Operation Manual
Handleiding voor papier en speciaal
afdrukmateriaal
Speciaal afdrukmateriaal gebruiken
Tips voor het gebruik van briefhoofdpapier
• Gebruik briefhoofdpapier dat speciaal is ontworpen voor laserprinters.
• Maak eerst enkele proefafdrukken op het briefhoofdpapier voordat u grote hoeveelheden ervan aanschaft.
• Buig de letterhead waaier ze uit en maak er een rechte stapel van voordat u de transparanten plaatst zodat deze
niet aan elkaar blijven plakken.
• Wanneer u wilt afdrukken op briefhoofdpapier, is het belangrijk dat u de juiste afdrukstand instelt. Zie voor meer
informatie over het plaatsen van briefhoofdpapier:
– “Laden vullen” op pagina 58
– “De universeellader vullen” op pagina 63
Tips voor het gebruik van transparanten
• Maak eerst een testpagina voordat u grote hoeveelheden transparanten aanschaft.
• Voer transparanten in vanuit de standaardlade of vanuit de universeellader.
• Gebruik transparanten die speciaal zijn ontworpen voor laserprinters. Transparanten moeten temperaturen kunnen
weerstaan tot 185 °C zonder te smelten, te verkleuren, om te krullen of gevaarlijke stoffen af te geven.
Opmerking: Wanneer Gewicht transparanten is ingesteld op Zwaar en Structuur transparant is ingesteld op
Ruw, kunnen transparanten worden bedrukt bij een temperatuur tot 195 °C.
• Voorkom vingerafdrukken op de transparanten. Deze kunnen leiden tot problemen met de afdrukkwaliteit.
• Buig de transparanten, waaier ze uit en maak er een rechte stapel van voordat u de transparanten plaatst zodat
deze niet aan elkaar blijven plakken.
Tips voor het afdrukken op enveloppen
Maak eerst enkele proefafdrukken voordat u grote hoeveelheden enveloppen aanschaft.
• Gebruik enveloppen die speciaal zijn ontworpen voor laser- of LED-printers. Informeer bij de fabrikant of de
leverancier of de enveloppen bestand zijn tegen temperaturen tot 220°C zonder dat ze sluiten, kreukelen,
buitensporig krullen of schadelijke stoffen afgeven.
• Het beste resultaat bereikt u met enveloppen die zijn gemaakt van papier met een gewicht van 90 g/m
2
of met een
katoengehalte van 25%. Katoenen enveloppen mogen niet zwaarder zijn dan 70 g/m
2
.
• Gebruik alleen nieuwe, onbeschadigde enveloppen.
• Voor de beste prestaties en een minimaal aantal papierstoringen kunt u beter geen enveloppen gebruiken die:
– gemakkelijk krullen;
– aan elkaar kleven of beschadigd zijn;
Handleiding voor papier en speciaal afdrukmateriaal 71