Operation Manual
Er worden tijdens de installatie van de software van de printer ook andere toepassingen geïnstalleerd. Deze
toepassingen worden opgeslagen in de printermap in de Finder na de installatie.
1 Dubbelklik in de Finder op de printermap.
2 Dubbelklik op het pictogram van de toepassing die u wilt gebruiken.
Onderdeel Functie
Lexmark Takencentrum
(wordt het Takencentrum genoemd)
• Documenten en foto's scannen.
• Instellingen voor scantaken aanpassen.
Lexmark AIO-configuratieprogramma
(wordt het AIO-configuratieprogramma genoemd)
• Instellingen voor faxtaken aanpassen.
• De lijst Contactpersonen maken en bewerken.
Lexmark Netwerkkaartlezer
(ook wel Netwerkkaartlezer genoemd)
• Inhoud weergeven van een opslagapparaat dat in een
netwerkprinter is geplaatst.
• Foto's en documenten van een opslagapparaat
overdragen naar de computer via een netwerk.
Lexmark Printerhulpprogramma
(ook wel Printerhulpprogramma genoemd)
• Hulp bij installatie van cartridges.
• Een testpagina afdrukken.
• Een uitlijningspagina afdrukken.
• Spuitopeningen van de printerkop reinigen.
• Inkt of supplies bestellen.
• De printer registreren.
• Contact opnemen met technische ondersteuning.
Lexmark Assistent voor draadloze configuratie.
(ook wel Assistent voor draadloze configuratie genoemd)
Printer installeren op een draadloos netwerk.
Opmerking: afhankelijk van de printer die u gebruikt, zijn sommige functies van deze software wellicht niet aanwezig.
Optionele software zoeken en installeren
Voor gebruikers van Windows
1 Klik op of Start.
2 Klik op Alle programma's of Programma's en selecteer de programmamap van de printer in de lijst.
3 Selecteer de printermap.
4 Kies uw printer in de keuzelijst met printers.
5 Klik op Online ondersteuning op het tabblad Ondersteuning.
6 Selecteer uw printer op de website en download het stuurprogramma.
7 Installeer aanvullende of optionele software.
Printersoftware gebruiken
25