Operation Manual
Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen
114
Problemen oplossen
De opties in het menu Kwaliteit op het bedieningspaneel kunnen worden aangepast om de afdrukkwaliteit te verbeteren.
Daarnaast kunt u de opties Fine Lines-verbet. en Grijscorrectie inschakelen om de afdrukkwaliteit te verbeteren. Deze
instellingen kunt u maken in het stuurprogramma en de Embedded Web Server (EWS)-interface op de printer. Raadpleeg
de Help in het stuurprogramma voor meer informatie over deze opties.
Menuselectie Doel Waarden
†
Afdrukresolutie Hiermee selecteert u de resolutie van
afgedrukte uitvoer
600 dpi*
Beeldkwaliteit 1200
1200 dpi
Beeldkwaliteit 2400
Tonerintensiteit Hiermee maakt u afdrukken lichter of
donkerder en bespaart u toner
1–10 8* is de standaardinstelling.
Selecteer een lager cijfer om de afdruk
lichter te maken of om toner te
besparen.
Helderheid Hiermee past u de grijswaarden van
de afgedrukte objecten aan
-6 – +6 0* is de standaardinstelling.
Contrast Hiermee past u het contrast van de
afgedrukte objecten aan
0–5 0* is de standaardinstelling.
†
De fabrieksinstellingen worden aangegeven met een sterretje (*).
Stuurprogrammaoptie Doel Waarden
†
Fine Lines-verbet. Hiermee schakelt u een afdrukmodus
in die speciaal bedoeld is voor
bestanden met nauwkeurige details,
zoals bouwkundige tekeningen,
kaarten, stroomcircuitschema's en
stroomdiagrammen.
Aan Schakel het vakje in het
stuurprogramma in.
Uit* Schakel het vakje in het
stuurprogramma uit.
Grijscorrectie Past automatisch de
contrastverbetering aan die is
toegepast op de beelden
Auto Schakel het vakje in het
stuurprogramma in.
Uit* Schakel het vakje in het
stuurprogramma uit.
†
De fabrieksinstellingen worden aangegeven met een sterretje (*).