Operation Manual

Enveloppen afdrukken
23
Zorg dat u de enveloppen invoert met de locatie voor de postzegel linksboven.
Duw de enveloppen niet te ver in de printer.
Druk de papiergeleider in en schuif deze tegen de linkerzijde van de enveloppen.
Stap 2: Afdrukinstellingen aanpassen
1 Open het gewenste bestand en klik op Bestand Afdrukken.
Het dialoogvenster Afdrukken verschijnt.
2 Klik op Eigenschappen, Voorkeuren of Opties in het dialoogvenster Afdrukken.
3 Geef als volgt een envelopformaat op:
a Selecteer het tabblad Papierinstellingen in het dialoogvenster Printereigenschappen.
b Selecteer Envelop bij Papierformaat.
c Selecteer het juiste formaat in het de keuzelijst Envelopformaat. Zie pagina 42 voor meer
informatie over afdrukken op papier met aangepast formaat.
4 Geef als volgt de gewenste afdrukstand op:
a Selecteer het tabblad Papierinstellingen in het dialoogvenster Printereigenschappen.
b Selecteer Liggend in het gedeelte Afdrukstand.
5 Klik op OK.
Opmerking: in veel toepassingen worden de instellingen genegeerd die u opgeeft in het
dialoogvenster Papierinstellingen. Controleer of de liggende afdrukstand is
ingeschakeld in de toepassing.
Stap 3: Enveloppen afdrukken
Klik op OK.
Opmerking: de papieruitvoerlade biedt plaats aan maximaal 10 enveloppen. Als u meer dan 10
enveloppen wilt afdrukken, moet u de eerste 10 enveloppen verwijderen voordat u
kunt doorgaan met afdrukken.