Operation Manual

Table Of Contents
Het lampje moet deze status hebben in de volgende gevallen:
Als de printer is uitgeschakeld.
Als de printer in de spaarstand staat.
Als er geen draadloze afdrukserver is geïnstalleerd en u de printer op de computer wilt aansluiten met een
USB-kabel.
Oranje: dit kan betekenen dat de printer wordt geconfigureerd voor gebruik op het draadloze netwerk, de interne
afdrukserver niet is geconfigureerd in infrastructuurmodus of de interne afdrukserver moet worden
geconfigureerd voor ad-hocmodus.
Het lampje moet deze status hebben in de volgende gevallen:
Als u de printer wilt gebruiken zonder een computer.
Als u de printer wilt instellen op uw draadloze netwerk.
Wanneer de printer aangesloten is op een ad-hocnetwerk en de draadloze netwerknaam (SSID) uitzendt
Knippert oranje: dit kan het volgende betekenen.
De printer is buiten het bereik van het draadloze toegangspunt (draadloze router).
De printer probeert te communiceren met het draadloze toegangspunt (draadloze router), maar het
draadloze toegangspunt (draadloze router) is wellicht uitgeschakeld of werkt niet correct.
De printer probeert verbinding te maken met het draadloze toegangspunt (draadloze router).
Dit is correct als u de printer al hebt geconfigureerd voor gebruik op uw draadloze netwerk. Als de printer al
is geconfigureerd en u de printer uitschakelt en vervolgens weer inschakelt, probeert de interne afdrukserver
in de printer verbinding te maken met het draadloze toegangspunt (draadloze router).
De draadloze instellingen van de printer zijn wellicht niet langer geldig.
Groen: dit geeft aan dat de printer is verbonden met een draadloos netwerk.
Het lampje moet deze status hebben wanneer u een printer wilt gaan gebruiken die al is aangesloten op het
draadloze netwerk.
Knippert groen: dit betekent dat de interne afdrukserver van de printer wordt bijgewerkt.
Draadloze instellingen wijzigen na de installatie
U wijzigt als volgt draadloze instellingen van de printer, zoals het geconfigureerde netwerk, de beveiligingssleutel
en andere instellingen:
Windows
1 Voer een van de volgende handelingen uit:
Windows Vista: klik op .
Windows XP en eerder: klik op Start.
2 Klik op Alle programma's of Programma's en selecteer de programmamap van de printer in de lijst.
3 Klik op Extra Lexmark Hulpprogramma voor draadloze configuratie.
Opmerking: als de installatiekabel nog niet is aangesloten, moet u tijdens de configuratieprocedure mogelijk
de printer opnieuw aansluiten op de computer met de kabel.
4 Volg de aanwijzingen op het scherm om de software opnieuw te installeren en breng de gewenste wijzigingen
aan.
De printer installeren op een draadloos netwerk (alleen bepaalde modellen)
40