Operation Manual

Afdrukkwaliteit verbeteren
47
3 Veeg de spuitopeningen en contactpunten schoon:
a Verwijder de inktcartridges. Zie Gebruikte cartridges verwijderen op pagina 42 voor
meer informatie.
b Maak een schone, pluisvrije doek vochtig met water.
c Houd de doek voorzichtig ongeveer drie seconden tegen de spuitopeningen en veeg de
spuitopeningen schoon in de aangegeven richting.
d Houd een ander schoon gedeelte van de doek voorzichtig ongeveer drie seconden tegen
de contactpunten en veeg de contactpunten schoon in de aangegeven richting.
e Herhaal stap c en d met een ander schoon gedeelte van de doek.
f Laat de spuitopeningen en contactpunten helemaal opdrogen.
g Plaats de inktcartridges terug.
h Druk het document opnieuw af.
i Als de afdrukkwaliteit niet verbeterd is, herhaalt u de procedure bij stap 3 nog maximaal
twee keer.
j Is de afdrukkwaliteit hierna nog steeds niet naar behoren, dan moet u de inktcartridges
vervangen. Zie Supplies bestellen op pagina 48 voor meer informatie.
Spuitopeningen
Contactpunten