E120, E120n Gebruikershandleiding juli 2005 Lexmark en Lexmark met het diamantlogo zijn als handelsmerken van Lexmark International, Inc. gedeponeerd in de Verenigde Staten en/of in andere landen. © 2005 Lexmark International, Inc. Alle rechten voorbehouden. 740 West New Circle Road Lexington, Kentucky 40550 www.lexmark.
Uitgave: juli 2005 Handelsmerken De volgende alinea is niet van toepassing op landen waarin de volgende voorwaarden strijdig zijn met de plaatselijke wetgeving: LEXMARK INTERNATIONAL, INC. LEVERT DEZE PUBLICATIE IN DE STAAT WAARIN DEZE VERKEERT, ZONDER ENIGE VORM VAN GARANTIE, NOCH IMPLICIET, NOCH EXPLICIET, INCLUSIEF MAAR NIET BEPERKT TOT IMPLICIETE GARANTIES VAN VERHANDELBAARHEID OF GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL.
Inhoud Hoofdstuk 1: Overzicht ....................................................................................................... 5 Hoofdstuk 2: De bedieningspanelen gebruiken ............................................................... 8 Overzicht van het bedieningspaneel van de Lexmark E120 ............................................................................ 9 Informatie over de lampjes op het bedieningspaneel van de Lexmark E120 .........................................
Inhoud Hoofdstuk 5: Supplies ...................................................................................................... 68 Benodigde supplies ....................................................................................................................................... 69 Supplybehoefte inschatten ............................................................................................................................ 70 De tonercartridge vervangen ....................................
1 Overzicht De printer is verkrijgbaar in twee modellen: Lexmark E120 (basismodel) met een resolutie van 600 dpi (dots per inch) tot beeldkwaliteit 1200, een standaardgeheugen van 8 MB en een USB-poort; en Lexmark E120n (netwerkmodel) met een resolutie van 600 dpi tot beeldkwaliteit 1200, een standaardgeheugen van 16 MB, een USB-poort en een geïntegreerde Ethernet-adapter.
Overzicht De aan/uit-knop en de aansluiting voor het netsnoer bevinden zich links op de achterkant van de printer. Rechts op de achterkant van de printer bevinden zich de USB-poort en een toegangspunt voor kabelvergrendeling. Het netwerkmodel (Lexmark E120n) beschikt over een Ethernet-poort net onder de USB-poort. Opmerking: Alle verwijzigen naar de printer in deze publicatie hebben betrekking op beide modellen.
Overzicht Het netwerkmodel (Lexmark E120n) heeft zes lampjes en twee knoppen. Opmerking: Op de E120n fungeert de knop Doorgaan eveneens als lampje. Doorgaan Annuleren Gereed/Gegevens Toner bijna op/ Vervang fotoconductorkit Papier plaatsen/verwijderen Papier vast Fout • Druk op Doorgaan om door te gaan met afdrukken. • Druk op de knop Doorgaan vanuit de werkstand Gereed om pagina's met menu-instellingen en netwerkinstellingen af te drukken. • Druk op Annuleren om de actieve taak te annuleren.
2 De bedieningspanelen gebruiken Sectie Pagina Overzicht van het bedieningspaneel van de Lexmark E120 9 Informatie over de lampjes op het bedieningspaneel van de Lexmark E120 10 Codes op het bedieningspaneel voor de Lexmark E120 12 Overzicht van het bedieningspaneel van de Lexmark E120n 25 Informatie over de lampjes op het bedieningspaneel van de Lexmark E120n 26 Codes op het bedieningspaneel voor de Lexmark E120n 28 De webpagina van de printer gebruiken 45 De pagina met menu-instellingen
De bedieningspanelen gebruiken Overzicht van het bedieningspaneel van de Lexmark E120 Het bedieningspaneel van de printer heeft twee knoppen en twee lampjes. De lampjes geven de status van de printer aan. De knoppen worden gebruikt om de actieve afdruktaak voort te zetten of te annuleren. Als de printer wordt aangezet, branden beide lampjes om beurten terwijl een zelftest wordt uitgevoerd.
De bedieningspanelen gebruiken Informatie over de lampjes op het bedieningspaneel van de Lexmark E120 De betekenis van de lampjes op het bedieningspaneel is afhankelijk van de combinatie waarin de lampjes branden of knipperen. Met verschillende combinaties van brandende en knipperende lampjes worden verschillende printertoestanden aangegeven. Zo kunt u aan de lampjes zien wat de status is van de printer, maar ook of u moet ingrijpen en of de printer onderhoud nodig heeft.
De bedieningspanelen gebruiken Fout Combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes Gereed/ Gegevens Fout Gereed/ Gegevens Combinaties van lampjes voor primaire foutcodes Bericht Pagina is te complex (Het lampje Gereed/Gegevens knippert drie keer) ENA-verbinding verbroken (Het lampje Gereed/Gegevens knippert vijf keer) Onvoldoende geheugen voor sorteren (Het lampje Gereed/Gegevens knippert drie keer) Afdrukmateriaal plaatsen (Het lampje Gereed/Gegevens knippert één keer) Tweede zijde van dubbelzijdi
De bedieningspanelen gebruiken Codes op het bedieningspaneel voor de Lexmark E120 Hieronder vindt u informatie over de betekenis van de combinaties van lampjes voor primaire en secundaire foutcodes en over de acties waarmee u deze kunt wissen. Primaire codes Gereed/Energiebesparingsmodus Combinatie van lampjes: Gereed/Gegevens—Aan Bericht: • • De printer is gereed om gegevens te ontvangen en te verwerken. De printer bevindt zich in de energiebesparingsmodus. De printer werkt naar behoren.
De bedieningspanelen gebruiken Bezig Combinatie van lampjes: Gereed/Gegevens—Knippert Bericht: De printer is bezig met het ontvangen en verwerken van gegevens of bezig met afdrukken. Oplossing: • • • Bezig: – Wacht tot het bericht is verdwenen. – Druk op om de afdruktaak te annuleren. – Houd ingedrukt om de printer opnieuw in te stellen. Bezig met afdrukken: – Wacht totdat de pagina's zijn afgedrukt. Het lampje Gereed knippert terwijl de pagina's worden afgedrukt.
De bedieningspanelen gebruiken Taak annuleren/Printer opnieuw instellen Combinatie van lampjes: • • Gereed/Gegevens—Aan Fout—Aan Bericht: • • De actieve afdruktaak wordt geannuleerd. Op de printer worden door de gebruiker gekozen standaardwaarden opnieuw ingesteld. Alle actieve afdruktaken worden geannuleerd. Een standaardwaarde van de gebruiker blijft van kracht totdat de gebruiker deze wijzigt of de fabriekswaarden herstelt. Oplossing: Houd ingedrukt om de printer opnieuw in te stellen.
De bedieningspanelen gebruiken Niet gereed Combinatie van lampjes: Fout—Aan Combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes Druk tweemaal snel op om de combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes weer te geven. Gereed/Gegevens—Knippert één keer Bericht: De printer is niet gereed om gegevens te ontvangen of te verwerken of de printerpoort is off line.
De bedieningspanelen gebruiken Fabrieksinstellingen worden hersteld Combinatie van lampjes: • • Gereed/Gegevens—Aan Fout—Aan Bericht: Op de printer worden de oorspronkelijke fabrieksinstellingen opnieuw ingesteld. Oplossing: Houd ingedrukt om de printer opnieuw in te stellen. Regiocode van cartridge komt niet overeen Combinatie van lampjes: Fout—Aan Combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes Druk tweemaal snel op om de combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes weer te geven.
De bedieningspanelen gebruiken Cartridge ontbreekt/Defecte cartridge vastgesteld Combinatie van lampjes: Fout—Aan Combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes Druk tweemaal snel op om de combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes weer te geven. Gereed/Gegevens—Knippert drie keer Bericht: De tonercartridge ontbreekt, de fotoconductorkit met lange levensduur ontbreekt, of er is een defecte tonercartridge vastgesteld.
De bedieningspanelen gebruiken Pagina is te complex Combinatie van lampjes: Fout—Aan Combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes Druk tweemaal snel op om de combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes weer te geven. Gereed/Gegevens—Knippert drie keer Bericht: De pagina wordt mogelijk niet correct afgedrukt omdat de gegevens op de pagina te complex zijn (de pagina is te groot voor het printergeheugen).
De bedieningspanelen gebruiken Onvoldoende geheugen voor sorteren Combinatie van lampjes: Fout—Aan Combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes Druk tweemaal snel op om de combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes weer te geven. Gereed/Gegevens—Knippert drie keer Bericht: Er is te weinig vrije ruimte in het geheugen van de printer om de afdruktaak te sorteren.
De bedieningspanelen gebruiken Afdrukmateriaal plaatsen Combinatie van lampjes: Fout—Knippert Combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes Druk tweemaal snel op om de combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes weer te geven. Gereed/Gegevens—Knippert één keer Bericht: Het afdrukmateriaal in de printer is op of het afdrukmateriaal is niet goed ingevoerd.
De bedieningspanelen gebruiken Geheugen vol Combinatie van lampjes: Fout—Knippert Combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes Druk tweemaal snel op om de combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes weer te geven. Gereed/Gegevens—Knippert drie keer Bericht: De printer verwerkt gegevens, maar het geheugen dat wordt gebruikt voor het opslaan van pagina's is vol.
De bedieningspanelen gebruiken Papierstoring in de papierbaan van de printer Opmerking: Bij papierstoringen wordt altijd dezelfde primaire code weergegeven. Bekijk de combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes om te bepalen waar de storing zich bevindt. Combinatie van lampjes: Fout—Knippert Combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes Druk tweemaal snel op om de combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes weer te geven.
De bedieningspanelen gebruiken Papier is te kort Combinatie van lampjes: Fout—Knippert Combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes Druk tweemaal snel op om de combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes weer te geven. Gereed/Gegevens—Knippert drie keer Bericht: Het papier is te kort om de opgemaakte gegevens af te drukken. Deze fout doet zich voor als de printer het formaat van het afdrukmateriaal niet herkent of als er een probleem is met de invoer van het afdrukmateriaal.
De bedieningspanelen gebruiken Vervang de fotoconductorkit met lange levensduur Combinatie van lampjes: Fout—Knippert Combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes Druk tweemaal snel op om de combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes weer te geven. Gereed/Gegevens—Knippert één keer Bericht: De fotoconductorkit met lange levensduur moet binnenkort worden vervangen.
De bedieningspanelen gebruiken Overzicht van het bedieningspaneel van de Lexmark E120n Het bedieningspaneel van de printer heeft twee knoppen en zes lampjes (de knop Doorgaan fungeert als knop en als lampje). De lampjes geven de status van de printer aan. De knoppen worden gebruikt om de actieve afdruktaak voort te zetten of te annuleren. Als de printer wordt aangezet, branden alle lampjes om beurten terwijl een zelftest wordt uitgevoerd.
De bedieningspanelen gebruiken Informatie over de lampjes op het bedieningspaneel van de Lexmark E120n De betekenis van de lampjes op het bedieningspaneel is afhankelijk van de combinatie waarin de lampjes branden of knipperen. Met verschillende combinaties van brandende en knipperende lampjes worden verschillende printertoestanden aangegeven. Zo kunt u aan de lampjes zien wat de status is van de printer, maar ook of u moet ingrijpen en of de printer onderhoud nodig heeft.
De bedieningspanelen gebruiken Fout Papier vast Plaats/verwijder papier Toner bijna op/ Vervang fotoconductorkit Gereed/Gegevens Doorgaan Combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes Fout Papier vast Plaats/verwijder papier Toner bijna op/ Vervang fotoconductorkit Gereed/Gegevens Doorgaan Combinaties van lampjes voor primaire foutcodes Bericht Fabrieksinstellingen worden hersteld Regiocode van cartridge komt niet overeen Cartridge ontbreekt/Defecte cartridge vastgesteld Open klep Pagina
De bedieningspanelen gebruiken Fout Papier vast Plaats/verwijder papier Toner bijna op/ Vervang fotoconductorkit Gereed/Gegevens Doorgaan Combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes Fout Papier vast Plaats/verwijder papier Toner bijna op/ Vervang fotoconductorkit Gereed/Gegevens Doorgaan Combinaties van lampjes voor primaire foutcodes Bericht Waarschuwing fotoconductorkit met lange levensduur Vervang de fotoconductorkit met lange levensduur Niet-ondersteunde tonercartridge Fout waarvoor
De bedieningspanelen gebruiken Bezig Combinatie van lampjes: Gereed/Gegevens—Knippert Bericht: De printer is bezig met het ontvangen en verwerken van gegevens of bezig met afdrukken. Oplossing: • • • Als de printer bezig is: – Wacht tot het bericht is verdwenen. – Druk op om de afdruktaak te annuleren. – Houd ingedrukt om de printer opnieuw in te stellen. Bezig met afdrukken: – Wacht totdat de pagina's zijn afgedrukt. Het lampje Gereed knippert terwijl de pagina's worden afgedrukt.
De bedieningspanelen gebruiken Wachten Combinatie van lampjes: • • Doorgaan—Aan Gereed/Gegevens—Aan Bericht: De printer wacht totdat er een afdruktime-out optreedt of totdat er extra gegevens worden ontvangen. Oplossing: • • • Druk op om de inhoud in de buffer af te drukken. Druk op om de afdruktaak te annuleren. Houd ingedrukt om de printer opnieuw in te stellen.
De bedieningspanelen gebruiken Ongeldige enginecode Combinatie van lampjes: • • Gereed/Gegevens—Aan Fout—Aan Combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes Druk tweemaal snel op om de combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes weer te geven. • • • Gereed/Gegevens—Aan Papier plaatsen/verwijderen—Aan Fout—Aan Bericht: Combinaties van lampjes voor primaire foutcodes De interne enginecode is niet geprogrammeerd of de geprogrammeerde code is niet geldig. Oplossing: Laad een geldige enginecode.
De bedieningspanelen gebruiken Enginecode of systeemcode wordt geprogrammeerd Combinatie van lampjes: • • Gereed/Gegevens—Aan Fout—Aan Bericht: Er wordt een nieuwe code in de engine of firmware geprogrammeerd. Oplossing: Wacht tot het bericht is verdwenen. Nadat de code door de printer is geprogrammeerd, keert de printer terug in de werkstand Gereed.
De bedieningspanelen gebruiken Vervang cartridge Combinatie van lampjes: • • Toner bijna op/Vervang fotoconductorkit—Aan Fout—Knippert Bericht: De printer heeft vastgesteld dat een opnieuw gevulde tonercartridge uit het retourneringsprogramma is geplaatst. Oplossing: Verwijder de huidige tonercartridge en plaats een nieuwe tonercartridge. Open klep Combinatie van lampjes: Fout—Aan Bericht: Klep is open. Oplossing: Sluit de geopende klep.
De bedieningspanelen gebruiken Pagina is te complex Combinatie van lampjes: • • Doorgaan—Aan Fout—Aan Combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes Druk tweemaal snel op om de combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes weer te geven.
De bedieningspanelen gebruiken ENA-verbinding verbroken Combinatie van lampjes: • • Doorgaan—Aan Fout—Aan Combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes Druk tweemaal snel op om de combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes weer te geven.
De bedieningspanelen gebruiken Onvoldoende geheugen voor sorteren Combinatie van lampjes: • • Doorgaan—Aan Fout—Aan Combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes Druk tweemaal snel op om de combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes weer te geven.
De bedieningspanelen gebruiken Tweede zijde van dubbelzijdige afdruktaak afdrukken Combinatie van lampjes: • • Doorgaan—Knippert Papier plaatsen/verwijderen—Aan Bericht: Andere zijde van dubbelzijdige afdruktaak kan worden afgedrukt. Oplossing: • • • Plaats het afdrukmateriaal voor de taak in de voorkeursinvoer en volg daarbij de instructies in het popupmenu van het stuurprogramma om de pagina's op de juiste manier te plaatsen. Druk vervolgens op om door te gaan met afdrukken.
De bedieningspanelen gebruiken Netwerkinterfacefouten Combinatie van lampjes: • • Doorgaan—Aan Fout—Aan Combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes Druk tweemaal snel op om de combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes weer te geven. • • • Doorgaan—Aan Papier vast—Aan Fout—Aan Bericht: Combinaties van lampjes voor primaire foutcodes Combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes De printer kan geen communicatieverbinding tot stand brengen met het netwerk.
De bedieningspanelen gebruiken Papierstoring bij de invoersensor Opmerking: Bij papierstoringen wordt altijd dezelfde primaire code weergegeven. Bekijk de combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes om te bepalen waar de storing zich bevindt. Combinatie van lampjes: • • Doorgaan—Aan Papier vast—Aan Combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes Druk tweemaal snel op om de combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes weer te geven.
De bedieningspanelen gebruiken Papierstoring tussen de invoersensor en de uitvoersensor Opmerking: Bij papierstoringen wordt altijd dezelfde primaire code weergegeven. Bekijk de combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes om te bepalen waar de storing zich bevindt. Combinatie van lampjes: • • Doorgaan—Aan Papier vast—Aan Combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes Druk tweemaal snel op om de combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes weer te geven.
De bedieningspanelen gebruiken Papierstoring bij de uitvoersensor van de printer Opmerking: Bij papierstoringen wordt altijd dezelfde primaire code weergegeven. Bekijk de combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes om te bepalen waar de storing zich bevindt. Combinatie van lampjes: • • Doorgaan—Aan Papier vast—Aan Combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes Druk tweemaal snel op om de combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes weer te geven.
De bedieningspanelen gebruiken Papierstoring in lade 1/voorkeursinvoer Opmerking: Bij papierstoringen wordt altijd dezelfde primaire code weergegeven. Bekijk de combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes om te bepalen waar de storing zich bevindt. Combinatie van lampjes: • • Doorgaan—Aan Papier vast—Aan Combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes Druk tweemaal snel op om de combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes weer te geven.
De bedieningspanelen gebruiken Papier is te kort Combinatie van lampjes: • • Doorgaan—Aan Fout—Aan Combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes Druk tweemaal snel op om de combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes weer te geven. • • • • Doorgaan—Aan Gereed/Gegevens—Aan Papier plaatsen/verwijderen—Aan Fout—Aan Combinaties van lampjes voor primaire foutcodes Combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes Bericht: Het papier is te kort om de opgemaakte gegevens af te drukken.
De bedieningspanelen gebruiken Waarschuwing fotoconductorkit met lange levensduur Combinatie van lampjes: • • Doorgaan—Aan Toner bijna op/Vervang fc-kit—Knippert één keer Bericht: De fotoconductorkit met lange levensduur is bijna leeg en moet binnenkort worden vervangen. Opmerking: Dit bericht wordt alleen weergegeven als het toneralarm via de webpagina wordt ingeschakeld (zie De webpagina van de printer gebruiken op pagina 45).
De bedieningspanelen gebruiken Fout waarvoor onderhoud is vereist Combinatie van lampjes: • • • • • • Doorgaan—Knippert Gereed/Gegevens—Knippert Toner bijna op/Vervang fotoconductorkit—Aan Papier plaatsen/verwijderen—Knippert Papier vast—Knippert Fout—Knippert Bericht: Er is een fout opgetreden waarvoor onderhoud is vereist en de printer is gestopt met afdrukken. Oplossing: Schakel de printer uit en vervolgens weer in. Neem contact op met de klantenondersteuning als de lampjes blijven knipperen.
3 Tips voor afdruktaken en -materiaal Sectie Pagina Formaten afdrukmateriaal 47 Geschikt afdrukmateriaal kiezen 47 Afdrukmateriaal bewaren 49 Afdrukmateriaal in lade 1 plaatsen 49 Afdrukmateriaal in de voorkeursinvoer plaatsen 53 Papierstoringen voorkomen 54 Vastgelopen papier verwijderen 55 Tips voor afdruktaken en -materiaal 46
Tips voor afdruktaken en -materiaal Formaten afdrukmateriaal Maak optimaal gebruik van de printer door de laden op de voorgeschreven wijze te vullen. Gebruik nooit verschillende soorten afdrukmateriaal door elkaar in één lade.
Tips voor afdruktaken en -materiaal Voorbedrukte formulieren en briefhoofdpapier • Gebruik alleen formulieren en briefhoofdpapier die zijn gelithografeerd of gegraveerd. • Kies soorten formulieren en briefhoofdpapier die inkt absorberen, maar waarop de inkt niet uitloopt. • Gebruik geen papier met een ruw of grof gestructureerd oppervlak. Gebruik papier dat is bedrukt met hittebestendige inkt en dat geschikt is voor kopieerapparaten.
Tips voor afdruktaken en -materiaal Karton • Gebruik karton met een maximumgewicht van 163 g/m2 en een minimumformaat van 76 x 127 mm. • Als u voorbedrukt, geperforeerd of gekreukeld karton gebruikt, kan de afdrukkwaliteit aanzienlijk afnemen en kunnen papierstoringen of problemen bij de verwerking van het afdrukmateriaal optreden. • Gebruik geen karton dat bij verhitting gevaarlijke stoffen afgeeft.
Tips voor afdruktaken en -materiaal Voer de onderstaande stappen uit om materiaal in lade 1 te plaatsen: 1 Open de afdekklep van lade 1 door de afdekklep op te tillen totdat deze volledig is geopend en vastklikt. 2 Stel de schuif en de bijbehorende stop af op de lengte van het geselecteerde afdrukmateriaal. Opmerking: De schuif met bijbehorende stop heeft een tweevoudige werking.
Tips voor afdruktaken en -materiaal Bereid een stapel afdrukmateriaal voor om in de lade te plaatsen door de stapel van voren naar achteren te buigen of uit te laten waaieren. Maak op een vlakke ondergrond een rechte stapel. 3 Plaats de stapel afdrukmateriaal vervolgens in de lade en verschuif de bijbehorende stop zodat deze licht tegen het uiteinde van de stapel afdrukmateriaal drukt.
Tips voor afdruktaken en -materiaal 4 Schuif de geleiders tot deze licht tegen de geplaatste stapel afdrukmateriaal drukt. Opmerking: Plaats niet te veel afdrukmateriaal in de lade. Wanneer u meer dan 150 vellen plaatst in lade 1, kunnen papierstoringen optreden. 5 Sluit de afdekklep van de lade.
Tips voor afdruktaken en -materiaal Afdrukmateriaal in de voorkeursinvoer plaatsen De voorkeursinvoer bevindt zich aan de voorkant van de printer, net boven lade 1. U kunt de voorkeursinvoer gebruiken om snel afdrukken te maken op papiersoorten of -formaten die op dat moment niet in lade 1 zijn geplaatst. Zie Formaten afdrukmateriaal op pagina 47 voor informatie over geschikt afdrukmateriaal en juiste hoeveelheden voor gebruik in de voorkeursinvoer.
Tips voor afdruktaken en -materiaal Papierstoringen voorkomen De meeste storingen kunt u vermijden door het afdrukmateriaal op de juiste wijze te plaatsen. • Plaats nooit gekreukt, gevouwen of vochtig afdrukmateriaal. • Gebruik nooit verschillende soorten afdrukmateriaal door elkaar in één lade. • Buig het papier, waaier het uit en maak er een rechte stapel van voordat u het in de printer plaatst. • Zorg dat de stapel niet hoger is dan de aangegeven maximale hoogte.
Tips voor afdruktaken en -materiaal Vastgelopen papier verwijderen Wanneer een papierstoring optreedt, stopt de printer en gaat het lampje Fout op het bedieningspaneel knipperen. Bekijk de combinaties van lampjes voor secundaire foutcodes (zie Codes op het bedieningspaneel voor de Lexmark E120 op pagina 12 of Codes op het bedieningspaneel voor de Lexmark E120n op pagina 28) om de locatie van de papierstoring vast te stellen.
Tips voor afdruktaken en -materiaal 3 Open de bovenklep en verwijder vastgelopen afdrukmateriaal uit de papierbaan. VOORZICHTIG: Het verhittingsstation kan heet zijn. Wees voorzichtig als u de bovenklep opent om vastgelopen papier te verwijderen uit het verhittingsgedeelte; zorg ervoor dat u zich niet bezeert. 4 Open de voorklep door de ontgrendelingsknop naar links te schuiven.
Tips voor afdruktaken en -materiaal 5 Trek de voorklep omhoog totdat deze in een open positie vastklikt en verwijder vastgelopen afdrukmateriaal. 6 Om afdrukmateriaal achter de tonercartridge te verwijderen, moet u mogelijk de tonercartridge verwijderen. Pak hiertoe de handgreep van de cartridge vast en trek de cartridge recht uit de printer.
Tips voor afdruktaken en -materiaal 7 Plaats de tonercartridge op een vlakke, schone ondergrond. 8 Plaats de tonercartridge weer in de printer door deze langs de geleiders naar binnen te schuiven.
Tips voor afdruktaken en -materiaal 9 10 Sluit de voorklep door met uw duim goed op het midden van de voorklep te drukken totdat de klep dichtklikt. Controleer of alle andere kleppen goed zijn gesloten en druk op Doorgaan om door te gaan met afdrukken. Opmerking: De pagina waardoor de papierstoring werd veroorzaakt, wordt opnieuw afgedrukt.
4 Taken afdrukken Sectie Pagina Afdrukken vanuit de voorkeursinvoer 61 Op beide zijden van het papier afdrukken (handmatig dubbelzijdig afdrukken) 63 Meerdere pagina-afbeeldingen op één vel afdrukken (N-up afdrukken) 64 Afdrukken op briefhoofdpapier 66 Afdruktaak annuleren 67 Taken afdrukken 60
Taken afdrukken Afdrukken vanuit de voorkeursinvoer De voorkeursinvoer waarin meerdere vellen afdrukmateriaal kunnen worden geplaatst, bevindt zich aan de voorkant van de printer, net boven lade 1. De invoer heeft aan weerszijden een verstelbare geleider en gebruikt de afdekklep van lade 1 als baan voor het afdrukmateriaal. U kunt de voorkeursinvoer gebruiken om snel afdrukken te maken op papiersoorten of formaten die op dat moment niet in lade 1 zijn geplaatst.
Taken afdrukken 10 Houd beide zijden van het afdrukmateriaal dicht bij de voorkeursinvoer en schuif het materiaal naar binnen tot het niet verder kan. Opmerking: Duw de stapel niet met veel kracht in de printer. Doet u dit wel, dan kan het afdrukmateriaal vastlopen. 11 Druk op de knipperende knop Doorgaan om de afdruktaak uit te voeren. Vanaf een Macintosh-computer 1 Klik op Archief Æ Pagina-instelling. 2 Selecteer een printer in het pop-upmenu Stel in.
Taken afdrukken Op beide zijden van het papier afdrukken (handmatig dubbelzijdig afdrukken) Door af te drukken op beide zijden van het papier kunt u de totale afdrukkosten verlagen en gaat u milieuvriendelijk te werk. Op een Macintosh kunt u niet handmatig dubbelzijdig afdrukken. Volg in Windows onderstaande aanwijzingen om dubbelzijdig af te drukken (handmatig dubbelzijdig afdrukken). Gebruik lade 1 om het eerste gedeelte van een dubbelzijdige afdruktaak af te drukken.
Taken afdrukken Handmatig dubbelzijdig afdrukken op een Windows-computer: 1 Klik op Bestand Æ Afdrukken. 2 Klik op Voorkeuren (of Opties, Printer of Instellingen, afhankelijk van de toepassing) om de instellingen van het printerstuurprogramma te bekijken. 3 Selecteer Dubbelzijdig afdrukken op het tabblad Pagina-indeling. 4 Selecteer Lange zijde of Korte zijde. 5 Selecteer Handmatig dubbelzijdig afdrukken. 6 Klik op het tabblad Papier. 7 Selecteer de geschikte invoeropties voor de taak.
Taken afdrukken Vanaf een Windows-computer 1 Kies in de softwaretoepassing Bestand Æ Afdrukken. 2 Klik op Voorkeuren (of Opties, Printer of Instellingen, afhankelijk van de toepassing) om de instellingen van het printerstuurprogramma te bekijken. 3 Selecteer het aantal afbeeldingen per vel op het tabblad voor pagina-indeling in het gedeelte voor het afdrukken van meerdere pagina's en geef de afdrukstand op.
Taken afdrukken Afdrukken op briefhoofdpapier Als u afdrukt op briefhoofdpapier, dient u er op te letten dat u het papier in de juiste richting plaatst. • • Lade 1 - Plaats briefpapier met de voorbedrukte zijde omhoog en de bovenzijde (het logo) eerst. Prioriteitsinvoer - Plaats briefpapier met de voorbedrukte zijde omhoog en de bovenzijde (het logo) eerst. Vanaf een Windows-computer 1 Klik op Bestand Æ Afdrukken.
Taken afdrukken Afdruktaak annuleren U kunt een afdruktaak annuleren vanaf het bedieningspaneel of via de computer. Wanneer een taak wordt geannuleerd, wordt op het bedieningspaneel de combinatie van lampjes voor Taak annuleren weergegeven (zie Taak annuleren/Printer opnieuw instellen op pagina 14 of 30). Via het bedieningspaneel van de printer Druk op Annuleren om de actieve afdruktaak te annuleren. Houd de knop Annuleren ingedrukt om de printer in te stellen op de standaardwaarden.
5 Supplies Sectie Pagina Benodigde supplies 69 Supplies bestellen 69 Supplies bewaren 70 Zuinig omgaan met supplies 70 Supplybehoefte inschatten 70 De resterende hoeveelheid toner in de tonercartridge en de fotoconductorkit met lange levensduur controleren 70 De tonercartridge vervangen 71 De fotoconductorkit met lange levensduur vervangen 74 Lexmark-retourneringsprogramma voor tonercartridges 77 Recycling van Lexmark-producten 77 Supplies 68
Supplies Benodigde supplies Er zijn twee vervangbare supplies: de fotoconductorkit met lange levensduur en de tonercartridge. Met de fotoconductorkit met lange levensduur kunnen normaal gesproken maximaal 25.000 pagina's worden afgedrukt (bij een tonerdekking van ongeveer 5%, op letter/A4-papier met afdrukken in tussenpozen, in een gemiddelde klasse B-omgeving). Hoe vaak de fotoconductorkit met lange levensduur moet worden vervangen, hangt van de toestand af waarin de printer zich bevindt.
Supplies Supplies bewaren Bewaar supplies in een koele, schone ruimte. Bewaar supplies rechtop in de originele verpakking tot het moment dat ze moeten worden gebruikt. Stel de printersupplies niet bloot aan: • • • • • • direct zonlicht; temperaturen boven 35 °C; hoge vochtigheidsgraad (boven 80%); zilte lucht; corroderende gassen; grote hoeveelheden stof.
Supplies De tonercartridge vervangen 1 Verwijder alle afgedrukte pagina's uit de uitvoerlade. 2 Open de voorklep door de ontgrendelingsknop naar links te schuiven en de klep omhoog te trekken totdat deze in een open positie vastklikt. 3 Verwijdert de tonercartridge door de handgreep ervan vast te pakken en de cartridge uit de printer te trekken.
Supplies 4 Pak de nieuwe tonercartridge uit. Opmerking: U kunt het verpakkingsmateriaal van de nieuwe cartridge gebruiken om de oude cartridge terug te sturen naar Lexmark voor recycling. Raadpleeg Lexmark-retourneringsprogramma voor tonercartridges op pagina 77 voor meer informatie. 5 Verwijder het rode, plastic verpakkingsmateriaal uit de cartridge door de handgreep van de cartridge vast te pakken en het materiaal weg te trekken van de cartridge.
Supplies 7 Plaats de nieuwe tonercartridge door de zijden van de tonercartridge uit te lijnen met de geleiders in de printer en druk de cartridge vervolgens zo ver mogelijk naar binnen. Als de cartridge niet verder kan, is deze correct geplaatst. 8 Sluit de voorklep en druk op Doorgaan om door te gaan met afdrukken.
Supplies De fotoconductorkit met lange levensduur vervangen Waarschuwing: Raak de blauwe trommel van de fotoconductorkit met lange levensduur niet aan wanneer u de kit vervangt. Hierdoor wordt de fotoconductorkit vervuild en neemt de afdrukkwaliteit af. 1 Open de achterklep door de ontgrendelingsknop maar rechts te schuiven. 2 Verwijder de fotoconductorkit met lange levensduur door deze aan de nokjes uit de printer te trekken.
Supplies 3 Haal de nieuwe fotoconductorkit met lange levensduur uit de verpakking en let erop dat u de blauwe trommel niet aanraakt wanneer u de schuimrubber afdekklep verwijdert. Houd de fotoconductorkit met lange levensduur alleen vast aan de nokjes. Waarschuwing: Als u de blauwe trommel aanraakt, wordt de rol vervuild en neemt de afdrukkwaliteit af. Opmerking: Zie Recycling van Lexmark-producten op pagina 77 voor informatie over het recyclen van de oude fotoconductorkit met lange levensduur.
Supplies 5 Druk de nokjes stevig aan met uw duimen totdat de fotoconductorkit met lange levensduur vastklikt. 6 Sluit de achterklep. Waarschuwing: Laat de achterklep niet langer open dan noodzakelijk is. Door langdurige blootstelling aan licht kan de blauwe trommel van de fotoconductorkit beschadigd raken en kunnen problemen met de afdrukkwaliteit optreden.
Supplies Lexmark-retourneringsprogramma voor tonercartridges Het Lexmark-retourneringsprogramma voor tonercartridges is bedoeld om het milieu te sparen. Dit programma houdt in dat Lexmark nieuwe tonercartridges tegen een speciale prijs verkoopt op voorwaarde dat de lege cartridges (zonder kosten) alleen naar Lexmark worden geretourneerd. De cartridges worden vervolgens gerecycled. Lexmark verkoopt eveneens gewone cartridges tegen een normale prijs.
6 Problemen oplossen Sectie Pagina Algemene problemen 79 Problemen met de afdrukkwaliteit 81 Problemen oplossen 78
Problemen oplossen Algemene problemen Probleem Oplossing/Antwoord De lampjes gaan knipperen. Raadpleeg Informatie over de lampjes op het bedieningspaneel van de Lexmark E120 op pagina 10. Er ontbreken tekens wanneer ik afdruk op enveloppen Controleer in de instellingen van het printerstuurprogramma of Envelop is geselecteerd in het menu Papiersoort. Als Envelop is geselecteerd, stelt u de printer in op een ruwere papierstructuur.
Problemen oplossen Probleem Oplossing/Antwoord Afdrukmateriaal loopt vast 1 Open de bovenklep. Verwijder papier dat is vastgelopen in het verhittingsstation. 2 Open de achterklep door de ontgrendelingsknop naar rechts te schuiven. Verwijder het vastgelopen papier uit de papierbaan. Laat de achterklep niet langer open dan noodzakelijk is. Door langdurige blootstelling aan licht kan de blauwe trommel van de fotoconductorkit beschadigd raken en kunnen problemen met de afdrukkwaliteit optreden.
Problemen oplossen Problemen met de afdrukkwaliteit Veel problemen met betrekking tot de afdrukkwaliteit kunnen worden opgelost door supplies of onderdelen te vervangen die het einde van hun normale levensduur hebben bereikt. Raadpleeg de volgende tabel voor oplossingen. Symptoom Oorzaak Oplossing Witte lijnen De tonercartridge of het verhittingsstation is stuk. Vervang zo nodig de tonercartridge of het verhittingsstation.
Problemen oplossen Symptoom Oorzaak Oplossing De afdruk is licht • De ingestelde waarde voor Tonerintensiteit is te laag. • Het gebruikte papier voldoet niet aan de printerspecificaties. • De toner in de tonercartridge is bijna op. • De tonercartridge is defect. • Selecteer een andere instelling voor tonerintensiteit met behulp van het printerstuurprogramma voordat u de afdruktaak naar de printer stuurt. • Vervang het papier. Gebruik papier uit een nieuw pak.
Problemen oplossen Symptoom Oorzaak Oplossing Onregelmatige afdrukintensiteit De tonercartridge is defect. Verwijder de tonercartridges en plaats deze weer in de printer. Als het probleem zich blijft voordoen, vervangt u de tonercartridge. Schaduwafbeeldingen De optie voor het type afdrukmateriaal in het printerstuurprogramma is verkeerd ingesteld. Zorg ervoor dat het juiste type afdrukmateriaal is ingesteld voor het papier of het speciale afdrukmateriaal dat wordt gebruikt.
Problemen oplossen Symptoom Oorzaak Oplossing Strepen onder aan de afgedrukte pagina. De fotoconductorkit met lange levensduur is versleten. Vervang de fotoconductorkit met lange levensduur. Oneven afdrukken De tonercartridge is niet correct geïnstalleerd. Verwijder de tonercartridge en plaats deze vervolgens opnieuw. Verkeerde marges Het formaat van het afdrukmateriaal dat is ingesteld in het printerstuurprogramma stemt niet overeen met het formaat van het papier in de lade.
Problemen oplossen Symptoom Oorzaak Oplossing Effen zwarte pagina's • De tonercartridge is defect. • De printer vereist onderhoud. • De fotoconductorkit met lange levensduur is defect. • Verwijder de tonercartridges en plaats deze weer in de printer. Als het probleem zich blijft voordoen, vervangt u de tonercartridge. • Neem contact op met een onderhoudsmonteur. • Vervang de fotoconductorkit met lange levensduur.
Kennisgevingen Conventies Opmerking: Een opmerking bevat nuttige informatie. VOORZICHTIG: De aanduiding voorzichtig heeft betrekking op gevaar voor letsel. Waarschuwing: Een waarschuwing geeft aan dat het product of de bijbehorende software kan worden beschadigd.
Kennisgevingen WEEE-richtlijn (Waste from Electrical and Electronic Equipment) Koreaanse MIC-verklaring Als dit symbool op uw product staat, geldt de betreffende verklaring. Deze apparatuur is volgens de EMC geregistreerd als een huishoudelijk product. Het kan in alle gebieden worden gebruikt, waaronder woonwijken. Geluidsniveaus De volgende maatregelen zijn genomen in overeenstemming met ISO 7779 en zijn gerapporteerd conform ISO 9296.
Register A berichten zie combinaties van lampjes op bedieningspaneel bezig 13, 29 briefhoofdpapier 48, 66 bronnen opslaan uit 42 Buffer wordt gewist 14, 30 aan/uit-knop 6 afdrukken briefhoofdpapier 66 dubbelzijdig 63 meerdere pagina's (N-up) 64 menu-instellingen 45 netwerkinstellingen 45 afdrukmateriaal 5 formaten 47 kiezen 47 opslag 47 plaatsen 47 soorten 47 afdruktaken annuleren vanaf een Windows-computer 67 via het bedieningspaneel van de printer 67 algemene problemen 79 C cartridge vervangen 17, 33 C
Register K S Kabelvergrendeling 6 karton 49 knoppen 6, 7, 25, 32 schuif met tweevoudige werking 5 secundaire foutcodes Geheugen is vol 21, 37 Netwerkinterfacefouten 38 Onvoldoende geheugen voor sorteren 19, 36 Pagina is te complex 18, 34 Papier is te kort 23, 43 standaardgeheugen 16 MB 5 8 MB 5 standaardwaarden, herstellen 45 storingen verhelpen 55 voorkomen 54 storingen verhelpen 55 supplies besparen 70 bestellen 69 opslag 70 recyclen 77 schatten 70 supplies recyclen 77 L lampjes 10, 26 Lettertypelijs