Operation Manual
Faxactiviteitenrapporten afdrukken
49
6 Druk op .
7 Druk herhaaldelijk op of totdat Doorstur. of Drst & Afdr is geselecteerd.
8 Druk op .
9 Voer het nummer in waarnaar u een fax wilt doorsturen.
10 Druk op .
Faxactiviteitenrapporten afdrukken
1 Druk op Faxen op het bedieningspaneel.
2 Druk op Menu.
3 Druk herhaaldelijk op of totdat RAPPORTEN is geselecteerd.
4 Druk op .
5 Druk herhaaldelijk op of totdat Kieslog faxnrs of Faxtaaklog is geselecteerd.
6 Druk op .
Faxinstellingen aanpassen
Snelkoppelingen instellen
U kunt maximaal 99 snelkoppelingen opgeven om het verzenden van faxen gemakkelijker te maken.
1 Druk op Faxen op het bedieningspaneel.
2 Druk op Telefoon/Faxboek.
3 Druk herhaaldelijk op of totdat Bewerken is geselecteerd.
4 Druk op .
Toevoegen wordt op het display weergegeven.
5 Druk op .
6 Geef het snelkoppelingsnummer (1-99) op en druk vervolgens op .
Opmerking:
• Snelkoppelingen hoeven niet op volgorde te worden ingevoerd.
• Snelkoppelingen 1–10 kunnen worden gebruikt via de snelkeuzeknoppen.
Zie De snelkeuzeknoppen gebruiken op pagina 50 voor meer informatie.