Operation Manual
Functiesvoorsysteembeheerinstellen
Alsuuwcomputeropafstanddooreennetwerkbeheerderwiltlatenbedienen,moetudevolgende
systeembeheerkenmerkeninhetThinkPadSetup-programmainstellen:
•WakeonLAN
•NetworkBootvolgorde
•Flash-update
Opmerking:Alsereenbeheerderswachtwoordisingesteld,wordtugevraagdditbeheerderswachtwoordin
tevoerenwanneeruhetprogrammaThinkPadSetupstart.
DefunctieWakeonLANin-ofuitschakelen
AlsdefunctieWakeonLANisingeschakeldendecomputerisaangeslotenophetLAN,kande
netwerkbeheerderdecomputeropafstandopstartenmetgebruikvansoftwarevoornetwerkbeheer
opafstand.
UkuntWakeonLANalsvolgtin-ofuitschakelen:
1.StarthetprogrammaThinkPadSetup.Zie“HetprogrammaThinkPadSetupgebruiken”oppagina71.
2.SelecteerConfig➙Network.HetsubmenuNetworkwordtweergegeven.
3.SelecteereenovereenkomstigeoptievoordeWakeonLAN-functie.
4.DrukopF10omdeinstellingenopteslaanenaftesluiten.
EenNetworkBoot-volgordeopgeven
WanneerdecomputerviaLANwordtgeactiveerd,startdecomputeropvanafhetapparaatdatis
gespecificeerdinhetmenuNetworkBoot.Daarnawordtdelijstmetdeopstartvolgordeinhetmenu
Bootgevolgd.
UkuntalsvolgteenNetworkBoot-volgordedefiniëren:
1.StarthetprogrammaThinkPadSetup.Zie“HetprogrammaThinkPadSetupgebruiken”oppagina71.
2.SelecteerStartup➙NetworkBoot.Delijstmetopstartapparatenwordtdanafgebeeld.
3.Selecteereenopstartapparaatomdezeintestellenalshetapparaatwaarmeehetopstartenplaatsvindt
nadatdecomputeruitdeslaapstandwordtgehaald.
4.DrukopF10omdeinstellingenopteslaanenaftesluiten.
Opmerking:UkuntopF9drukkenomdefabrieksinstellingenteherstellen.
Devereistenvoorflash-updatescontroleren
Deprogramma´sopuwcomputerkunnenvanafeenbeheersconsoledooreennetwerkbeheerderworden
bijgewerktindienaandevolgendevereistenwordtvoldaan:
•DecomputermoetzijnopgestartvanafhetLAN.
•DecomputermoetzijnopgestartviadePrebooteXecutionEnvironment(PXE).
•Ermoeteennetwerkbeheerprogrammaopdecomputervandenetwerkbeheerderzijngeïnstalleerd.
Hoofdstuk6.Geavanceerdeconfiguratie89