Operation Manual

Table Of Contents
Kopiëren
Kopiëren
1 Papier in de printer plaatsen.
2 Plaats het originele document met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat.
3 Druk op het bedieningspaneel van de printer op .
4 Druk op de pijltoetsen om het aantal exemplaren te selecteren en druk op of om een kleuren- of
zwart-witkopie in te stellen.
Opmerking: Het lampje
brandt als de kleurenmodus van de printer is ingeschakeld. Het lampje
brandt als de zwart-witmodus van de printer is ingeschakeld.
5 Druk op .
Foto's kopiëren
1 Plaats fotopapier in de printer met de glanzende zijde of afdrukzijde naar u toe. (Raadpleeg de instructies die bij
het papier zijn geleverd als u niet zeker weet welke zijde de afdrukzijde is.)
2 Plaats de foto met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat.
3 Druk op het bedieningspaneel van de printer op .
4 Druk op tot Foto opnieuw afdrukken wordt weergegeven.
5 Druk op de pijltoetsen tot Ja wordt weergegeven en druk op .
6 Druk op de pijltoetsen tot het gewenste papierformaat wordt weergegeven. Als het gewenste papierformaat
niet beschikbaar is in de lijst, selecteert u Overige. Er worden extra opties voor het papierformaat weergegeven
op de display.
Druk op
als u een keuze hebt gemaakt.
7 Druk op .
Opmerking: Zorg dat er fotopapier in de printer is geplaatst.
Opmerking: Zorg ervoor dat u de afdrukzijde niet aanraakt met uw vingers of scherpe voorwerpen om vlekken en
krassen te voorkomen. Voor de beste resultaten verwijdert u elk afgedrukt vel meteen uit de papieruitvoerlade en
laat u de afdrukken ten minste 24 uur drogen voordat u ze op elkaar stapelt, laat zien of opbergt.
Afbeeldingen vergroten of verkleinen
1 Plaats papier in de printer.
2 Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat.
3 Druk op het bedieningspaneel van de printer op .
4 Druk op tot Formaat wijzigen wordt weergegeven.
5 Druk op de pijltoetsen totdat de gewenste instelling wordt weergegeven.
Kopiëren
86