Lexmark E360d en E360dn Serie Gebruikershandleiding Januari 2010 Machinetype(n): 4513 Model(len): 420, 430 www.lexmark.
Inhoudsopgave Veiligheidsvoorschriften...................................................................5 Algemene informatie over de printer............................................7 Hartelijk dank voor het kiezen voor deze printer!......................................................................................................7 Informatie zoeken over de printer...................................................................................................................................
Afdrukken..........................................................................................50 Een document afdrukken.................................................................................................................................................50 Speciale documenten afdrukken...................................................................................................................................51 Pagina's met informatie afdrukken............................................
201 papier vast...................................................................................................................................................................100 202 Papier vast...................................................................................................................................................................101 231 papierstoring...................................................................................................................................
Veiligheidsvoorschriften LET OP—KANS OP LETSEL: zie de bijgesloten Veiligheidsinformatie voor u een elektrische verbinding of een kabelverbinding maakt. Sluit het netsnoer aan op een geaard stopcontact dat zich dicht in de buurt van het product bevindt en dat gemakkelijk bereikbaar is. Plaats dit product niet in de buurt van water of in vochtige omgevingen. LET OP—KANS OP LETSEL: Dit product maakt gebruik van een laser.
LET OP—KANS OP ELEKTRISCHE SCHOK: Om het risico op elektrische schokken te vermijden, trekt u de stekker van het netsnoer uit het stopcontact en maakt u alle kabels los die op de printer zijn aangesloten voor u de buitenkant van de printer reinigt. LET OP—KANS OP ELEKTRISCHE SCHOK: Gebruik de faxfunctie niet tijdens onweer.
Algemene informatie over de printer Hartelijk dank voor het kiezen voor deze printer! We hebben ons best gedaan om er zeker van te zijn dat hij aan uw verwachtingen zal voldoen. Als u uw nieuwe printer meteen wilt gebruiken, kunt u de installatiematerialen van de printer gebruiken en de Gebruikershandleiding doornemen om de zien hoe u de elementaire taken uitvoert.
Gewenste informatie Bron Hulp bij de printersoftware Hulp voor Windows of Mac: open een printersoftwareprogramma of –toepassing en klik vervolgens op Help. Klik op om contextgevoelige informatie te bekijken. Opmerkingen: • De Help-bestanden worden automatisch tegelijk met de printersoftware geïnstalleerd. • De printersoftware bevindt zich afhankelijk van uw besturingssysteem in de programmamap voor de printer of op het bureaublad.
5 1 4 3 1 Achter 2 300 mm 2de twee Rechterkant 200 mm 3 Voor 300 mm 4 Linkerkant 12,7 mm 5 Bovenzijde 300 mm Printerconfiguraties Basismodel In de volgende afbeelding worden de voorkant van de printer en de algemene functies of onderdelen weergegeven.
1 Ontgrendelingsknop op voorklep de twee Papierstop 3 Standaarduitvoerlade 4 Bedieningspaneel van de printer 5 Klep van de systeemkaart 6 Standaardlade voor 250 vel (lade 1) 7 Klep van universeellader 8 Voorklep In de volgende afbeelding worden de achterkant van de printer en de algemene functies of onderdelen weergegeven.
1 Achterklep de twee Ethernetpoort Opmerking: de Ethernet-poort is alleen op netwerkprinters beschikbaar.
Geconfigureerde modellen In de volgende afbeelding wordt een printer weergegeven die is geconfigureerd met een optionele lader voor: 1 Ontgrendelingsknop op voorklep de twee Papierstop 3 Standaarduitvoerlade 4 Bedieningspaneel van de printer 5 Klep van de systeemkaart 6 Standaardlade voor 250 vel (lade 1) 7 Optionele lade voor 250 of 550 vel (Lade 2) 8 Klep van universeellader 9 Voorklep De standaarduitvoerlade en papierstop gebruiken De standaarduitvoerlade kan max.
Als u de papierstop wilt openen, trekt u aan de papierstop zodat deze naar voren klapt. Opmerkingen: • Laat de papierstop niet in de geopende positie staan als u afdrukt op transparanten. Als u dit wel doet, ontstaan er mogelijk vouwen in de transparanten. • Als u de papier naar een andere locatie verplaatst, moet de papierstop gesloten zijn.
Extra installatie-opties voor de printer Interne opties installeren LET OP—KANS OP ELEKTRISCHE SCHOK: Als u toegang wilt verkrijgen tot de systeemkaart of optionele hardware of geheugenkaarten wilt installeren nadat u de printer gebruiksklaar hebt gemaakt, moet u eerst de printer uitzetten en de stekker van het netsnoer uit het stopcontact halen. Als u andere apparaten hebt aangesloten op de printer, moet u deze ook uitzetten en alle kabels losmaken die zijn aangesloten op de printer.
2 Gebruik de volgende illustratie om de juiste aansluiting te vinden. Let op—Kans op beschadiging: De elektrische componenten van de systeemkaart raken gemakkelijk beschadigd door statische elektriciteit. Raak daarom eerst een metalen oppervlak aan voordat u de elektronische componenten of aansluitingen van de systeemkaart aanraakt. 1 Ethernet-connector Opmerking: de Ethernet-poort is alleen op netwerkprinters beschikbaar.
Een optionele geheugenkaart kan afzonderlijk worden aangeschaft en op de systeemkaart worden bevestigd. U installeert de geheugenkaart als volgt: 1 Zet de printer uit. 2 Open het toegangspaneel van de systeemkaart. 3 Haal de geheugenkaart uit de verpakking. Opmerking: Raak de aansluitpunten aan de rand van de kaart niet aan. 4 Lijn de geheugenkaart met de bijbehorende connector uit met de systeemkaart. 5 Duw de vergrendelingen aan beide uiteinden van de geheugenconnector open.
U zult wellicht enige kracht moeten uitoefenen om de kaart volledig in de connector te drukken. 7 Zorg ervoor dat beide vergrendelingen in de uitsparingen aan beide zijden van de kaart passen. 8 Sluit de klep van de systeemkaart. 9 Zet de printer weer aan. 10 Open de map Printers: a Klik op of klik op Start en dan op Uitvoeren. b Typ in het vakje van Start zoeken of Uitvoeren control printers. c Druk op Enter of klik op OK. De map Printers wordt geopend.
Flashgeheugenkaart of firmwarekaart installeren De systeemkaart heeft twee connectoren voor een optionele flashgeheugenkaart of firmwarekaart. Slechts één van elk kan worden geïnstalleerd, maar de connectoren zijn uitwisselbaar. LET OP—KANS OP ELEKTRISCHE SCHOK: Als u toegang wilt verkrijgen tot de systeemkaart of optionele hardware of geheugenkaarten wilt installeren nadat u de printer gebruiksklaar hebt gemaakt, moet u eerst de printer uitzetten en de stekker van het netsnoer uit het stopcontact halen.
4 Druk de kaart stevig op zijn plaats. Opmerkingen: • De connector van de kaart moet over de gehele lengte in aanraking zijn met de systeemkaart. • Let erop dat de aansluitpunten niet beschadigd raken. 5 Sluit de toegangsklep van de systeemkaart. Hardwareopties installeren Een lader voor 250 of 550 vel installeren LET OP—KANS OP LETSEL: De printer weegt meer dan 18 kg en moet door twee of meer getrainde personeelsleden worden verplaatst.
Een optionele lader wordt onder de printer bevestigd. Een lader bestaat uit twee delen: een lade en een standaard. De printer ondersteunt één optionele lader; u kunt een lader installeren voor 250 of voor 550 vel. LET OP—KANS OP ELEKTRISCHE SCHOK: Als u de systeemkaart opent of optionele hardware of geheugenapparaten installeert nadat u de printer hebt ingesteld, dient u voordat u doorgaat eerst de printer uit te schakelen en de stekker uit het stopcontact te halen.
6 Lijn de buitenkant van de printer uit met de verste randen van de lade, en laat de printer vervolgens langzaam op zijn plaats zakken. 7 Zet de printer weer aan. 8 Open de map Printers: a Klik op of klik op Start en dan op Uitvoeren. b Typ in het vakje van Start zoeken of Uitvoeren control printers. c Druk op Enter of klik op OK. De map Printers wordt geopend. 9 Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van uw printer. 10 Klik op Properties (Eigenschappen). 11 Klik op Opties installeren.
Kabels aansluiten 1 Sluit de printer aan op een computer of een netwerk. • Gebruik voor een lokale verbinding een USB-kabel of parallelle kabel. • Gebrui voor een netwerkverbinding een Ethernet-kabel. 2 Sluit het netsnoer eerst aan op de printer en vervolgens pas op een stopcontact. 1 Ethernetpoort 2de twee USB-poort Let op—Kans op beschadiging: Raak tijdens het afdrukken niet de USB-kabel, netwerkadapters of het aangegeven deel van de printer aan. Dit kan leiden tot gegevensverlies of een storing.
Printerconfiguratie controleren Pagina met menu-instellingen afdrukken Druk een pagina met menu-instellingen af om de huidige menu-instellingen te bekijken en te controleren of de printeropties correct zijn geïnstalleerd. Opmerking: als u nog geen wijzigingen hebt aangebracht in de instellingen van de menu-items, worden alle standaardinstellingen weergegeven op de pagina met menu-instellingen.
De printersoftware installeren Printersoftware installeren Het printerstuurprogramma is een stukje software dat zorgt voor de communicatie tussen de computer en de printer. De printersoftware wordt geïnstalleerd tijdens de eerste printerinstallatie. Voor Windows-gebruikers 1 Sluit alle geopende softwareprogramma's. 2 Plaats de cd Software en documentatie. 3 In het dialoogvenster van de hoofdinstallatie klikt u op Printer en software installeren. 4 Volg de instructies op het beeldscherm.
4 Klik op het tabblad Opties installeren. 5 Voeg onder Beschikbare opties eventuele geïnstalleerde hardwareopties toe. 6 Klik op Toepassen. Voor Macintosh-gebruikers Mac OS X versie 10.5 of later 1 Klik op Systeemvoorkeuren in het Apple-menu. 2 Klik op Afdrukken & faxen. 3 Selecteer de printer en klik vervolgens op Opties & Supplies. 4 Klik op Stuurprogramma en voeg eventuele geïnstalleerde hardwareopties toe. 5 Klik op OK. In Mac OS X versie 10.
Minimaliseer de invloed die uw printer op het milieu heeft Lexmark hecht veel belang aan duurzaamheid en verbetert voortdurend zijn printers om de invloed ervan op het milieu te verminderen. Wij houden bij het ontwerpen rekening met het milieu, maken onze verpakkingen zelf om het materiaalgebruik terug te brengen en zorgen voor inzamel- en recyclingprogramma’s. Zie voor meer informatie: • Het hoofdstuk Kennisgevingen • Het gedeelte Duurzaamheid van de Lexmark website op www.lexmark.
Zuinig omgaan met accessoires Er zijn een aantal manieren waarop u de hoeveelheid papier en toner die u bij het afdrukken gebruikt kunt reduceren. U kunt: Beide zijden van het papier gebruiken U kunt bepalen of er op één of twee zijden van het papier wordt afgedrukt door 2-zijdig afdrukken te selecteren in het dialoogvenster Afdrukken of in de Lexmark-werkbalk.
U selecteert als volgt een Ecomodusinstelling: 1 via het bedieningspaneel van de printer, druk op . 2 Druk op de pijltoetsen tot Instellingen wordt weergegeven en druk op . 3 Druk op de pijltoetsen tot Algemene instellingen wordt weergegeven en druk op 4 Druk op de pijltoetsen tot Ecomodus wordt weergegeven en druk op 5 Selecteer de gewenste instelling en druk vervolgens op . . . De melding Veranderingen indienen verschijnt. Geluid van de printer reduceren.
Spaarstand aanpassen U kunt energie besparen door het aantal minuten te verlagen dat de printer wacht alvorens over te schakelen naar de spaarstand. Het instelbereik ligt tussen de 1 en 240 minuten. De standaardinstelling is 30 minuten. De Embedded Web Server gebruiken 1 Typ het IP-adres van de printer in het adresveld van uw webbrowser. Opmerking: als u het IP-adres van de printer niet weet, drukt u een pagina met netwerkinstellingen af en zoekt u het IP-adres op in het TCP/IP-gedeelte.
3 Volg de instructies op het scherm van uw computer. Lexmark verpakkingsmateriaal recyclen Lexmark streeft voortdurend naar het minimaliseren van het verpakkingsmateriaal. Het gebruiken van minder verpakkingsmateriaal garandeert dat Lexmark printers zo efficiënt en milieuvriendelijk mogelijk worden vervoerd en dat er minder verpakkingsmateriaal hoeft te worden weggegooid. Deze efficiënties leiden tot minder broeikasgassen en het besparen van energie en natuurlijke grondstoffen.
Papier en speciaal afdrukmateriaal plaatsen In dit gedeelte wordt beschreven hoe u papier plaatst in de laden voor 250 en 550 vel en de universeellader. Hierin vindt u ook informatie over de papierafdrukstand, het instellen van de papiersoort en het papierformaat en het koppelen en ontkoppelen van laden. Papiersoort en papierformaat instellen 1 Zorg ervoor dat de printer is ingeschakeld en dat het bericht Gereed wordt weergegeven. 2 via het bedieningspaneel van de printer, druk op .
4 Druk op de pijltoetsen tot Universal-instelling wordt weergegeven en druk op 5 Druk op de pijltoetsen tot Maateenheden wordt weergegeven en druk op . . 6 Druk op de pijltoetsen tot de juiste maateenheid wordt weergegeven en druk op . Wijzigingen verzenden wordt weergegeven, gevolgd door het menu Universal-instelling. 7 Druk op om terug te keren naar de stand Gereed.
Laden vullen 1 Trek de lade volledig naar buiten. Opmerking: Verwijder een lade nooit tijdens de uitvoering van een afdruktaak of als het bericht Bezig op het bedieningspaneel verschijnt. Dit kan een papierstoring veroorzaken. 2 Knijp de geleiders samen en schuif ze naar de juiste positie voor het papierformaat dat u wilt plaatsen.
Knijp de lengtegeleider in en schuif deze naar achteren voor langwerpig papier zoals A4 of Legal, zodat u het papier gemakkelijk kunt plaatsen. Voer de volgende stappen uit wanneer u papier op A6-formaat wilt plaatsen: a Knijp de lengtegeleider in en schuif deze naar het midden van de lade voor papier van A5-formaat. b Zet de stop voor A6-formaat omhoog. Opmerkingen: • In lade 1 kunnen slechts 150 vellen papier van A6-formaat worden geplaatst.
3 Buig de vellen enkele malen om ze los te maken en waaier ze vervolgens uit. Vouw of kreuk het papier niet. Maak op een vlakke ondergrond de stapel recht. 4 Laad het papier zoals op de afbeelding wordt weergegeven naar de achterkant van de invoerlade, met de aanbevolen afdrukzijde naar beneden. Opmerking: De indicatie voor maximumhoogte op de breedtegeleider geeft aan tot welke hoogte de stapel papier mag komen.
5 Knijp de geleiders in en verschuif ze zodat ze licht tegen de zijkant van de stapel afdrukmateriaal drukken. 6 Plaats de lade. 7 Als het type papier dat u hebt geplaatst afwijkt van het type dat zich daarvoor in de lade bevondt, moet u de instelling voor papierformaat en papiersoort wijzigen in het menu Papier op het bedieningspaneel van de printer.
Universeellader gebruiken U kunt de universeellader gebruiken wanneer u afdrukt op verschillende papierformaten en -soorten of op speciaal afdrukmateriaal, zoals karton, transparanten, papieren etiketten en enveloppen. U kunt de universeellader ook gebruiken voor afdruktaken van één pagina op briefhoofdpapier of op ander speciaal afdrukmateriaal dat u niet in een lade hebt geplaatst. De universeellader openen 1 Pak de handgreep en trek de klep van de universeellader naar beneden.
4 Laat het verlengstuk voorzichtig zakken zodat de universeellader volledig is uitgetrokken en geopend. De universeellader vullen 1 Druk het lipje op de breedtegeleider aan de rechterzijde in en schuif de geleiders zo ver mogelijk naar buiten. 2 Bereid het papier of speciale afdrukmateriaal voor om het te plaatsen. • Buig vellen papier of papieren etiketten enkele malen om de vellen los te maken en waaier ze vervolgens uit. Vouw of kreuk het papier of de etiketten niet.
• Buig een stapel enveloppen enkele malen om deze los te maken en waaier ze vervolgens uit. Maak een rechte stapel op een vlakke ondergrond. Opmerking: Als u de enveloppen uitwaaiert, voorkomt u dat de randen van enveloppen aan elkaar kleven. Het helpt ook om ze correct in te voeren en papierstoringen te voorkomen. Vouw of kreuk de enveloppen niet. 3 Plaats het papier of speciale afdrukmateriaal in de universeellader. Opmerkingen: • Duw het papier niet te ver in de universeellader.
• Plaats papier, transparanten en karton met de aanbevolen afdrukzijde naar boven en met de bovenzijde eerst. Raadpleeg de verpakking van de transparanten voor meer informatie over het plaatsen van transparanten. • Plaats briefhoofdpapier met het logo naar boven gericht, zodat de bovenste rand van het papier het eerst wordt ingevoerd. • Plaats enveloppen met de klepzijde naar beneden en de plaats voor de postzegel op de positie die wordt weergegeven.
4 Druk het lipje op de breedtegeleider aan de rechterzijde in om de geleiders aan te passen totdat deze licht tegen de zijkanten van de stapel drukken. 5 Schuif het papier voorzichtig zo ver mogelijk in de universeellader. Het papier hoort vlak in de universeellader te liggen. Zorg ervoor dat het papier losjes in de universeellader past en niet is omgebogen of gekreukt. 6 Stel via het bedieningspaneel van de printer het papierformaat en de papiersoort in.
Maximumaantal Opmerkingen U kunt slechts één optionele lade tegelijk op de printer installeren. De maximale Lade 2 250 of 550 vellen papier hoeveelheid papier die u in de printer kunt plaatsen is afhankelijk van of u de lade voor 250 of 550 vellen gebruikt. 50 etiketten Vinyletiketten, etiketten voor apotheken en dubbelzijdige etiketten worden niet ondersteund. Gebruik alleen papieren etiketten.
Een aangepaste naam maken voor een papiersoort Als de printer is aangesloten op een netwerk, kunt u de Embedded Web Server gebruiken om een andere naam dan Aangepast op te geven voor de aangepaste papiersoorten die in de printer zijn geplaatst. 1 Typ het IP-adres van de printer in het adresveld van uw webbrowser. Opmerking: Als u het IP-adres van de printer niet weet, drukt u een pagina met netwerkinstellingen af en zoekt u het adres in het TCP/IP-gedeelte. 2 Klik op Settings (Instellingen).
Richtlijnen voor papier en speciaal afdrukmateriaal Richtlijnen voor papier Als u het juiste papier of speciale afdrukmateriaal selecteert, vermindert het aantal afdrukproblemen. Voor optimale afdrukkwaliteit kunt u het beste eerst een proefafdruk maken op het papier of het speciale afdrukmateriaal dat u wilt gebruiken voordat u hier grote hoeveelheden van aanschaft. Papiereigenschappen De volgende papiereigenschappen zijn van invloed op de afdrukkwaliteit en de betrouwbaarheid van de papierinvoer.
Vezelrichting Deze term heeft betrekking op de richting van de vezels in een vel papier. Vezels lopen ofwel in de lengterichting van het papier of in de breedterichting. Voor een gewicht van 60-90 g/m2kunt u het beste papier met de vezel in de lengterichting gebruiken. Vezelgehalte Kwalitatief hoogwaardig xerografisch papier bestaat meestal voor 100% uit chemisch behandelde houtpulp.
Voorbedrukte formulieren en briefhoofdpapier kiezen Houd u aan de volgende richtlijnen als u voorbedrukte formulieren en briefhoofdpapier kiest: • Gebruik papier met de vezel in lengterichting voor papier van 60 tot 90 g/m2. • Gebruik alleen formulieren en briefhoofdpapier die zijn gelithografeerd of gegraveerd. • Gebruik geen papier met een ruw of grof gestructureerd oppervlak. Gebruik papier dat is bedrukt met hittebestendige inkt en dat geschikt is voor kopieerapparaten.
Ondersteunde papierformaten, -soorten en gewichten In de volgende tabellen vindt u informatie over standaardladen en optionele papierladen en de papiersoorten die de laden ondersteunen. Opmerking: Voor een papierformaat dat is niet geregistreerd, selecteert u het volgende, grotere formaat in de lijst. Raadpleeg de Card Stock & Label Guide voor informatie over karton en etiketten.
Papierformaten die door de printer worden ondersteund Papierformaat Afmetingen A4 210 x 297 mm (8,3 x 11,7 inch) A5 148 x 210 mm (5,8 x 8,3 inch) A61 105 x 148 mm (4,1 x 5,8 inch) Executive 184 x 267 mm (7,3 x 10,5 inch) Folio 216 x 330 mm JIS B5 182 x 257 mm (7,2 x 10,1 inch) Legal 216 x 356 mm (8,5 x 14 inch) Letter 216 x 279 mm (8,5 x 11 inch) Oficio (Mexico) 216 x 340 mm (8,5 x 13,4 inch) Statement 140 x 216 mm (5,5 x 8,5 inch) X Universal2 76,2 x 127 mm (3 x 5 inch) tot 216 x 35
Papierformaat Afmetingen Standaardlade voor Optionele lade Universeel250 vel voor 250 of 550 lader vel Duplexbaan 10-envelop 105 x 241 mm (4,1 x 9,5 inch) X X X Andere envelop 229 x 356 mm (9 x 14 inch) X X X 1 A6 wordt alleen ondersteund als de vezels in de lengterichting lopen. 3Als een papierformaat niet in de lijst staat, configureert u een universeel papierformaat. Zie “Instellingen voor Universal papier configureren” op pagina 31 voor meer informatie.
Afdrukken Dit hoofdstuk bevat informatie over afdrukken, printerrapporten en het annuleren van taken. De keuze voor en de verwerking van papier en speciaal afdrukmateriaal kunnen de betrouwbaarheid van het afdrukken beïnvloeden. Raadpleeg “Papierstoringen voorkomen” op pagina 95 en “Papier bewaren” op pagina 46 voor meer informatie. Een document afdrukken Een document afdrukken 1 Plaats papier in een lade of de lader.
Speciale documenten afdrukken Tips voor het gebruik van briefhoofdpapier Wanneer u wilt afdrukken op briefhoofdpapier, is het belangrijk dat u de juiste afdrukstand instelt. Gebruik de volgende tabel om te bepalen in welke richting u het briefhoofdpapier moet plaatsen: Bron of proces • Standaardlade voor 250 vel • Optionele lade voor 250 vel • Optionele lade voor 550 vel Afdrukzijde en papierafdrukstand Het papier moet met de bedrukte zijde naar beneden worden geplaatst.
Bron of proces Afdrukzijde en papierafdrukstand Handmatige invoer (dubbelzijdig afdrukken) Het voorbedrukte papier moet met de bedrukte zijde naar beneden worden geplaatst. De bovenste rand van het vel met het logo moet het laatst in de lade voor handmatige invoer worden ingevoerd. Opmerking: Informeer bij de fabrikant of leverancier of het gewenste voorbedrukte briefhoofdpapier geschikt is voor gebruik in laserprinters.
• Voor de beste prestaties en een minimumaantal papierstoringen wordt u aangeraden geen enveloppen te gebruiken die: – – – – – – – – – gemakkelijk krullen; aan elkaar kleven of beschadigd zijn; vensters, gaten, perforaties, uitsnijdingen of reliëf bevatten; metalen klemmetjes, strikken of vouwklemmetjes bevatten; zijn samengevouwen; zijn voorzien van postzegels; een (gedeeltelijk) onbedekte plakstrook hebben als de klepzijde is gesloten of is dichtgeplakt; gebogen hoeken hebben; een ruwe, geplooide of gel
• Als het gericht aanbrengen van de lijm niet mogelijk is, verwijdert u een strook van 2 mm van de voorste (bovenste) rand en gebruikt u lijm die niet lekt. • Druk bij voorkeur af in de afdrukstand Staand, vooral bij het afdrukken van streepjescodes. Tips voor het afdrukken op karton Karton is een zwaar, eenlaags speciaal afdrukmateriaal. Veel variabele kenmerken ervan, zoals vochtgehalte, dikte en structuur, kunnen de afdrukkwaliteit aanzienlijk beïnvloeden.
3 Druk op de pijltoetsen tot Rapporten wordt weergegeven en druk op . 4 Druk op de pijltoetsen tot Directory afdrukken wordt weergegeven en druk op . Nadat de directorylijst is afgedrukt, wordt het bericht Gereed weergegeven. Testpagina’s voor de afdrukkwaliteit afdrukken Druk de testpagina's voor de afdrukkwaliteit af om problemen met de afdrukkwaliteit op te sporen. 1 Zet de printer uit. 2 Houd en ingedrukt terwijl u de printer aanzet.
3 Selecteer de taak die u wilt annuleren. 4 Druk op de toets Delete op het toetsenbord. Via de taakbalk van Windows: Wanneer u een afdruktaak naar de printer verstuurt, wordt rechts in de taakbalk een klein pictogram in de vorm van een printer weergegeven. 1 Dubbelklik op het printerpictogram. Er wordt een venster met een lijst van afdruktaken weergegeven. 2 Selecteer de taak die u wilt annuleren. 3 Druk op de toets Delete op het toetsenbord. Voor Macintosh-gebruikers In Mac OS X versie 10.
Informatie over printermenu's Menuoverzicht Menu Papier Rapporten Standaardbron Pagina met menu-instellingen Formaat/soort Apparaatstatistieken Configuratie U-lader Pagina met netwerkinstellingen1 Papierstructuur Lettertypen afdrukken Papiergewicht Directory afdrukken Papier plaatsen Asset Report (Activarapport) Custom Types (Aangepaste soorten) Universal-instelling Instellingen Netwerk/Poorten General Settings (Algemene instellingen) Actieve NIC Instellingen, menu Afwerking, menu Menu Ne
Papiermenu Menu Standaardbron Menu-item Beschrijving Standaardbron Hiermee stelt u de standaardpapierbron in voor alle afdruktaken. Lade Opmerkingen: U-lader Handm. invoer pap. • In het menu Papier stelt u Configuratie U-lader in op Cassette om U-lader als menu-instelling weer te geven. Handm. invoer env. • "Lade 1" (standaardlade) is de standaardinstelling. • Alleen een geïnstalleerde papierbron wordt als menu-instelling weergegeven.
Menuoptie Beschrijving Menu Formaat instellen voor handinvoer A4 A5 Executive Folio JIS B5 Legal Letter Oficio (Mexico) Statement Universal Hiermee kunt u het papierformaat opgeven dat in de handmatige invoer is geplaatst Menu Formaat instellen voor de handmatige envelopinvoer 7 3/4-envelop 9-envelope 10-envelop C5-envelop B5-envelop DL-envelop Andere envelop Hiermee kunt u het envelopformaat opgeven dat in de handmatige invoer is geplaatst Menu Soort instellen voor lade 1 Norm.
Menuoptie Beschrijving Menu Soort instellen voor lade 2 Aangepast Norm. papier Karton Kringlooppapier Etiketten Bankpost Briefhoofd Voorbedrukt papier Gekleurd papier Licht papier Zwaar papier Ruw/katoen Hiermee kunt u de papiersoort opgeven die in lade 2 is geplaatst Menu Soort instellen voor handmatige invoer Norm.
Menu Papierstructuur Menuoptie Beschrijving Normale structuur Glad Normaal Ruw Hiermee kunt u de relatieve structuur van het geplaatste papier opgeven Structuur karton Glad Normaal Ruw Hiermee kunt u de relatieve structuur van het geplaatste karton opgeven Transparantstructuur Glad Normaal Ruw Hiermee kunt u de relatieve structuur van de geplaatste transparanten opgeven Struct. kringl.pap.
Menuoptie Beschrijving Structuur gekleurd Glad Normaal Ruw Hiermee kunt u de relatieve structuur van het geplaatste gekleurde papier opgeven Structuur licht Glad Normaal Ruw Hiermee kunt u de relatieve structuur van het geplaatste papier opgeven Structuur zwaar Glad Normaal Ruw Hiermee kunt u de relatieve structuur van het geplaatste papier opgeven Structuur ruw/katoen Ruw Hiermee kunt u de relatieve structuur van het geplaatste papier opgeven Structuur Aangepast Glad Normaal Ruw Hiermee kunt
Menuoptie Beschrijving Gewicht etiketten Licht Normaal Zwaar Hiermee wordt het relatieve gewicht aangegeven van de etiketten die in een specifieke lade zijn geplaatst.
Paper Loading (Papier plaatsen), menu Menuoptie Beschrijving Kringl.pap. plaatsen Uit Duplex Bepaalt de richting waarin het papier wordt geladen voor alle taken met Kringlooppapier als papiersoort Bankpostpapier laden Uit Duplex Bepaalt de richting waarin het papier wordt geladen voor alle taken met Bankpostpapier als papiersoort Briefhoofdpap.
Custom Types (Aangepaste soorten), menu Menuoptie Beschrijving Aangepast Papier Karton Transparanten Ruw/katoen Etiketten Envelop Hiermee koppelt u een papiersoort of een speciale materiaalsoort aan een standaardnaam, zoals Aangepaste soort of een aangepaste naam die door een gebruiker is gemaakt met de Embedded Web server-pagina of MarkVisionTM Professional. Opmerkingen: • Papier is de standaardinstelling.
Menu-item Beschrijving Staand hoogte Hiermee stelt u de hoogte van de portretstand (staand) in. 3 - 14,17 inch Opmerkingen: 76 - 360 mm • Als de ingestelde waarde groter is dan de maximale hoogte, gebruikt de printer de maximaal toegestane hoogte. • 14 inch is de standaardinstelling in de Verenigde Staten. Inches kunnen worden verhoogd in stappen van 0,01 inch. • 356 mm is de internationale standaardinstelling. Millimeters kunnen worden verhoogd in stappen van 1 mm.
Menuoptie Beschrijving Directory afdrukken Hiermee drukt u een lijst af van alle bronnen die zijn opgeslagen op een optionele flashgeheugenkaart. Opmerkingen: • De buffergrootte moet zijn ingesteld op 100%. • Het optionele flashgeheugen moet correct zijn geïnstalleerd en goed functioneren. Asset Report (Activarapport) Hiermee drukt een rapport af met activagegevens, waaronder het serienummer en de modelnaam van de printer.
Menuoptie Beschrijving Netwerkbuffer Auto Uitgeschakeld Hiermee stelt u de grootte van de netwerkinvoerbuffer in. Opmerkingen: • "Automatisch" is de standaardinstelling. • Als u het bereik van de netwerkbuffer wilt maximaliseren, kunt u de USB-buffer uitschakelen. • Als u deze instelling wijzigt met het bedieningspaneel van de printer en vervolgens de menu's afsluit, wordt de printer opnieuw opgestart. De menuselectie wordt bijgewerkt.
Menuoptie Beschrijving PS SmartSwitch Aan Uit Hiermee stelt u de printer zo in dat deze automatisch overschakelt op PS-emulatie als dit door een afdruktaak op de USB-poort wordt vereist, ongeacht de standaardprintertaal. Opmerkingen: • Aan is de standaardinstelling. • Als PCL SmartSwitch is ingesteld op "Uit", controleert de printer de binnenkomende gegevens niet. • Wanneer de instelling "Uit" is, gebruikt de printer PCL-emulatie als PCL SmartSwitch is ingesteld op "Aan".
Menuoptie Beschrijving Hiermee stelt u de gateway-informatie in voor een externe afdrukserver die via een USBENA-gateway ... kabel op de printer is aangesloten. Opmerking: Dit menu-item is alleen beschikbaar als de printer via de USB-poort is aangesloten op een externe afdrukserver.
Menuoptie Beschrijving Parallelbuffer Uitgeschakeld Auto Hiermee stelt u de grootte van de parallelle invoerbuffer in. Opmerkingen: • "Automatisch" is de standaardinstelling. • Met de instelling Uitgeschakeld schakelt u het opslaan van taken in de buffer uit. Afdruktaken die al in de schijfbuffer zijn opgenomen worden afgedrukt voordat het normaal verwerken van nieuwe afdruktaken wordt hervat.
Menuoptie Beschrijving Hiermee stelt u het netwerkadres en de gateway-informatie in voor een externe afdrukENA-adres ... server die via een parallelle kabel met de printer is verbonden Opmerking: Deze menu-items zijn alleen beschikbaar als de printer via de parallelle poort is aangesloten op een externe afdrukserver. Hiermee stelt u het netwerkadres en de gateway-informatie in voor een externe afdrukENA-netmasker ...
Menuoptie Beschrijving Eco-modus Uit Energie Energie/papier Papier Minimaliseert het gebruik van energie, papier of speciaal materiaal Opmerkingen: • "Aan" is de standaardinstelling. "Uit" zet de printer terug in de standaardinstellingen. • De Energie-instelling minimaliseert de stroom die door de printer wordt gebruikt. Dit kan invloed hebben op de prestaties van de printer, maar niet op de afdrukkwaliteit. • Energie/Papier minimaliseert het gebruik van stroom, papier en speciaal materiaal.
Menuoptie Beschrijving Time-outs Wachttime-out Uitgeschakeld 15–65535 Hiermee wordt de tijd in seconden ingesteld die de printer wacht op verdere gegevens voordat de afdruktaak wordt geannuleerd. Opmerkingen: • "40 seconden" is de standaardinstelling. • "Wachttime-out" is alleen beschikbaar wanneer de printer PostScript-emulatie gebruikt. Deze instelling is niet van invloed op afdruktaken waarvoor PCL-emulatie wordt gebruikt.
Menu Instelling Menuoptie Beschrijving Printertaal PCL-emulatie PS-emulatie Hiermee wordt de standaardprintertaal ingesteld. Opmerkingen: • PostScript-emulatie gebruikt een PS-interpreter voor het verwerken van afdruktaken. PCL-emulatie gebruikt een PCL-interpreter voor het verwerken van afdruktaken. • De standaardprintertaal is PCL-emulatie.
Menuoptie Beschrijving Volgorde voor alles afdrukken Hiermee kunt u instellen in welke volgorde de afdruktaken worden afgedrukt. Alfabetisch Opmerking: De standaardinstelling is "Alfabetisch". Oudste taak als eerste Nieuwste taak als eerste Menu Afwerking Menuoptie Beschrijving Zijden (Duplex) 1-zijdig 2-zijdig Hiermee bepaalt u of dubbelzijdig afdrukken is ingesteld als de standaardinstelling voor alle afdruktaken. Opmerkingen: • De standaardinstelling is enkelzijdig.
Menuoptie Beschrijving Scheidingsvellen Geen Tussen exemplaren Tussen taken Tussen pagina's Hiermee stelt u in of er lege scheidingsvellen worden ingevoerd. Opmerkingen: • Geen is de standaardinstelling. • Met Tussen exemplaren voegt u een lege pagina in tussen elke kopie van een afdruktaak als sorteren staat ingesteld op Aan. Als Sorteren is ingesteld op Uit, wordt een lege pagina ingevoegd tussen alle sets afgedrukte pagina's, zoals alle pagina's 1, alle pagina's 2.
Menu Kwaliteit Menuoptie Beschrijving Hiermee stelt u de resolutie in van de afgedrukte uitvoer. Afdrukresolutie 300 dpi Opmerking: 600 dpi is de standaardinstelling. D e standaardinstelling van het 600 dpi printerstuurprogramma is Beeldkwaliteit 2400. 1200 dpi 1200 Image Q (Beeldkwaliteit 1200) Beeldkwaliteit 2400 Pixelversterking Uit Lettertypen Horizontaal Verticaal Beide richtingen Geïsoleerd Hiermee verbetert u de kwaliteit van kleine lettertypen en afbeeldingen.
Menuoptie Beschrijving Contrast 0-5 Hiermee kunt u de verschillen in gradaties van grijstinten voor afgedrukte uitvoer aanpassen. Opmerkingen: • "0" is de standaardinstelling. • Als u een hogere waarde instelt, worden meer gradaties van de verschillende grijstinten weergegeven. Menu Extra Menu-item Beschrijving Flash formatteren Nee Ja Hiermee formatteert u het flashgeheugen.
Menu-item Beschrijving Dekkingsindicatie Aan Uit Hiermee wordt een schatting gegeven van het dekkingspercentage voor zwart op een pagina. De schatting wordt afgedrukt op een scheidingsvel. Opmerking: Uit is de standaardinstelling. PostScript, menu Menuoptie Beschrijving PS-fout afdrukken Uit Aan Hiermee wordt een pagina afgedrukt die de PostScript-fout bevat. Opmerking: "Uit" is de standaardinstelling.
Menuoptie Beschrijving Symbolenset Hiermee kunt u de lettertype-ID en -naam van elke symbolenset opgeven Opmerkingen: • "10U PC-8" is de standaardinstelling in de VS. • "12U PC-850" is de internationale standaardinstelling. Instell. PCL-emulatie Puntgrootte 1,00–1008,00 Hiermee wijzigt u de puntgrootte van schaalbare typografische lettertypen. Opmerkingen: • "12" is de standaardinstelling. • Puntgrootte heeft betrekking op de hoogte van de tekens in het lettertype.
Menuoptie Beschrijving Instell. PCL-emulatie Hiermee geeft u aan of de printer automatisch een nieuwe regel (NR) uitvoert na een opdracht Automatisch NR na HR voor een harde return (HR). Uit Opmerking: "Aan" is de standaardinstelling. Aan Lade-nr. wijzigen Hiermee configureert u de printer zodanig dat deze werkt met printersoftware of toepassingen die andere laden als papierbron hebben gedefinieerd. Waarde U-lader Uit Opmerkingen: Geen • "Aan" is de standaardinstelling.
De printer onderhouden Bepaalde taken moeten regelmatig worden uitgevoerd om een optimale afdrukkwaliteit te behouden. De buitenkant van de printer reinigen 1 Controleer of de printer is uitgeschakeld en de stekker van het netsnoer van de printer uit het stopcontact is getrokken.
1 Typ het IP-adres van de printer in het adresveld van uw webbrowser. Opmerking: Als u het IP-adres van de printer niet weet, drukt u een pagina met netwerkinstellingen af en zoekt u het IP-adres in het TCP/IP-gedeelte. 2 Klik op Device Status (Apparaatstatus). De pagina Apparaatstatus wordt weergegeven waarop een overzicht van de hoeveelheid supplies wordt weergegeven. Supplies bestellen In de V.S.
Artikelnaam Lexmark Cartridge-retourneerprogramma Normale cartridge Voor Azië Pacific, Australië en Nieuw-Zeeland Tonercartridge E260A11P E260A21P Tonercartridge met hoog rendement E360H11P E360H21P Voor Midden-Amerika Tonercartridge E260A11L E260A21L Tonercartridge met hoog rendement E360H11L E360H21L Een fotoconductorkit bestellen Afhankelijk van uw printermodel geeft de printer met een bericht of een combinatie van lampjes aan dat de fotoconductorkit bijna het einde van de levensduur heeft be
2 Druk op de knop onder aan de fotoconductorkit en trek de tonercartridge naar buiten met het handvat. 3 Pak de nieuwe tonercartridge uit. Let op—Kans op beschadiging: Stel de tonercartridge tijdens de vervanging niet gedurende langere tijd bloot aan direct licht. Door langdurige blootstelling aan licht kunnen problemen met de afdrukkwaliteit optreden. 4 Draai de cartridge in alle richtingen om de toner te verdelen.
Fotoconductorkit vervangen Voordat de fotoconductorkit de maximale paginahoeveelheid bereikt, wordt automatisch het bericht 84 Fc-kit bijna versleten of 84Vervang fc-kit weergegeven op de display. U kunt ook de status van de fotoconductorkit controleren door een pagina met menu-instellingen af te drukken. Als 84 Fc-kit bijna versleten of 84 Vervang fc-kit eerst verschijnt, moet u meteen een nieuwe fotoconductorkit bestellen.
4 Druk op de knop aan de onderzijde van de fotoconductorkit. Trek de tonercartridge omhoog en naar buiten aan de handgreep. 5 Pak de nieuwe fotoconductor uit. Let op—Kans op beschadiging: Raak de trommel van de fotoconductor niet aan. Dit kan de afdrukkwaliteit van toekomstige afdruktaken verminderen. 6 Plaats de tonercartridge in de fotoconductorkit door de rollen op de tonercartridge uit te lijnen met de geleiders. Druk op de tonercartridge tot deze vastklikt.
7 Installeer de eenheid in de printer. Breng de pijltjes op de geleiders van de eenheid op één lijn met de pijltjes in de printer. Druk de eenheid zo ver mogelijk naar binnen. 8 Nadat u de fotoconductorkit hebt vervangen, stelt u de teller van de fotoconductor opnieuw in. Als u de teller van de fotoconductor opnieuw wilt instellen, opent u de voorklep en houdt u ingedrukt tot Bezig met resetten van PC-teller verschijnt. Het aan/uit-lampje knippert en de printer laat pieptonen horen.
De printer verplaatsen naar een andere locatie U kunt de printer en de opties probleemloos verplaatsen als u de volgende voorzorgsmaatregelen neemt: • Als de printer wordt verplaatst op een transportwagentje, moet de oppervlakte van het wagentje groot genoeg zijn om de gehele onderzijde van de printer te ondersteunen. Als de opties worden verplaatst op een transportwagentje, moet de oppervlakte van het wagentje groot genoeg zijn om alle opties te ondersteunen. • Houd de printer rechtop.
Beheerdersondersteuning Geavanceerde netwerkinformatie en beheerdersinformatie weergeven Raadpleeg de Handleiding netwerken op de cd Software en documentatie en de Embedded Web Server Administrator's Guide (Beheerdershandleiding voor de Embedded Web Server) voor informatie over geavanceerde systeemondersteuningstaken op de website van Lexmark, http://support.lexmark.
Apparaatstatus controleren Het is mogelijk om de papierlade-instellingen, de hoeveelheid toner in de tonercartridge, het percentage resterende levensduur van de fotoconductorkit en de capaciteit van bepaalde printeronderdelen vanuit de pagina Apparaatstatus van de Embedded Web Server weer te geven. 1 Typ het IP-adres van de printer in het adresveld van uw webbrowser.
Meldingen over supplies configureren U kunt opgeven hoe u meldingen wilt ontvangen wanneer supplies bijna leeg zijn of wanneer de levensduur van supplies is verstreken. 1 Typ het IP-adres van de printer in het adresveld van uw webbrowser. Opmerking: als u het IP-adres van de printer niet weet, drukt u een pagina met netwerkinstellingen af en zoekt u het IP-adres op in het TCP/IP-gedeelte. 2 Klik op Settings (Instellingen). 3 Klik op Print Settings (Afdrukinstellingen).
4 Druk op de pijltoetsen tot Fabrieksinstellingen wordt weergegeven en druk op 5 Druk op de pijltoetsen tot Nu herstellen wordt weergegeven en druk op . . Wijzigingen verzenden wordt kort weergegeven, gevolgd door Fabrieksinstellingen herstellen waarna de printer terugkeert naar de status Gereed. Let op—Kans op beschadiging: Als "Nu herstellen" is ingesteld, worden alle printerinstellingen terug naar de standaard fabriekswaarden gezet, met uitzondering van de menu-instellingen voor Netwerk en Poorten.
Vastgelopen papier verwijderen Papierstoringsberichten verschijnen op het display van het bedieningspaneel en geven aan waar in de printer de papierstoring is opgetreden. Als er meerdere storingen zijn opgetreden, wordt het aantal vastgelopen pagina's aangegeven. Opmerking: de optie Correctie papierstoring wordt standaard ingesteld op Auto.
Papierstoringen in de papierbaan herkennen Op de volgende afbeelding ziet u het pad dat het papier aflegt in de printer. De baan hangt af van de papierbron (lade of lader) en of een duplex (dubbelzijdige) afdruktaak wordt verzonden. Als er papier vastloopt, wordt een bericht weergegeven waarin wordt aangegeven waar het papier is vastgelopen of hoeveel vellen zijn vastgelopen. De driecijferige voorvoegsels in de volgende afbeelding geven voor elke storing aan waar het papier is vastgelopen.
1 Standaarduitvoerlade de twee Voorklep 3 Klep van universeellader 4 Lade 1 5 Optionele lade voor 250 of 550 vel (lade 2) 6 Achterklep Storingsnummers en instructies voor het bereiken van het vastgelopen papier Storingnummer Vastgelopen papier bereiken 200, 201 Probeer een of meer van de volgende oplossingen: • Verwijder lade 1. • Open de voorklep en verwijder de fotoconductorkit. 202, 231 Open de voorklep en vervolgens de achterklep.
200 Papier vast 1 Verwijder de lade uit de printer. 2 Verwijder eventueel vastgelopen papier dat u hier ziet. 3 Als u geen papier ziet, opent u de voorklep en verwijdert u de fotoconductorkit en de tonercartridge (eenheid). Opmerking: als de fotoconductorkit en tonercartridge naast elkaar geplaatst zijn, wordt dit een eenheid genoemd.
4 Til de flap aan de voorzijde van de printer op en verwijder eventueel vastgelopen papier. 5 Lijn de eenheid uit en plaats deze terug. 6 Sluit de voorklep. 7 Plaats de lade weer in de printer. 8 Druk op .
201 papier vast LET OP—HEET OPPERVLAK: Het binnenste van de printer is mogelijk erg warm. om letsel te voorkomen, moet u een heet oppervlak eerst laten afkoelen voordat u het aanraakt. 1 Open de voorklep en verwijder de eenheid. 2 Til de flap aan de voorzijde van de printer op en verwijder eventueel vastgelopen papier. 3 Lijn de eenheid uit en plaats deze terug. 4 Sluit de voorklep. 5 Druk op .
202 Papier vast LET OP—HEET OPPERVLAK: Het binnenste van de printer is mogelijk erg warm. om letsel te voorkomen, moet u een heet oppervlak eerst laten afkoelen voordat u het aanraakt. 1 Open de voorklep en verwijder de eenheid. 2 Til de flap aan de voorzijde van de printer op en verwijder eventueel vastgelopen papier. 3 Open de achterklep.
4 Verwijder het vastgelopen papier. 5 Lijn de eenheid uit en plaats deze terug. 6 Sluit de achterklep. 7 Sluit de voorklep. 8 Druk op . 231 papierstoring LET OP—HEET OPPERVLAK: Het binnenste van de printer is mogelijk erg warm. om letsel te voorkomen, moet u een heet oppervlak eerst laten afkoelen voordat u het aanraakt. 1 Open de voorklep. 2 Open de achterklep.
3 Verwijder het vastgelopen papier. 4 Sluit de achterklep. 5 Sluit de voorklep. 6 Druk op . Als de storing hierna niet is opgelost, volgt u de stappen in “233 Papier vast” op pagina 104.
233 Papier vast 1 Verwijder de lade uit de printer. 2 Zoek naar de aangegeven hendel. Duw de hendel naar beneden om het papier vrij te geven. 3 Trek de vastgelopen vellen uit het duplexgedeelte. 4 Plaats de lade terug. 5 Druk op . Als u de storing hiermee niet kunt verhelpen, volgt u de stappen in “231 papierstoring” op pagina 102. 234 papierstoring Een of meer vellen zijn vastgelopen in het duplexgedeelte van de printer toen de printer werd ingeschakeld.
235 Papier vast Een dubbelzijdige afdruktaak is naar de printer verzonden met een papierformaat dat niet wordt ondersteund voor dubbelzijdig afdrukken. Een vel papier zit vast in de standaarduitvoerlade. 1 Trek het vastgelopen vel voorzichtig uit de standaarduitvoerlade om de storing te verhelpen. 2 Druk op . 24x papier vast 1 Verwijder de optionele lade uit de printer.
2 Verwijder het vastgelopen papier. 3 Plaats de optionele lade weer in de printer. 4 Druk op . 251 papier vast Een vel papier of speciaal afdrukmateriaal is niet volledig ingevoerd vanuit de universeellader. Mogelijk is het vel nog gedeeltelijk zichtbaar. Als het vel nog zichtbaar is , trekt u het voorzichtig uit de voorkant van de universeellader.
Voer de volgende stappen uit als het vel niet zichtbaar is: 1 Open de voorklep en verwijder de eenheid. 2 Til de flap aan de voorzijde van de printer op en verwijder de vastgelopen vellen die gedeeltelijk uitsteken. 3 Lijn de eenheid uit en plaats deze terug. 4 Sluit de voorklep. 5 Druk op .
problemen oplossen Informatie over printerberichten Als Handmatige invoer wordt weergegeven op de display, verwijst dit naar de universeellader. Sluit klep Sluit de voorklep van de printer. Vul met Probeer een of meer van de volgende oplossingen: • Plaats het aangegeven papier om het bericht te wissen en door te gaan met afdrukken. • Annuleer de huidige taak.
Vul handm. invoer met Probeer een of meer van de volgende oplossingen: • Plaats papier van het juiste formaat en de juiste soort in de universeellader. • Wacht tot het bericht is gewist en ga dan verder met afdrukken. De printer negeert handmatig het verzoek en er wordt afgedrukt vanuit een automatische bron. • Annuleer de huidige taak. Vul handm.
32.yy Vervang niet-ondersteunde cartridge Verwijder de tonercartridge en installeer vervolgens een exemplaar dat wel wordt ondersteund. 34 Papier te kort Het papier in de geselecteerde lade is te kort voor de huidige afdruktaak. Probeer een of meer van de volgende oplossingen: • Vul de lade met het juiste papier. • Druk op de pijltoetsen totdat Doorgaan wordt weergegeven. Druk vervolgens op om het bericht te wissen en door te gaan met afdrukken.
38 Geheugen vol Probeer een van de volgende oplossingen: • Druk op de pijltoetsen totdat Doorgaan wordt weergegeven en druk vervolgens op • Annuleer de huidige afdruktaak. • Installeer extra printergeheugen. om het bericht te wissen. 39 Pagina is te complex. Bepaalde gegevens worden mogelijk niet afgedrukt Probeer een van de volgende oplossingen: • Druk op de pijltoetsen totdat Doorgaan wordt weergegeven. Druk vervolgens op om het bericht te wissen en door te gaan met afdrukken.
54 Softwarefout in standaardnetwerk Probeer een van de volgende oplossingen: • Druk op de pijltoetsen totdat Doorgaan wordt weergegeven en druk vervolgens op om door te gaan met afdrukken. • Stel de printer opnieuw in door de printer uit en weer aan te zetten. • Upgrade (flash) de netwerkfirmware in de printer of afdrukserver. 56 Standaard USB-poort uitgeschakeld Probeer een van de volgende oplossingen: • De printer negeert gegevens die via de USB-poort worden ontvangen.
59 Incompatibele lade Alleen opties die speciaal voor deze printer zijn ontworpen, worden ondersteund. Probeer een van de volgende opties: • Verwijder de aangegeven lade. • Druk op de pijltoetsen totdat Doorgaan wordt weergegeven. Druk vervolgens op om het bericht te wissen en door te gaan met afdrukken zonder de aangegeven lade te gebruiken. 84 Fc-kit bijna versleten De fotoconductorkit is bijna versleten.
Zodra u dit alles hebt gecontroleerd, zet u de printer uit. Wacht minimaal 10 seconden en zet de printer vervolgens weer aan. In veel gevallen is het probleem dan verdwenen. Display op het bedieningspaneel van de printer is leeg of er worden alleen ruitjes weergegeven De zelftest van de printer is mislukt. Schakel de printer uit, wacht ongeveer 10 seconden en schakel de printer vervolgens weer in.
GEBRUIK ALLEEN EEN VAN DE AANBEVOLEN USB-, PARALLEL- OF ETHERNET-KABELS Ga naar de website van Lexmark op www.lexmark.com voor meer informatie. CONTROLEER OF DE PRINTERKABELS GOED ZIJN BEVESTIGD Controleer of de printerkabels goed zijn bevestigd. Raadpleeg de meegeleverde installatiedocumentatie van de printer voor meer informatie. Het duurt heel lang voordat de taak is afgedrukt Hieronder volgen mogelijke oplossingen. Probeer een van de volgende oplossingen: VERMINDER DE COMPLEXITEIT VAN DE AFDRUKTAAK.
Laden koppelen lukt niet PLAATS IN IEDERE LADE PAPIER VAN HETZELFDE FORMAAT EN DEZELFDE SOORT 1 Plaats in iedere lade papier van hetzelfde formaat en dezelfde soort. 2 Schuif de papiergeleiders naar de juiste positie voor het papierformaat dat in iedere lade is geplaatst. CONTROLEER OF DE INSTELLINGEN VOOR PAPIERFORMAAT EN PAPIERSOORT VOOR ELKE LADE HETZELFDE ZIJN 1 Druk een pagina met menu-instellingen af en vergelijk de instellingen voor iedere lade.
Problemen met opties oplossen Optie functioneert niet goed of helemaal niet meer nadat deze is geïnstalleerd Hierna volgen mogelijke oplossingen. Probeer een of meer van de volgende oplossingen: STEL DE PRINTER IN OP DE BEGINWAARDEN. Schakel de printer uit, wacht ongeveer 10 seconden en schakel de printer weer in. CONTROLEER OF DE OPTIE IS VERBONDEN MET DE PRINTER. 1 Zet de printer uit. 2 Koppel de printer los van het stopcontact. 3 Controleer de verbinding tussen de optie en de printer.
Geheugenkaart Controleer of de geheugenkaart goed is bevestigd op de systeemkaart van de printer. Problemen met de papierinvoer oplossen Papier loopt regelmatig vast Hieronder volgen mogelijke oplossingen. Probeer een van de volgende oplossingen: CONTROLEER HET PAPIER Gebruik de aanbevolen papiersoorten en afdrukmateriaal. Zie “Richtlijnen voor papier en speciaal afdrukmateriaal” op pagina 44 voor meer informatie.
5 Druk op de pijltoetsen tot Herstel na storing wordt weergegeven en druk op 6 Druk op de pijltoetsen tot Aan of Automatisch wordt weergegeven en druk op . . Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen Met de informatie in de volgende onderwerpen kunt u problemen met betrekking tot de afdrukkwaliteit oplossen. Neem contact op met onze klantenondersteuning als u het probleem hiermee niet kunt oplossen. Mogelijk moet een printeronderdeel worden afgesteld of vervangen.
Blanco pagina's Probeer een van de volgende oplossingen: • Verwijder de tonercartridge en installeer deze vervolgens opnieuw. • Verwijder de fotoconductorkit en installeer deze opnieuw. Als de printer nog steeds lege pagina's uitvoert, heeft deze wellicht onderhoud nodig. Neem voor meer informatie contact op met klantenondersteuning.
Grijze achtergrond • Windows: selecteer in Printereigenschappen een andere waarde voor Tonerintensiteit voor u de taak naar de printer verzendt. • Macintosh: kies Printerfuncties in het pop-upmenu Aantal en pagina's of Algemeen van de printeropties en selecteer de juiste instellingen in het pop-upmenu Tonerintensiteit. • Selecteer in het menu Kwaliteit op het bedieningspaneel van de printer een lagere instelling voor Tonerintensiteit voor u de taak naar de printer verzendt.
Onjuiste marges Hieronder volgen mogelijke oplossingen. Probeer een van de volgende oplossingen: CONTROLEER DE PAPIERGELEIDERS Schuif de breedte- en lengtegeleiders in de juiste positie voor het papier dat in de printer is geplaatst. CONTROLEER DE INSTELLING VOOR PAPIERFORMAAT. Zorg dat de instelling voor papierformaat overeenkomt met het papier dat in de lade is geplaatst. CONTROLEER DE INSTELLING VOOR PAGINAFORMAAT.
Afdruk is te donker Hierna volgen mogelijke oplossingen. Probeer een of meer van de volgende oplossingen: CONTROLEER DE INSTELLINGEN VOOR DONKERHEID, HELDERHEID EN CONTRAST De instelling Tonerintensiteit is te hoog, de instelling Helderheid is te hoog of de instelling Contrast is te hoog. • Windows: In Eigenschappen kunt u deze instellingen wijzigen. • Als u Macintosh gebruikt: 1 Kies File (Archief) > Print (Druk af).
Afdruk is te licht Hierna volgen mogelijke oplossingen. Probeer een of meer van de volgende oplossingen: CONTROLEER DE INSTELLINGEN VOOR DONKERHEID, HELDERHEID EN CONTRAST De instelling Tonerintensiteit is te laag, de instelling Helderheid is te laag of de instelling Contrast is te laag. • Windows: In Eigenschappen kunt u deze instellingen wijzigen. • Als u Macintosh gebruikt: 1 Kies File (Archief) > Print (Druk af).
DE TONERCARTRIDGE IS MOGELIJK BESCHADIGD Vervang de tonercartridge. Scheve afdruk DE PAPIERGELEIDERS CONTROLEREN Schuif de geleiders in de juiste positie voor het formaat papier dat is geplaatst. HET PAPIER CONTROLEREN Zorg ervoor dat u papier gebruikt dat voldoet aan de printerspecificaties. Op de pagina verschijnen lichte tonervegen of schaduwen op de achtergrond Hieronder volgen mogelijke oplossingen.
Tonervlekjes Hieronder volgen mogelijke oplossingen. Probeer een van de volgende oplossingen: DE TONERCARTRIDGE IS MOGELIJK BESCHADIGD Vervang de tonercartridge. ER IS TONER IN DE PAPIERBAAN TERECHTGEKOMEN Neem contact op met de klantenservice. Afdrukkwaliteit van transparant is laag TRANSPARANTEN CONTROLEREN Gebruik uitsluitend transparanten die door de fabrikant van de printer worden aanbevolen.
DE TONERCARTRIDGE IS MOGELIJK BESCHADIGD Vervang de tonercartridge. ZORG ERVOOR DAT DE PAPIERBAAN VRIJ VAN PAPIER IS Er wellicht papier vastlopen tussen de fotoconductorkit en het verhittingsstation. Controleer de papierbaan rond het verhittingsstation. LET OP—HEET OPPERVLAK: Het binnenste van de printer is mogelijk erg warm. Om letstel te voorkomen, moet u een heet oppervlak eerst laten afkoelen voordat u het aanraakt. Verwijder al het papier dat u ziet.
ER IS WELLICHT TE VEEL TONER IN DE PAPIERBAAN TERECHTGEKOMEN Neem contact op met de klantenservice. Transparanten of vellen papier bevatten effen zwarte of witte strepen Hieronder volgen mogelijke oplossingen. Probeer een van de volgende oplossingen: CONTROLEER OF HET VULPATROON JUIST IS Als het vulpatroon niet juist is, selecteert u een ander vulpatroon in het programma. CONTROLEER DE PAPIERSOORT • • • • Gebruik een andere papiersoort.
CONTROLEER DE NETWERKINSTELLINGEN Afhankelijk van de netwerkinstellingen moet u mogelijk https:// typen in plaatse van http:// vóór het IPadres van de printer om toegang te krijgen tot de Embedded Web Server. Neem contact op met de systeembeheerder voor meer informatie.
Kennisgevingen Productinformatie Productnaam: Lexmark E360d en E360dn Apparaattype: 4513 Model(len): 420, 430 Informatie over deze uitgave Januari 2010 De volgende alinea is niet van toepassing op landen waar de voorwaarden strijdig zijn met de nationale wetgeving: LEXMARK INTERNATIONAL, INC., LEVERT DEZE PUBLICATIE ALS ZODANIG ZONDER ENIGE VORM VAN GARANTIE, NOCH IMPLICIET, NOCH EXPLICIET, INCLUSIEF MAAR NIET BEPERKT TOT DE IMPLICIETE GARANTIES VAN VERHANDELBAARHEID OF GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL.
UNITED STATES GOVERNMENT RIGHTS This software and any accompanying documentation provided under this agreement are commercial computer software and documentation developed exclusively at private expense. Handelsmerken Lexmark, Lexmark met het diamantlogo en MarkVision zijn als handelsmerken van Lexmark International, Inc. gedeponeerd in de Verenigde Staten en/of andere landen. Mac en het Mac-logo zijn handelsmerken van Apple Inc., gedeponeerd in de Verenigde Staten en andere landen.
Het AEEA-logo geeft aan dat er in de Europese Unie specifieke programma's en procedures zijn voor het hergebruiken van elektronische producten. Wij moedigen het hergebruiken van onze producten aan. Als u meer vragen hebt over de mogelijkheden voor hergebruik, bezoekt u de Lexmark website op www.lexmark.com voor het telefoonnummer van uw lokale verkoopafdeling.
Laserproducten van klasse I worden geacht geen gevaar op te leveren. De printer bevat intern een laser van klasse IIIb (3b), een galliumarsenide laser met een nominaal vermogen van 7 milliwatt en een golflengtebereik van 655-675 nanometer.
Spaarstand Dit product werd ontworpen met een energiebesparende modus, namelijk de Spaarstand. De spaarstandmodus is het equivalent van de slaapmodus. De spaarstand bespaart energie door het energieverbruik te verlagen tijdens periodes waarin de printer langdurig niet wordt gebruikt. De spaarstand wordt automatisch ingeschakeld als het product niet wordt gebruikt tijdens een opgegeven tijdsduur, die de time-out voor de spaarstand wordt genoemd.
Het CE-teken geeft aan dat een apparaat voldoet aan de veiligheidsvoorschriften. De fabrikant van dit product is: Lexmark International, Inc., 740 West New Circle Road, Lexington, KY, 40550, Verenigde Staten. De erkende vertegenwoordiger is: Lexmark International Technology Hungária Kft., 8 Lechner Ödön fasor, Millennium Tower III, 1095 Budapest HONGARIJE.
Français Par la présente, Lexmark International, Inc. déclare que l'appareil ce produit est conforme aux exigences fondamentales et autres dispositions pertinentes de la directive 1999/5/CE. Magyar Alulírott, Lexmark International, Inc. nyilatkozom, hogy a termék megfelel a vonatkozó alapvetõ követelményeknek és az 1999/5/EC irányelv egyéb elõírásainak. Íslenska Hér með lýsir Lexmark International, Inc.
product of software een schriftelijke licentieovereenkomst tussen u en Lexmark of haar leveranciers van toepassing is, van toepassing op uw gebruik van elke software die door Lexmark is geïnstalleerd of geleverd voor gebruik met uw Lexmark product.
VERKLAARD. DE HIERVOOR GENOEMDE BEPERKINGEN ZIJN ZELFS VAN TOEPASSING ALS DE VOORNOEMDE VERHAALSMOGELIJKHEDEN NIET AAN HUN WEZENLIJKE DOEL BEANTWOORDEN. 4 VS WETGEVING STATEN. Deze beperkte Softwaregarantie geeft u specifieke wettelijke rechten. Het is mogelijk dat u ook andere rechten hebt die van land tot land kunnen verschillen. In sommige staten is een beperking op de duur van impliciete garantie of de uitsluiting of beperking van aansprakelijkheid voor incidentele of gevolgschade niet toegestaan.
9 AANVULLENDE SOFTWARE. Deze Licentieovereenkomst is van toepassing op updates van of aanvullingen op de originele Software die door Lexmark ter beschikking worden gesteld, tenzij er andere voorwaarden met de update of aanvulling worden meegeleverd. 10 TERMIJN. Deze Licentieovereenkomst blijft van kracht totdat deze wordt beëindigd of afgewezen.
MICROSOFT CORPORATION NOTICES 1 This product may incorporate intellectual property owned by Microsoft Corporation. The terms and conditions upon which Microsoft is licensing such intellectual property may be found at http://go.microsoft.com/fwlink/?LinkId=52369. 2 This product is based on Microsoft Print Schema technology. You may find the terms and conditions upon which Microsoft is licensing such intellectual property at http://go.microsoft.com/fwlink/?LinkId=83288.
Index Cijfers 30.yy onjuist gevuld, vervang cartridge 109 31.yy Vervang defecte of ontbrekende cartridge 109 32.yy Artikelnummer cartridge wordt niet ondersteund door apparaat 109 32.yy Vervang niet-ondersteunde cartridge 110 34 Papier te kort 110 35 Onvold. geheugen voor bronnen opslaan 110 37 Onvold. geheugen voor sorteren 110 37 Onvoldoende geheugen voor defragmentatie flashgeheugen 110 38 Geheugen vol 111 39 Pagina is te complex.
configureren, meldingen over supplies 93 conservatie-instellingen Ecomodus 27 Spaarstand 29 Stille modus 28 contact opnemen met de Klantenservice 129 controleren, apparaatstatus op Embedded Web Server 92 controleren, virtuele display op Embedded Web Server 91 Custom Types (Aangepaste soorten), menu 65 D directorylijst afdrukken 54 displayproblemen oplossen display geeft alleen ruitjes weer 114 display is leeg 114 documenten afdrukken vanaf de Macintosh-computer 50 via Windows 50 E e-mail melding dat ander
USB 68 milieu-instellingen 27 Ecomodus 27 Spaarstand 29 Stille modus 28 N naam aangepaste papiersoort maken 43 Netwerk, menu 67 niet-reagerende printer controleren 113 O opslaan papier 46 supplies 83 opties firmwarekaart 18 flashgeheugenkaart 18 geheugenkaart 15 geheugenkaarten 14 lader voor 250 vel 19 lader voor 550 vel 19 P P:\PM\PM-overleg\PM-overleg 2009\ afdrukken taak duurt heel lang 115 er komen onverwachte paginaeinden voor 116 gekruld papier 122 grote afdruktaken worden niet gesorteerd 116 laden
58 Te veel Flash-opties geïnstalleerd 112 58 Te veel laden aangesloten 112 59 Incompatibele invoerlade 113 84 Fc-kit bijna versleten 113 84 Vervang fc-kit 113 88 Cartridge leeg 113 88.yy Vervang de cartridge 113 Sluit voorklep 108 Verwijder papier uit uitvoerlade 109 Vul met 108 Vul met 108 Vul met 108 Vul met 108 Vul handinvoer met 109 Vul handm.
Verwijder papier uit uitvoerlade 109 virtuele display toegang verkrijgen 91 Vul met 108 Vul met 108 Vul met 108 Vul met 108 Vul handinvoer met 109 Vul handm. invoer met 109 Vul handm. invoer met 109 Vul handm.