriseerd. Deze door Lenovo geautoriseerde bedrijven recyclen Lenovo-batterijen volgens de plaatselijke weten regelgeving. De volgende verklaring geldt voor gebruikers in de staat Californië, V.S.
Warmte en ventilatie GEVAAR Computers, netvoedingsadapters en veel accessoires genereren warmte als ze aan staan en als een batterij wordt opgeladen. Door hun compacte formaat kunnen notebookcomputers een aanzienlijke hoeveelheid warmte produceren. Neem daarom altijd de volgende elementaire voorzorgsmaatregelen: • Als de computer aan staat of als de batterij wordt opgeladen, kunnen de onderkant, de polssteun en bepaalde andere onderdelen warm worden.
Veiligheidsvoorschriften voor elektriciteit GEVAAR Elektrische stroom van lichtnet-, telefoon- en communicatiekabels is gevaarlijk. Houd u ter voorkoming van een schok aan het volgende: • Gebruik de computer niet tijdens onweer. • Sluit tijdens onweer geen kabels aan en ontkoppel ze niet. Voer ook geen installatie-, onderhouds- of configuratiewerkzaamheden aan dit product uit tijdens onweer. • Sluit alle netsnoeren aan op correct bedrade, geaarde stopcontacten.
Kennisgeving LCD (liquid crystal display) WAARSCHUWING: Het liquid crystal display (LCD-scherm) is gemaakt van glas, en door een ruwe omgang of het laten vallen van de computer kan het LCD-scherm kapotgaan. Als het beeldscherm breekt en de vloeistof uit het scherm in uw ogen of op uw handen komt, moet u de besmette lichaamsdelen onmiddellijk gedurende minstens 15 minuten met water spoelen. Mocht u klachten krijgen of mochten er andere symptomen optreden, raadpleeg dan een arts.
Kennisgeving glazen onderdelen WAARSCHUWING: Bepaalde onderdelen van uw product zijn mogelijk van glas. Dit glas kan breken als het product op een harde ondergrond valt of een grote klap opvangt. Raak het glas niet aan als het breekt en probeer het niet te verwijderen. Stop met uw product te gebruiken tot het glas door bevoegd onderhoudspersoneel wordt vervangen.
Hoofdstuk 1. Productoverzicht Dit hoofdstuk biedt basisinformatie om u vertrouwd te maken met uw computer. De knoppen, aansluitingen en lampjes van de computer In dit gedeelte worden de hardwareonderdelen van de computer beschreven.
2 Microfoons Met de microfoons kunt u geluiden en spraak vastleggen met een softwareprogramma voor audio. 3 Camera aan voorzijde Met de camera kunt u foto's maken of een videoconferentie houden. Meer informatie vindt u in 'De camera's gebruiken' op pagina 34. 4 Omgevingslichtsensor (beschikbaar op bepaalde modellen) De omgevingslichtsensor detecteert de omliggende lichtcondities. Vervolgens worden de schermhelderheid en de achtergrondverlichting van het toetsenbord aan die lichtcondities aangepast.
ThinkPad L380 en ThinkPad S2 3rd Gen 1 1 Camera aan voorzijde 2 Microfoons 3 TrackPoint-aanwijsknopje 4 Vingerafdruklezer (beschikbaar op bepaalde modellen) 5 TrackPoint-knoppen 6 Trackpad 7 NFC-label (beschikbaar op bepaalde modellen) 8 Multitouch-scherm (beschikbaar op bepaalde modellen) Camera aan voorzijde Met de camera kunt u foto's maken of een videoconferentie houden. Meer informatie vindt u in 'De camera's gebruiken' op pagina 34.
7 NFC-label (beschikbaar op bepaalde modellen) NFC (near field communication) is een draadloze communicatietechnologie met kort bereik en hoge frequentie. Door gebruik te maken van de NFC-functie kunt u de radiocommunicatie tussen uw computer en een ander NFC-apparaat (op een paar centimeter afstand) tot stand brengen. Meer informatie vindt u in 'De NFC-apparaten gebruiken' op pagina 32.
3 Always On USB 3.1 Gen 1-aansluiting Met de Always On USB 3.1 Gen 1-aansluiting kunt u USB-compatibele apparaten opladen in de volgende situaties: • Als de computer is ingeschakeld of in de slaapstand staat • Als de computer is uitgeschakeld of in de sluimerstand staat, maar is aangesloten op de netvoeding Attentie: Wanneer u een USB-kabel op deze connector aansluit, zorg er dan voor dat de USB-markering naar boven wijst. Als u de kabel verkeerd aansluit, kan de aansluiting beschadigd raken.
2 Aan/uit-knop Druk op de aan/uit-knop om de computer in te schakelen of om de computer in slaapstand te zetten. Als u de computer wilt uitschakelen, opent u het menu Start, klikt u op het Afsluiten. Aan/uit en klikt u vervolgens op Als de computer niet reageert, kunt u de computer uitzetten door de aan/uit-knop vier of meer seconden ingedrukt te houden. Als de computer niet kan worden uitgeschakeld, raadpleegt u 'De computer reageert niet meer' op pagina 74 voor meer informatie.
Opmerking: U bent zelf verantwoordelijk voor de keuze en toepassing van het specifieke slot en andere beveiligingsvoorzieningen. Lenovo geeft geen oordeel, commentaar of garantie met betrekking tot de functionaliteit, kwaliteit of prestaties van het slot en de beveiligingsvoorziening. 8 Gat voor ketting De ThinkPad Pen Pro (een elektronische pen) wordt bij bepaalde computermodellen meegeleverd. Om de pen te beschermen tegen diefstal of verlies, kunt u een ketting aan de pen vastmaken.
2 Noodresetgaatje Als de computer niet meer reageert en u deze niet kunt uitschakelen via de aan/uit-knop, verwijdert u de netvoedingsadapter en reset u de computer door een naald of uitgebogen paperclip in het noodresetgaatje te steken. 3 Luidsprekers Uw computer is uitgerust met twee stereo luidsprekers. Statuslampjes In dit onderwerp vindt u informatie over de plaats van en het opsporen van de verschillende statuslampjes op uw computer.
1 Caps Lock-lampje Als dit lampje brandt, kunt u hoofdletters typen door direct op de lettertoetsen te drukken. 2 FN Lock-lampje Dit lampje toont de status van de Fn Lock-functie. Meer informatie vindt u in 'De speciale toetsen gebruiken' op pagina 20. 3 Indicator voor dempen geluid Als dit lampje brandt, zijn de luidsprekers gedempt. 4 Indicator voor dempen microfoon Als dit lampje brandt, zijn de microfoons gedempt.
FCC ID en IC-certificeringsnummer De informatie over de FCC- en IC-certificering vindt u op een label dat op de computer is aangebracht, zoals te zien is in de volgende afbeelding. Opmerking: Mogelijk ziet uw computer er anders uit dan op de volgende afbeelding. Dit hangt af van het model. Voor een in de fabriek geïnstalleerde draadloze module wordt op dit label het feitelijke FCC ID- en IC Certification-nummer voor de door Lenovo geïnstalleerde draadloze module weergegeven.
Labels voor de Windows-besturingssystemen Windows® 10 Legitiem Microsoft®-label: op de kap van uw computer is mogelijk een Legitiem Microsoftlabel aangebracht, afhankelijk van de volgende factoren: • Uw geografische locatie • De fabricagedatum van de computer • De versie van Windows 10 die vooraf is geïnstalleerd Zie https://www.microsoft.com/en-us/howtotell/Hardware.aspx voor afbeeldingen van de verschillende typen Legitiem Microsoft-labels.
• Multitouch-technologie (op bepaalde modellen) Toetsenbord • Toetsenbord met zes rijen (traditioneel of met achtergrondverlichting) • Functietoetsen • ThinkPad-aanwijsapparaat (met inbegrip van TrackPoint-aanwijsapparaat en -trackpad) Aansluitingen en sleuven • Twee USB-C-aansluitingen • Audioaansluiting • MicroSD-kaartsleuf • Mini-Ethernet-poort • Always On USB 3.1 Gen 1-aansluiting • USB 3.
Maximale warmteafgifte (afhankelijk van het model) • 45 W • 65 W Voedingsbron (netvoedingsadapter) • Sinus-invoer bij 50 tot 60 Hz • Ingangsspanning van de netvoedingsadapter: 100 tot 240 volt wisselstroom, 50 tot 60 Hz Gebruiksomgeving Maximumhoogte (zonder kunstmatige druk) • 3048 m Temperatuur • Op hoogten tot 2438 m – In bedrijf: 5 °C tot 35 °C – In opslag: 5 °C tot 43 °C • Op hoogten boven 2438 m – Maximumtemperatuur bij werking zonder kunstmatige druk: 31,3 °C Opmerking: Bij het opladen van de batter
2. Als u het programma niet in de lijst met programma's kunt vinden, zoekt u het programma in het zoekveld. Kennismaking met Lenovo-programma's In dit onderwerp vindt u een korte introductie van Lenovo-programma's. Afhankelijk van uw computermodel zijn sommige programma's mogelijk niet beschikbaar. De beschikbare programma's kunnen zonder aankondiging worden gewijzigd. Klik op de volgende koppeling als u meer wilt weten over de programma's en andere oplossingen van Lenovo: http://www.lenovo.
Hoofdstuk 2. De computer gebruiken Dit hoofdstuk biedt informatie om u te helpen bij het gebruik van de diverse functies van uw computer. De computer registreren Als u uw computer registreert, worden gegevens ingevoerd in een database. Lenovo kan dan contact met u opnemen als producten worden teruggehaald of er andere ernstige problemen zijn opgetreden. Ook bieden sommige locaties uitgebreide voordelen en services aan geregistreerde gebruikers.
Hoe kan ik het batterijvermogen effectiever gebruiken als ik onderweg ben? • Als u energie wilt besparen of de werking van de computer wilt onderbreken zonder programma's af te sluiten of bestanden op te slaan, raadpleegt u 'Spaarstanden' op pagina 29. • Om de beste balans te verkrijgen tussen snelheid van de computer en een lange werkingsduur van de batterij, kunt u een energiebeheerschema maken en toepassen. Zie 'Energiebeheer' op pagina 29.
Attentie: Draai het beeldscherm niet met te veel kracht, want dan kunnen het beeldscherm of de scharnieren beschadigd raken. Oefen niet te veel kracht uit niet op de rechter- of linkerbovenhoek van het beeldscherm. Hoofdstuk 2.
Door het beeldscherm in een andere hoek te draaien kunt u de volgende vier werkstanden gebruiken. Opmerkingen: • Het toetsenbord en de aanwijsapparaten van de ThinkPad worden automatisch uitgeschakeld in de standaardwerkstand, de tentwerkstand en de tabletwerkstand. U kunt in plaats daarvan het aanraakscherm gebruiken om de computer te bedienen.
Beweging op het aanraakscherm (alleen aanraakmodellen) Beschrijving Aanraken: tikken. Muisactie: klik op. Functie: open een toepassing of voer een actie uit op een geopende toepassing, zoals Kopiëren, Opslaan en Verwijderen, afhankelijk van de toepassing. Aanraken: tikken en vasthouden. Muisactie: rechtsklikken. Functie: een menu met meerdere opties openen. Aanraken: schuiven. Muisactie: beweeg het muiswiel, beweeg de schuifbalk of klik op het pijltje omhoog/omlaag bladeren.
Beweging op het aanraakscherm (alleen aanraakmodellen) Beschrijving Aanraken: veeg met uw vingers vanaf de linkerrand. Muisactie: klik op het taakweergavepictogram op de taakbalk. Functie: bekijk alle openstaande vensters in de taakweergave. • Kort vegen voor het weergeven van de toepassing in volledig scherm of als de computer zich in de tabletwerkstand bevindt Aanraken: veeg met uw vingers kort van boven naar beneden. Muisactie: beweeg de aanwijzer naar de bovenrand van het scherm.
1 Toets met het Windows-logo Druk op de toets met het Windows-logo om het menu Start te openen. Raadpleeg de Help-informatie van het Windows-besturingssysteem voor informatie over het gebruik van de toets met het Windows-logo met andere toetsen. 2 3 Fn-toets en functietoetsen U kunt als volgt de toets Fn en de functietoetsen configureren in het venster Eigenschappen van Toetsenbord: 1.
Toetsencombinaties • + : Het Knipprogramma openen. • Fn+Spatiebalk: als de computer achtergrondverlichting van het toetsenbord ondersteunt, drukt u op Fn +spatiebalk om de status van de achtergrondverlichting te kiezen (uit, laag of hoog). Opmerking: Deze opmerking geldt alleen voor Yoga-modellen. Als de computer wordt geleverd met Lenovo Companion 4.0 of hoger, zijn er vier werkstanden voor de achtergrondverlichting van het toetsenbord: Uit, Laag, Hoog en Auto.
Standaard zijn zowel het TrackPoint-aanwijsapparaat als de trackpad actief met de aanraakbewegingen ingeschakeld. Ga naar 'Het ThinkPad-aanwijsapparaat aanpassen' op pagina 26 om de instellingen te wijzigen. Het TrackPoint-aanwijsapparaat gebruiken Met het TrackPoint-aanwijsapparaat kunt u alle functies van een traditionele muis uitvoeren, zoals het aanwijzen, klikken en bladeren.
Volg de onderstaande instructies om het TrackPoint-aanwijsapparaat te gebruiken: Opmerking: Plaats uw handen in de positie voor typen en gebruik uw wijsvinger of middelvinger om druk uit te oefenen op het antislipdopje van het aanwijsknopje. Gebruik uw duim om op de linker- of rechtermuisknop te drukken. • Aanwijzen Gebruik het aanwijsknopje 1 om de aanwijzer op het scherm te verplaatsen.
Veeg met één vinger over het oppervlak van de trackpad om de aanwijzer dienovereenkomstig te verplaatsen. • Klikken met de linkerklikknop Druk op de linksklikzone 1 om een item te selecteren of te openen. U kunt ook met één vinger op een willekeurige plek op het oppervlak van de trackpad tikken om de linkermuisknopactie uit te voeren. • Klikken met de rechterklikknop Druk op de rechtsklikzone 2 om een snelmenu weer te geven.
Tikken Tikken met twee vingers Tik met één vinger op een willekeurige plek op de trackpad om een item te selecteren of te openen. Tik met twee vingers op een willekeurige plek op de trackpad om een snelmenu weer te geven. Bladeren met twee vingers Uitzoomen met twee vingers Plaats twee vingers op de trackpad en beweeg ze in verticale of horizontale richting. Met deze actie kunt u door documenten, websites en apps bladeren.
Energiebeheer In dit gedeelte wordt beschreven hoe u netvoeding en batterijvoeding moet gebruiken om de beste balans tussen snelheid en energiebeheer te vinden. De netvoedingsadapter gebruiken De energiebron voor uw computer kan van de batterij of van de netvoedingsadapter komen. Terwijl u gebruikmaakt van de netvoedingsadapter, wordt de batterij automatisch opgeladen. Uw computer wordt geleverd met een USB-C-voedingsadapter en een netsnoer.
Doe meer en werk langer op de batterijen van uw ThinkPad. Mobiliteit heeft een revolutie teweeggebracht doordat mensen hun werk overal mee naar toe kunnen nemen. Met ThinkPad-batterijen kunt u langer werken zonder gebonden te zijn aan een stopcontact. De oplaadstatus van de batterij controleren Beweeg de muisaanwijzer naar het batterijstatuspictogram in het systeemvak van Windows om de batterijstatus te controleren.
Energiebeheer Wijzig de instellingen van uw energiebeheerschema om de beste balans te vinden tussen snelheid en energiebesparing. Ga als volgt te werk om de instellingen van het energieschema aan te passen: 1. Ga naar het Configuratiescherm en wijzig de weergave hiervan van Categorie in Grote pictogrammen of Kleine pictogrammen. 2. Klik op Energiebeheer. 3. Volg de aanwijzingen op het scherm. Voor meer informatie kunt u het Help-informatiesysteem van Windows raadplegen.
Bekabelde Ethernet-verbindingen U kunt uw computer met een Ethernet-kabel aansluiten op een lokaal netwerk via de mini-Ethernet-poort op uw computer. Om een Ethernet-kabel op de computer aan te sluiten, hebt u een Ethernet-extensieadapter nodig. De Ethernet-extensieadapter kan als optie worden aangeschaft. U kunt een Ethernet-extensieadapter van Lenovo aanschaffen op http://www.lenovo.com/essentials.
De Ethernet-aansluiting heeft twee indicatielampjes die de status van de netwerkaansluiting aanduiden. Als het groene lampje brandt, is de computer aangesloten op een LAN. Wanneer het gele lampje knippert, worden er gegevens overgedragen. Draadloze verbindingen Bij een draadloze verbinding worden er gegevens overgebracht via radiogolven, zonder dat er kabels of snoeren worden gebruikt.
• Positioneer uw computer dan zodanig dat er zich zo weinig mogelijk obstakels bevinden tussen het toegangspunt van het draadloos LAN en de computer. • Open de computerkap in een hoek van iets meer dan 90 graden. De status van de draadloze LAN-verbinding controleren U kunt de status van de draadloze LAN-verbinding controleren via het statuspictogram voor draadloze netwerkverbinding in het systeemvak van Windows. Hoe meer balken, des te beter het signaal is.
Attentie: • Raak, voor u de NFC-kaart vastpakt, eerst een metalen tafel of een geaard metalen voorwerp aan. Anders kan de kaart beschadigd raken door de statische elektriciteit van uw lichaam. • Als u gegevens overbrengt, plaats uw computer of smartphone met NFC-functie dan niet in de slaapstand omdat anders uw gegevens beschadigd kunnen raken. De NFC-functie inschakelen De NFC-functie is standaard ingeschakeld.
De vliegtuigstand gebruiken De vliegtuigstand wordt alleen ondersteund in het besturingssysteem Windows 10. Als de vliegtuigstand is ingeschakeld, zijn alle functies voor draadloze communicatie uitgeschakeld. Doe het volgende om de vliegtuigstand in- of uit te schakelen: 1. Open het menu Start. 2. Klik op Instellingen ➙ Netwerk en internet ➙ Vliegtuigstand. 3. Verschuif de knop voor de Vliegtuigstand om deze in of uit te schakelen.
De conventionele camera gebruiken (camera aan voorzijde en camera aan achterzijde) Als u de conventionele camera wilt gebruiken om foto's en video's te maken, opent u het menu Start en klikt u op Camera in de lijst met programma's. Als u andere programma's gebruikt die functies bieden zoals fotograferen, videocapturing en videoconferencing, wordt de camera automatisch gestart wanneer u een functie inschakelt waarvoor de camera is vereist.
6. Volg de aanwijzingen op het scherm om het instellen te voltooien. 7. Klik op Herkenning verbeteren om de afbeelding te verbeteren, zodat Windows Hello u kan herkennen in verschillende lichtomstandigheden of wanneer uw uiterlijk is veranderd. Ga als volgt te werk om de infraroodcamera te gebruiken om uw computer te ontgrendelen: 1. Selecteer op het vergrendelingsscherm van Windows het pictogram met het glimlachende gezicht bij de aanmeldingsopties. 2.
Om een mediakaart te verwijderen, gaat u als volgt te werk: 1. Klik op het driehoekige pictogram in het systeemvak van Windows om verborgen pictogrammen weer te geven. 2. Klik met de rechtermuisknop op het pictogram Hardware veilig verwijderen en media uitwerpen. 3. Selecteer het corresponderende item om de kaart uit het Windows-besturingssysteem te verwijderen. 4. Druk op de kaart om deze uit de computer te verwijderen. 5. Haal de kaart uit de computer en bewaar deze op een veilige plek.
Voer een van de volgende handelingen uit: – Open het menu Start en klik vervolgens op Instellingen ➙ Apparaten ➙ Verbonden apparaten ➙ Een apparaat toevoegen. – Klik op het pictogram van het Actiecentrum in het systeemvak van Windows. Klik op Verbinden. Selecteer het draadloze beeldscherm en volg de instructies op het scherm. Voor meer informatie kunt u het Help-informatiesysteem van Windows raadplegen.
• Als u een netvoedingsadapter meeneemt, ontkoppel dan vooraf het netsnoer van de adapter om schade aan het snoer te voorkomen. Tips voor reizen met het vliegtuig Als u de computer meeneemt in het vliegtuig, moet u op het volgende letten: • Let in het vliegtuig op de stoel voor u. Stel de hoek van het scherm zo in dat het scherm niet klem komt te zitten als de persoon vóór u achterover leunt. • Vergeet niet om de computer bij het opstijgen en landen in de sluimerstand te zetten of uit te schakelen.
40 L380, L380 Yoga, S2 3rd Gen en S2 Yoga 3rd Gen Gebruikershandleiding
Hoofdstuk 3. De computer uitbreiden In dit hoofdstuk vindt u instructies voor het gebruiken van hardwareapparaten om de mogelijkheden van uw computer uit te breiden. Opties voor de ThinkPad zoeken Als u de mogelijkheden van uw computer wilt uitbreiden, heeft Lenovo allerlei hardwaretoebehoren en upgrades om aan uw wensen tegemoet te komen.
De ThinkPad Pen Pro gebruiken U bergt de ThinkPad Pen Pro op zoals in de afbeelding. 1 Tip 2 Wisknop 3 Rechterklikknop 4 Gat voor ketting U kunt de volgende bewerkingen met de ThinkPad Pen Pro uitvoeren: • Om te klikken of iets te selecteren tikt u één keer op het scherm. • Wilt u dubbelklikken, tik dan twee keer snel na elkaar. • Als u rechts wilt klikken, tikt u met de punt 1 op het beeldscherm en houdt u de pen gedurende één seconde vast op die locatie.
De volgende afbeelding is een voorbeeld. U kunt de pen in de houder schuiven om op te laden, ongeacht of de computer in de notebookwerkstand, de staande werkstand of de tabletwerkstand staat. Opmerking: Zorg ervoor dat de computer is ingeschakeld of in de slaapstand staat. Anders wordt de pen niet opgeladen. Hoofdstuk 3.
44 L380, L380 Yoga, S2 3rd Gen en S2 Yoga 3rd Gen Gebruikershandleiding
Hoofdstuk 4. Informatie over toegankelijkheid, ergonomie en onderhoud In dit hoofdstuk vindt u informatie over toegankelijkheid, ergonomie, schoonmaken en onderhoud. Informatie voor gehandicapten Lenovo wilt gebruikers met een gehoor- of mobiliteitsbeperking of een visuele beperking meer toegang bieden tot informatie en technologie. In dit gedeelte vindt u informatie over de manier waarop deze gebruikers optimaal van hun computerervaring kunnen profiteren.
Als u liever gegevens op uw computer typt of invoert met een muis, joystick of ander aanwijsapparaat in plaats van een echt toetsenbord te gebruiken, kunt u het Schermtoetsenbord gebruiken. Het Schermtoetsenbord is een visueel toetsenbord met alle standaardtoetsen. U kunt toetsen selecteren met de muis of een ander aanwijsapparaat, of u kunt erop tikken om toetsen te selecteren als uw computer een multitouch-scherm ondersteunt.
Opmerking: Als u een te lage resolutie instelt, passen bepaalde items wellicht niet meer op het scherm. Aanpasbare itemgrootte U kunt de items op het scherm leesbaarder maken door de itemgrootte te wijzigen. • Om de itemgrootte tijdelijk te wijzigen, gebruikt u het vergrootglashulpmiddel in het Toegankelijkheidscentrum. • U kunt de waarde van een item als volgt definitief wijzigen: – Wijzig de grootte van alle items op het scherm. 1.
Algemene houding: geregeld even gaan verzitten helpt het best tegen het ongemak dat door lang in dezelfde houding werken wordt veroorzaakt. Vaak even pauzeren is ook heel goed om kleine ongemakken tegen te gaan die met uw werkhouding te maken hebben. Beeldscherm: Plaats het beeldscherm op een comfortabele kijkafstand van ongeveer 510 tot 760 mm. Vermijd reflecties van lampen of zonlicht. Maak het beeldscherm regelmatig schoon en stel de helderheid en het contrast zo in dat u een goed beeld hebt.
Basisonderhoudstips Houd u aan de volgende richtlijnen om uw computer optimaal te laten functioneren: • Bewaar het verpakkingsmateriaal buiten bereik van kinderen, om het gevaar van verstikking in de plastic zak te voorkomen. • Houd de computer op minimaal 13 cm afstand van magneten, actieve mobiele telefoons, elektrische apparaten en luidsprekers. • Stel de computer niet bloot aan te lage of te hoge temperaturen (onder 5 °C of boven 35 °C).
50 L380, L380 Yoga, S2 3rd Gen en S2 Yoga 3rd Gen Gebruikershandleiding
Hoofdstuk 5. Beveiliging In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u uw computer beschermt tegen gebruik door onbevoegden. Wachtwoorden gebruiken In dit onderwerp vindt u informatie over het gebruik van het systeemwachtwoord, het supervisorwachtwoord en het vaste-schijfwachtwoord. Inleiding tot wachtwoorden U kunt voorkomen dat uw computer ongeoorloofd wordt gebruikt door een wachtwoord te gebruiken.
Voor het opslagstation zijn twee soorten wachtwoorden waarmee de opgeslagen informatie beschermd kan worden: • Gebruikerswachtwoord Als er wel een gebruikerswachtwoord voor de vaste schijf is ingesteld maar geen masterwachtwoord, moet het vaste-schijfwachtwoord van de gebruiker worden ingevoerd om toegang te krijgen tot de bestanden en toepassingen op het opslagstation.
1. Start de computer opnieuw op. Wanneer het logoscherm wordt getoond, drukt u op F1 om het programma ThinkPad Setup te starten. 2. Selecteer met behulp van de cursortoetsen Security ➙ Password. 3. Selecteer, afhankelijk van het type wachtwoord, Power-on Password, Supervisor Password of Hard disk x Password. 4. Volg de instructies op het scherm om een wachtwoord in te stellen, te wijzigen of te verwijderen. Noteer het wachtwoord en bewaar het wachtwoord op een veilige plaats.
media-, NAND-flash- of apparaatcontrollers door gebruik te maken van een hardwareversleutelingschip. Voor een efficiënt gebruik van de versleutelingsfunctie stelt u een vaste-schijfwachtwoord voor het interne opslagstation in. De beveiligingschip instellen Voor netwerkclients die elektronisch vertrouwelijke informatie overbrengen, gelden strenge beveiligingsvereisten.
Uw vinger scannen Tik op de vingerafdruklezer met het bovenste vingerkootje om uw vinger te scannen en houd uw vinger een of twee seconden op de lezer. Gebruik niet teveel druk. Vervolgens tilt u de vinger op om één scan te voltooien.
• Verplaats de gegevens naar de prullenbak en maak de prullenbak leeg. • Formatteer het opslagstation met de software om het station te initialiseren. • Gebruik het door Lenovo verstrekte herstelprogramma om de fabrieksinstellingen van het opslagstation terug te zetten. Deze methoden wijzigen echter alleen de bestandslocatie van de gegevens. De gegevens zelf worden niet gewist. De gegevens zijn er nog steeds, hoewel het lijkt alsof ze gewist zijn.
Hoofdstuk 6. Geavanceerde configuratie In dit hoofdstuk krijgt u informatie voor het verder configureren van de computer: Het besturingssysteem Windows 10 installeren In sommige gevallen moet u mogelijk een nieuw besturingssysteem installeren. In dit onderwerp vindt u instructies voor het installeren van een Windows 10-besturingssysteem. Druk deze aanwijzingen af voordat u begint.
Land of regio Code Land of regio Code Italië IT Verenigde Staten US Japan JP Stuurprogramma's installeren Stuurprogramma's zijn programma's met instructies voor het besturingssysteem die aangeven hoe een bepaald hardwareonderdeel moet werken of moet worden bestuurd. Alle hardwarecomponenten op uw computer hebben een eigen stuurprogramma. Als u een nieuwe component toevoegt, moet het besturingssysteem worden geïnstrueerd over de manier waarop dat hardwareonderdeel moet worden bestuurd.
Meer informatie over het gebruik van Lenovo Companion vindt u in het Help-systeem van het programma. Het programma ThinkPad Setup gebruiken Met het programma ThinkPad Setup kunt u de instellingen van uw voorkeur voor uw computer selecteren door het BIOS te configureren. ThinkPad Setup configureren In het menu van het programma ThinkPad Setup worden meerdere items over de systeemconfiguratie weergegeven. Attentie: De standaardconfiguraties zijn in de fabriek al voor u gekozen.
1. Open het programma ThinkPad Setup en selecteer Startup ➙ Boot. Druk vervolgens op Enter. De lijst met de volgorde van apparaten wordt nu weergegeven. 2. Stel de gewenste opstartvolgorde in. 3. Druk op F10 om de wijzigingen op te slaan en het systeem opnieuw op te starten. U kunt de opstartvolgorde tijdelijk wijzigen door het volgende te doen: 1. Zet de computer uit. 2. Zet de computer aan. Druk zodra het logoscherm verschijnt op de toets F12. 3.
• UEFI BIOS Date • Embedded Controller Version • ME Firmware Version • Machine Type Model • System-unit serial number • System board serial number • Asset Tag • CPU Type • CPU Speed • Installed Memory • UUID • MAC Address (Internal LAN) • Preinstalled operating system license • UEFI Secure Boot • OA3 ID • OA2 Menu Config Opmerking: De menuopties van het BIOS kunnen zonder kennisgeving worden gewijzigd. Afhankelijk van het model kan de standaardwaarde afwijken.
Beschrijving: Schakel Internet Protocol versie 4 (IPv4) network stack in of uit voor de UEFI-omgeving. Dit menu wordt alleen weergegeven in de opstartmodus UEFI Only of de opstartmodus Both met UEFI first. • UEFI IPv6 Network Stack Waarden: Disabled, Enabled Beschrijving: Schakel Internet Protocol versie 6 (IPv6) network stack in of uit voor de UEFI-omgeving. Dit menu wordt alleen weergegeven in de opstartmodus UEFI Only of de opstartmodus Both met UEFI first.
Beschrijving: als u Enabled selecteert, werkt de Fn-toets als de Ctrl-toets en werkt de Ctrl-toets als de Fntoets. • Fn Sticky key Waarden: Disabled, Enabled Beschrijving: als u Enabled selecteert, kunt u op de Fn-toets drukken (in plaats van de toets ingedrukt te houden) om de ingedrukte stand van de toets te behouden. Druk vervolgens op de gewenste functietoets. Deze actie is gelijk aan het gelijktijdig indrukken van de vereiste functietoets en de Fn-toets.
Waarden: Maximum Performance, Battery Optimized Beschrijving: Battery Optimized: Altijd de laagste snelheid • Adaptive Thermal Management Beschrijving: Selecteer het schema voor temperatuurbeheer dat u wilt gebruiken. Het schema is van invloed op het geluid van de ventilator, de temperatuur en de prestaties. – Scheme for AC Waarden: Maximize Performance, Balanced Beschrijving: Maximize Performance: CPU-throttling reduceren.
Permanently Disabled selecteert, kunt u het nooit meer inschakelen. Wees voorzichtig bij het maken van de selectie. Opmerking: U kunt het menu MEBx Setup openen door in het venster Startup Interrupt Menu op de toetscombinatie Ctrl+P te drukken. Druk op de Enter-toets tijdens de zelftest (POST) bij het inschakelen om het venster Startup Interrupt Menu weer te geven.
Om toegang door onbevoegden te voorkomen, moet u dan gebruikersverificatie (een wachtwoord) van het besturingssysteem instellen. • Password at Restart Waarden: Disabled, Enabled Beschrijvingen: Wanneer deze optie is ingeschakeld, wordt er een wachtwoordprompt weergegeven wanneer u de computer opnieuw opstart. Om toegang door onbevoegden te voorkomen, moet u dan gebruikersverificatie (een wachtwoord) van het besturingssysteem instellen.
Beschrijvingen: Schakel de Intel Trusted Execution Technology in of uit. • Physical Presence for Clear Waarden: Disabled, Enabled Beschrijvingen: Als deze optie is ingeschakeld, wordt er een bevestigingsbericht weergegeven wanneer u de beveiligings-chip wist. UEFI BIOS Update Option • Flash BIOS Updating by End-Users Waarden: Disabled, Enabled Beschrijvingen: Wanneer deze optie is ingeschakeld, kunnen alle gebruikers het UEFI BIOS bijwerken.
Opmerking: Dit item is standaard ingesteld op Disabled wanneer OS Optimized Defaults in het menu Restart is ingesteld op Disabled. Dit item is standaard ingesteld op Enabled wanneer OS Optimized Defaults is ingesteld op Enabled.
• Restore Factory Keys Beschrijvingen: Gebruik deze optie om alle sleutels en certificaten in Secure Boot-databases weer in te stellen op de fabrieksinstellingen. • Clear All Secure Boot Keys Beschrijvingen: Gebruik deze optie om alle sleutels en certificaten in Secure Boot-databases te wissen en uw eigen sleutels en certificaten te installeren. Intel (R) SGX • Intel (R) SGX Control Waarden: Disabled, Enabled, Software Controlled Beschrijvingen: Schakel de Intel Software Guard Extensions (SGX) in of uit.
Beschrijving: CSM (Compatibility Support Module) is vereist voor het opstarten van het oude besturingssysteem. Als u UEFI only selecteert, kunt u CSM Support selecteren. Voor de modus Both of Legacy Only kunt u CSM Support niet selecteren. • Boot Mode Waarden: Quick, Diagnostics Beschrijvingen: Bepaal welk scherm tijdens de zelftest (POST) wordt weergegeven, het logoscherm of het berichtscherm.
Via deze beheerfuncties, Total Cost of Ownership (TCO) genoemd, kunt u op dezelfde manier als u uw eigen computer bedient, clientcomputers op afstand bedienen. Zo kunt u bijvoorbeeld een clientcomputer inschakelen, een opslagstation formatteren en een programma installeren. Als de computer eenmaal geconfigureerd en operationeel is, hebt u dankzij de software- en beheervoorzieningen die al op de clientcomputer en op het netwerk aanwezig zijn, voortdurend controle over uw gehele systeem.
De functie Wake on LAN in- of uitschakelen Als de functie Wake on LAN is ingeschakeld en de computer is aangesloten op het LAN, kan de netwerkbeheerder de computer op afstand opstarten met gebruik van software voor netwerkbeheer op afstand. U kunt Wake on LAN als volgt in- of uitschakelen: 1. Start de computer opnieuw op. Wanneer het logoscherm wordt getoond, drukt u op F1 om het programma ThinkPad Setup te starten. 2. Selecteer Config ➙ Network. Het submenu Network wordt weergegeven. 3.
Hoofdstuk 7. Computerproblemen oplossen Dit hoofdstuk geeft informatie over wat u moet doen als er een probleem met uw computer optreedt. Algemene voorzorgsmaatregelen In dit hoofdstuk staan de volgende tips om u te helpen met het voorkomen van computerproblemen: • Leeg de prullenbak regelmatig. • Voer het programma Schijfdefragmentatie uit op het opslagstation om gegevens sneller te kunnen zoeken en lezen.
Bij ThinkPad-notebookcomputers wordt een groep diagnoseprogramma's geleverd waarmee de oorzaak van hardwareproblemen kan worden opgespoord. Lenovo Companion is vooraf op uw computer geïnstalleerd en kan ook worden gedownload van: https://shop.lenovo.com/us/en/accessories/software/apps/lenovo-apps/companion/ Opmerking: Als u het probleem niet zelf kunt opsporen en verhelpen nadat u Lenovo Companion hebt uitgevoerd, slaat u de door het programma gemaakte logboekgegevens op en drukt u deze gegevens af.
Oplossing: Omdat vloeistof elektriciteit geleidt, kan het morsen van een vloeistof op het toetsenbord kortsluiting veroorzaken, met als mogelijk gevolg onherstelbare schade aan de computer. Doe het volgende om het probleem op te lossen: 1. Zorg ervoor dat de vloeistof op geen enkele manier kortsluiting kan veroorzaken tussen u en de netvoedingsadapter (als deze actief is). 2. Ontkoppel de netvoedingsadapter onmiddellijk. Wees hierbij voorzichtig, zodat u geen elektrische schok krijgt. 3.
Oplossing: De datum of de tijd zijn niet ingesteld op de computer. Open ThinkPad Setup en stel de datum en de tijd in. • Bericht: 1802: Er is een niet-geautoriseerde netwerkkaart geïnstalleerd - Schakel het systeem uit en verwijder de netwerkkaart. Oplossing: De draadloze netwerkkaart wordt niet ondersteund op deze computer. Verwijder de kaart. • Bericht: 1820: Er is meer dan één externe vingerafdruklezer aangesloten.
gemaakt, met uitzondering van algemene variabelen die door de UEFI-specificatie (Unified Extensible Firmware Interface) zijn gedefinieerd. Als de gebruiker 'No' selecteert, blijven alle gegevens behouden, maar het besturingssysteem of programma's kunnen geen gegevens in de opslag maken, aanpassen of verwijderen. Als deze fout zich bij een servicecentrum voordoet, wordt de permanente variabele UEFI-opslag van het systeem door bevoegd Lenovo-servicepersoneel opgeschoond middels de voorgaande oplossing.
Foutcodes 0283: fout met PCI-bron Oplossingen 1. Verwijder PCIe-apparaten (de M.2-kaart, PCIekaart, enzovoort) (alleen serviceprovider). 2. Vervang de systeemplaat (alleen serviceprovider). 0284: fout met TCG-functionaliteit (dit kan een fout met de BIOS-codevalidatie zijn) Vervang de systeemplaat (alleen serviceprovider). 0285: fout met TCG-functionaliteit (dit kan een fout met de TPM-initialisatie zijn) Vervang de systeemplaat (alleen serviceprovider).
meter. Probeer een andere kabel als de problemen zich blijven voordoen ondanks dat de kabel goed is aangesloten en de afstand niet te groot is. – Het juiste stuurprogramma wordt gebruikt. Ga als volgt te werk om het juiste stuurprogramma te installeren: 1. Ga naar het Configuratiescherm en zorg ervoor dat u het Configuratiescherm op Categorie bekijkt. 2. Klik op Hardware en geluid ➙ Apparaatbeheer.
• De draadloze radio is ingeschakeld. Probleem met Bluetooth Opmerking: Controleer de verbinding en controleer of er geen ander Bluetooth-apparaat op zoek is naar het apparaat waarmee u een verbinding tot stand wilt brengen. Gelijktijdige zoekbewerkingen zijn niet toegestaan bij Bluetooth-verbindingen.
1. Ga naar het Configuratiescherm en wijzig de weergave hiervan van Categorie in Grote pictogrammen of Kleine pictogrammen. 2. Klik op Toetsenbord. 3. Klik op de tab Hardware. Controleer in het gedeelte Apparaateigenschappen of het volgende bericht wordt weergegeven: Apparaatstatus: Dit apparaat werkt correct. Als de toetsen op het toetsenbord het nog steeds niet doen, laat de computer dan nakijken. • Probleem: Alle of enkele toetsen van het externe numerieke toetsenblok werken niet.
• Probleem: Wanneer ik de computer aanzet, wordt er alleen een witte cursor op een zwart scherm weergegeven. Oplossing: Als u met behulp van een partitioneringsprogramma een partitie op uw vaste-schijf hebt aangepast, kan het zijn dat het hoofdopstartrecord of de informatie over die partitie vernietigd is. Doe het volgende om het probleem op te lossen: 1. Zet de computer uit en daarna weer aan. 2.
5. Wanneer er meer dan twee beeldschermtypen worden weergegeven, selecteert u Algemeen PnPbeeldscherm of Algemeen niet-PnP beeldscherm. 6. Klik op Eigenschappen. Wanneer er wordt gevraagd om een beheerderswachtwoord of een bevestiging, typt u dat wachtwoord of geeft u die bevestiging. 7. Klik op het tabblad Stuurprogramma. 8. Klik op Stuurprogramma bijwerken. 9. Klik op Op mijn computer naar stuurprogramma's zoeken en klik vervolgens op Ik wil kiezen uit een lijst met stuurprogramma's op mijn computer. 10.
– De beeldscherminformatie is juist en het juiste beeldschermtype is geselecteerd. Update het stuurprogramma van het beeldscherm bij, indien nodig. – Controleer of de juiste verversingsfrequentie is ingesteld. Dit doet u als volgt: 1. Sluit het externe beeldscherm aan op de beeldschermaansluiting en sluit het beeldscherm aan op een stopcontact. 2. Zet het externe beeldscherm en de computer aan. 3. Klik met de rechtermuisknop op het bureaublad en klik vervolgens op Beeldscherminstellingen ➙ Beeldscherm.
3. Klik op Apparaatbeheer. Wanneer er wordt gevraagd om een beheerderswachtwoord of een bevestiging, typt u dat wachtwoord of geeft u die bevestiging. 4. Dubbelklik op Besturing voor geluid, video en spelletjes. 5. Controleer of het apparaat in Besturing voor geluid, video en spelletjes is ingeschakeld en juist is geconfigureerd. • Probleem: via de microfooningang gemaakte opnamen zijn niet hard genoeg. Oplossing: Zorg dat Microfoonversterking is ingeschakeld en als volgt is ingesteld: 1.
1. Ga naar het Configuratiescherm en zorg ervoor dat u het Configuratiescherm op Categorie bekijkt. 2. Klik op Hardware en geluiden. 3. Klik op het pictogram Geluid. Het venster Geluid wordt weergegeven. 4. Klik op het tabblad Afspelen. Selecteer het gewenste apparaat (bijvoorbeeld luidsprekers) en klik op Als standaard instellen. Het vinkje naast het luidsprekerpictogram geeft aan dat de luidsprekers zijn ingesteld als standaardapparaat. 5.
Oplossing: Als de batterij te heet is, kan hij niet worden opgeladen. Schakel de computer uit en laat deze afkoelen tot kamertemperatuur. Ontlaad nadat hij is afgekoeld de batterij en laad hem opnieuw op. Lukt het opladen dan nog steeds niet, laat de batterij dan nakijken. Probleem met de netvoedingsadapter Probleem: De netvoedingsadapter is aangesloten op de computer en de stekker zit in een werkend stopcontact, maar het pictogram (een stekkertje) wordt niet afgebeeld in het systeemvak van Windows.
Opstartproblemen Druk deze instructies nu af en bewaar die afdrukken bij uw computer, zodat u ze in de toekomst kunt raadplegen. • Probleem: Ik ontvang een foutbericht voordat het besturingssysteem is geladen. Oplossing: Volg de juiste herstelprocedures bij foutberichten over de zelftest (POST)• Probleem: Ik krijg een foutbericht terwijl het besturingssysteem de bureaubladconfiguratie laadt nadat de POST is voltooid.
Als het systeem nog steeds in de sluimerstand staat, reageert de computer mogelijk niet en kunt u de computer niet uitschakelen. In dat geval moet u de computer opnieuw instellen. Als u bepaalde gegevens nog niet hebt opgeslagen, gaan die waarschijnlijk verloren. Om een reset uit te voeren, houdt u de aan/uitknop vier seconden of langer ingedrukt.
Probleem met USB Probleem: Een apparaat dat is aangesloten op de USB-poort werkt niet. Oplossing: Zorg ervoor dat de USB-poort is ingeschakeld in het programma ThinkPad Setup. Open het venster Apparaatbeheer. Controleer of het USB-apparaat correct is ingesteld, of de resources correct zijn toegewezen en of de stuurprogramma's correct zijn geïnstalleerd.
Hoofdstuk 8. Informatie over systeemherstel In dit hoofdstuk vindt u informatie over de Windows-hersteloplossingen voor het Windows 10besturingssysteem. Fabrieksinstellingen van computer terugzetten Als de computer niet goed presteert, kunt u proberen de computer opnieuw in te stellen. Als u de computer opnieuw instelt, kunt u ervoor kiezen uw bestanden te behouden of te verwijderen en vervolgens het Windows-besturingssysteem opnieuw installeren.
Een USB-herstelstation maken en gebruiken U kunt een USB-herstelstation maken als back-up voor de herstelprogramma's van Windows. Met het USBherstelstation kunt u problemen oplossen, zelfs als de vooraf geïnstalleerde herstelprogramma's van Windows zijn beschadigd. Wij raden u aan dat u in een zo vroeg mogelijk stadium een USB-herstelstation maakt.
Hoofdstuk 9. Apparaten vervangen In dit hoofdstuk vindt u instructies voor het installeren en vervangen van de hardware in uw computer. Customer Replaceable Units Customer Replaceable Units (CRU's) zijn onderdelen die door de gebruiker zelf kunnen worden vervangen. ThinkPad-computers bevatten de volgende typen CRU's: • Self-service CRU's: Verwijzen naar onderdelen die eenvoudig kunnen worden geïnstalleerd of vervangen door gebruikers zelf of tegen extra kosten door speciaal opgeleide servicemedewerkers.
• Ga voorzichtig met de onderdelen om. Pak adapters, geheugenmodules en andere printplaten bij de rand beet. Raak nooit onbeschermde elektronische circuits aan. • Zorg dat ook anderen de componenten niet aanraken.
Attentie: Plaats de computer tijdens de gegevensoverdracht niet in de sluimerstand of de slaapstand voordat de gegevensoverdracht is voltooid, anders kunnen uw gegevens beschadigd raken. Ga als volgt te werk om een microSD-kaart te vervangen: 1. Zoek de microSD-kaartsleuf aan de rechterkant van de computer. 2. Druk de microSD-kaart een beetje naar binnen totdat u een klik hoort 1 . Daarna verwijdert u deze. De microSD-kaart wordt uitgeworpen. Schuif de kaart voorzichtig uit de kaartsleuf 2 . 3.
Het toetsenbord vervangen Lees voordat u begint de 'Belangrijke veiligheidsvoorschriften' op pagina v en druk de volgende instructies af. Om het toetsenbord te verwijderen, doet u het volgende: 1. Ingebouwde batterij uitschakelen. Zie 'Ingebouwde batterij uitschakelen' op pagina 94. 2. Zorg ervoor dat de computer is uitgeschakeld en dat de netvoedingsadapter en alle andere kabels zijn losgekoppeld. 3. Haal het gereedschap uit het pakket met het nieuwe toetsenbord.
4. Maak de schroeven los waarmee het toetsenbord is bevestigd. 5. Plaats de nokjes c en d in de twee inkepingen naast de twee schroefkoppen. Hoofdstuk 9.
6. Kantel het gereedschap in de afgebeelde richting om het toetsenbord los te maken 1 . Druk op het toetsenbord in de door pijlen aangegeven richting 2 om de klemmen van het afdekpaneel van het toetsenbord te ontgrendelen. 7. Kantel het toetsenbord iets omhoog, zoals is aangegeven met pijl 1 . Draai vervolgens het toetsenbord om zoals aangegeven met pijl 2 .
8. Laat het toetsenbord zoals afgebeeld op de polssteun rusten en ontkoppel de aansluitingen. Verwijder vervolgens het toetsenbord. Om het nieuwe toetsenbord te installeren, doet u het volgende: 1. Sluit de aansluitingen aan en draai het toetsenbord om, zoals afgebeeld. Hoofdstuk 9.
2. Steek het toetsenbord in zoals weergegeven in het afdekpaneel. Zorg ervoor dat de voorste rand van het toetsenbord (de rand die zich dicht bij het beeldscherm bevindt) onder het afdekpaneel van het toetsenbord zit. 3. Schuif het toetsenbord in de richting die is aangegeven met de pijlen. Zorg ervoor dat de klemmen onder het toetsenbordframe zitten.
4. Draai de schroeven aan om het toetsenbord te bevestigen. 5. Haal de nieuwe TrackPoint-knoppen uit het pakket met het nieuwe toetsenbord. Installeer de TrackPoint-knoppen, zoals afgebeeld. De klep aan de onderkant van de computer vervangen Lees voordat u begint de 'Belangrijke veiligheidsvoorschriften' op pagina v en druk de volgende instructies af. Opmerkingen: • Mogelijk ziet uw computer er enigszins anders uit dan de computer die in dit onderwerp wordt getoond. Dit hangt af van het model.
• Er bestaat een kans op kortsluiting als u de klep aan de onderkant van de computer verwijdert wanneer de computer is aangesloten op netvoeding. Bovendien start de computer niet op nadat u de klep aan de onderkant van de computer opnieuw hebt geïnstalleerd. Om de computer op te starten ontkoppelt u de netvoedingsadapter en sluit u deze vervolgens opnieuw aan op de computer. U plaatst de klep aan de onderkant van de computer als volgt terug: 1. Ingebouwde batterij uitschakelen.
5. Installeer de nieuwe klep aan de onderkant 1 in oplopende alfabetische volgorde (van a naar i) zoals afgebeeld. Zorg ervoor dat de klemmen van de klep aan de onderkant goed op hun plaats zitten en draai vervolgens de schroeven 2 . 6. Keer de computer om. Sluit de netvoedingsadapter en alle kabels weer op de computer aan. Een geheugenmodule vervangen Lees voordat u begint de 'Belangrijke veiligheidsvoorschriften' op pagina v en druk de volgende instructies af.
5. Druk de klemmetjes aan weerszijden van het geheugencompartiment tegelijkertijd naar buiten 1 en verwijder vervolgens de geheugenmodule 2 . 6. Plaats de nieuwe geheugenmodule onder een hoek van ongeveer 20 graden in het geheugencompartiment 1 . Kantel de geheugenmodule omlaag totdat deze vastklikt 2 . Zorg ervoor dat de geheugenmodule stevig in het geheugencompartiment is geplaatst en niet gemakkelijk kan worden bewogen. 7. Plaats de klep aan de onderkant van de computer terug. 8. Keer de computer om.
Attentie: Het M.2 SSD-station is bijzonder gevoelig. Bij verkeerde behandeling kan er schade aan het station ontstaan en kunnen er gegevens verloren gaan. Als u met het M.2 SSD-station werkt, neem dan de volgende richtlijnen in acht: • Vervang het M.2 SSD-station alleen voor een upgrade of voor reparatie. Het vaste-schijfstation is niet ontworpen om het regelmatig te verwisselen of te vervangen. • Voordat u het M.2 SSD-station vervangt, moet u een back-up maken van alle gegevens die u wilt behouden.
6. Plaats het nieuwe M.2 SSD-station onder een hoek van ongeveer 20 graden in de sleuf 1 . Kantel het M.2 SSD-station naar beneden 2 . Breng vervolgens de schroef aan om het nieuwe M.2 SSD-station vast te zetten 3 . 7. Plaats de klep aan de onderkant van de computer terug. 8. Keer de computer om. Sluit de netvoedingsadapter en alle kabels weer op de computer aan. De knoopcelbatterij vervangen Lees voordat u begint de 'Belangrijke veiligheidsvoorschriften' op pagina v en druk de volgende instructies af.
2. Zorg ervoor dat de computer is uitgeschakeld en dat de netvoedingsadapter en alle andere kabels zijn losgekoppeld. 3. Sluit het beeldscherm en keer de computer om. 4. Verwijder de klep aan de onderkant van de computer. Zie 'De klep aan de onderkant van de computer vervangen' op pagina 101. 5. Ontkoppel de aansluiting 1 en verwijder de knoopcelbatterij 2 . 6. Installeer de nieuwe knoopcelbatterij 1 en bevestig de aansluiting 2 . 7. Plaats de klep aan de onderkant van de computer terug. 8.
108 L380, L380 Yoga, S2 3rd Gen en S2 Yoga 3rd Gen Gebruikershandleiding
Hoofdstuk 10. Ondersteuning In dit hoofdstuk vindt u informatie over de hulp en ondersteuning die Lenovo te bieden heeft. Voordat u contact opneemt met Lenovo Vaak kunt u computerproblemen oplossen door de informatie bij de uitleg van foutcodes te lezen, diagnoseprogramma´s uit te voeren of de website Lenovo Support te raadplegen. De computer registreren Registreer uw computer bij Lenovo. Raadpleeg 'De computer registreren' op pagina 15 voor meer informatie.
www.lenovo.com/support. Het gaat daarbij om gedrukte boeken, elektronische boeken, readme-bestanden en Help-bestanden. De Microsoft Servicepacks zijn de nieuwste softwarebron voor productupdates voor Windows. Deze zijn beschikbaar als download via het internet (hiervoor kunnen kosten voor de verbinding in rekening worden gebracht) of op schijf. Ga voor meer informatie en links naar https://www.microsoft.com.
Blijft indien mogelijk bij uw computer wanneer u Lenovo belt. Controleer voordat u belt of u de meest recente stuurprogramma's en systeemupdates hebt gedownload, de diagnoseprogramma's hebt uitgevoerd en alle systeemgegevens hebt genoteerd.
112 L380, L380 Yoga, S2 3rd Gen en S2 Yoga 3rd Gen Gebruikershandleiding
Bijlage A. Aanvullende informatie over het Ubuntubesturingssysteem In bepaalde landen en regio's biedt Lenovo klanten de mogelijkheid computers te bestellen waarop het besturingssysteem Ubuntu® is geïnstalleerd. Als het Ubuntu-besturingssysteem beschikbaar is op uw computer, raden we u aan de volgende informatie te lezen voordat u de computer gebruikt. U kunt informatie over (hulp)programma's van Windows en vooraf geïnstalleerde toepassingen van Lenovo in deze documentatie negeren.
114 L380, L380 Yoga, S2 3rd Gen en S2 Yoga 3rd Gen Gebruikershandleiding
Bijlage B. Regelgeving In dit hoofdstuk vindt u informatie over de regelgeving en naleving met betrekking tot Lenovo-producten. Informatie over certificering Productnaam: ThinkPad L380, ThinkPad L380 Yoga, ThinkPad S2 3rd Gen en ThinkPad S2 Yoga 3rd Gen Nalevings-ID: TP00091A Machinetypen: 20M5, 20M6, 20M7, 20M8, 20L1 en 20L2 De meest recente informatie over naleving is beschikbaar op: http://www.lenovo.
• Een andere omgeving waarbij mogelijke storing van andere apparatuur of diensten als hinderlijk of gevaarlijk wordt beschouwd. Als u niet precies weet wat het beleid is ten aanzien van het gebruik van draadloze apparaten in een bepaald gebied (zoals een vliegveld of een ziekenhuis), kunt u het beste, voordat u de computer aanzet, om toestemming vragen om een draadloos apparaat te mogen gebruiken.
De plaats van kennisgevingen over regelgeving voor draadloze communicatie Raadpleeg voor meer informatie over de kennisgevingen voor regelgeving over draadloos de Regulatory Notice die met uw computer werd meegeleverd. Als uw computer zonder de Regulatory Notice is geleverd, vindt u deze op de website op: http://www.lenovo.com/support TCO-certificering Voor informatie over de TCO-certificering voor uw computer gaat u naar: http://www.lenovo.
Phone Number: 919-294-5900 Verklaring van conformiteit met industriële emissierichtlijn Canada Klasse B CAN ICES-3(B)/NMB-3(B) EU-conformiteit Contactadres in de EU: Lenovo, Einsteinova 21, 851 01 Bratislava, Slovakia Kennisgeving over EMC-richtlijn: Dit product voldoet aan de voorwaarden voor bescherming zoals opgenomen in EMC-richtlijn 2014/30/EU van de Europese Commissie inzake de harmonisering van de wetgeving van Lidstaten met betrekking tot elektromagnetische compatibiliteit.
Um dieses sicherzustellen, sind die Geräte wie in den Handbüchern beschrieben zu installieren und zu betreiben. Des Weiteren dürfen auch nur von der Lenovo empfohlene Kabel angeschlossen werden. Lenovo übernimmt keine Verantwortung für die Einhaltung der Schutzanforderungen, wenn das Produkt ohne Zustimmung der Lenovo verändert bzw. wenn Erweiterungskomponenten von Fremdherstellern ohne Empfehlung der Lenovo gesteckt/eingebaut werden.
Nalevingskeuring voor Eurazië Audiokennisgeving Brazilië Ouvir sons com mais de 85 decibéis por longos períodos pode provocar danos ao sistema auditivo.
Bijlage C. Kennisgevingen inzake WEEE en recycling In dit hoofdstuk vindt u milieu-informatie over Lenovo-producten. Algemene informatie over recyclen Lenovo moedigt eigenaren van IT-apparatuur aan om hun apparatuur, wanneer deze niet meer nodig is, op een verantwoorde manier te laten recyclen. Lenovo kent een veelheid aan programma's en services om eigenaren te helpen bij de recycling van hun IT-producten. Ga voor informatie over het recyclen van Lenovoproducten naar: http://www.lenovo.
Informatie over WEEE voor Hongarije Lenovo betaalt als producent de kosten die worden gemaakt in verband met de naleving van de verplichtingen van Lenovo onder de Hongaarse wet 197/2014 (VIII.1.) subsecties (1)-(5) van sectie 12.
Recyclinginformatie voor Brazilië Declarações de Reciclagem no Brasil Descarte de um Produto Lenovo Fora de Uso Equipamentos elétricos e eletrônicos não devem ser descartados em lixo comum, mas enviados à pontos de coleta, autorizados pelo fabricante do produto para que sejam encaminhados e processados por empresas especializadas no manuseio de resíduos industriais, devidamente certificadas pelos orgãos ambientais, de acordo com a legislação local.
Lithiumbatterijen en batterijen van Lenovo-producten weggooien In uw Lenovo-product kan een lithium-knoopcelbatterij zijn geïnstalleerd. Details van de batterij kunt u vinden in de productdocumentatie. Als u de batterij moet vervangen, neem dan contact op met de verkoper van het product of met Lenovo. Als u een lithiumbatterij weggooit, omwikkelt u hem met vinyltape en levert u hem in bij de verkoper of een inzamelstation voor chemisch afval.
Bijlage D. Kennisgeving beperking van schadelijke stoffen (Restriction of Hazardous Substances, RoHS) De nieuwste milieu-informatie over Lenovo-producten is beschikbaar op: http://www.lenovo.
126 L380, L380 Yoga, S2 3rd Gen en S2 Yoga 3rd Gen Gebruikershandleiding
Beperking van schadelijke stoffen (RoHS, Restriction of Hazardous Substances) voor Taiwan Bijlage D.
128 L380, L380 Yoga, S2 3rd Gen en S2 Yoga 3rd Gen Gebruikershandleiding
Bijlage E. Informatie over ENERGY STAR-modellen ENERGY STAR® is een gezamenlijk programma van de U.S. Environmental Protection Agency en de U.S. Department of Energy, bedoeld voor het besparen van kosten en het beschermen van het milieu door middel van energiezuinige producten en procedures. Met trots biedt Lenovo haar klanten producten aan die zijn onderscheiden met een ENERGY STAR.
5. Vink het selectievakje Dit apparaat toestaan om de computer te laten ontwaken uit. 6. Klik op OK.
Bijlage F. Kennisgevingen Mogelijk brengt Lenovo de in dit document genoemde producten, diensten of voorzieningen niet uit in alle landen. Neem contact op met uw plaatselijke Lenovo-vertegenwoordiger voor informatie over de producten en diensten die in uw regio beschikbaar zijn. Verwijzing in deze publicatie naar producten of diensten van Lenovo houdt niet in dat uitsluitend Lenovo-producten of -diensten gebruikt kunnen worden.
bepaalde metingen feitelijk schattingen die middels extrapolatie tot stand zijn gekomen. De werkelijk resultaten kunnen hiervan afwijken. Gebruikers van dit document dienen de gegevens te controleren die specifiek op hun omgeving van toepassing zijn. Dit document is auteursrechtelijk beschermd door Lenovo en wordt niet gedekt door enige opensourcelicentie, met inbegrip van enige Linux-overeenkomst(en) die bij de software voor dit product is/zijn geleverd.
Bijlage G. Handelsmerken De volgende benamingen zijn handelsmerken van Lenovo in de Verenigde Staten en/of andere landen: Lenovo Lenovo-logo ThinkPad ThinkPad-logo TrackPoint UltraConnect Yoga Intel en Intel SpeedStep zijn handelsmerken van Intel Corporation of haar dochterondernemingen in de Verenigde Staten en/of andere landen. Microsoft, Windows, Direct3D, BitLocker en Cortana zijn handelsmerken van de Microsoft-bedrijvengroep. Ubuntu is een handelsmerk van Canonical Ltd.
134 L380, L380 Yoga, S2 3rd Gen en S2 Yoga 3rd Gen Gebruikershandleiding