CX510 Series Gebruikershandleiding September 2014 Machinetype(n): 7527 Model(len): 636, 637 www.lexmark.
Inhoudsopgave 2 Inhoudsopgave Informatie over veiligheid............................................................................7 Omgaan met de printer................................................................................9 Informatie zoeken over de printer............................................................................................................9 Een plaats voor de printer bepalen................................................................................................
Inhoudsopgave 3 Netwerkfunctionaliteit............................................................................................................................39 Printerconfiguratie controleren..............................................................................................................42 Papier en speciaal afdrukmateriaal plaatsen..............................................44 Papiersoort en papierformaat instellen......................................................................
Inhoudsopgave 4 Een document per e-mail verzenden......................................................................................................88 E-mailinstellingen aanpassen..................................................................................................................89 Een e-mail annuleren..............................................................................................................................90 Informatie over de e-mailopties...............................
Inhoudsopgave 5 Niet-vluchtig geheugen wissen.............................................................................................................205 Geheugen op de vaste schijf wissen......................................................................................................206 Codering vaste schijf van printer instellen............................................................................................206 Zoeken naar beveiligingsgegevens van de printer..........................
Inhoudsopgave 6 Printerproblemen oplossen...................................................................................................................270 Problemen met afdrukken oplossen.....................................................................................................276 Problemen met kopiëren oplossen.......................................................................................................304 Problemen bij het faxen oplossen...........................................
Informatie over veiligheid 7 Informatie over veiligheid Sluit het netsnoer rechtstreeks aan op een geaard stopcontact dat zich dicht in de buurt van het product bevindt en dat gemakkelijk bereikbaar is. LET OP—KANS OP LETSEL: U mag dit product niet gebruiken met verlengsnoeren, stekkerdozen, verdelers of andere typen stroom- of UPS-apparaten.
Informatie over veiligheid 8 LET OP—KANS OP LETSEL: U moet het netsnoer niet snijden, draaien, vastbinden, afknellen of zware objecten op het snoer plaatsen. Zorg dat er geen schaafplekken op het netsnoer kunnen ontstaan of dat het snoer onder druk komt te staan. Zorg dat het netsnoer niet bekneld raakt tussen twee objecten, zoals een meubelstuk en een muur. Als een van deze dingen gebeurt, is er een kans op brand of elektrische schokken. Controleer het netsnoer regelmatig op dergelijke problemen.
Omgaan met de printer 9 Omgaan met de printer Informatie zoeken over de printer Gewenste informatie Bron Eerste installatie-instructies: Installatiedocumentatie: de installatiedocumentatie wordt bij de printer geleverd en is tevens verkrijgbaar op de website van Lexmark op http://support.lexmark.com. • De printer aansluiten op • De printersoftware installeren Extra installatieopties en instructies voor Gebruikershandleiding en Naslagkaart: de handleidingen zijn beschikbaar op http://support.lexmark.
Omgaan met de printer 10 Gewenste informatie Bron De nieuwste aanvullende informatie, updates en klantenondersteuning: Ondersteuningswebsite van Lexmark—http://support.lexmark.com • • • • • Documentatie Stuurprogramma's downloaden Ondersteuning via live-chat Ondersteuning per e-mail Telefonische ondersteuning Opmerking: Selecteer uw land of regio en selecteer vervolgens uw product om de juiste ondersteuningssite weer te geven.
Omgaan met de printer 11 5 3 4 2 1 1 Rechterkant 304,8 mm (12 inch) 2 Voorkant 508 mm (20 inch) 3 Linkerkant 76,2 mm (3 inch) 4 Achterkant 101,6 mm (4 inch) 5 Bovenkant 291,7 mm (11,5 inch) Printerconfiguraties LET OP—KAN OMVALLEN: Voor configuraties die op de grond staan, zijn extra onderdelen nodig ter bevordering van de stabiliteit. Als u meerdere invoeropties gebruikt, dient u een printerstandaard of een printerbasis te gebruiken.
Omgaan met de printer Basismodellen 1 Bedieningspaneel van de printer 2 Automatische documentinvoer (ADI) 3 Standaarduitvoerlade 4 Bovenklep 5 Rechterzijklep 6 Standaardlade voor 250 vel (lade 1) 7 Handmatige invoer 8 Optionele duolade voor 650 vel met een geïntegreerde multifunctionele invoer (lade 2) 9 Optionele lade voor 550 vel (lade 3) Informatie over de standaardfuncties van de printer • • • • • Snel kopieën maken of de printer instellen voor specifieke kopieertaken.
Omgaan met de printer 13 De ADF en de glasplaat gebruiken Glasplaat A B C Automatische documentinvoer (ADI) Gebruik de glasplaat voor documenten van één pagina of boekpaGebruik de ADI als u documenten met meerdere pagina's wilt gina's, kleine items (zoals briefkaarten of foto's), transparanten, scannen, inclusief dubbelzijdig afgedrukte (duplex) pagina's. fotopapier of dunne voorwerpen (zoals knipsels uit tijdschriften).
Informatie over het bedieningspaneel 14 Informatie over het bedieningspaneel Het bedieningspaneel van de printer gebruiken 1 8 Onderdeel 3 2 7 6 4 5 Tot 1 Display 2 Startscherm (knop) Naar het startscherm gaan. 3 Slaapknop De slaapstand of sluimerstand inschakelen. 4 Toetsenblok Nummers, letters of symbolen invoeren. 5 indicatielampje De status van de printer controleren. 6 Start Een taak starten afhankelijk van de geselecteerde modus.
Informatie over het bedieningspaneel 15 1 2 3 4 5 6 14 7 13 8 12 11 Aanraken 10 9 Tot 1 Taal wijzigen Hiermee kunt u het pop-upvenster Taal wijzigen weergeven, waarmee u de hoofdtaal van de printer kunt wijzigen. 2 Kopiëren De kopieermenu's openen en kopieën maken. 3 Fax De faxmenu's openen en faxen verzenden. 4 E-mail De e-mailmenu's openen en e-mails verzenden. 5 FTP De FTP-menu's (File Transfer Protocol) openen en documenten rechtstreeks naar een FTP-server scannen.
Informatie over het bedieningspaneel Aanraken 14 16 Tot Wachttaken zoeken Zoek naar een of meer van de volgende items: • • • • • Gebruikersnamen voor in de wacht geplaatste of vertrouwelijke afdruktaken Namen van taken in de wacht, exclusief vertrouwelijke afdruktaken Profielnamen Bladwijzerhouders of namen van afdruktaken USB-houder of namen van afdruktaken voor ondersteunde bestandstypen Functies Functie Beschrijving Menupad Bijv.
Informatie over het bedieningspaneel 17 Lampje van slaapknop Printerstatus Uit De printer is uitgeschakeld, niet actief of staat in de stand Gereed. Brandt oranje De printer bevindt zich in de slaapstand. Knippert oranje De sluimerstand van de printer wordt in- of uitgeschakeld. Knippert oranje volgens een langzaam patroon waarbij de knop 0,1 seconde brandt en 1,9 seconde uit gaat. De sluimerstand van de printer is actief.
Informatie over het bedieningspaneel Aanraken Annuleren He&rstellen Resultaat • Een actie of een selectie annuleren. • Een venster sluiten en terugkeren naar het vorige venster zonder wijzigingen op te slaan. Waarden op het scherm herstellen.
Toepassingen van het startscherm instellen en gebruiken 19 Toepassingen van het startscherm instellen en gebruiken Opmerkingen: • Het startscherm van uw apparaat kan er anders uitzien, afhankelijk van de aangepaste instellingen, beheerdersinstellingen en actieve ingesloten toepassingen. Sommige toepassingen worden alleen ondersteund op bepaalde printermodellen. • Het kan zijn dat er andere oplossingen en toepassingen verkrijgbaar zijn. Ga voor meer informatie naar www.lexmark.
Toepassingen van het startscherm instellen en gebruiken 20 • Door een netwerkconfiguratiepagina of pagina met menu-instellingen af te drukken of en het gedeelte TCP/IP te controleren Opmerking: Een IP-adres bestaat uit vier sets met cijfers gescheiden door punten, bijvoorbeeld 123.123.123.123. 2 Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk. 3 Druk op Enter.
Toepassingen van het startscherm instellen en gebruiken 21 Optie Resultaat Scannen naar FTP Scan documenten rechtstreeks naar een FTP-server (File Transfer Protocol). Zie “Scannen naar een FTP-adres” op pagina 118 voor meer informatie. Scannen naar netwerk Scan een document en verstuur het naar een gedeelde netwerkmap. Zie “Scannen via een netwerk instellen” op pagina 24 voor meer informatie.
Toepassingen van het startscherm instellen en gebruiken 22 • Voer op de plaats van de bladwijzer het juiste IP-adres van de hostcomputer in om er zeker van te zijn dat de locatie-instellingen van de bladwijzer correct zijn. Ga voor meer informatie over het verkrijgen van het IPadres van de hostcomputer naar: “Het IP-adres van de computer zoeken” op pagina 19. • Contoleer of de printer beschikt over de juiste toegangsrechten voor de map waar de bladwijzer is ingevoegd. 4 Klik op Toepassen.
Toepassingen van het startscherm instellen en gebruiken 23 – Wanneer u meerdere passen scant, zorg er dan voor dat de scanresolutie voor kleur niet meer dan 150 dpi is en voor zwart-wit niet meer dan 300 dpi. • Paginaranden—Selecteer het selectievakje om de gescande afbeelding te printen met een rand eromheen. 4 Klik op Toepassen. Als u de toepassing wilt gebruiken, raakt u Pas kopiëren in het beginscherm aan en volgt u de aanwijzingen.
Toepassingen van het startscherm instellen en gebruiken 24 Ga voor meer informatie over het verkrijgen van het IP-adres van de hostcomputer naar: “Het IP-adres van de computer zoeken” op pagina 19. 4 Klik op Toepassen. Als u de toepassing wilt gebruiken, raakt u Meerdere items verzenden in het beginscherm aan en volgt u de aanwijzingen op het display van de printer.
Toepassingen van het startscherm instellen en gebruiken 25 Het externe bedieningspaneel instellen Met deze toepassing kunt u het bedieningspaneel van de printer bedienen, zelfs als u niet in de buurt van de netwerkprinter bent. U kunt vanaf uw computer de printerstatus bekijken, taken in de wacht vrijgeven, bladwijzers maken en andere aan afdrukken gerelateerde taken uitvoeren. 1 Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk.
Toepassingen van het startscherm instellen en gebruiken 26 3 Om een configuratie voor meerdere toepassingen te exporteren of importen, voert u de volgende handelingen uit: a Klik op Instellingen >Importeren/exporteren. b Voer een van de volgende handelingen uit: • Om een configuratiebestand te exporteren, klikt u op Instellingenbestand Embedded Solutions exporteren en volgt u de instructies op het computerscherm om het configuratiebestand op te slaan.
Extra printer instellen 27 Extra printer instellen Interne opties installeren LET OP—KANS OP ELEKTRISCHE SCHOK: Als u toegang tot de controllerkaart wilt of optionele hardware of geheugenapparaten installeert nadat u de printer hebt ingesteld, moet u de printer uitschakelen en de stekker uit het stopcontact trekken voor u doorgaat. Als u andere apparaten hebt aangesloten op de printer, schakel deze dan ook uit en koppel de kabels los van de printer.
Extra printer instellen 28 Opmerking: Voor deze taak hebt u een schroevendraaier met platte kop nodig. 1 Draai de schroeven aan de achterkant van de printer linksom om ze te verwijderen. 2 Open de toegangsklep van de controllerkaart een klein stukje en schuif de klep naar rechts om deze te verwijderen. 2 1 3 Kijk waar de juiste connector zich op de controllerkaart bevindt.
Extra printer instellen 29 3 2 1 Flashgeheugenkaart of lettertypenkaart connector 2 Connector voor de vaste schijf van de printer 3 Connector voor geheugenkaart 1 4 Plaats de klep terug.
Extra printer instellen 30 5 Draai de schroeven rechtsom om de klep te vergrendelen. Geheugenkaart installeren LET OP—KANS OP ELEKTRISCHE SCHOK: Als u toegang tot de controllerkaart wilt of optionele hardware of geheugenapparaten installeert nadat u de printer hebt ingesteld, moet u de printer uitschakelen en de stekker uit het stopcontact trekken voor u doorgaat. Als u andere apparaten hebt aangesloten op de printer, schakel deze dan ook uit en koppel de kabels los van de printer.
Extra printer instellen 31 3 Breng de uitsparing (1) op de geheugenkaart op één lijn met de ribbel (2) op de connector. 1 2 4 Plaats de geheugenkaart recht in de connector en druk de kaart in de controllerkaart tot de geheugenkaart vastklikt. 1 2 5 Sluit de toegangsklep van de controllerkaart.
Extra printer instellen 32 Een optionele kaart installeren LET OP—KANS OP ELEKTRISCHE SCHOK: Als u toegang tot de controllerkaart wilt of optionele hardware of geheugenapparaten installeert nadat u de printer hebt ingesteld, moet u de printer uitschakelen en de stekker uit het stopcontact trekken voor u doorgaat. Als u andere apparaten hebt aangesloten op de printer, moet u deze ook uitschakelen en alle kabels losmaken die zijn aangesloten op de printer.
Extra printer instellen 33 4 Druk de kaart stevig op zijn plaats zoals op de afbeelding te zien is. Let op—Kans op beschadiging: Een onjuiste installatie van de kaart kan schade veroorzaken aan de kaart en de controllerkaart. Opmerking: De connector van de kaart moet over de gehele lengte in aanraking zijn met de controllerkaart. 5 Sluit de toegangsklep van de controllerkaart.
Extra printer instellen 34 LET OP—KANS OP ELEKTRISCHE SCHOK: Als u toegang tot de controllerkaart wilt of optionele hardware of geheugenapparaten installeert nadat u de printer hebt ingesteld, moet u de printer uitschakelen en de stekker uit het stopcontact trekken voor u doorgaat. Als u andere apparaten hebt aangesloten op de printer, schakel deze dan ook uit en koppel de kabels los van de printer.
Extra printer instellen 4 Breng de printer op gelijke hoogte met de duolade voor 650 vel en laat de printer op zijn plaats zakken.
Extra printer instellen 36 5 Bevestig de stofkappen. Opmerking: Nadat de printersoftware en eventuele hardwareopties zijn geïnstalleerd, is het wellicht nodig om de opties handmatig toe te voegen in het printerstuurprogramma om deze beschikbaar te maken voor afdruktaken. Zie “Beschikbare opties van het printerstuurprogramma toevoegen” op pagina 38 voor meer informatie. Kabels aansluiten LET OP—KANS OP LETSEL: Gebruik de faxfunctie niet tijdens onweer.
Extra printer instellen 37 8 1 7 2 6 3 5 4 Onderdeel Tot 1 Poort voor USB/draadloos Bevestig een optionele draadloze netwerkadapter. 2 Poort voor beveiligingsslot Vergrendel de controllerkaart. 3 Aansluiting van de stroomkabel Sluit de printer aan op een goed geaard stopcontact. van de printer 4 LINE-poort Sluit de printer aan op een actieve telefoonlijn via een standaardwandaansluiting (RJ-11), DSL-filter, VoIP-adapter of een andere adapter waarmee u faxen kunt verzenden en ontvangen.
Extra printer instellen 3 Voor Macintosh-gebruikers: voeg de printer toe. Opmerking: Noteer het IP-adres van de printer uit het gedeelte TCP/IP van het menu Netwerk/poorten. Beschikbare opties van het printerstuurprogramma toevoegen Voor Windows-gebruikers 1 Open de printermap. Windows 8 Vanuit de charm Zoeken, typ uitvoeren, en navigeer dan naar: Uitvoeren > typ control printers >OK Windows 7 en eerder a Klik op of klik op Start en dan op Uitvoeren. b Typ control printers. c Druk op Enter of klik op OK.
Extra printer instellen 39 Netwerkfunctionaliteit Opmerkingen: • Koop voor u de printer op een draadloos netwerk aansluit een MarkNetTM draadloze N8352-netwerkadapter. Voor informatie over het installeren van de draadloze netwerkadapter, raadpleegt u het de handleiding van de adapter. • Een SSID (Service Set Identifier) is een naam die is toegewezen aan een draadloos netwerk. Wired Equivalent Privacy (WEP), Wi-Fi Protected Access (WPA), WPA2 en 802.
Extra printer instellen 40 • Beveiligingsmethode: er zijn vier opties voor de beveiligingsmethode: – WEP-sleutel Als uw netwerk meerdere WEP-sleutels gebruikt, kunt u maximaal vier sleutels opgeven in de daarvoor bestemde plaatsen. Selecteer de sleutel die momenteel wordt gebruikt op het netwerk door de standaardsleutel voor WEP-verzending te selecteren. – Vooraf gedeelde sleutel/wachtwoord voor WPA/WPA2 WPA bevat codering als een extra beveiligingsniveau. U kunt kiezen uit AES of TKIP.
Extra printer instellen 41 Optie Functie Netwerken zoeken Beschikbare draadloze verbindingen weergeven. Opmerking: met dit menu-item geeft u de SSID's voor alle beveiligde en onbeveiligde netwerken weer. Netwerknaam invoeren Handmatig de SSID invoeren. Opmerking: zorg dat u de juiste SSID invoert. Wi‑Fi Protected Setup Printer aansluiten op een draadloos netwerk via Wi-Fi Protected Setup (WPS). 3 Volg de aanwijzingen op de display.
Extra printer instellen 42 De printer verbinden met een draadloos netwerk met de Embedded Web Server Controleer het volgende voor u begint: • De printer is tijdelijk aangesloten op een Ethernet-netwerk. • Op uw printer is een draadloze netwerkadapter geïnstalleerd en deze werkt correct. Raadpleeg voor meer informatie de instructies die bij de draadloze netwerkadapter zijn geleverd. 1 Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk.
Extra printer instellen 43 Netwerkconfiguratiepagina afdrukken Als de printer op een netwerk is aangesloten, kunt u de netwerkaansluiting controleren door een netwerkconfiguratiepagina af te drukken. Deze pagina bevat ook informatie die van belang is bij de configuratie van het afdrukken via een netwerk.
Papier en speciaal afdrukmateriaal plaatsen 44 Papier en speciaal afdrukmateriaal plaatsen Als u het juiste materiaal selecteert en dit correct plaatst, verbetert u de betrouwbaarheid van het afdrukken. Raadpleeg “Papierstoringen voorkomen” op pagina 238 en “Papier bewaren” op pagina 61 voor meer informatie.
Papier en speciaal afdrukmateriaal plaatsen 45 2 Als het papier langer is dan het Letter-formaat, drukt u op de lengtegeleider aan de achterkant van de lade en verschuift u deze om hem groter te maken. 1 2 3 Druk op het nokje van de lengtegeleider en schuif de geleider vervolgens naar de juiste positie voor het formaat papier dat u wilt plaatsen. 1 2 Opmerking: Stel de geleider in op de juiste positie met behulp van de aanduiding voor papierformaat onder in de lade.
Papier en speciaal afdrukmateriaal plaatsen 46 4 Druk op het nokje van de lengtegeleider en schuif de geleider vervolgens naar de juiste positie voor het formaat papier dat u wilt plaatsen. 1 2 Opmerking: Stel de geleiders in op de juiste positie met de aanduiding voor papierformaat onder in de lade. 5 Buig de vellen enkele malen en waaier ze uit. Vouw of kreuk het papier niet. Maak op een vlakke ondergrond de stapel recht. 6 Plaats de papierstapel met de aanbevolen afdrukzijde naar boven.
Papier en speciaal afdrukmateriaal plaatsen 47 8 Plaats de lade terug. 9 Geef de soort en het formaat van het papier in de lade op in het menu Papier op het bedieningspaneel van de printer. Opmerking: Als u verschillende soorten of formaten papier in een papierlade gebruikt, kan dit leiden tot storingen. papier in de handmatige invoer plaatsen De standaardlade voor 250 vel heeft een geïntegreerde handmatige invoer die kan worden gebruikt om vel na vel af te drukken op verschillende soorten papier.
Papier en speciaal afdrukmateriaal plaatsen 48 Papier in de lade voor 650 vel plaatsen De duolade voor 650 vel (Lade 2) bestaat uit een lade voor 550 vel en een geïntegreerde universeellader voor 100 vel. De lade wordt op dezelfde manier gevuld als de lade voor 250 vel en de optionele lade voor 550 vel en ondersteunt dezelfde papiersoorten en -formaten. De enige verschillen zijn het uiterlijk van de papiergeleiders en de locatie van de papierformaatindicatoren.
Papier en speciaal afdrukmateriaal plaatsen De universeellader vullen 1 Druk de hendel van de universeellader naar links. 2 Open de universeellader. 3 Trek het verlengstuk van de universeellader uit. Opmerking: trek voorzichtig aan het verlengstuk tot de universeellader volledig is uitgetrokken en geopend.
Papier en speciaal afdrukmateriaal plaatsen 50 4 Zorg dat het papier klaar is om geplaatst te worden. • Buig de vellen papier enkele malen om deze los te maken. Waaier de vellen vervolgens uit. Vouw of kreuk het papier niet. Maak op een vlakke ondergrond de stapel recht. • Houd transparanten bij de randen vast en waaier ze vervolgens uit. Maak op een vlakke ondergrond de stapel recht. Opmerking: Raak de afdrukbare zijde van transparanten niet aan. Zorg dat er geen krassen op komen.
Papier en speciaal afdrukmateriaal plaatsen 4 Verlengstuk van de lader 5 Aanduiding voor papierformaat 51 6 Plaats het papier en verstel de breedtegeleider zodat deze licht tegen de rand van de stapel papier drukt. • Plaats papier, karton en transparanten met de aanbevolen afdrukbare zijde naar beneden en met de bovenrand naar voren in de printer. • Plaats enveloppen met de klepzijde omhoog en tegen de rechterkant van de papiergeleider.
Papier en speciaal afdrukmateriaal plaatsen 52 Opmerkingen: • Controleer het IP-adres van de printer op het startscherm van de printer. Het IP-adres bestaat uit vier sets met cijfers gescheiden door punten: 123.123.123.123. • Als u een proxyserver gebruikt, moet u deze tijdelijk uitschakelen zodat de webpagina correct kan worden geladen. 2 Klik op Instellingen >Menu Papier. 3 De instellingen voor het papierformaat en de papiersoort wijzigen voor de laden die u wilt koppelen.
Papier en speciaal afdrukmateriaal plaatsen 53 Een aangepaste papiersoortnaam toewijzen Embedded Web Server gebruiken Wijs een aangepaste papiersoortnaam aan een lade toe bij het koppelen of ontkoppelen van laden. 1 Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk. Opmerkingen: • Controleer het IP-adres van de printer op het startscherm van de printer. Het IP-adres bestaat uit vier sets met cijfers gescheiden door punten: 123.123.123.123.
Papier en speciaal afdrukmateriaal plaatsen Het bedieningspaneel van de printer gebruiken 1 Blader in het beginscherm naar: >Menu Papier >Aangepaste soorten 2 Selecteer de aangepaste naam die u wilt configureren en raak Verzenden aan.
Handleiding voor papier en speciaal afdrukmateriaal 55 Handleiding voor papier en speciaal afdrukmateriaal Opmerkingen: • Controleer of de instellingen voor papierformaat, -soort en -gewicht correct zijn ingesteld op de computer of het bedieningspaneel. • Buig het speciale afdrukmateriaal, waaier het uit en maak er een rechte stapel van voordat u het materiaal in de printer plaatst. • De printer kan mogelijk langzamer werken om schade aan het verhittingsstation te voorkomen.
Handleiding voor papier en speciaal afdrukmateriaal 56 Bron Bezig met afdrukken van Afdrukbare zijde Papierafdrukstand Laden Dubbelzijdig afdrukken Afdrukzijde omlaag Plaats het vel met de onderzijde naar voren in de printer. Enkelzijdig Plaats het vel met de bovenzijde naar voren in de printer. C AB Handinvoer Afdrukzijde omlaag C AB Handinvoer Dubbelzijdig afdrukken Afdrukzijde omhoog Plaats het vel met de onderzijde naar voren in de printer.
Handleiding voor papier en speciaal afdrukmateriaal 57 Bron Bezig met afdrukken van Afdrukbare zijde Papierafdrukstand Universeellader Dubbelzijdig afdrukken Afdrukzijde omhoog Plaats het vel met de onderzijde naar voren in de printer. Opmerking: Informeer bij de fabrikant of leverancier of het gewenste voorbedrukte briefhoofdpapier geschikt is voor gebruik in laserprinters. Tips voor het gebruik van transparanten Maak eerst een testpagina voordat u grote hoeveelheden transparanten aanschaft.
Handleiding voor papier en speciaal afdrukmateriaal – – – – 58 postzegels bevatten een (gedeeltelijk) onbedekte plakstrook hebben als de klepzijde is gesloten of is dichtgeplakt; gebogen hoeken hebben; een ruwe, geplooide of gelaagde afwerking hebben. • Pas de breedtegeleiders aan zodat deze overeenkomen met de breedte van de enveloppen. • Buig de enveloppen en waaier ze uit om ze van elkaar los te maken voordat u ze in de lade plaatst. Maak op een vlakke ondergrond de stapel recht.
Handleiding voor papier en speciaal afdrukmateriaal 59 Richtlijnen voor papier Selecteer het juiste papier of speciale materiaal om het aantal afdrukproblemen te verminderen. Voor optimale afdrukkwaliteit kunt u het beste eerst een proefafdruk maken op het papier of het speciale afdrukmateriaal dat u wilt gebruiken voordat u hier grote hoeveelheden van aanschaft. Papiereigenschappen De volgende papiereigenschappen zijn van invloed op de afdrukkwaliteit en de betrouwbaarheid van de printer.
Handleiding voor papier en speciaal afdrukmateriaal 60 Glasvezelgehalte Kwalitatief hoogwaardig xerografisch papier bestaat meestal voor 100% uit chemisch behandelde houtpulp. Dit gehalte aan houtcellulose voorziet het papier van een grote mate van stabiliteit, waardoor er minder invoerproblemen optreden en de afdrukkwaliteit verbetert. Als papier andere vezels bevat, bijvoorbeeld van katoen, kan dat eerder leiden tot problemen bij de verwerking.
Handleiding voor papier en speciaal afdrukmateriaal 61 Gebruik geen inkt die wordt beïnvloed door de hars in de toner. Inktsoorten op basis van water of olie zouden aan deze vereisten moeten voldoen. Latex-inkt zou echter problemen kunnen opleveren. Neem in geval van twijfel contact op met uw papierleverancier.
Handleiding voor papier en speciaal afdrukmateriaal 62 Ondersteunde papierformaten, -soorten en -gewichten In de volgende tabellen vindt u informatie over standaardladen en optionele papierbronnen en over de papierformaten, -soorten en -gewichten die deze bronnen ondersteunen. Opmerking: Voor een papierformaat dat is niet geregistreerd, selecteert u het volgende, grotere formaat in de lijst.
Handleiding voor papier en speciaal afdrukmateriaal Papierformaat en afmeting Standaardlade voor 250 vel Folio 216 x 330 mm (8,5 x 13 inch) Duolade voor 650 vel 550 vel, ADF Glasplaat lade 550 vel, Multifuncvoor lade tionele voor invoer 1 Statement 140 x 216 mm (5,5 x 8,5 inch) X Universal 76 x 127 mm (3 x 5 inch) tot 216 x 356 mm (8,5 x 14 inch) X Universal 148 x 210 mm (5,8 x 8,3 inch) tot 216 x 356 mm (8,5 x 14 inch) Handmatige invoer 63 1,2 1 1,3 1 Modus voor dubbelzijdig afdrukken X
Handleiding voor papier en speciaal afdrukmateriaal Papierformaat en afmeting Standaardlade voor 250 vel Andere envelop 98 x 162 mm (3,9 x 6,3 inch) tot 176 x 250 mm (6,9 x 9,8 inch) X 1 64 Handmatige invoer Duolade voor 650 vel 550 vel, ADF Glasplaat lade 550 vel, Multifuncvoor lade tionele voor invoer X X 1 X Modus voor dubbelzijdig afdrukken X X De papierbron ondersteunt papierformaat zonder formaatdetectie.
Afdrukken 65 Afdrukken Formulieren afdrukken U kunt de toepassing Forms and Favorites (Formulieren en favorieten) gebruiken om snel en eenvoudig toegang te krijgen tot veelgebruikte formulieren of andere informatie die regelmatig wordt afgedrukt. Voordat u de toepassing kunt gebruiken, moet u deze eerst configureren op de printer. Zie “Formulieren en favorieten instellen” op pagina 21 voor meer informatie.
Afdrukken 66 Afdrukken in zwart-wit Blader in het startscherm naar: > Instellingen > Afdrukinstellingen > Menu Kwaliteit > Afdrukmodus > Alleen zwart > Verzenden Tonerintensiteit aanpassen 1 Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk. Opmerkingen: • Controleer het IP-adres van de printer op het startscherm van de printer. Het IP-adres bestaat uit vier sets met cijfers gescheiden door punten: 123.123.123.123.
Afdrukken 67 3 Selecteer Max. snelheid of Max. rendement in de lijst Printergebruik. 4 Klik op Verzenden. Het bedieningspaneel van de printer gebruiken 1 Blader in het beginscherm naar: >Instellingen >Afdrukinstellingen >Menu Instellen 2 Selecteer in de lijst voor printergebruik Max Speed (Max. snelheid) of Max Yield (Max. rendement). 3 Raak Indienen aan.
Afdrukken 68 2 Raak op het bedieningspaneel van de printer het document aan dat u wilt afdrukken. 3 Raak de pijlen aan voor een voorbeeld van het document. 4 Gebruik of om het aantal kopieën dat u wilt maken op te geven en raak Afdrukken aan. Opmerkingen: • Verwijder het flashstation pas uit de USB-poort wanneer het document is afgedrukt.
Afdrukken 69 Afdrukken vanaf een mobiel apparaat Ga naar www.lexmark.com/mobile om een compatibele toepassing voor mobiel afdrukken te downloaden. Opmerking: toepassingen voor mobiel afdrukken zijn mogelijk ook verkrijgbaar bij de fabrikant van uw mobiele apparaat. Afdrukken van vertrouwelijke taken en andere taken in de wachtrij Afdruktaken opslaan op de printer 1 Blader op het bedieningspaneel van de printer naar: >Beveiliging >Beveiligd afdrukken > en selecteer het type afdruktaak Optie Max.
Afdrukken 70 Afdrukken van vertrouwelijke taken en andere taken in de wachtrij Opmerking: Vertrouwelijke en gecontroleerde afdruktaken worden automatisch verwijderd uit het geheugen nadat ze zijn afgedrukt. Herhaalde en gereserveerde taken blijven bewaard op de printer tot u ze verwijdert. Voor Windows-gebruikers 1 Open een bestand en klik op Bestand >Afdrukken. 2 Klik op Eigenschappen, Voorkeuren, Opties of Instellen. 3 Klik op Afdruk- en wachttaken.
Afdrukken 71 • Als u een proxyserver gebruikt, moet u deze tijdelijk uitschakelen zodat de webpagina correct kan worden geladen. 2 Klik op Instellingen >Beveiliging >Instellingen beveiligd afdrukken. 3 Wijzig de instellingen: • Stel een waarde in voor het maximum aantal pogingen voor het invoeren van de PIN. Wanneer een gebruiker dat aantal overschrijdt, worden alle taken van die gebruiker verwijderd. • Stel een vervaltijd in voor vertrouwelijke afdruktaken.
Afdrukken Een afdruktaak annuleren vanaf de computer Voor Windows-gebruikers 1 Open de map Printers, en selecteer vervolgens uw printer. 2 Selecteer in de afdrukwachtrij de afdruktaak die u wilt annuleren en verwijder deze. Voor Macintosh-gebruikers 1 Ga vanuit Systeemvoorkeuren in het Apple-menu naar uw printer. 2 Selecteer in de afdrukwachtrij de afdruktaak die u wilt annuleren en verwijder deze.
Bezig met kopiëren 73 Bezig met kopiëren Glasplaat A B C Automatische documentinvoer (ADI) Gebruik de ADI voor documenten met meerdere pagina's, maar ook dubbelzijdig afgedrukte pagina's. Gebruik de glasplaat voor losse pagina's of boekpagina's, kleine items (zoals briefkaarten of foto's), transparanten, fotopapier of dunne voorwerpen (zoals knipsels uit tijdschriften).
Bezig met kopiëren 74 • Het ADF-indicatielampje begint te branden wanneer het papier correct is geplaatst. 2 Pas de papiergeleiders aan. 3 Blader in het beginscherm naar: Kopiëren > geef de kopieerinstellingen op >Kopiëren Kopiëren met de glasplaat 1 Plaats het originele document met de bedrukte zijde naar beneden in de linkerbovenhoek van de glasplaat.
Bezig met kopiëren 75 3 Ga naar: Kopiëren naar > selecteer de lade met de transparanten >Kopiëren Als er geen lades met transparanten zijn, gaat u naar: Handmatige invoer > > selecteer het formaat van de transparanten > >Transparanten > 4 Plaats transparanten in de universeellader en raak Kopiëren aan. Kopiëren op briefhoofdpapier 1 Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar boven en de korte zijde als eerste in de ADF-lade of met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat.
Bezig met kopiëren 76 Kopieerinstellingen aanpassen Kopiëren op een ander formaat 1 Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar boven en de korte zijde als eerste in de ADF-lade of met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat. Opmerkingen: • Plaats geen briefkaarten, foto's, kleine voorwerpen, transparanten, fotopapier of dun materiaal (zoals knipsels uit tijdschriften) in de ADF-lade. Plaats deze items op de glasplaat.
Bezig met kopiëren 77 Kopiëren op verschillende papierformaten Gebruik de ADI om originele documenten te kopiëren met verschillende papierformaten. Afhankelijk van de papierformaten die in de laden zijn geplaatst en de instellingen "Kopiëren naar" en "Kopiëren van", wordt elke kopie afgedrukt op verschillende papierformaten (voorbeeld 1) of passend gemaakt voor één formaat papier (voorbeeld 2).
Bezig met kopiëren 78 Opmerkingen: • Plaats geen briefkaarten, foto's, kleine voorwerpen, transparanten, fotopapier of dun materiaal (zoals knipsels uit tijdschriften) in de ADF-lade. Plaats deze items op de glasplaat. • Het ADF-indicatielampje begint te branden wanneer het papier correct is geplaatst. 2 Als u een document in de ADF-lade plaatst, dient u de papiergeleiders aan te passen.
Bezig met kopiëren 79 • Het ADF-indicatielampje begint te branden wanneer het papier correct is geplaatst. 2 Als u een document in de ADF-lade plaatst, dient u de papiergeleiders aan te passen. 3 Blader in het beginscherm naar: Kopiëren >Inhoud 4 Raak de knop aan die het beste de inhoud beschrijft van het document dat u wilt kopiëren. • Tekst: de inhoud van het originele document bestaat vooral uit tekst en lijnillustraties.
Bezig met kopiëren 80 3 Blader in het beginscherm naar: Kopiëren > voer het aantal exemplaren in >Sorteren > selecteer de volgorde van de pagina's > >Kopiëren Scheidingsvellen invoegen tussen exemplaren 1 Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar boven en de korte zijde als eerste in de ADF-lade of met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat.
Bezig met kopiëren 81 3 Blader in het beginscherm naar: Kopiëren >Geavanceerde opties >Papierbesparing > selecteer de gewenste uitvoer > >Kopiëren Opmerking: Als Papierbesparing op Uit staat, is de optie Paginaranden afdrukken niet beschikbaar. Een aangepaste kopieertaak maken U gebruikt een aangepaste kopieertaak of taak om één kopieertaak samen te stellen uit een of meer sets originelen. Elke set kan volgens verschillende taakparameters worden gescand.
Bezig met kopiëren 82 Opmerkingen: • Plaats geen briefkaarten, foto's, kleine voorwerpen, transparanten, fotopapier of dun materiaal (zoals knipsels uit tijdschriften) in de ADF-lade. Plaats deze items op de glasplaat. • Het ADF-indicatielampje begint te branden wanneer het papier correct is geplaatst. 2 Als u een document in de automatische documentinvoer plaatst, dient u de papiergeleiders aan te passen.
Bezig met kopiëren 83 Een kopieertaak annuleren terwijl de pagina's worden afgedrukt 1 Raak Taak annuleren aan op het bedieningspaneel van de printer of druk op op het toetsenblok. 2 Raak de taak aan die u wilt annuleren en raak Geselecteerde taken verwijderen aan. Opmerking: Als u op raken. drukt op het toetsenblok, kunt u terugkeren naar het startscherm door Hervatten aan te Informatie over de kopieeropties Kopiëren van Met deze optie kunt u het papierformaat van het originele document selecteren.
Bezig met kopiëren 84 Exemplaren Met deze optie kunt u het aantal exemplaren instellen dat u wilt afdrukken. Zijden (duplex) Met deze optie kunt u enkel- of dubbelzijdige kopieën maken van enkel- of dubbelzijdige originele documenten. Sorteren Met deze optie houdt u de pagina's van een afdruktaak op volgorde als u meerdere exemplaren van het document afdrukt. Inhoud Met deze optie kunt u het type en de bron van het originele document instellen.
Bezig met kopiëren 85 De geavanceerde opties gebruiken Maak een keuze uit de volgende instellingen: • Scheve items in ADI aanpassen: hiermee worden gescande afbeeldingen gecorrigeerd die een beetje schuin zijn wanneer ze worden ontvangen van de ADI-lade. • Duplex geavanceerd: hiermee kunt u de afdrukstand van het document opgeven, opgeven of documenten op één zijde of beide zijden bedrukt zijn en opgeven hoe documenten zijn gebonden.
E-mailen 86 E-mailen Glasplaat A B C Automatische documentinvoer (ADI) Gebruik de ADI voor documenten met meerdere pagina's, maar ook dubbelzijdig afgedrukte pagina's. Gebruik de glasplaat voor losse pagina's of boekpagina's, kleine items (zoals briefkaarten of foto's), transparanten, fotopapier of dunne voorwerpen (zoals knipsels uit tijdschriften). Printer instellen om e-mailberichten te verzenden De e-mailfunctie instellen 1 Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk.
E-mailen 87 3 Geef de juiste gegevens op en klik op Verzenden. Een e-mailsnelkoppeling maken Een e-mailsnelkoppeling maken met de Embedded Web Server 1 Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk. Opmerkingen: • Controleer het IP-adres van de printer op het startscherm van de printer. Het IP-adres bestaat uit vier sets met cijfers gescheiden door punten: 123,123.123,123.
E-mailen 88 Een document per e-mail verzenden Opmerking: U kunt ook een e-mail verzenden via de Multi Send- of MyShortcut-toepassing vanaf het beginscherm. Zie “Toepassingen in het beginscherm activeren” op pagina 21 voor meer informatie. E-mail verzenden met het bedieningspaneel van de printer 1 Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar boven en de korte zijde als eerste in de ADF-lade of met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat.
E-mailen 89 Een e-mail verzenden via het adresboek 1 Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar boven en de korte zijde als eerste in de ADF-lade of met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat. Opmerkingen: • Plaats geen briefkaarten, foto's, kleine voorwerpen, transparanten, fotopapier of dun materiaal (zoals knipsels uit tijdschriften) in de ADF-lade. Plaats deze items op de glasplaat. • Het ADF-indicatielampje begint te branden wanneer het papier correct is geplaatst.
E-mailen 90 3 Selecteer het bestandstype dat u wilt verzenden. Opmerking: Als u Beveiligde PDF hebt geselecteerd, wordt u twee keer gevraagd uw wachtwoord in te voeren. 4 Druk op >Verzenden. Een e-mail annuleren • Als u de ADF gebruikt, raakt u Taak annuleren aan als Bezig met scannen wordt weergegeven. • Als u de glasplaat gebruikt, raakt u Taak annuleren aan als Bezig met scannen wordt weergegeven of als Volgende pagina scannen/Taak voltooien wordt weergegeven.
E-mailen 91 Inhoud Met deze optie kunt u het type en de bron van het originele document instellen. Maak een keuze uit de volgende inhoudstypen: • Afbeeldingen: het originele document bestaat vooral uit zakelijke illustraties zoals cirkeldiagrammen, staafdiagrammen en animaties. • Foto: het originele document bestaat vooral uit foto's of afbeeldingen. • Tekst: de inhoud van het originele document bestaat vooral uit tekst en lijnillustraties.
E-mailen 92 Pagina-instelling Met deze optie kunt u de volgende instellingen wijzigen: • Zijden (Duplex): hiermee wordt ingesteld of het originele document op één zijde of op beide zijden van het papier bedrukt is. Tevens wordt hiermee aangegeven wat moet worden gescand voor de e-mailbijlage. • Afdrukstand: hiermee wordt de afdrukstand van het originele document ingesteld en worden de instellingen voor Zijden (Duplex) en Inbinden afgestemd op de afdrukstand.
Faxen 93 Faxen Glasplaat A B C Automatische documentinvoer (ADI) Gebruik de ADI voor documenten met meerdere pagina's, maar ook dubbelzijdig afgedrukte pagina's. Gebruik de glasplaat voor losse pagina's of boekpagina's, kleine items (zoals briefkaarten of foto's), transparanten, fotopapier of dunne voorwerpen (zoals knipsels uit tijdschriften). Printer instellen voor faxen LET OP—KANS OP ELEKTRISCHE SCHOK: Gebruik de faxfunctie niet tijdens onweer.
Faxen 94 Eerste faxconfiguratie In veel landen en regio's is het verplicht dat uitgaande faxen de volgende informatie bevatten boven of onder aan elke verzonden pagina, of op de eerste pagina van de verzending: faxnaam (identificatie van afzender: een bedrijf of andere entiteit, of een persoon) en faxnummer (telefoonnummer van het verzendende faxapparaat, een bedrijf of andere entiteit, of een persoon).
Faxen 95 4 Geef in het veld Faxnummer het faxnummer van de printer op. 5 Klik op Verzenden. Een faxverbinding kiezen Scenario 1: standaardtelefoonlijn Configuratie 1: printer is aangesloten op een aparte faxlijn Verbinding instellen: 1 Sluit een uiteinde van de meegeleverde telefoonkabel aan op de -poort van de printer. 2 Sluit het andere uiteinde van de telefoonkabel aan op een werkende analoge wandcontactdoos.
Faxen 96 Configuratie 2: printer deelt de lijn met een antwoordapparaat Aangesloten op dezelfde wandaansluiting voor telefoons PHONE LINE Verbinding instellen: 1 Sluit een uiteinde van de meegeleverde telefoonkabel aan op de -poort van de printer. 2 Sluit het andere uiteinde van de telefoonkabel aan op een werkende analoge wandcontactdoos. 3 Sluit het antwoordapparaat aan op de -poort van de printer.
Faxen 97 Aangesloten op verschillende wandaansluitingen PHONE LINE Verbinding instellen: 1 Sluit een uiteinde van de meegeleverde telefoonkabel aan op de -poort van de printer. 2 Sluit het andere uiteinde van de telefoonkabel aan op een werkende analoge wandcontactdoos. Tips voor deze configuratie: • Als voor uw lijn slechts één telefoonnummer is ingesteld, moet u de printer instellen op het automatisch ontvangen van faxen (Automatisch beantwoorden: Aan).
Faxen 98 Configuratie 3: printer deelt de lijn met een telefoon met een abonnement op een voicemaildienst Verbinding instellen: 1 Sluit een uiteinde van de meegeleverde telefoonkabel aan op de -poort van de printer. 2 Sluit het andere uiteinde van de telefoonkabel aan op een werkende analoge wandcontactdoos. 3 Sluit de telefoon aan op de -poort van de printer. Tips voor deze configuratie: • Deze configuratie is het meest geschikt als u een abonnement op een speciaal belsignaal hebt.
Faxen 99 Scenario 2: Digital Subscriber Line (DSL) DSL splitst een gewone telefoonlijn in twee kanalen: spraakoproepen en internet. Telefoon- en faxsignalen worden beide via het spraakkanaal verzonden terwijl internetsignalen via het andere kanaal worden verzonden. Zo kunt u dezelfde lijn tegelijkertijd gebruiken voor analoge spraakoproepen (waaronder faxen) en digitale internettoegang.
Faxen 100 Scenario 3: VoIP-telefoondienst Verbinding instellen: 1 Sluit een uiteinde van de meegeleverde telefoonkabel aan op de -poort van de printer. 2 Sluit het andere uiteinde van de kabel aan op de poort met het label Phone Line 1 (telefoonlijn 1) of Phone Port (telefoonpoort) op de VoIP-adapter. Opmerking: De poort met het label Phone Line 2 (telefoonlijn 2) of Fax Port (faxpoort) is niet altijd actief.
Faxen 101 Tips voor deze configuratie: • Als u wilt controleren of de telefoonpoort op de VoIP-adapter actief is, sluit u een analoge telefoon aan op de telefoonpoort en luistert u of u een kiestoon hoort. Als u een kiestoon hoort, is de poort actief. • Als u twee telefoonpoorten nodig hebt voor uw apparaten, maar geen extra kosten wilt betalen, moet u de printer niet aansluiten op de tweede telefoonpoort. U kunt een telefoonsplitter gebruiken.
Faxen 102 1 Sluit een uiteinde van de meegeleverde telefoonkabel aan op de -poort van de printer. 2 Sluit het andere uiteinde van de kabel aan op de poort met het label Phone Line 1 (telefoonlijn 1) of Phone Port (telefoonpoort) op het kabelmodem. Opmerking: De poort met het label Phone Line 2 (telefoonlijn 2) of Fax Port (faxpoort) is niet altijd actief. VoIPaanbieders kunnen u extra geld in rekening brengen voor het activeren van een tweede telefoonpoort.
Faxen 103 Configuratie 2: De printer is aangesloten op een wandaansluiting; kabelmodem bevindt zich ergens anders in het gebouw 1 Sluit een uiteinde van de meegeleverde telefoonkabel aan op de -poort van de printer. 2 Sluit het andere uiteinde van de telefoonkabel aan op een werkende analoge telefoonwandcontactdoos. 3 Sluit uw analoge telefoon aan op de -poort van de printer.
Faxen 104 Wanneer de wandcontactdoos of de apparatuur in uw gebouw niet compatibel is met dit soort aansluitingen, dient u een telefoonadapter te gebruiken. Wanneer er in uw land of regio geen adapter bij de printer wordt geleverd, kunt u deze los aanschaffen. Er kan een plug zijn geïnstalleerd in de -poort van de printer.
Faxen 105 Printer aansluiten op een niet-RJ-11-wandaansluiting LINE EXT 1 Sluit een uiteinde van de meegeleverde telefoonkabel aan op de -poort van de printer. 2 Sluit het andere uiteinde van de kabel aan op de RJ-11-adapter en sluit de adapter vervolgens aan op de wandaansluiting. 3 Als u een ander apparaat (telefoon of antwoordapparaat) op deze wandaansluiting wilt aansluiten, moet u dit apparaat rechtstreeks aansluiten op de telefoonadapter als het apparaat een niet-RJ-11-connector heeft.
Faxen 106 De printer aansluiten op een wandaansluiting in Duitsland De Duitse wandaansluiting heeft twee soorten poorten. De N-poorten zijn voor faxapparaten, modems en antwoordapparaten. De F-poort is voor telefoons. N F N Sluit de printer aan op een van de N-poorten.
Faxen 107 1 Sluit een uiteinde van de meegeleverde telefoonkabel aan op de -poort van de printer. 2 Sluit het andere uiteinde van de telefoonkabel aan op de RJ‑11-adapter en sluit de adapter vervolgens aan op een N-poort. 3 Als u een telefoon en een antwoordapparaat wilt aansluiten op dezelfde wandaansluiting, moet u de apparaten aansluiten zoals aangegeven. Opmerking: Verwijder de adapterstekker niet uit de of cascade-geschakeld telefoonsysteem.
Faxen 108 • Als u een proxyserver gebruikt, moet u deze tijdelijk uitschakelen zodat de webpagina correct kan worden geladen. 2 Klik op Instellingen >Faxinstellingen >Analoge faxinstellingen. 3 Geef in het veld Faxnaam de naam op die moet worden afgedrukt op alle uitgaande faxen. 4 Geef in het veld Faxnummer het faxnummer van de printer op. 5 Klik op Verzenden. De datum en tijd instellen U kunt de datum en tijd instellen zodat op elke fax die u verzendt, de datum en tijd wordt afgedrukt.
Faxen 109 Een fax verzenden Fax verzenden met het bedieningspaneel van de printer 1 Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar boven en de korte zijde als eerste in de ADF-lade of met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat. Opmerkingen: • Plaats geen briefkaarten, foto's, kleine voorwerpen, transparanten, fotopapier of dun materiaal (zoals knipsels uit tijdschriften) in de ADF-lade. Plaats deze items op de glasplaat.
Faxen 110 Een fax versturen door een snelkoppelingsnummer te gebruiken Faxsnelkoppelingen werken zoals de nummers onder sneltoetsen op een telefoon of faxapparaat. Een snelkoppelingsnummer (1 – 999) kan één of meerdere ontvangers bevatten. 1 Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar boven en de korte zijde als eerste in de automatische documentinvoer of met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat.
Faxen 111 3 Blader in het beginscherm naar: Faxen > voer het faxnummer in >Opties >Vertraagd verzenden Opmerking: Als de Faxmodus op Faxserver staat ingesteld, wordt de knop Vertraagd verzenden niet weergegeven. Faxen die wachten op verzending, staan vermeld in de faxwachtrij. 4 Geef de tijd op waarop u de fax wilt verzenden en raak aan. 5 Raak Faxen aan. Opmerking: Het document wordt op het geplande tijdstip gescand en gefaxt.
Faxen 112 Een snelkoppeling voor een faxbestemming maken met het bedieningspaneel van de printer 1 Raak in het startscherm Fax aan en voer het faxnummer in. Opmerking: Als u een groep met faxnummers wilt maken, raakt u Volgend nr. aan en geeft u het volgende faxnummer op. 2 Raak aan. 3 Typ een unieke naam voor de snelkoppeling en raak daarna Gereed aan. 4 Controleer of de naam van de snelkoppeling juist is en raak vervolgens OK aan.
Faxen 113 3 Blader in het beginscherm naar: Fax > voer het faxnummer in >Opties 4 Pas de intensiteit van de fax aan en druk op Faxen. Een faxlog bekijken 1 Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk. Opmerkingen: • Controleer het IP-adres van de printer op het startscherm van de printer. Het IP-adres bestaat uit vier sets met cijfers gescheiden door punten: 123,123.123,123.
Faxen 114 Een fax annuleren nadat de originelen naar het geheugen zijn gescand 1 Raak Taken annuleren aan op het beginscherm. Het scherm Taken annuleren wordt weergegeven. 2 Raak de taak of taken aan die u wilt annuleren. Er worden slechts drie taken weergegeven op het scherm. Raak de pijl omlaag aan totdat de door u gewenste taak wordt weergegeven en raak vervolgens de taak aan die u wilt annuleren. 3 Raak Geselecteerde taken verwijderen aan.
Faxen 115 Opmerkingen: • Controleer het IP-adres van de printer op het startscherm van de printer. Het IP-adres bestaat uit vier sets met cijfers gescheiden door punten: 123.123.123.123. • Als u een proxyserver gebruikt, moet u deze tijdelijk uitschakelen zodat de webpagina correct kan worden geladen. 2 Klik op Instellingen >Faxinstellingen. 3 Selecteer in het menu Fax doorsturen de optie Afdrukken, Afdrukken en doorsturen of Doorsturen. 4 Selecteer in het menu Doorsturen Fax, E‑mail, FTP, LDSS of eSF.
Faxen 116 Inhoud Met deze optie kunt u het type materiaal en de bron van het origineel opgeven. Maak een keuze uit de volgende inhoudstypen: • Afbeeldingen: het originele document bestaat vooral uit zakelijke illustraties zoals cirkeldiagrammen, staafdiagrammen en animaties. • Foto: het originele document bestaat vooral uit foto's of afbeeldingen. • Tekst: de inhoud van het originele document bestaat vooral uit tekst en lijnillustraties.
Faxen 117 • Aangepaste taak: hiermee combineert u meerdere scantaken tot één taak. Opmerking: Deze optie wordt alleen weergegeven als er een geformatteerde, werkende vaste schijf voor de printer is geïnstalleerd. • Rand wissen: hiermee verwijdert u vlekken of markeringen rondom de randen van een document. U kunt een heel gebied langs alle zijden van het papier weghalen, of een bepaalde rand aangeven.
Bezig met scannen 118 Bezig met scannen Scannen naar netwerk gebruiken Met Scannen naar netwerk kunt u documenten naar door uw systeembeheerder opgegeven netwerklocaties scannen. Nadat de bestemmingen (gedeelde netwerkmappen) zijn ingesteld op het netwerk, moet de toepassing worden geïnstalleerd en geconfigureerd op de betreffende printer(s) met de Embedded Web Server. Zie “Scannen via een netwerk instellen” op pagina 24 voor meer informatie.
Bezig met scannen 119 Opmerkingen: • Controleer het IP-adres van de printer op het startscherm van de printer. Het IP-adres bestaat uit vier sets met cijfers gescheiden door punten: 123.123.123.123. • Als u een proxyserver gebruikt, moet u deze tijdelijk uitschakelen zodat de webpagina correct kan worden geladen. 2 Ga naar: Instellingen > gebied Overige instellingen >Snelkoppelingen beheren >Instellingen FTP-snelkoppeling 3 Voer de juiste gegevens in.
Bezig met scannen 120 Scannen naar een FTP-adres met behulp van een snelkoppelingsnummer 1 Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar boven en de korte zijde als eerste in de ADF-lade of met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat. Opmerkingen: • Plaats geen briefkaarten, foto's, kleine voorwerpen, transparanten, fotopapier of dun materiaal (zoals knipsels uit tijdschriften) in de ADF-lade. Plaats deze items op de glasplaat.
Bezig met scannen 121 Scannen naar een computer of flashstation Glasplaat A B C Automatische documentinvoer (ADI) Gebruik de ADI voor documenten met meerdere pagina's. Gebruik de glasplaat voor één pagina, kleine voorwerpen (zoals briefkaarten of foto's), transparanten, fotopapier of dun materiaal (zoals knipsels uit tijdschriften). Met de scanner kunt u documenten rechtstreeks naar een computer of naar een flash-station scannen.
Bezig met scannen 122 Opmerkingen: • Plaats geen briefkaarten, foto's, kleine voorwerpen, transparanten, fotopapier of dun materiaal (zoals knipsels uit tijdschriften) in de ADI. Plaats deze items op de glasplaat. • Het lampje van de ADI gaat branden wanneer het papier correct is geplaatst. b Als u een document in de ADF-lade plaatst, dient u de papiergeleiders aan te passen. c Voer een van de volgende handelingen uit: • Druk op # en voer uw snelkoppelingsnummer in met het toetsenblok.
Bezig met scannen 123 Informatie over de scanopties FTP Met deze optie kunt u het IP-adres voor de FTP-bestemming invoeren. Opmerking: Een IP-adres bestaat uit vier sets met cijfers gescheiden door punten, bijvoorbeeld 123.123.123.123. Bestandsnaam Met deze optie kunt u de bestandsnaam voor de scanafbeelding invoeren. Origineel Hiermee stelt u het papierformaat in voor de documenten die u gaat scannen.
Bezig met scannen 124 • Foto/film: het originele document bestaat vooral uit foto's van film. • Drukpers: het originele document is afgedrukt met een drukpers. Intensiteit Met deze optie kunt u aangeven hoeveel lichter of donkerder de gescande documenten moeten worden ten opzichte van het originele document. Verzenden als Met deze optie kunt u het soort uitvoer voor de scanafbeelding instellen. Selecteer een van de volgende opties: • PDF: hiermee kunt u één bestand met meerdere pagina's maken.
Bezig met scannen 125 De geavanceerde opties gebruiken Maak een keuze uit de volgende instellingen: • Scheve items in ADI aanpassen: hiermee worden gescande afbeeldingen gecorrigeerd die een beetje schuin zijn wanneer ze worden ontvangen van de ADI-lade.
Informatie over de printermenu's 126 Informatie over de printermenu's Menuoverzicht Accessoires, menu Menu Papier Rapporten Netwerk/poorten Beveiliging Cyaan cartridge Magenta cartridge Gele cartridge Zwarte cartridge Standaardbron Papierformaat/-soort Ander formaat Papierstructuur Pagina Menu-instellingen Apparaatstatistieken Pag. Netwerkinstell.
Informatie over de printermenu's 127 Supplies, menu Optie Tot Cyaan cartridge Bekijk de status van de tonercartridges. Deze kan als volgt luiden: Eerste waarschuwing Matig Ongeldig Bijna versleten Vervangen Ontbreekt Beschadigd OK Niet-onderst. Magenta cartridge Gele cartridge Zwarte cartridge Toneroverloopfles Bijna vol Vervangen Ontbreekt OK Status van de toneroverloopfles weergeven. Beeldverwerkingskit Bekijk de status van de beeldverwerkingskit.
Informatie over de printermenu's 128 Menu Papierformaat/-soort Optie Tot Formaat lade [x] A4 A5 JIS‑B5 Letter Legal Executive Oficio (Mexico) Folio Universal Het formaat van het papier in de afzonderlijke papierladen opgeven. Soort lade [x] Normaal papier Karton Transparantie Kringloop Etiketten Glossy Bankpost Briefhoofd Voorbedrukt Gekleurd papier Licht papier Zwaar papier Ruw/katoen Aangepast [x] De soort van het papier in de afzonderlijke papierladen opgeven.
Informatie over de printermenu's Optie Tot Soort U-lader Normaal papier Karton Transparantie Kringloop Glossy Etiketten Bankpost Envelop Briefhoofd Voorbedrukt Gekleurd papier Licht papier Zwaar papier Ruw/katoen Aangepast [x] Het papierformaat in de multifunctionele invoer opgeven. Papierformaat handm. invoer A4 A5 A6 JIS B5 Letter Legal Executive Oficio (Mexico) Folio Statement Universal Het formaat opgeven van het papier dat u handmatig plaatst. Papiersoort handm.
Informatie over de printermenu's Optie 130 Tot Envelopformaat handm. invoer Het envelopformaat aangeven dat u handmatig plaatst. 7 3/4‑envelop Opmerking: 10-envelop is de standaardinstelling in de VS. "DL‑envelop" is de internationale 9-envelope standaardinstelling. 10-envelop DL-envelop C5-envelop B5-envelop Andere envelop Envelopsoort handm. invoer Envelop Aangepast [x] De soort envelop opgeven die u handmatig plaatst. Opmerking: "Envelop" is de standaardinstelling.
Informatie over de printermenu's Optie Functie Structuur glossy Glad Normaal Ruw De relatieve structuur van het geplaatste glossy papier opgeven. Struct etiketten Glad Normaal Ruw De relatieve structuur van de geplaatste etiketten opgeven. Structuur bankpost Glad Normaal Ruw De relatieve structuur van het geplaatste bankpostpapier opgeven. Structuur envelop Glad Normaal Ruw De relatieve structuur van de geplaatste enveloppen opgeven.
Informatie over de printermenu's Menu Papiergewicht Optie Tot Gewicht normaal Licht Normaal Zwaar Het relatieve gewicht van het geplaatste normale papier opgeven. Gewicht karton Licht Normaal Zwaar Het relatieve gewicht van het geplaatste karton opgeven. Opmerking: "Normaal" is de standaardinstelling. Opmerking: "Normaal" is de standaardinstelling. Gewicht transparanten Het relatieve gewicht van de geplaatste transparanten opgeven. Licht Opmerking: "Normaal" is de standaardinstelling.
Informatie over de printermenu's 133 Optie Tot Gewicht gekleurd Licht Normaal Zwaar Het relatieve gewicht van het geplaatste gekleurde papier opgeven. Gewicht licht Licht Opgeven dat het relatieve gewicht van het geplaatste papier laag is. Gewicht zwaar Zwaar Opgeven dat het relatieve gewicht van het geplaatste papier hoog is. Gewicht ruw/katoen Licht Normaal Zwaar Het relatieve gewicht van het geplaatste ruwe of katoenpapier opgeven.
Informatie over de printermenu's 134 Optie Tot Licht papier plaatsen Dubbelzijdig Uit Bepalen en instellen dat alle afdruktaken met Licht als papiersoort dubbelzijdig worden afgedrukt. Zwaar papier plaatsen Dubbelzijdig Uit Bepalen en instellen dat alle afdruktaken met Zwaar als papiersoort dubbelzijdig worden afgedrukt. Aangepast [x] plaatsen Dubbelzijdig Uit Bepalen en instellen dat alle afdruktaken met Aangepast [x] als papiersoort dubbelzijdig worden afgedrukt.
Informatie over de printermenu's 135 Menu Aangepaste scanformaten Optie Tot Aangepast scanformaat [x] Een naam, formaat en afdrukstand opgeven voor het aangepaste scanformaat. Naam scanformaat Opmerkingen: Breedte • 8,5 inch is de standaardinstelling de standaardinstelling voor breedte. 216 mm is de AmeriHoogte kaanse standaardinstelling voor de breedte. Afdrukstand • 14 inch is de standaardinstelling de standaardinstelling voor hoogte.
Informatie over de printermenu's 136 Rapporten, menu Optie Tot Pagina Menu-instellingen Druk een rapport af met de huidige printermenu-instellingen. Het rapport bevat ook informatie over de status van de supplies en een lijst met geïnstalleerde hardwareopties. Apparaatstatistieken Een rapport afdrukken met printerstatistieken, zoals gegevens over supplies en aantal afgedrukte pagina's. Pag. Netwerkinstell. Hiermee drukt u een rapport af met informatie over de netwerkinstellingen van de printer.
Informatie over de printermenu's 137 Optie Tot Activarapport Een rapport afdrukken met activagegevens van de printer afdrukken, waaronder het serienummer en de modelnaam. Samenvatting gebeurtenislog Hiermee drukt u een overzicht van geregistreerde gebeurtenissen af. Netwerk/poorten Actieve NIC, menu Optie Tot Active NIC (Actieve NIC) Automatisch [lijst met beschikbare netwerkkaarten] Geef de printer toestemming om verbinding te maken met een netwerk.
Informatie over de printermenu's Optie 138 Tot Netwerkbuffer De grootte van de netwerkinvoerbuffer instellen. Automatisch Opmerkingen: 3 KB tot [maximum toege• "Automatisch" is de standaardinstelling. stane grootte] • De maximumgrootte die is toegestaan hangt af van de hoeveelheid geheugen in de printer, de grootte van de andere koppelingsbuffers en of u het menu-item Bronnen opslaan hebt ingesteld op "Aan" of "Uit".
Informatie over de printermenu's Optie 139 Tot Kaartstatus weergeven De verbindingsstatus van de draadloze netwerkadapter weergeven. Verbonden Verbinding verbroken Kaartsnelheid weergeven De snelheid van een actieve draadloze netwerkadapter weergeven. Netwerkadres UAA LAA De netwerkadressen weergeven. Time-out voor taak 0, 10–225 seconden Instellen na hoeveel seconden een via het netwerk opgegeven afdruktaak kan worden geannuleerd. Opmerkingen: • De standaardfabrieksinstelling is "90 seconden".
Informatie over de printermenu's 140 Optie Tot AutoIP inschakelen Ja Nee De netwerkinstelling voor nulconfiguratie opgeven. FTP/TFTP inschakelen Ja Nee Bestanden naar de printer verzenden via de ingebouwde FTP-server. HTTP-server inschakelen Ja Nee De ingebouwde webserver (Embedded Web Server) inschakelen waarmee u de printer op afstand kunt controleren en beheren via een webbrowser. WINS-serveradres Het huidige WINS-serveradres weergeven of wijzigen.
Informatie over de printermenu's 141 Draadloos, menu Opmerking: Dit menu is alleen beschikbaar op printermodellen die zijn verbonden met een draadloos netwerk of printermodellen met een draadloze netwerkadapter. Voer toegang tot het menu, navigeert u naar: Netwerk/poorten >Netwerk [x] >Netwerk [x] instellen >Draadloos Optie Tot Wi‑Fi Protected Setup Methode met drukknop starten Startmethode met pincode Een draadloos netwerk instellen en netwerkbeveiliging inschakelen.
Informatie over de printermenu's 142 Optie Tot Adres weergeven Het toegewezen AppleTalk-adres weergeven. Opmerking: U kunt het AppleTalk-adres alleen wijzigen via de Embedded Web Server. Zone instellen [lijst met zones beschikbaar op het netwerk] Een lijst met AppleTalk-zones weergeven die op het netwerk beschikbaar zijn. Opmerking: De standaardzone voor het netwerk is de standaardinstelling.
Informatie over de printermenu's Optie Functie USB-buffer Uitgeschakeld Automatisch 3 KB tot [maximum toegestane grootte] De grootte van de USB-invoerbuffer instellen. 143 Opmerkingen: • Automatisch is de standaardinstelling. • Met de waarde Uitgeschakeld schakelt u het opslaan van taken in de buffer uit. Taken die al in de buffer op de vaste schijf van de printer zijn opgenomen, worden afgedrukt voordat het normaal verwerken wordt hervat.
Informatie over de printermenu's 144 Menu Instellingen SMTP Optie Functie Primaire SMTP-gateway Gegevens opgeven voor de SMTP-servergateway en -poort. Primaire SMTP-gatewaypoort Opmerking: "25" is de standaard-SMTP-gatewaypoort. Secundaire SMTP-gateway Primaire SMTP-gatewaypoort SMTP-time-out 5–30 Opgeven na hoeveel seconden de server een poging om e-mail te verzenden beëindigt. Antwoordadres Een antwoordadres van maximaal 128 tekens opgeven in e-mailberichten die door de printer worden verzonden.
Informatie over de printermenu's 145 Security (Beveiliging), menu Beveiligingsinstellingen bewerken, menu Optie Functie Reservewachtwoord bewerken Een reservewachtwoord maken. Opmerking: Dit menu-item verschijnt alleen als er een reservewachtwoord is. Bouwstenen bewerken Interne accounts, NTLM, verschillende instellingen, wachtwoord en pincode bewerken. Beveiligingssjablonen bewerken Een beveiligingssjabloon toevoegen of bewerken.
Informatie over de printermenu's Optie Tot Verificatie LDAP-certificaat Vereisen Proberen Toestaan Nooit Toestaan dat gebruikers een servercertificaat kunnen aanvragen. 146 Opmerkingen: • Vereisen is de standaardinstelling. Dit betekent dat een servercertificaat wordt aangevraagd. Als een onjuist certificaat of geen certificaat wordt geleverd, wordt de sessie meteen afgebroken. • Met Proberen wordt een servercertificaat aangevraagd. Als er geen certificaat wordt geleverd, gaat de sessie gewoon door.
Informatie over de printermenu's 147 Optie Resultaat Vervaltijd taak controleren Uit 1 uur 4 uur 24 uur 1 week Een tijdlimiet instellen voor het bewaren van vertrouwelijke afdruktaken waarvoor verificatie vereist is. Vervaltijd gereserveerde taak Een tijdlimiet instellen voor het bewaren van afdruktaken die op een later tijdstip worden afgedrukt. Uit 1 uur 4 uur 24 uur 1 week Opmerking: "Uit" is de standaardinstelling.
Informatie over de printermenu's 148 Optie Tot Log verwijderen Ja Nee Opgeven of controlelogs worden verwijderd. Log configureren Opgeven hoe controlelogs worden geconfigureerd. Controle inschakelen Opmerkingen: Ja • Met Controle inschakelen wordt bepaald of gebeurtenissen worden geregiNee streerd in het beveiligde controlelog en in het externe systeemlog. "Nee" is de Extern systeemlog inschakelen standaardinstelling.
Informatie over de printermenu's 149 Optie Tot Log configureren (vervolgd) Opgeven hoe controlelogs worden geconfigureerd. E‑mailadres van beheerder Opmerkingen: [reeks van 256 tekens] • Met "E-mailadres van beheerder" wordt bepaald of beheerders Export digitaal ondertekenen automatisch worden geïnformeerd over bepaalde loggebeurteUit nissen. Deze instelling kan een of meerdere e-mailadressen bevatten Aan (gescheiden door komma's).
Informatie over de printermenu's 150 Optie Resultaat Tijdzone De tijdzone selecteren. Opmerking: GMT is de standaardinstelling. Automatisch zomertijd gebruiken De printer zo instellen dat de toepasselijke begin- en eindtijd van de zomertijd worden gebruikt overeenkomstig de tijdzone-instelling van de printer. Aan Uit Opmerking: Aan is de standaardinstelling en gebruikt de toepasselijke zomertijd die gekoppeld is aan de tijdzone-instelling.
Informatie over de printermenu's 151 Instellingen, menu Algemene instellingen, menu Optie Tot Taal op display Engels Francais Deutsch Italiano Espanol Dansk Norsk Nederlands Zweeds Portugees Suomi Russisch Polski Grieks Magyar Turkce Cesky Vereenvoudigd Chinees Traditioneel Chinees Koreaans Japans De taal van de tekst op het display selecteren.
Informatie over de printermenu's 152 Optie Tot Toetsenbord Type toetsenbord Engels Francais Francais Canadien Deutsch Italiano Espanol Grieks Dansk Norsk Nederlands Zweeds Suomi Portugees Russisch Polski Zwitsers-Duits Zwitsers-Frans Koreaans Magyar Turkce Cesky Vereenvoudigd Chinees Traditioneel Chinees Japans Aangepaste toets [x] Een taal en informatie voor de aangepaste toets opgeven voor het toetsenbord van de display.
Informatie over de printermenu's 153 Optie Tot Weergegeven informatie Linkerkant Rechterkant Aangepaste tekst [x] Opgeven wat in de bovenste hoeken van het startscherm wordt weergegeven. Kies uit de volgende opties voor de linker- en rechterzijde: Geen IP-adres Hostnaam Contactpersoon Locatie Datum/tijd mDNS/DDNS-servicenaam Naam configuratieloos programma Aangepaste tekst [x] Modelnaam Opmerkingen: • Bij de standaardinstelling wordt aan de linkerkant het IP-adres weergegeven.
Informatie over de printermenu's 154 Optie Tot Beginscherm aanpassen Taal wijzigen Kopiëren Kopieersnelkoppelingen Faxnummer Faxsnelkoppelingen E-mail E-mailsnelkoppelingen FTP FTP-snelkoppelingen Wachttaken zoeken Wachttaken USB-station Profielen en apps Bladwijzers Taken per gebruiker Formulieren en favorieten Pas kopiëren Scannen naar netwerk Mijn snelkoppeling Meerdere items verzenden De pictogrammen wijzigen die worden weergegeven in het startscherm.
Informatie over de printermenu's 155 Optie Tot Aangepaste scantaken toestaan Aan Uit Hiermee worden meerdere taken naar één bestand gescand. Herstel na scannerstoring Taakniveau Paginaniveau Instellen hoe een gescande taak opnieuw moet worden geladen als er een papierstoring optreedt in de ADI. Opmerking: Aan is de standaardinstelling. Als u Aan selecteert, kan de optie Aangepaste scantaken toestaan worden ingeschakeld voor een specifieke taak. Opmerkingen: • Taakniveau is de standaardinstelling.
Informatie over de printermenu's 156 Optie Tot Time-outs Afdrukken terwijl de display uit is Afdrukken terwijl de display uit is toestaan Display aan tijdens afdrukken Een taak afdrukken terwijl het display is uitgeschakeld. Time-outs Sluimerstand time-out Uitgeschakeld 20 minuten 1-3 uur 6 uur 1-3 dagen 1-2 weken 1 maand Hiermee wordt ingesteld na hoeveel tijd de printer overschakelt naar de sluimerstand.
Informatie over de printermenu's 157 Optie Tot Time-outs Time-out taakwachtstand 5–255 Instellen hoelang de printer op een handeling van de gebruiker wacht voordat de taken die niet-beschikbare bronnen vereisen in de wacht worden gezet en de andere taken in de afdrukwachtrij worden verwerkt. Opmerkingen: • 30 is de standaardinstelling. • Dit menu-item wordt alleen weergegeven als er een vaste schijf is geïnstalleerd. Stel de printer in om opnieuw op te starten als er een fout optreedt.
Informatie over de printermenu's 158 Optie Tot Standaardfabrieksinstellingen Niet herstellen Nu herstellen De standaardfabrieksinstelling van de printer gebruiken. Opmerkingen: • "Niet herstellen" is de standaardinstelling. • Als "Nu herstellen" is ingesteld, worden alle printerinstellingen teruggezet in de standaardinstellingen, met uitzondering van de menu-instellingen voor Netwerk en Poorten. Alle downloads in het RAM worden verwijderd.
Informatie over de printermenu's 159 Optie Tot Zijden (duplex) 1-zijdig naar 1-zijdig 1-zijdig naar 2-zijdig 2-zijdig naar 1-zijdig 2-zijdig naar 2-zijdig Opgeven of een origineel document dubbelzijdig of enkelzijdig is bedrukt en vervolgens instellen of dit dubbelzijdig of enkelzijdig moet worden gekopieerd. Papierbesparing Uit 2 per vel, staand 2 per vel, liggend 4 per vel, staand 4 per vel, liggend Twee of vier vellen van een document op één pagina kopiëren. Paginaranden afdruk.
Informatie over de printermenu's 160 Optie Tot Scheidingsvellen Uit Tussen kopieën Tussen taken Tussen pagina's Een vel papier tussen pagina's, kopieën of taken plaatsen. Bron scheidingsblad Lade [x] Universeellader De papierbron voor het scheidingsvel opgeven. Intensiteit 1–9 Afdrukken lichter of donkerder maken. Aantal exemplaren 1-9999 Het aantal exemplaren voor de kopieertaak opgeven.
Informatie over de printermenu's 161 Optie Tot Achtergrond verwijderen ‑4 tot 4 Instellen hoeveel van de achtergrond zichtbaar is op een kopie. Automatisch centreren Uit Aan De inhoud automatisch centreren op de pagina. Kleurbalans Cyaan - Rood Magenta - Groen Geel - Blauw Kleurbalans inschakelen voor de uitvoer. Opmerking: 0 is de standaardinstelling. Opmerking: "Uit" is de standaardinstelling.
Informatie over de printermenu's 162 Optie Tot Temperatuur ‑4 tot 4 Warmere of koelere uitvoer specificeren. Koele uitvoer bevat meer blauw dan de standaarduitvoer en warme uitvoer bevat meer rood dan de standaarduitvoer. Opmerking: 0 is de standaardinstelling. Voorbeeldkopie Uit Aan Een voorbeeldkopie van het originele document maken. Opmerking: "Uit" is de standaardinstelling.
Informatie over de printermenu's 163 Optie Tot Nummerweergave Uit Primair Alternatief Opgeven welk type nummerweergave wordt gebruikt. Faxnummer verbergen Uit Vanaf links Vanaf rechts Opgeven vanaf welke kant cijfers worden verborgen bij een nummer voor een uitgaande fax. Te verbergen cijfers 0–58 Opgeven hoeveel cijfers worden verborgen bij een nummer voor een uitgaande fax.
Informatie over de printermenu's 164 Optie Tot Origineel Letter Legal Executive Folio Statement Oficio (Mexico) Universeel Formaat automatisch vaststellen Gecombineerde formaten A4 A5 A6 JIS B5 Aangepast scanformaat [x] Boek origineel Visitekaartjes 3 x 5 inch 4 x 6 inch Het formaat van het originele document opgeven. Zijden (duplex) Uit Lange zijde Korte zijde Hiermee geeft u de afdrukstand op voor de originele documenten die zijn geladen in de automatische documentinvoer voor dubbelzijdig scannen.
Informatie over de printermenu's 165 Optie Tot Aantal keren opnieuw kiezen 1–200 Het aantal minuten tussen elke kiespoging opgeven. Achter een PABX Ja Nee Bellen zonder kiestoon in- of uitschakelen. ECM inschakelen Ja Nee De foutcorrectiemodus voor faxtaken in- of uitschakelen. Faxscans inschakelen Aan Uit Bestand faxen die zijn gescand met de printer. Stuurprogramma voor faxen Ja Nee Toestaan dat faxtaken worden verzonden via het printerstuurprogramma.
Informatie over de printermenu's 166 Optie Tot Kleur wegfilteren Kleur wegfilteren Geen Rood Groen Blauw Standaarddrempelwaarde rood 0-255 Standaarddrempelwaarde groen 0-255 Standaarddrempelwaarde blauw 0-255 Opgeven welke kleur wordt weggefilterd en in de filterinstelling aanpassen voor elke kleurdrempel. Contrast 0-5 Beste instelling voor inhoud Het contrast van de gescande afbeelding opgeven. Spiegelbeeld Uit Aan Een spiegelbeeld maken van het originele document.
Informatie over de printermenu's 167 Faxontvangstinstellingen Optie Tot Faxen ontvangen inschakelen Aan Uit Toestaand dat de printer faxtaken kan ontvangen. Nummerweergave Aan Uit De gegevens van nummerweergave van inkomende faxen worden weergegeven. Faxtaak in wachtrij Geen Toner Toner en supplies Verwijder afdruktaken uit de wachtrij als er voor de taak geen beschikbare bronnen zijn.
Informatie over de printermenu's 168 Optie Tot Max. snelheid 2400 4800 9600 14400 33600 De maximumsnelheid in baud opgeven waarmee faxen worden ontvangen. Fax doorsturen Afdrukken Afdrukken en doorsturen Doorsturen Doorsturen van ontvangen faxen naar een andere ontvanger inschakelen. Doorsturen naar Faxnummer E-mail FTP LDSS eSF Opgeven naar welk type ontvanger faxen worden doorgestuurd.
Informatie over de printermenu's 169 Optie Tot Automatisch logs afdrukken Aan Uit Instellen dat logbestanden voor faxen automatisch worden afgedrukt. Papierbron logs Lade [x] Universeellader De papierbron opgeven voor het afdrukken van logbestanden. Weergave logs Naam station op afstand Gekozen nummer Opgeven of op afgedrukte logbestanden het gekozen nummer of de geretourneerde stations- of faxnaam wordt weergegeven.
Informatie over de printermenu's 170 Faxmodus (Faxserverinstellingen), menu In de faxmodus wordt de faxtaak naar een faxserver verzonden voor transmissie. Optie Tot Volgens indeling Specifieke faxinformatie invoeren met het bedieningspaneel. Antwoordadres Onderwerp Bericht Instellingen SMTP SMTP-gegevens opgeven. Primaire SMTP-gateway Gegevens voor de SMTP-serverpoort opgeven. Secundaire SMTP-gateway Beeldformaat PDF (.pdf) XPS (.xps) TIFF (.tif) Geef de indeling voor de afbeelding op.
Informatie over de printermenu's Optie 171 Tot Origineel Het formaat van het originele document opgeven. Letter Opmerking: Gemengde formaten is de standaardinstelling. "A4" is de internationale Legal standaardinstelling.
Informatie over de printermenu's 172 Optie Tot Instellingen e-mailserver Wrsch bij max bestandsgroot. Een bericht verzenden wanneer een e-mailbericht groter is dan de geconfigureerde limiet. Instellingen e-mailserver Bestemmingen beperken Een domeinnaam opgeven, zoals de domeinnaam van een bedrijf en de e-mailbestemmingen beperken tot het betreffende domein. Opmerkingen: • Er kan alleen e-mail naar het opgegeven domein worden verzonden. • De limiet is één domein. Instellingen e-mailserver Webkopp.
Informatie over de printermenu's 173 Optie Tot Inhoudsbron Zwart-wit laser Kleurenlaser Inkjet Foto/film Tijdschrift Krant Drukwerk Anders Opgeven hoe het originele document is geproduceerd. Kleur Uit Aan Bepalen of de printer inhoud in kleur vastlegt en verzendt. Resolutie 75 dpi 150 dpi 200 dpi 300 dpi 400 dpi 600 dpi De resolutie van de scan opgeven in dpi (dots per inch). Intensiteit 1–9 Afdrukken lichter of donkerder maken.
Informatie over de printermenu's 174 Optie Tot Zijden (duplex) Uit Lange zijde Korte zijde De afdrukstand opgeven voor het originele document dat is geladen in de automatische documentinvoer voor dubbelzijdig scannen. JPEG-kwaliteit Beste instelling voor inhoud 5–90 De kwaliteit instellen van een JPEG-afbeelding voor een foto op basis van de bestandsgrootte en kwaliteit van de afbeelding.
Informatie over de printermenu's 175 Optie Tot Scanvoorbeeld Aan Uit Opgeven of er op het display een voorbeeld wordt weergegeven bij scantaken. Opmerkingen: • "Uit" is de standaardinstelling. • Dit menu-item wordt alleen weergegeven als er een flashgeheugenkaart of vaste schijf in de printer is geïnstalleerd. Opslaan als snelkoppeling toestaan E-mailadressen opslaan als snelkoppelingen. Aan Opmerkingen: Uit • Aan is de standaardinstelling.
Informatie over de printermenu's 176 Optie Tot Rand tot rand scannen Uit Aan Instellen of het originele document van rand tot rand wordt gescand. Scherpte 1-5 De scherpte van een gescande afbeelding instellen. Temperatuur ‑4 tot 4 Warmere of koelere uitvoer specificeren. Koele uitvoer bevat meer blauw dan de standaarduitvoer en warme uitvoer bevat meer rood dan de standaarduitvoer. Opmerking: "Uit" is de standaardinstelling. Opmerking: 3 is de standaardinstelling.
Informatie over de printermenu's 177 Optie Tot Inhoudsbron Zwart-wit laser Kleurenlaser Inkjet Foto/film Tijdschrift Krant Drukwerk Anders Opgeven hoe het originele document is geproduceerd. Kleur Uit Aan Bepalen of de printer inhoud in kleur vastlegt en verzendt. Resolutie 75 dpi 150 dpi 200 dpi 300 dpi 400 dpi 600 dpi De resolutie van de scan opgeven in dpi (dots per inch). Intensiteit 1–9 Afdrukken lichter of donkerder maken.
Informatie over de printermenu's 178 Optie Tot Zijden (duplex) Uit Lange zijde Korte zijde Hiermee geeft u de afdrukstand op voor de originele documenten die zijn geladen in de automatische documentinvoer voor dubbelzijdig scannen. JPEG-kwaliteit Beste instelling voor inhoud 5–90 De kwaliteit van een JPEG-afbeelding voor foto instellen op basis van de bestandsgrootte en kwaliteit van de afbeelding. Opmerking: "Uit" is de standaardinstelling.
Informatie over de printermenu's 179 Optie Tot Scanvoorbeeld Aan Uit Opgeven of er op het display een voorbeeld wordt weergegeven bij scantaken. Opmerkingen: • "Uit" is de standaardinstelling. • Dit menu-item wordt alleen weergegeven als er een flashgeheugenkaart of vaste schijf in de printer is geïnstalleerd. Opslaan als snelkoppeling toestaan Instellen dat snelkoppelingen voor FTP-adressen kunnen worden gemaakt. Aan Opmerking: Aan is de standaardinstelling.
Informatie over de printermenu's 180 Optie Tot Rand tot rand scannen Uit Aan Instellen of het originele document van rand tot rand wordt gescand. Scherpte 1-5 De scherpte van de gescande afbeelding aanpassen. Temperatuur ‑4 tot 4 Instellen dat gebruikers de kleurtemperatuur van de uitvoer warmer of kouder kunnen maken. Koele uitvoer bevat meer blauw dan de standaarduitvoer en warme uitvoer bevat meer rood dan de standaarduitvoer. Opmerking: "Uit" is de standaardinstelling.
Informatie over de printermenu's 181 Optie Tot Inhoudsbron Zwart-wit laser Kleurenlaser Inkjet Foto/film Tijdschrift Krant Drukwerk Anders Opgeven hoe het originele document is geproduceerd. Kleur Aan Uit Bepalen of de printer inhoud in kleur vastlegt en verzendt. Resolutie 75 dpi 150 dpi 200 dpi 300 dpi 400 dpi 600 dpi De resolutie van de scan opgeven in dpi (dots per inch). Intensiteit 1–9 Afdrukken lichter of donkerder maken.
Informatie over de printermenu's 182 Optie Tot Zijden (duplex) Uit Lange zijde Korte zijde Hiermee geeft u de afdrukstand op voor de originele documenten die zijn geladen in de automatische documentinvoer voor dubbelzijdig scannen. JPEG-kwaliteit Beste instelling voor inhoud 5–90 De kwaliteit van een JPEG-afbeelding voor een foto instellen op basis van de bestandsgrootte. Opmerking: "Uit" is de standaardinstelling. Opmerkingen: • “Beste instelling voor inhoud” is de standaardinstelling.
Informatie over de printermenu's 183 Optie Tot Kleurbalans Cyaan - Rood Magenta - Groen Geel - Blauw Kleurbalans inschakelen voor de uitvoer. Kleur wegfilteren Opgeven welke kleur wordt weggefilterd en in de filterinstelling aanpassen voor elke kleurdrempel. Kleur wegfilteren Geen Opmerkingen: Rood • Geen is de standaardinstelling voor Kleur wegfilteren. Groen • 128 is de standaardinstelling voor elke drempelwaarde voor kleur.
Informatie over de printermenu's 184 Afdrukinstellingen Exemplaren 1-999 Een standaardaantal exemplaren opgeven voor elke afdruktaak. Opmerking: 1 is de standaardinstelling. Papierbron Een standaardpapierbron instellen voor alle afdruktaken. Lade [x] Opmerking: Lade 1 is de standaardinstelling. Universeellader Handmatige papierinvoer Handmatige envelopinvoer Kleur Kleur Alleen zwart Opgeven of het document in kleur moet worden afgedrukt.
Informatie over de printermenu's 185 Scheidingsvellen Uit Tussen kopieën Tussen taken Tussen pagina's Instellen of er lege scheidingsvellen moeten worden ingevoegd. Bron scheidingsblad Lade [x] Universeellader De papierbron voor de scheidingsvellen opgeven. Lege pagina's Niet afdrukken Afdrukken Instellen of er lege pagina's in een afdruktaak moeten worden ingevoegd. Opmerking: "Uit" is de standaardinstelling. Opmerking: Lade 1 is de standaardinstelling.
Informatie over de printermenu's 186 Afdrukinstellingen Menu Instelling Optie Tot Printertaal PCL-emulatie PS-emulatie De standaardprintertaal instellen. Opmerkingen: • De standaardprintertaal is PS-emulatie. • Als een bepaalde printertaal als standaardtaal is ingesteld, betekent dit niet dat softwareprogramma's geen afdruktaken kunnen verzenden die een andere printertaal gebruiken.
Informatie over de printermenu's 187 Optie Tot Bronnen opslaan Aan Uit Opgeven wat de printer moet doen met tijdelijke downloads, zoals lettertypen en macro's die zijn opgeslagen in het RAM-geheugen, als de printer een taak ontvangt die groter is dan het beschikbare geheugen. Opmerkingen: • "Uit" is de standaardinstelling. Wanneer dit is ingesteld, worden de geladen bronnen in de printer bewaard tot het geheugen nodig is voor andere taken.
Informatie over de printermenu's Optie Functie Scheidingsvellen Uit Tussen exemplaren Tussen taken Tussen pagina´s Instellen of er lege scheidingsvellen worden ingevoerd. 188 Opmerkingen: • "Uit" is de standaardinstelling. • Met Tussen kopieën wordt er een leeg vel ingevoegd tussen elk exemplaar van een afdruktaak wanneer Sorteren is ingesteld op “(1,2,3) (1,2,3).
Informatie over de printermenu's 189 Optie Tot Kleurcorrectie Automatisch Uit Handmatig Kleuruitvoer op de afgedrukte pagina aanpassen. Afdrukresolutie 1200 dpi 4800 CQ De uitvoerresolutie opgeven in dpi (dots per inch) of kleurkwaliteit (CQ). Tonerintensiteit 1-5 Afdrukken lichter of donkerder maken.
Informatie over de printermenu's 190 Optie Tot Aangepaste kleur RGB-kleurbeeld RGB-tekst RGB-illustraties RGB-kleurconversies aanpassen. Maak een keuze uit de volgende instellingen: Levendig sRGB-display Display - Echt zwart sRGB Levendig Uit Opmerkingen: • "sRGB-display" is de standaardinstelling voor RGB-kleurbeeld. • "sRGB-levendig" is de standaardinstelling voor RGB-tekst en RGB-afbeeldingen. Aangepaste kleur (vervolg) CMYK-kleurconversies aanpassen.
Informatie over de printermenu's 191 Optie Tot Log niveau bijna vol Uit 1–99 Opgeven hoe groot het logbestand maximaal kan zijn voordat de handeling bij Actielog bij bijna vol wordt uitgevoerd. Opmerking: 5 is de standaardinstelling. Actielog bij bijna vol Bepalen en instellen hoe de printer reageert als de vaste schijf van de printer bijna vol is. Geen Huidig logbestand e-mailen Opmerkingen: Huidig logbestand e‑mailen en verwijderen • Geen is de standaardinstelling.
Informatie over de printermenu's Optie Functie Flash formatteren Ja Nee Formatteer het flashgeheugen. 192 Let op—Kans op beschadiging: Zet de printer niet uit als het flashgeheugen wordt geformatteerd. Opmerkingen: • Als u Ja selecteert, worden alle gegevens in het flashgeheugen verwijderd. • Als u Nee selecteert, wordt het verzoek om de vaste schijf te formatteren geannuleerd. • Met het flashgeheugen wordt het geheugen bedoeld dat u toevoegt door een flashgeheugenkaart in de printer te installeren.
Informatie over de printermenu's Optie 193 Functie Aantekeningen Aantekeningen in een PDF-bestand afdrukken. Niet afdrukken Opmerking: Niet afdrukken is de standaardinstelling. Afdrukken Menu PostScript Optie Functie PS-fout afdrukken Aan Uit Een pagina afdrukken die de PostScript-fout bevat. PS-opstartmodus vergrendelen Aan Uit Zorgen dat gebruikers het SysStart-bestand kunnen uitschakelen. Voorkeurslettertype Intern Flash/Schijf De volgorde instellen waarin de printer lettertypen zoekt.
Informatie over de printermenu's 194 Optie Tot Lettertypenaam Courier 10 Een specifiek lettertype en de optie waarin het is opgeslagen, weergeven. Symbolenset 10U PC‑8 12U PC‑850 De symbolenset voor elke lettertypenaam weergeven. Opmerking: Courier 10 is de standaardinstelling. Met Courier 10 wordt de lettertypenaam, lettertype-ID en de opslaglocatie in de printer weergegeven. De afkorting van de naam van de lettertypebron is R voor Intern, F voor Flash, K voor Schijf en D voor Laadbaar.
Informatie over de printermenu's 195 Optie Tot Instell. PCL-emulatie A4-breedte 198 mm 203 mm De printer instellen op A4-papierformaat. Opmerkingen: • "198 mm" is de standaardinstelling. • Met de instelling van 203-mm wordt de breedte van de pagina zo ingesteld dat er tachtig 10‑pitch tekens kunnen worden afgedrukt. Instell. PCL-emulatie Automatisch HR na NR Aan Uit Opgeven of de printer automatisch een harde return (CR) moet geven na de opdracht om naar een nieuwe regel te gaan (LF). Instell.
Informatie over de printermenu's 196 Menu HTML Optie Lettertypenaam Albertus MT Antique Olive Apple Chancery Arial MT Avant Garde Bodoni Bookman Chicago Clarendon Cooper Black Copperplate Coronet Courier Eurostile Garamond Geneva Gill Sans Goudy Helvetica Hoefler Text Intl CG Times Intl Courier Intl Univers Functie Joanna MT Het standaardlettertype voor HTML-documenten instellen.
Informatie over de printermenu's Optie 197 Functie Achtergronden Instellen of achtergronden in HTML-documenten worden afgedrukt. Niet afdrukken Opmerking: Afdrukken is de standaardinstelling. Afdrukken Menu Afbeelding Optie Functie Autom. aanpassen. Aan Uit Optimale waarden selecteren voor papierformaat, schaal en afdrukstand. Omkeren Aan Uit Tweekleurige zwart-witafbeeldingen omkeren. Opmerking: Aan is de standaardinstelling.
Geld besparen en het milieu een handje helpen 198 Geld besparen en het milieu een handje helpen Lexmark streeft naar duurzaamheid en is doorlopend bezig printers zo te ontwikkelen dat de milieubelasting van de printers wordt verminderd. We ontwerpen met het milieu in gedachten en bedenken verpakkingen waarvoor zo min mogelijk grondstoffen nodig zijn en we bieden inzamel- en recyclingprogramma's aan.
Geld besparen en het milieu een handje helpen 199 Uw eerste ontwerp op fouten controleren Voordat u een document afdrukt of meerdere malen kopieert. • Gebruik de functie voor afdrukvoorbeelden om te bekijken hoe het document eruitziet voordat u het afdrukt. • Druk één exemplaar van het document af om de inhoud en indeling op fouten te controleren. Vermijd papierstoringen Stel de papiersoort en het formaat correct in om te voorkomen dat het papier vastloopt.
Geld besparen en het milieu een handje helpen 200 • Als u een proxyserver gebruikt, moet u deze tijdelijk uitschakelen zodat de webpagina correct kan worden geladen. 2 Klik op Instellingen >Algemene instellingen >Stille modus > selecteer een instelling Optie Tot Uit Beperk het geluid van de printer. Opmerkingen: • De verwerking van afdruktaken duurt langer. • Motoren van de printer starten niet tot een document gereed is om te worden afgedrukt.
Geld besparen en het milieu een handje helpen 201 Time-out sluimerstand instellen Met de time-out voor de sluimerstand kunt u instellen na hoeveel minuten de spaarstand wordt ingeschakeld nadat een afdruktaak is verwerkt. Embedded Web Server gebruiken 1 Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk. Opmerkingen: • Controleer het IP-adres van de printer op het startscherm van de printer. Het IP-adres bestaat uit vier sets met cijfers gescheiden door punten: 123.123.123.123.
Geld besparen en het milieu een handje helpen 202 5 Selecteer de dag of dagen in het menu Dag(en). 6 Klik op Toevoegen. De helderheid van het printerdisplay aanpassen Als u energie wilt besparen of het display niet goed kunt lezen, past u de helderheidsinstellingen aan. Embedded Web Server gebruiken 1 Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk. Opmerkingen: • Controleer het IP-adres van de printer in het gedeelte TCP/IP van het menu Netwerk/rapporten.
Geld besparen en het milieu een handje helpen 203 Lexmark verpakkingsmateriaal recyclen Lexmark streeft voortdurend naar het minimaliseren van het verpakkingsmateriaal. Het gebruiken van minder verpakkingsmateriaal garandeert dat Lexmark printers zo efficiënt en milieuvriendelijk mogelijk worden vervoerd en dat er minder verpakkingsmateriaal hoeft te worden weggegooid. Deze efficiënties leiden tot minder broeikasgassen en het besparen van energie en natuurlijke grondstoffen.
Printer beveiligen 204 Printer beveiligen De vergrendelingsfunctie gebruiken De printer heeft een vergrendelingsfunctie. Bevestig op de aangegeven locatie een beveiligingsslot dat compatibel is met de meeste laptops om de printer op zijn plaats te vergrendelen. Kennisgeving van vluchtigheid De printer bevat verschillende soorten geheugens waarin apparaat- en netwerkinstellingen en gebruikersgegevens kunnen worden opgeslagen.
Printer beveiligen 205 • Er moet onderhoud aan de printer worden uitgevoerd door iemand buiten uw organisatie. • De printer moet voor onderhoud worden vervoerd naar een locatie buiten uw bedrijf. • De printer wordt verkocht aan een ander bedrijf. Vaste schijf van de printer weggooien Opmerking: In sommige printermodellen is mogelijk geen vaste schijf geïnstalleerd.
Printer beveiligen 206 Geheugen op de vaste schijf wissen Opmerkingen: • in sommige printermodellen is mogelijk geen vaste schijf geïnstalleerd. • Als u Tijdelijke gegevensbestanden wissen instelt in de printermenu's, kunt u resterende vertrouwelijke informatie die achterblijft na het afdrukken verwijderen door veilig bestanden te overschrijven die zijn gemarkeerd voor verwijderen. Het bedieningspaneel van de printer gebruiken 1 Zet de printer uit.
Printer beveiligen 207 • Als u een proxyserver gebruikt, moet u deze tijdelijk uitschakelen zodat de webpagina correct kan worden geladen. 2 Klik op Instellingen >Beveiliging >Schijfcodering. Opmerking: Schijfcodering wordt alleen weergegeven in het menu Beveiliging als een geformatteerde, nietdefecte vaste schijf in de printer is geïnstalleerd. 3 Selecteer Inschakelen in het menu Schijfcodering.
Printer onderhouden 208 Printer onderhouden Let op—Kans op beschadiging: Als de printer niet optimaal kan presteren en onderdelen en supplies niet worden vervangen, kan de printer beschadigd raken. Printeronderdelen reinigen De printer reinigen Opmerking: mogelijk moet u dit om de paar maanden doen. Let op—Kans op beschadiging: schade aan de printer door onjuiste behandeling valt niet onder de garantie.
Printer onderhouden 209 De glasplaat reinigen Reinig de glasplaat als er problemen zijn met de afdrukkwaliteit, bijvoorbeeld als er strepen worden weergegeven op gekopieerde of gescande afbeeldingen. 1 Maak een zachte, pluisvrije doek of een papieren doekje enigszins vochtig met water. 2 Open de klep van de scanner. 3 Maak de aangegeven gedeelten schoon en laat ze drogen.
Printer onderhouden 210 De status van de onderdelen en supplies controleren De status van onderdelen en supplies controleren op het bedieningspaneel van de printer Blader in het beginscherm naar: Status/Supplies >Supplies weergeven De status van onderdelen en supplies controleren vanuit de Embedded Web Server Opmerking: Controleer of de computer en printer beide met hetzelfde netwerk zijn verbonden. 1 Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk.
Printer onderhouden 211 Supplies bestellen In de V.S. belt u voor het bestellen van supplies +1-800-539-6275 voor informatie over erkende dealers van Lexmark supplies in uw omgeving. In andere landen of regio's kunt u terecht op de website van Lexmark, www.lexmark.com, of neemt u contact op met de winkel waar u de printer hebt gekocht. Opmerking: de geschatte resterende levensduur van de printersupplies is gebaseerd op normaal papier van Letterof A4-formaat.
Printer onderhouden Item 212 Verenigde Staten en Canada Europese Unie (EU), Europese Economische Ruimte (EER) en Zwitserland Rest van de wereld Zwart 801HK 802HK 808HK Cyaan 801HC 802HC 808HC Magenta 801HM 802HM 808HM Geel 802HY 808HY 801HY Retourneerprogramma tonercartridge met extra hoog rendement Zwart 801XK 802XK 808XK Cyaan 801XC 802XC 808XC Magenta 801XM 802XM 808XM Geel 802XY 808XY 801XY Bezoek www.lexmark.com/regions voor meer informatie over landen in een regio.
Printer onderhouden 213 Een onderhoudskit bestellen Opmerkingen: • Bij gebruik van bepaalde soorten papier moet de onderhoudskit wellicht vaker worden vervangen. • Het verhittingsstation de overdrachtsmodule zitten in de onderhoudskit en kunnen indien nodig los besteld en vervangen worden. • Neem contact op met de klantenondersteuning om de onderhoudskit te vervangen: http://support.lexmark.com of uw servicevertegenwoordiger.
Printer onderhouden 214 Supplies vervangen Overloopfles vervangen 1 Bovenklep 2 Toneroverloopfles 3 Rechterzijklep 4 Voorklep 1 Haal de nieuwe toneroverloopfles uit de verpakking. 2 Open de voorklep. LET OP—HEET OPPERVLAK: De binnenkant van de printer kan heet zijn. Om letsel te voorkomen, moet u een heet oppervlak eerst laten afkoelen voordat u het aanraakt.
Printer onderhouden 215 3 Open de bovenklep. 4 Verwijder de rechterzijklep. 1 2 5 Druk op de groene hendels aan beide zijden van de toneroverloopfles en verwijder de toneroverloopfles.
Printer onderhouden 6 Plaats de gebruikte toneroverloopfles in de meegeleverde verpakking en sluit de verpakking af. Zie “Lexmark-producten recyclen” op pagina 202 voor meer informatie. 7 Plaats de nieuwe toneroverloopfles. 8 Plaats de rechterzijklep.
Printer onderhouden 217 9 Verschuif de ontgrendeling aan de rechterkant van de printer en houd deze vast. Sluit vervolgens voorzichtig de bovenklep. 10 Sluit de voorklep. Een zwart/wit- en kleurenkit vervangen 1 Open de voorklep. LET OP—HEET OPPERVLAK: De binnenkant van de printer kan heet zijn. Om letsel te voorkomen, moet u een heet oppervlak eerst laten afkoelen voordat u het aanraakt.
Printer onderhouden 2 Open de bovenklep. 3 Verwijder de tonercartridges door de hendels op te tillen en de tonercartridges voorzichtig uit de beeldverwerkingskit te trekken.
Printer onderhouden 4 Verwijder de rechterzijklep. 5 Druk op de groene hendels aan beide zijden van de toneroverloopfles en verwijder de toneroverloopfles. 6 Til de blauwe hendels van de beeldverwerkingskit op en trek de kit naar voren tot deze niet verder kan.
Printer onderhouden 220 7 Druk de blauwe hendels omlaag, pak de groene handgrepen aan de zijkanten vast en trek de beeldverwerkingskit naar buiten. 8 Haal de vervangende zwarte en kleurenbeeldverwerkingskit uit de verpakking. Opmerkingen: • De kleurenbeeldverwerkingskit bevat de beeldverwerkingskit en de cyaan, magenta, gele en zwarte developer-eenheden. • De zwarte beeldverwerkingskit bevat de beeldverwerkingskit en de zwarte developer-eenheid.
Printer onderhouden 221 10 Schud de gele, cyaan, magenta en zwarte developer-eenheden voorzichtig heen en weer. 11 Verwijder de rode verpakkingsstrip en de stoffen bescherming van de developer-eenheden. 12 Plaats voorzichtig de gele, cyaan, magenta en zwarte developer-eenheden. Opmerking: Zorg ervoor dat u elke developer-eenheid in de juiste sleuf voor de betreffende kleur plaatst. 13 Verwijder de rode verpakkingsstrip van de beeldverwerkingskit.
Printer onderhouden 14 Lijn de beeldverwerkingskit uit en plaats de kit in de printer. 15 Duw de blauwe hendels voorzichtig maar stevig omlaag totdat de beeldverwerkingskit vastklikt. Opmerking: Controleer of de beeldverwerkingskit goed vastzit.
Printer onderhouden 16 Plaats de toneroverloopfles. 17 Plaats de rechterzijklep. 18 Plaats de tonercartridges.
Printer onderhouden 224 19 Verschuif de ontgrendeling aan de rechterkant van de printer en houd deze vast. Sluit vervolgens voorzichtig de bovenklep. 20 Sluit de voorklep.
Printer onderhouden 225 Tonercartridges vervangen Let op—Kans op beschadiging: Schade die wordt veroorzaakt door het gebruik van een tonercartridge die niet van het merk Lexmark is, valt niet onder de garantie. Opmerking: Als u tonercartridges gebruikt die niet van het merk Lexmark zijn, kan dit resulteren in verminderde afdrukkwaliteit. 1 Open de bovenklep. 2 Verwijder de tonercartridge door de hendel omhoog te drukken en de cartridge voorzichtig uit de beeldverwerkingskit te trekken.
Printer onderhouden 226 3 Pak de nieuwe tonercartridge uit en verwijder het verpakkingsmateriaal. 4 Lijn de nieuwe tonercartridge uit en druk deze vervolgens omlaag totdat de cartridge op zijn plaats zit. 5 Verschuif de ontgrendeling aan de rechterkant van de printer en houd deze vast. Sluit vervolgens voorzichtig de bovenklep. 6 Plaats de gebruikte tonercartridge in de zak waarin de vervangende tonercartridge was verpakt en sluit de zak af.
Printer onderhouden 227 Een developer-eenheid vervangen Vervang een developer-eenheid als er een probleem met de afdrukkwaliteit optreedt of als de printer is beschadigd. 1 Open de voorklep. LET OP—HEET OPPERVLAK: De binnenkant van de printer kan heet zijn. Om letsel te voorkomen, moet u een heet oppervlak eerst laten afkoelen voordat u het aanraakt. 2 Open de bovenklep.
Printer onderhouden 3 Til de hendel van de tonercartridge op en trek de cartridge voorzichtig uit de beeldverwerkingskit. 4 Verwijder de rechterzijklep. 5 Druk op de groene hendels aan beide zijden van de toneroverloopfles en verwijder de toneroverloopfles.
Printer onderhouden 229 6 Til de blauwe hendels van de beeldverwerkingskit op en trek de kit naar voren tot deze niet verder kan. 7 Druk de blauwe hendels omlaag, pak de groene handgrepen aan de zijkanten vast en trek de beeldverwerkingskit naar buiten. Let op—Kans op beschadiging: Raak de onderkant van de beeldverwerkingskit niet aan. Dit kan de beeldverwerkingskit beschadigen. 8 Verwijder de gebruikte developer-eenheid.
Printer onderhouden 230 9 Schud de vervangende developer-eenheid voorzichtig heen en weer voor u de eenheid uit de verpakking haalt. 10 Verwijder de rode transportbescherming van de developer-eenheid. 11 Plaats de developer-eenheid.
Printer onderhouden 12 Lijn de beeldverwerkingskit uit en plaats de kit in de printer. 13 Duw de blauwe hendels voorzichtig maar stevig omlaag totdat de beeldverwerkingskit vastklikt. Opmerking: Controleer of de beeldverwerkingskit goed vastzit. 14 Vervang de toneroverloopfles.
Printer onderhouden 232 15 Plaats de rechterzijklep. 16 Plaats de tonercartridges. 17 Verschuif de ontgrendeling aan de rechterkant van de printer en houd deze vast. Sluit vervolgens voorzichtig de bovenklep.
Printer onderhouden 233 18 Sluit de voorklep. 19 Plaats de gebruikte developer-eenheid in de zak waarin de vervangende developer-eenheid was verpakt en sluit de zak af. Zie “Lexmark-producten recyclen” op pagina 202 voor meer informatie. Help bij transport Voordat u de printer verplaatst LET OP—KANS OP LETSEL: De printer weegt meer dan 18 kg (40 lb) en moet door twee of meer getrainde personeelsleden worden opgetild.
Printer onderhouden De printer vervoeren. Wanneer u de printer verstuurt, moet u de originele verpakking gebruiken.
Printer beheren 235 Printer beheren Geavanceerde netwerkinformatie en beheerdersinformatie weergeven In dit hoofdstuk worden algemene ondersteunende beheertaken beschreven die worden uitgevoerd met de Embedded Web Server. Raadpleeg de Handleiding netwerken op de cd Software en documentatie of de Beheerdershandleiding voor de Embedded Web Server voor informatie over geavanceerde systeemondersteuningstaken op de ondersteuningswebsite van Lexmark op http://support.lexmark.com.
Printer beheren 236 Rapporten weergeven U kunt een aantal rapporten bekijken vanuit de Embedded Web Server. Deze rapporten zijn handig voor het bepalen van de status van de printer, het netwerk en de supplies. 1 Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk. Opmerkingen: • Controleer het IP-adres van de printer op het startscherm van de printer. Het IP-adres bestaat uit vier sets met cijfers gescheiden door punten: 123,123.123,123.
Printer beheren 237 Berichten Beschrijving Stoppen, kan door1 De printer stopt met het verwerken van taken als de status van de supply bereikt is. De gebruiker moet op een knop drukken om verder te gaan met afdrukken. Stoppen, kan niet door1,2 De printer stopt als de status van de supply bereikt is. De supply moet worden vervangen voordat u kunt doorgaan met afdrukken. 1 De printer genereert een e-mail over de status van de supply wanneer de supplymelding is ingeschakeld.
Papierstoringen verhelpen 238 Papierstoringen verhelpen Papierstoringen voorkomen Papier correct plaatsen • Zorg ervoor dat het papier vlak in de lade is geplaatst. Papier is correct geplaatst Papier is niet correct geplaatst • Verwijder geen laden terwijl de printer bezig is met afdrukken. • Plaats geen laden terwijl de printer bezig is met afdrukken. Plaats afdrukmateriaal voordat u gaat afdrukken of wacht tot u wordt gevraagd afdrukmateriaal te plaatsen. • Plaats niet te veel papier in de printer.
Papierstoringen verhelpen 239 • Zorg ervoor dat de geleiders in de papierlade of de universeellader op de juiste wijze zijn ingesteld en niet strak tegen het papier of de enveloppen zijn geplaatst. • Duw de lade stevig in de printer nadat u het papier hebt geplaatst. Gebruik aanbevolen papier • Gebruik uitsluitend aanbevolen papier of speciaal afdrukmateriaal. • Plaats nooit gekreukt, gevouwen, vochtig, gebogen of kromgetrokken papier.
Papierstoringen verhelpen 240 Storingslocatie Bericht op de display Oplossing 1 Automatische documentinvoer (ADI) [x] pagina's vastgelopen, open bovenklep van automatische invoer [28y.xx] Verwijder al het papier uit de ADI-lade en verwijder het vastgelopen papier. 2 Standaarduitvoerlade [x] pagina's vastgelopen, maak standaardlade leeg [203.xx] Verwijder het vastgelopen papier. 3 Verhittingsstation [x] pagina's vastgelopen, open voorklep om verhittingsstation vrij te maken [202.
Papierstoringen verhelpen [x] pagina's vastgelopen, maak standaardlade leeg [203.xx] 1 Open de bovenklep. 2 Pak het vastgelopen papier stevig vast aan beide zijden en trek het voorzichtig uit de printer. Opmerking: Zorg dat alle papierstukjes zijn verwijderd.
Papierstoringen verhelpen 242 3 Open de voorklep. LET OP—HEET OPPERVLAK: De binnenkant van de printer kan heet zijn. Om letsel te voorkomen, moet u een heet oppervlak eerst laten afkoelen voordat u het aanraakt. a Als papier is vastgelopen onder het verhittingsstation, pakt u het papier stevig vast aan beide zijden en trekt u het voorzichtig uit de printer. Opmerking: Zorg dat alle papierstukjes zijn verwijderd.
Papierstoringen verhelpen 243 b Trek aan de groene hendel om de klep van het verhittingsstation te openen. c Als papier is vastgelopen onder het verhittingsstation, houdt u de klep van het verhittingsstation omlaag gedrukt en verwijdert u het papier. Opmerking: Zorg dat alle papierstukjes zijn verwijderd.
Papierstoringen verhelpen 244 4 Verschuif de ontgrendeling aan de rechterkant van de printer en houd deze vast. Sluit vervolgens voorzichtig de bovenklep. 5 Sluit de voorklep. 6 Raak op het bedieningspaneel van de printer Gereed aan om het bericht te wissen en verder te gaan met afdrukken. [x] pagina's vastgelopen, open voorklep om verhittingsstation vrij te maken [20y.xx] 1 Open de voorklep. LET OP—HEET OPPERVLAK: De binnenkant van de printer kan heet zijn.
Papierstoringen verhelpen 2 Open de bovenklep.
Papierstoringen verhelpen 3 Trek aan de groene hendel om de klep van het verhittingsstation te openen. 4 Houd de klep naar beneden gedrukt en verwijder het vastgelopen papier. Opmerking: Zorg dat alle papierstukjes zijn verwijderd.
Papierstoringen verhelpen 247 5 Verschuif de ontgrendeling aan de rechterkant van de printer en houd deze vast. Sluit vervolgens voorzichtig de bovenklep. 6 Sluit de voorklep. 7 Raak op het bedieningspaneel van de printer Gereed aan om het bericht te wissen en verder te gaan met afdrukken. [x] pagina's vastgelopen, open voorklep [20y.xx] 1 Open de voorklep. LET OP—HEET OPPERVLAK: De binnenkant van de printer kan heet zijn.
Papierstoringen verhelpen 248 2 Pak het vastgelopen papier stevig vast aan beide zijden en trek het voorzichtig uit de printer. Opmerking: Zorg dat alle papierstukjes zijn verwijderd. 3 Sluit de voorklep. 4 Raak op het bedieningspaneel van de printer Gereed aan om het bericht te wissen en verder te gaan met afdrukken. [x] pagina's vastgelopen, open voorklep om duplex vrij te maken [23y.xx] 1 Open de voorklep. LET OP—HEET OPPERVLAK: De binnenkant van de printer kan heet zijn.
Papierstoringen verhelpen 249 2 Pak het vastgelopen papier stevig vast aan beide zijden en trek het voorzichtig uit de printer. Opmerking: Zorg dat alle papierstukjes zijn verwijderd. 3 Sluit de voorklep. 4 Raak op het bedieningspaneel van de printer Gereed aan om het bericht te wissen en verder te gaan met afdrukken. [x] pagina's vastgelopen, open lade [x] [24y.xx] 1 Trek de lade volledig naar buiten. Opmerking: Het bericht op de printerdisplay geeft de lade aan waarin het papier is vastgelopen.
Papierstoringen verhelpen 250 2 Pak het vastgelopen papier stevig vast aan beide zijden en trek het voorzichtig uit de printer. Opmerking: Zorg dat alle papierstukjes zijn verwijderd. 3 Plaats de lade terug. 4 Raak op het bedieningspaneel van de printer Gereed aan om het bericht te wissen en verder te gaan met afdrukken.
Papierstoringen verhelpen 251 [x] pagina's vastgelopen, maak handmatige invoer vrij [251.xx] 1 Trek de standaardlade voor 250 vel (lade 1) en de handmatige invoer naar buiten. 2 Pak het vastgelopen papier stevig vast aan beide zijden en trek het voorzichtig uit de printer. Opmerking: Zorg dat alle papierstukjes zijn verwijderd. 3 Plaats de lade terug. 4 Raak op het bedieningspaneel van de printer Gereed aan om het bericht te wissen en verder te gaan met afdrukken.
Papierstoringen verhelpen 252 2 Buig de vellen papier enkele malen om deze los te maken. Waaier de vellen vervolgens uit. Vouw of kreuk het papier niet. Maak op een vlakke ondergrond de stapel recht. 3 Plaats opnieuw papier in de multifunctionele invoer.
Papierstoringen verhelpen 253 4 Schuif de papiergeleider voorzichtig tegen de linkerzijde van de papierstapel. 1 2 5 Raak op het bedieningspaneel van de printer Gereed aan om het bericht te wissen en verder te gaan met afdrukken. [x] pagina's vastgelopen, open bovenklep van automatische invoer [28y.xx] 1 Verwijder alle originele documenten uit de ADF-lade. Opmerking: Deze melding verdwijnt als de pagina’s zijn verwijderd uit de ADF-lade. 2 Open de klep van de ADF.
Papierstoringen verhelpen 254 4 Sluit de ADF-klep. 5 Zet de stapel originele documenten recht, plaats deze in de ADF en pas de papiergeleider aan. 6 Raak op het bedieningspaneel van de printer Gereed aan om het bericht te wissen en verder te gaan met afdrukken.
Problemen oplossen 255 Problemen oplossen Printerberichten Kleur aanpassen Wacht tot het proces is voltooid. Wijzig [papierbron] in [aangepaste tekenreeks] Probeer een of meer van de volgende oplossingen: • Plaats papier van het juiste formaat en de juiste soort in de lade en raak Papier vervangen voltooid aan op het bedieningspaneel van de printer. Opmerking: Controleer of het papierformaat en het papiersoort worden vermeld in het menu Papier op het bedieningspaneel van de printer.
Problemen oplossen 256 Sluit klep van de flatbed en plaats originelen bij het opnieuw starten van taak [2yy.xx] Probeer een of meer van de volgende oplossingen: • Raak Scannen vanaf de automatische invoer aan om direct door te gaan met het scannen via de ADF na de laatste voltooide scantaak. • Raak Scannen vanaf de flatbed aan om direct door te gaan met het scannen via de glasplaat na de laatste voltooide scantaak. • Raak Opdracht afmaken zonder nog te scannen aan om de laatste scantaak te voltooien.
Problemen oplossen 257 Raak Doorgaan aan op het bedieningspaneel van de printer om het bericht te wissen. Flash beschadigd [51] Probeer een of meer van de volgende oplossingen: • Vervang de beschadigde flashgeheugenkaart. • Raak Doorgaan aan op het bedieningspaneel van de printer om het bericht te negeren en verder te gaan met afdrukken. • Annuleer de huidige afdruktaak.
Problemen oplossen 258 Faxserver 'Volgens indeling' is niet ingesteld. Raadpleeg de systeembeheerder. Probeer een of meer van de volgende oplossingen: • Raak Doorgaan aan op het bedieningspaneel van de printer om het bericht te wissen. • Voltooi de faxserverinstellingen. Neem contact op met uw systeembeheerder als het bericht opnieuw wordt weergegeven. Naam faxstation is niet ingesteld. Raadpleeg de systeembeheerder.
Problemen oplossen 259 Onvoldoende geheugen voor defragmentatie flashgeheugen [37] Probeer een of meer van de volgende oplossingen: • Raak Doorgaan aan op het bedieningspaneel van de printer om de defragmentatie te stoppen en verder te gaan met afdrukken. • Verwijder lettertypen, macro's en andere gegevens uit het RAM-geheugen van de printer. • Installeer extra printergeheugen.
Problemen oplossen 260 Vul [papierbron] met [naam aangepaste soort] Probeer een of meer van de volgende oplossingen: • Plaats papier van het juiste formaat en de juiste soort in de lade of invoer. • Raak Papier geplaatst aan op het bedieningspaneel van de printer om de lade of invoer met papier van het juiste formaat en de juiste soort te gebruiken.
Problemen oplossen 261 Handmatige invoer vullen met [naam aangepaste soort] Probeer een of meer van de volgende oplossingen: • Plaats papier van het juiste formaat en de juiste soort in de invoer. • Raak op het bedieningspaneel van de printer Vragen bij elke pagina, papier is geplaatst of Niet vragen, papier is geplaatst aan om het bericht te wissen en verder te gaan met afdrukken. • Raak Papier automatisch selecteren aan op het bedieningspaneel van de printer om het papier in de lade te gebruiken.
Problemen oplossen 262 Onderhoudskit vrijwel leeg. Geschat aantal resterende pagina's is [x] [80.xy] Mogelijk moet u aangegeven onderhoudskit zeer binnenkort vervangen. Ga voor meer informatie naar de ondersteuningswebsite van Lexmark op http://support.lexmark.com of neem contact op met uw servicevertegenwoordiger en geef het bericht door. Raak indien nodig Doorgaan aan om het bericht te sluiten en door te gaan met afdrukken.
Problemen oplossen 263 Uw Lexmark-printer werkt het beste met originele supplies en onderdelen van Lexmark. Wanneer u supplies of onderdelen van andere fabrikanten gebruikt, kan dit negatieve gevolgen hebben voor de prestaties, betrouwbaarheid of levensduur van de printer en de beeldverwerkingsonderdelen van het apparaat. Alle levensduurindicators zijn ontworpen om te functioneren met de supplies en onderdelen Lexmark.
Problemen oplossen 264 Installeer ontbrekende of niet-reagerende beeldverwerkingskit [type] opnieuw [31.xy] Opmerking: Het type kan een zwarte beeldverwerkingskit zijn of een zwarte en kleurenbeeldverwerkingskit. Probeer een of meer van de volgende oplossingen: • Installeer de ontbrekende beeldverwerkingskit. Raadpleeg het gedeelte “Supplies vervangen” in de Gebruikershandleiding voor meer informatie. • Verwijder de niet-reagerende beeldverwerkingskit en installeer deze opnieuw.
Problemen oplossen 265 Vervang cartridge [kleur]. Geschat aantal resterende pagina's is 0 [88.xy] Vervang de aangegeven tonercartridge om het bericht te wissen en door te gaan met afdrukken. Raadpleeg de instructies bij de supply voor meer informatie. Opmerking: Als u geen vervangende tonercartridge hebt, raadpleegt u het gedeelte “Supplies bestellen” van de Gebruikershandleiding of gaat u naar www.lexmark.com. Vervang cartridge [kleur], regiocode van cartridge komt niet overeen met code printer [42.
Problemen oplossen 266 Vervang onderhoudskit. Geschat aantal resterende pagina's is 0 [80.xy] De printer vereist onderhoud. Ga voor meer informatie naar de ondersteuningswebsite van Lexmark op http://support.lexmark.com of neem contact op met uw servicevertegenwoordiger en geef het bericht door. Vervang ontbrekende beeldverwerkingskit [type] [31.xy] Opmerking: Het type kan een zwarte beeldverwerkingskit zijn of een zwarte en kleurenbeeldverwerkingskit.
Problemen oplossen 267 Wachttaken herstellen? Probeer een of meer van de volgende oplossingen: • Raak Herstellen aan op het bedieningspaneel van de printer om alle taken in wachtrij te herstellen die zijn opgeslagen op de vaste schijf van de printer. • Raak Niet herstellen aan op het bedieningspaneel van de printer als u geen van de afdruktaken wilt herstellen. Klep automatische invoer van scanner is open Sluit de ADI-klep. Scanner uitgeschakeld door beheerder [840.
Problemen oplossen 268 Softwarefout in standaardnetwerk [54] Probeer een of meer van de oplossingen: • Raak op het bedieningspaneel van de printer Doorgaan aan om verder te gaan met afdrukken. • Schakel de printer uit en weer in. • Werk de netwerkfirmware in de printer of afdrukserver bij. Ga voor meer informatie naar de ondersteuningswebsite van Lexmark op http://support.lexmark.com of neem contact op met uw servicevertegenwoordiger en geef het bericht door.
Problemen oplossen 269 Beeldverwerkingskit [type] bijna leeg [84.xy] Opmerking: Het type kan een zwarte beeldverwerkingskit zijn of een zwarte en kleurenbeeldverwerkingskit. Mogelijk moet u de beeldverwerkingskit vervangen. Raak indien nodig Doorgaan aan op het bedieningspaneel van de printer om verder te gaan met afdrukken. Beeldverwerkingskit [type] vrijwel leeg [84.xy] Opmerking: Het type kan een zwarte beeldverwerkingskit zijn of een zwarte en kleurenbeeldverwerkingskit.
Problemen oplossen 270 Printerproblemen oplossen Eenvoudige printerproblemen Printerdisplay is leeg Actie Ja Nee Stap 1 Druk op de slaapknop op het bedieningspaneel van de printer. Het probleem is opgelost. Naar stap 2. Verschijnt Gereed op het printerdisplay? Stap 2 Het probleem is Schakel de printer uit en schakel de printer na ongeveer tien seconden weer opgelost. in.
Problemen oplossen 271 Actie Ja Nee Stap 5 Controleer of de kabels waarmee de printer is aangesloten op de computer in de correcte poorten zitten. Naar stap 6. Zorg dat de volgende items met elkaar overeenkomen: • het USB-symbool op de kabel met het USB-symbool op de printer Zitten de kabels in de correcte poorten? • De juiste Ethernetkabel met de juiste Ethernet-poort Stap 6 Schakel de schakelaar in Naar stap 7.
Problemen oplossen Actie 272 Ja Stap 12 Het probleem is Schakel de printer uit en schakel de printer na ongeveer 10 seconden weer in. opgelost. Werkt de printer? Nee Contact klantenondersteuningaan als u nog meer pagina's wilt scannen. Problemen met opties Kan interne optie niet vinden Handeling Ja Stap 1 Het probleem is Schakel de printer uit en schakel de printer na ongeveer tien seconden weer opgelost. in. Nee Naar stap 2. Werkt de interne optie correct? Stap 2 Naar stap 3.
Problemen oplossen 273 Kan geheugenkaart niet vinden Handeling Ja Nee Controleer of de geheugenkaart is geïnstalleerd. a Installeer de geheugenkaart. Zie “Geheugenkaart installeren” op pagina 30 voor meer informatie. Het probleem is opgelost. Contact opnemen met klantenondersteuning. Actie Ja Nee Stap 1 a Trek de lade naar buiten en voer een van de volgende stappen uit: Het probleem is opgelost. Naar stap 2. Het probleem is opgelost. Naar stap 3.
Problemen oplossen 274 Actie Ja Nee Stap 4 Controleer of de lade beschikbaar is in het printerstuurprogramma. Het probleem is opgelost. Contact klantenondersteuningaan als u nog meer pagina's wilt scannen. Actie Ja Nee Schakel Herstel na storing in. a Blader in het beginscherm naar: Het probleem is opgelost. Contact klantenondersteuningaan als u nog meer pagina's wilt scannen. Actie Ja Nee Stap 1 a Trek de lade naar buiten en voer een van de volgende stappen uit: Naar stap 2.
Problemen oplossen 275 Actie Ja Nee Stap 2 a Vervang het papier. Gebruik papier uit een nieuw pak. Naar stap 3. Het probleem is opgelost. Contact klantenondersteuningaan als u nog meer pagina's wilt scannen. Het probleem is opgelost. Opmerking: Papier neemt vocht op in een vochtige omgeving. Bewaar papier altijd in de originele verpakking en pak het pas uit als u het gaat gebruiken. b Verzend de afdruktaak opnieuw.
Problemen oplossen 276 Problemen met afdrukken oplossen Afdrukproblemen Vertrouwelijke en andere taken in de wachtrij worden niet afgedrukt Opmerking: Vertrouwelijke, geverifieerde, gereserveerde en herhaalde afdruktaken kunnen worden verwijderd als de printer extra geheugen nodig heeft voor de verwerking van andere wachttaken. Handeling Ja Nee Stap 1 Open de map met onderbroken taken op de printerdisplay en controleer of uw afdruktaak wordt weergegeven. Naar stap 2.
Problemen oplossen 277 Er wordt een foutbericht over het lezen van het flashstation weergegeven Actie Ja Nee Stap 1 Controleer of het flashstation in de USB-poort aan de voorzijde is geplaatst. Naar stap 2. Plaats het flashstation in de USB-poort aan de voorzijde. Wacht tot de printer klaar is, bekijk vervolgens de lijst met wachttaken en druk de documenten af. Naar stap 3. Naar stap 4. Het probleem is opgelost. Naar stap 5. Het probleem is opgelost.
Problemen oplossen 278 Taak wordt afgedrukt vanuit de verkeerde lade of op het verkeerde papier Actie Ja Nee Stap 1 a Controleer of u afdrukt op papier dat wordt ondersteund door de lade. Het probleem is opgelost. Naar stap 2. Stap 2 Het probleem is a Stel op het bedieningspaneel van de printer in het menu Papier de instel- opgelost. lingen voor het papierformaat en de papiersoort zodanig in dat deze overeenkomen met het papier dat in de lade is geplaatst. b Verzend de afdruktaak opnieuw.
Problemen oplossen 279 Actie Ja Nee Stap 3 Het probleem is Maak de taak minder complex door het aantal verschillende lettertypen en opgelost. lettergrootten te reduceren, het aantal afbeeldingen te beperken en eenvoudigere afbeeldingen te gebruiken of door minder pagina's tegelijk te laten afdrukken. Contact klantenondersteuningaan als u nog meer pagina's wilt scannen.
Problemen oplossen 280 Afdruktaken worden niet afgedrukt Handeling Ja Stap 1 Het probleem is a Open het dialoogvenster voor afdrukken vanuit het document dat u wilt opgelost. afdrukken en controleer of u de juiste printer hebt geselecteerd. Nee Naar stap 2. Opmerking: Als de printer niet de standaardprinter is, moet u de printer selecteren voor elk document dat u wilt afdrukken. b Verzend de afdruktaak opnieuw.
Problemen oplossen 281 Afdruktaak duurt langer dan verwacht Actie Ja Nee Stap 1 De instellingen voor energiegebruik voor de printer wijzigen. a Blader op het bedieningspaneel van de printer naar: Het probleem is opgelost. Naar stap 2. Stap 2 Het probleem is opgelost. Gebruik minder lettertypen en kleinere lettergrootten, beperk het aantal afbeeldingen en gebruik eenvoudige afbeeldingen en verlaag het aantal af te drukken pagina's in de taak en verstuur de taak opnieuw. Naar stap 3.
Problemen oplossen 282 • De universeellader detecteert niet automatisch het papierformaat. U moet het papierformaat instellen in het menu Papierformaat/-soort. Actie Ja Stap 1 Het probleem is a Open de laden en controleer of al het papier hetzelfde formaat heeft en opgelost. van hetzelfde type is. Nee Naar stap 2. • Controleer dat de papiergeleiders in de juiste positie staan voor het papierformaat dat in iedere lade is geplaatst.
Problemen oplossen 283 Handeling Ja Nee Stap 1 a De een lijst met lettertypevoorbeelden af om te controleren of de gebruikte lettertypen worden ondersteund door de printer. 1 Blader op het bedieningspaneel van de printer naar: Naar stap 2. Selecteer een lettertype dat wordt ondersteund door de printer. Het probleem is opgelost. Contact opnemen met klantenondersteuning. Ja Nee Menu's >Rapporten >Lettertypen afdrukken 2 Selecteer PCL-lettertypen of PostScript-lettertypen.
Problemen oplossen 284 Handeling Ja Stap 2 Naar stap 3. Geef de soort en het formaat van het papier in de lade op in het menu Papier op het bedieningspaneel van de printer. Nee Voer een of meer van de volgende handelingen uit: • Wijzig het formaat van het papier in het menu Papier op het bedieningspaneel van de printer zodat dit overeenkomt met het papier in de lade.
Problemen oplossen 285 Handeling Ja Nee Stap 1 De ingestelde waarde voor tonerintensiteit verlagen. a Geef een lagere waarde op voor de dichtheid van de toner in het menu Kwaliteit op het bedieningspaneel van de printer. Het probleem is opgelost. Naar stap 2. Opmerking: 4 is de standaardinstelling. b Verzend de afdruktaak opnieuw. Zijn de grijze achtergronden verdwenen? Het probleem is Stap 2 a Verwijder de beeldverwerkingskit en installeer deze vervolgens opnieuw. opgelost.
Problemen oplossen Handeling 286 Ja Naar stap 4. Stap 3 a Verwijder de beeldverwerkingskit en installeer deze vervolgens opnieuw. Nee Het probleem is opgelost. Let op—Kans op beschadiging: De beeldverwerkingskit mag niet langer dan tien minuten worden blootgesteld aan licht. Langdurige blootstelling aan licht kan tot problemen met de afdrukkwaliteit leiden. Let op—Kans op beschadiging: Raak de onderkant van de beeldverwerkingskit niet aan. Dit kan de beeldverwerkingskit beschadigen.
Problemen oplossen 287 Handeling Ja Nee Stap 3 a Geef het papierformaat op via Voorkeursinstellingen voor afdrukken of het afdrukdialoogvenster, afhankelijk van het besturingssysteem. b Verzend de afdruktaak opnieuw. Het probleem is opgelost. Contact opnemen met klantenondersteuning. Ja Nee Zijn de marges correct? Gekruld papier Handeling Stap 1 Naar stap 2. Stel de breedte- en lengtegeleiders in de lade in op de juiste positie voor het formaat van het papier dat in de printer is geplaatst.
Problemen oplossen 288 Onregelmatigheden in de afdruk Leading edge ) ) ABCDE ABCDE ABCDE Trailing edge Handeling Ja Stap 1 Naar stap 2. a Stel de breedte- en lengtegeleiders in de lade in op de juiste positie voor het formaat van het papier dat in de lade is geplaatst. b Verzend de afdruktaak opnieuw. Nee Het probleem is opgelost. Bevatten afdrukken nog steeds onregelmatigheden? Naar stap 3.
Problemen oplossen 289 Handeling Ja Nee Stap 5 a Laad papier uit een nieuw pak. Naar stap 6. Het probleem is opgelost. Contact opnemen met klantenondersteuning. Het probleem is opgelost. Ja Nee Opmerking: Papier neemt vocht op in een vochtige omgeving. Bewaar papier altijd in de originele verpakking en haalt het pas uit de verpakking als u het gaat gebruiken. b Verzend de afdruktaak opnieuw.
Problemen oplossen Handeling 290 Ja Stap 4 Naar stap 5. a Geef de instellingen voor papiersoort, -structuur en -gewicht op in Voorkeursinstellingen voor afdrukken of het afdrukdialoogvenster, afhankelijk van uw besturingssysteem. b Verzend de afdruktaak opnieuw. Nee Het probleem is opgelost. Is de afdruk nog steeds te donker? Stap 5 Controleer of het papier in de lade een structuur of ruwe afwerking heeft. Drukt af op papier met structuur of ruwe afwerking? Stap 6 a Laad papier uit een nieuw pak.
Problemen oplossen 291 Handeling Ja Nee Stap 2 a Geef een hogere waarde op voor tonerintensiteit in het menu Kwaliteit op het bedieningspaneel van de printer. Naar stap 3. Het probleem is opgelost. Opmerking: 4 is de standaardinstelling. b Verzend de afdruktaak opnieuw. Is de afdruk nog steeds te licht? Stap 3 Naar stap 4. Geef de instellingen voor papiersoort, -structuur en -gewicht van het papier in de lade op in het menu Papier op het bedieningspaneel van de printer.
Problemen oplossen 292 Printer drukt lege pagina's af Handeling Ja Nee Stap 1 a Controleer of alle verpakkingsmateriaal is verwijderd van de beeldverwerkingskit. 1 Verwijder de beeldverwerkingskit. Naar stap 2. Het probleem is opgelost. Contact opnemen met klantenondersteuning. Het probleem is opgelost. 2 Controleer of het verpakkingsmateriaal correct is verwijderd van de beeldverwerkingskit.
Problemen oplossen Handeling 293 Ja Nee Stap 1 Naar stap 2. a Verwijder de beeldverwerkingskit en installeer deze vervolgens opnieuw. Het probleem is opgelost. Let op—Kans op beschadiging: De beeldverwerkingskit mag niet langer dan tien minuten worden blootgesteld aan licht. Langdurige blootstelling aan licht kan tot problemen met de afdrukkwaliteit leiden. Let op—Kans op beschadiging: Raak de onderkant van de beeldverwerkingskit niet aan. Dit kan de beeldverwerkingskit beschadigen.
Problemen oplossen 294 Schaduwafbeeldingen op afdrukken Leading edge A AB BC CD D A B C D ABCD Trailing edge Handeling Ja Nee Stap 1 Controleer of het papier dat in de lade is geplaatst, de juiste papiersoort en het juiste gewicht heeft. Naar stap 2. Plaats papier van het juiste formaat en gewicht in de lade. Naar stap 3. Stel de papiersoort en het papiergewicht in op het papier dat in de lade is geplaatst.
Problemen oplossen Handeling 295 Ja Naar stap 2. Stap 1 a Stel de breedte- en lengtegeleiders in de lade in op de juiste positie voor het formaat van het papier dat in de printer is geplaatst. b Verzend de afdruktaak opnieuw. Nee Het probleem is opgelost. Zijn afdrukken nog steeds scheef? Stap 2 a Controleer of u afdrukt op papier dat wordt ondersteund door de lade. Contact opnemen met klantenondersteuning. Het probleem is opgelost. Ja Nee b Verzend de afdruktaak opnieuw.
Problemen oplossen 296 Handeling Ja Nee Stap 3 a Laad papier uit een nieuw pak. Naar stap 4. Het probleem is opgelost. Naar stap 5. Stap 4 a Verwijder de beeldverwerkingskit en installeer deze vervolgens opnieuw. Het probleem is opgelost. Opmerking: Papier neemt vocht op in een vochtige omgeving. Bewaar papier altijd in de originele verpakking en haalt het pas uit de verpakking als u het gaat gebruiken. b Verzend de afdruktaak opnieuw.
Problemen oplossen Handeling 297 Ja Stap 2 Naar stap 3. Geef de instellingen voor papierstructuur, -soort en gewicht van het papier in de lade op in het menu Papier op het bedieningspaneel van de printer. Nee Voer een of meer van de volgende handelingen uit: • Geef bij de instellingen voor de lade de structuur, de soort en het gewicht op van het papier dat in de lade is geplaatst.
Problemen oplossen 298 Afdrukken bevatten lichte tonervegen of schaduwen op de achtergrond ABCDE ABCDE ABCDE Handeling Ja Stap 1 Het probleem is a Verwijder de beeldverwerkingskit en installeer deze vervolgens opnieuw. opgelost. Nee Naar stap 2. Let op—Kans op beschadiging: De beeldverwerkingskit mag niet langer dan tien minuten worden blootgesteld aan licht. Langdurige blootstelling aan licht kan tot problemen met de afdrukkwaliteit leiden.
Problemen oplossen 299 Afdrukken bevatten tonervlekjes Handeling Ja Nee Vervang de beeldverwerkingskit en verzend de afdruktaak opnieuw. Contact opnemen met klantenondersteuning. Het probleem is opgelost. Ja Nee Bevatten de afdrukken tonervlekjes? Slechte afdrukkwaliteit op transparanten Handeling Stap 1 Naar stap 2. Geef de soort van het papier in de lade op in het menu Papier op het bedieningspaneel van de printer. Stel de papiersoort in op Transparant.
Problemen oplossen 300 Handeling Ja Nee Stap 1 a Controleer of uw software het juiste vulpatroon gebruikt. Naar stap 2. Het probleem is opgelost. Naar stap 3. Het probleem is opgelost. Naar stap 4. Het probleem is opgelost. Naar stap 5. Stap 4 a Verwijder de beeldverwerkingskit en installeer deze vervolgens opnieuw. Het probleem is opgelost. b Verzend de afdruktaak opnieuw.
Problemen oplossen 301 Wat zijn CMYK-kleuren? Cyaan, magenta, gele en zwarte inkt of toner kan worden afgedrukt in verschillende hoeveelheden om diverse waarneembare kleuren creëren. Cyaan en geel kunnen bijvoorbeeld in combinatie de kleur groen opleveren. Drukpersen, inkjetprinters en kleurenlaserprinters stellen kleuren volgens deze methode samen. Met de methode voor CMYK-kleuren worden kleuren beschreven als de hoeveelheid cyaan, magenta, geel en zwart die nodig is om een bepaalde kleur te verkrijgen.
Problemen oplossen Objecttype RGB-afbeelding RGB-tekst RGB-illustraties 302 Kleurconversietabellen • Levendig: geeft helderdere kleuren met een hogere verzadiging en kan worden toegepast op alle binnenkomende kleurformaten. • sRGB Display: geeft kleuren die de kleuruitvoer van een computerscherm benaderen. Opmerking: Het gebruik van zwarte toner wordt geoptimaliseerd voor het afdrukken van foto's. • Display—True Black: geeft kleuren die de kleuruitvoer van een computerscherm benaderen.
Problemen oplossen 303 Afdrukken op kleurentransparanten lijken donker wanneer ze worden geprojecteerd Opmerking: Dit probleem doet zich het vaakst voor wanneer transparanten worden geprojecteerd met een spiegelende overheadprojector. Voor de hoogst mogelijke kleurkwaliteit van projecties wordt aangeraden om overheadprojectors met een overdrachtfunctie te gebruiken. Handeling Ja Nee Stap 1 Naar stap 2. Stel de papiersoort in op Transparant. Het probleem is opgelost. Naar stap 3.
Problemen oplossen 304 Een kleur op de pagina is te overheersend Handeling Ja De kleurbalans aanpassen. Het probleem is a Verhoog of verlaag de waarde voor cyaan, magenta, geel en zwart in het opgelost. menu Kleurbalans op het bedieningspaneel van de printer. b Verzend de afdruktaak opnieuw. Nee Contact opnemen met klantenondersteuning.
Problemen oplossen Actie 305 Ja Stap 2 Naar stap 3. Controleer of de instelling voor papierformaat overeenkomt met de grootte van het papier dat in de lade is geplaatst. Controleer de instelling voor papiergrootte in het menu Papier. Komt de instelling voor papierformaat overeen met de grootte van het papier in de lade? Stap 3 Het probleem is a Het papierformaat opgeven. Geef het papierformaat op via Voorkeursin- opgelost.
Problemen oplossen 306 Actie Ja Nee Stap 4 Verstuur een afdruktaak en controleer dan of er problemen zijn met de afdrukkwaliteit. a Pas de instellingen van de Eco-modus aan in het menu Algemene instellingen. b Pas in het menu Kopiëren de instelling voor Donker aan. Naar stap 5. Raadpleeg “Problemen met de afdrukkwaliteit” op pagina 282. Stap 5 Naar stap 6. Controleer of het document of de foto op de juiste manier is geplaatst.
Problemen oplossen 307 Actie Ja Nee Stap 9 Controleer of de afdruk flets of overbelicht is. a Blader in het scherm Kopiëren naar: Geavanceerde opties >Geavanceerde beeldverwerking b Pas de volgende instellingen aan: Contact klantenondersteuningaan als u nog meer pagina's wilt scannen. Het probleem is opgelost. Ja Nee • Achtergrondverwijdering—Verlaag de huidige instelling. • Schaduwdetail—Verlaag de huidige instelling. c Verzend de kopieertaak opnieuw.
Problemen oplossen Actie 308 Ja Stap 3 Naar stap 4. Controleer de stroomtoevoer. Controleer of de stekker van de printer goed in het stopcontact zit, of de printer is ingeschakeld en of Gereed op de printerdisplay wordt weergegeven. Nee Zet de printer aan en wacht tot Gereed op de display wordt weergegeven. Staat de printer aan en wordt er Gereed op de display weergegeven? Naar stap 5. Stap 4 Controleer de aansluitingen van de printer.
Problemen oplossen Actie 309 Ja Stap 6 Naar stap 7. Controleer dat de printer is aangesloten op een analoge telefoondienst of de juiste digitale connector. De faxmodem is een analoog apparaat. U kunt bepaalde apparaten op de printer aansluiten om gebruik te maken van diensten voor digitale telefonie. Nee Sluit de printer aan op een analoge telefoondienst of de juiste digitale connector.
Problemen oplossen 310 Actie Ja Nee Stap 9 a Schakel de functie voor wisselgesprek tijdelijk uit. Neem contact op met het telefoonbedrijf voor de toetsenblokcode waarmee u deze functie tijdelijk kunt uitschakelen. b Probeer een fax te verzenden of te ontvangen. Het probleem is opgelost. Naar stap 10. Het probleem is opgelost. Naar stap 11. Het probleem is opgelost. Contact klantenondersteuningaan als u nog meer pagina's wilt scannen. Actie Ja Nee Stap 1 Controleer de lade of lader.
Problemen oplossen Actie 311 Ja Stap 3 Het probleem is Vervang de tonercartridge. Raadpleeg de instructies bij de supply voor meer opgelost. informatie. Nee Contact klantenondersteuningaan als u nog meer pagina's wilt scannen. Kunt u faxen ontvangen? Kan wel faxen ontvangen, maar niet verzenden Actie Ja Stap 1 Het probleem is opgelost. Controleer of de printer in faxmodus staat. In het beginscherm raakt u Fax aan om de printer in de faxmodus te zetten, vervolgens verzendt u de fax.
Problemen oplossen 312 Actie Ja Nee Het probleem is opgelost. Contact klantenondersteuningaan als u nog meer pagina's wilt scannen. Actie Ja Nee Stap 1 Vraag de afzender van de fax om het volgende: a Controleer of het originele document van goede kwaliteit is. Het probleem is opgelost. Naar stap 2. a Blader in het beginscherm naar: >Instellingen >Algemene instellingen >Initiële set-up uitvoeren >Ja >Verzenden b Schakel de printer uit en weer in.
Problemen oplossen Actie 313 Ja Stap 2 Het probleem is opgelost. Verlaag de faxtransmissiesnelheid voor binnenkomende faxen. a Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk. Nee Naar stap 3. Opmerkingen: • Controleer het IP-adres van de printer op het startscherm van de printer. Het IP-adres bestaat uit vier sets met cijfers gescheiden door punten: 123,123.123,123.
Problemen oplossen 314 Actie Ja Nee Stap 3 Controleer dat de kabels tussen de printer en de afdrukserver goed zijn bevestigd. Raadpleeg de meegeleverde installatiedocumentatie van de printer voor meer informatie. Contact klantenondersteuningaan als u nog meer pagina's wilt scannen. Controleer de kabelverbindingen. Ja Nee Zijn de kabels tussen de printer en de afdrukserver goed bevestigd? Scantaak is mislukt Handeling Naar stap 2. Stap 1 Controleer de kabelaansluiting.
Problemen oplossen 315 Scannen duurt te lang of de computer loopt vast tijdens scannen Actie Ja Nee Stap 1 Controleer of er andere toepassingen zijn die scan verstoren. Sluit alle toepassingen die niet worden gebruikt. Naar stap 2. Het probleem is opgelost. Contact klantenondersteuningaan als u nog meer pagina's wilt scannen. Het probleem is opgelost. Handeling Ja Nee Stap 1 Controleer of er een foutbericht wordt weergegeven op de display. Wis het foutbericht. Naar stap 2. Naar stap 3.
Problemen oplossen Handeling 316 Ja Stap 6 Naar stap 7. Controleer de scaninstellingen. Controleer in het scherm Scannen of de instellingen voor het inhoudstype en de inhoudsbron correct zijn voor het document dat moet worden gescand. Nee Wijzig de instellingen voor het inhoudstype en de inhoudsbron zodat deze overeenkomen met het document dat moet worden gescand. Zijn de instellingen voor het inhoudstype en de inhoudsbron correct voor het document dat moet worden gescand? Stap 7 Probleem opgelost.
Problemen oplossen Actie 317 Ja Nee Stap 4 Schakel de schakelaar in Naar stap 5. Controleer of het stopcontact is uitgeschakeld met behulp van een schakelaar of reset de stroomonderbreker. of stroomonderbreker. Is het stopcontact uitgeschakeld met behulp van een schakelaar of stroomonderbreker? Stap 5 Sluit het netsnoer van de Naar stap 6. Controleer of de printer is aangesloten op een overspanningsbeveiliging, een printer rechtsreeks aan op een geaard UPS of een verlengsnoer. stopcontact.
Problemen oplossen 318 Actie Ja Nee Stap 2 Los de fout op. Werkt de toepassing nu? Het probleem is opgelost. Contact klantenondersteuningaan als u nog meer pagina's wilt scannen. Embedded Web Server wordt niet geopend Actie Ja Nee Stap 1 a Zet de printer aan. Het probleem is opgelost. Naar stap 2. Het probleem is opgelost. Naar stap 3. Het probleem is opgelost. Naar stap 4. b Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer. c Druk op Enter.
Problemen oplossen Actie 319 Ja Stap 4 Het probleem is Controleer of de kabelverbindingen met de printer en afdrukserver goed zijn opgelost. bevestigd. a Sluit de kabels op de juiste wijze aan. Raadpleeg de meegeleverde installatiedocumentatie van de printer voor meer informatie. b Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer. Nee Naar stap 5. c Druk op Enter. Opent de Embedded Web Server? Stap 5 Het probleem is opgelost. Schakel de webproxyservers tijdelijk uit.
Kennisgevingen 320 Kennisgevingen Productinformatie Productnaam: Lexmark CX510de en CX510dthe Apparaattype: 7527 Model(len): 636, 637 Informatie over deze editie September 2014 De volgende alinea is niet van toepassing op landen waar de voorwaarden strijdig zijn met de nationale wetgeving: LEXMARK INTERNATIONAL, INC.
Kennisgevingen 321 Trademarks Lexmark, Lexmark met het diamantlogo, MarkNet en MarkVision zijn als handelsmerken van Lexmark International, Inc. gedeponeerd in de Verenigde Staten en/of andere landen. Mac en het Mac-logo zijn handelsmerken van Apple Inc., gedeponeerd in de Verenigde Staten en andere landen. PCL(r) is een gedeponeerd handelsmerk van Hewlett-Packard Company. PCL is Hewlett-Packard Company’s designation of a set of printer commands (language) and functions included in its printer products.
Kennisgevingen 322 AirPrint en het logo van AirPrint zijn handelsmerken van Apple, Inc. Geluidsniveaus De volgende metingen zijn uitgevoerd conform ISO 7779 en gerapporteerd conform ISO 9296. Opmerking: sommige modi zijn wellicht niet van toepassing op uw product. Geluidsdruk gemiddeld 1 m, dBA Bezig met afdrukken van 52 Bezig met scannen 49 Bezig met kopiëren 50 Gereed 16 Waarden kunnen gewijzigd worden. Ga naar www.lexmark.com voor de huidige waarden.
Kennisgevingen 323 Kennisgeving over gevoeligheid voor statische elektriciteit dit symbool duidt onderdelen aan die gevoelig zijn voor ontlading van statische elektriciteit. Raak eerst het metalen frame van de printer aan, voordat u iets aanraakt in gebieden die met dit symbool zijn gemarkeerd.
Kennisgevingen 324 DANGER - Invisible laser radiation when cartridges are removed and interlock defeated. Avoid exposure to laser beam. PERIGO - Radiação a laser invisível será liberada se os cartuchos forem removidos e o lacre rompido. Evite a exposição aos feixes de laser. Opasnost - Nevidljivo lasersko zračenje kada su kasete uklonjene i poništena sigurnosna veza. Izbjegavati izlaganje zracima.
Kennisgevingen 325 wordt automatisch ingeschakeld wanneer het product gedurende een vooraf ingestelde periode (time-out voor slaapstand) niet wordt gebruikt. Standaardinstelling voor de time-out voor slaapstand van dit product (in minuten): 20 U kunt de time-out voor de slaapstand via de configuratiemenu's instellen tussen 1 minuut en 120 minuten. Als u de time-out voor de slaapstand instelt op een lage waarde, vermindert het energieverbruik, maar kan de responstijd van het product toenemen.
Kennisgevingen 326 De fabrikant van dit product is: Lexmark International, Inc., 740 West New Circle Road, Lexington, KY, 40550, Verenigde Staten. De erkende vertegenwoordiger is: Lexmark International Technology Hungária Kft., 8 Lechner Ödön fasor, Millennium Tower III, 1095 Boedapest HONGARIJE. Een verklaring van conformiteit met de vereisten van de voorschriften is op verzoek verkrijgbaar via de erkende vertegenwoordiger.
Kennisgevingen 327 Blootstelling aan hoogfrequentie-energie De hoeveelheid hoogfrequentie-energie die door dit draadloze apparaat wordt uitgestraald, ligt ver onder de limieten voor hoogfrequentie-energie die zijn vastgesteld door de FCC en andere regelgevende instanties. Er moet minimaal 20 cm (8 inch) ruimte tussen de antenne en eventuele personen zijn om te voldoen aan de vereisten voor hoogfrequentie-energie van de FCC en andere regelgevende instanties.
Kennisgevingen 328 Oostenrijk België Bulgarije Zwitserland Cyprus Tsjechië Duitsland Denemarken Estland Griekenland Spanje Finland Frankrijk Kroatië Hongarije Ierland IJsland Liechtenstein Litouwen Luxemburg Letland Malta Noorwegen Polen Roemenië Turkije Verenigd Koninkrijk Zweden Slovenië Slowakije Nederland Italië Portugal Česky Společnost Lexmark International, Inc.
Kennisgevingen Português 329 A Lexmark International Inc. declara que este este produto está conforme com os requisitos essenciais e outras disposições da Diretiva 1999/5/CE. Slovensky Lexmark International, Inc. týmto vyhlasuje, že tento produkt spĺňa základné požiadavky a všetky príslušné ustanovenia smernice 1999/5/ES. Slovensko Lexmark International, Inc. izjavlja, da je ta izdelek v skladu z bistvenimi zahtevami in ostalimi relevantnimi določili direktive 1999/5/ES.
Index 330 Index Cijfers 550 vel, lade voor installeren 34 plaatsen 44 [ [Kleur] cartridge bijna leeg. Geschat aantal resterende pagina's is [x] [88.xy] 256 [x] pagina's vastgelopen, maak handmatige invoer vrij [251.xx] 251 [x] pagina's vastgelopen, maak multifunctionele invoer vrij [250.xx] 251 [x] pagina's vastgelopen, maak standaardlade leeg [203.xx] 241 [x] pagina's vastgelopen, open bovenklep van automatische invoer [28y.xx] 253 [x] pagina's vastgelopen, open lade [x] [24y.
Index printer drukt effen zwarte pagina's af 292 schaduwafbeeldingen op afdrukken 294 scheve afdruk 294 tekens hebben gekartelde randen 282 toner laat los 298 tonervlekjes, op afdrukken 299 verschillen in afdrukdichtheid 299 verticale onderbrekingen op afdrukken 299 verticale strepen op afdrukken 296 afdruktaak annuleren, vanaf computer 72 afdruktaak annuleren vanaf een computer 72 via het bedieningspaneel van de printer 71 Afwerking, menu 187 Algemene instellingen, menu 151 Ander formaat, menu 130 antwoor
Index controllerkaart toegang 27 D datum en tijd, fax instelling 108 Datum/tijd instellen, menu 149 de Embedded Web Server openen 19 De printer moest opnieuw worden opgestart. De laatste taak is mogelijk niet voltooid.
Index fax- en e-mailfuncties instellen 311 fax- en e-mailfuncties zijn niet ingesteld 311 faxen annuleren, faxtaak 113, 114 blokkeren van ongewenste faxen 113 de datum en tijd instellen 108 fax verzenden op een gepland tijdstip 110 faxen doorsturen 114 faxen in wachtrij 114 faxen lichter of donkerder maken 112 faxinstellingen 94 faxlog bekijken 113 het faxnummer instellen 107 naam voor uitgaande fax instellen 107 onderscheidende beltonen 107 printer configureren voor zomertijd 108 resolutie wijzigen 112 sn
Index reinigen 209 groene instellingen Eco‑modus 199 Planning stroomstand 201 Sluimerstand 200 Sluimerstand time-out 201 Stille modus 199 H Handleiding netwerken waar u die kunt vinden 235 handmatige invoer plaatsen 47 Handmatige invoer vullen met [aangepaste tekenreeks] 260 Handmatige invoer vullen met [naam aangepaste soort] 261 hardwareopties toevoegen printerstuurprogramma 38 herhaalde afdrukstoringen 293 herhaalde afdruktaken 69 afdrukken vanaf de Macintoshcomputer 70 afdrukken via Windows 70 herstel
Index via de ADI 73 via de glasplaat 74 kopiëren op beide zijden van het papier (dubbelzijdig afdrukken) 77 kopiëren op transparanten 74 kopiëren op verschillende papierformaten 77 kopiëren, meerdere pagina's op één vel 80 kopiëren, problemen oplossen documenten of foto's worden gedeeltelijk gekopieerd 304 klep scannereenheid sluit niet 305, 314 kopieerfunctie reageert niet 304 slechte kwaliteit van gescande afbeeldingen 315 slechte kwaliteit van kopieën 305 kopiëren, scherm geavanceerde opties 85 inhoudsb
Index Naam faxstation is niet ingesteld. Raadpleeg de systeembeheerder. 258 naam voor uitgaande fax instellen 107 Netwerk [x], menu 137 netwerkconfiguratiepagina afdrukken 43 netwerkinstellingen Embedded Web Server 235 Netwerkkaart, menu 138 Netwerkrapporten, menu 138 Niet-ondersteunde USB-hub, verwijder de hub 257 niet-reagerende printer controleren 270 niet-vluchtig geheugen 204 wissen 205 Nummer faxstation is niet ingesteld. Raadpleeg de systeembeheerder.
Index Pas kopiëren instellen 22 PCL Emul, menu 193 PDF, menu 192 pictogrammen in het beginscherm verbergen 20 weergeven 20 pictogrammen verbergen op het beginscherm 20 pictogrammen weergeven op het beginscherm 20 pincode, methode gebruiken 41 Plaats afgedrukte pagina's opnieuw in lade [x] 264 Plaats alle originelen terug als u de taak opnieuw start. 264 Plaats invoerlade [x] 258 Plaats ontbrekende of nietreagerende cartridge [kleur] terug [31.xy] 263 Plaats vastgelopen origin. terug bij opn. starten taak.
Index Onvoldoende geheugen, sommige taken in wacht worden niet hersteld [37] 259 Onvoldoende geheugen, sommige taken in wacht zijn verwijderd [37] 259 Onvoldoende vrije ruimte in flashgeheugen voor bronnen [52] 263 Plaats afgedrukte pagina's opnieuw in lade [x] 264 Plaats alle originelen terug als u de taak opnieuw start. 264 Plaats invoerlade [x] 258 Plaats ontbrekende of nietreagerende cartridge [kleur] terug [31.xy] 263 Plaats vastgelopen origin. terug bij opn. starten taak.
Index taak wordt afgedrukt op verkeerd papier 278 taak wordt afgedrukt vanuit verkeerde lade 278 taken in wacht worden niet afgedrukt 276 taken worden niet afgedrukt 280 vastgelopen pagina's worden niet opnieuw afgedrukt 274 verkeerde marges op afdrukken 286 verkeerde tekens worden afgedrukt 277 problemen oplossen, afdrukkwaliteit afdruk is te donker 289 afdruk is te licht 290 afdrukkwaliteit op transparanten is slecht 299 grijze achtergrond op afdrukken 284 herhaalde afdrukstoringen 293 horizontale onderb
Index scannen, problemen oplossen documenten of foto's worden gedeeltelijk gescand 316 kan niet vanaf een computer scannen 313 klep scannereenheid sluit niet 305, 314 scannen duurt te lang of de computer loopt vast tijdens scannen 315 scantaak mislukt 314 scanner automatische documentinvoer (ADF) 13 functies 12 glasplaat 13 Scanner uitgeschakeld door beheerder [840.01] 267 Scanner uitgeschakeld. Neem contact op met de systeembeheerder als het probleem zich blijft voordoen. [840.
Index U Universal-instelling, menu 135 Universal-papierformaat instelling 44 USB-poort 36 V van fax verzenden 110 verzenden op een gepland tijdstip 110 vaste schijf van printer codering 206 schoonvegen 206 weggooien 204 veelgestelde vragen over afdrukken in kleur 300 veiligheidsinformatie 7, 8 verbinding maken met een draadloos netwerk configuratiemethode met drukknop (PBC) gebruiken 41 configuratiemethode met pincode gebruiken 41 met de Embedded Web Server 42 wizard voor draadloze configuratie gebruiken