Operation Manual

Flashgeheugen- of firmwarekaart installeren of verwijderen
35
Opties installeren en verwijderen
Verwijdering
1 Verwijder de klep van de systeemkaart. (Raadpleeg Toegang krijgen tot de systeemkaart van de printer.)
Opmerking: Als een optionele kaart is geïnstalleerd, moet u deze mogelijk verwijderen voordat u de
flashgeheugen- of firmwarekaart verwijdert.
2 Druk de vergrendelingsklemmen van de flashgeheugen- of firmwarekaart in.
3 Trek de kaart naar buiten.
Raak de metalen pinnen aan de onderkant van de kaart niet aan.
4 Plaats het flashgeheugen of de firmwarekaart terug in de originele verpakking.
Als u het originele verpakkingsmateriaal niet hebt bewaard, wikkel dan de flashgeheugenkaart of firmwarekaart in
papier en bewaar deze in een doos.
5 Als u een optiekaart hebt verwijderd om bij de flashgeheugenkaart of firmwarekaart te komen, installeer de
optionele kaart dan opnieuw.