Operation Manual

CONTROLEER DE INSTELLING VOOR PAPIERSOORT
Zorg dat de instelling voor de papiersoort overeenkomt met het papier dat in de lade is geplaatst:
1 Controleer op het bedieningspaneel van de printer de instelling voor papiersoort in het menu Papier.
2 Geef de juiste instelling voor soort op voor u de taak verzendt voor afdrukken:
Windows: geef de soort op die is ingesteld in Printereigenschappen.
Macintosh: geef de soort op die is ingesteld in het dialoogvenster Druk af.
DE TONER IS BIJNA OP
Bestel een nieuwe tonercartridge als 88 Cartridge bijna leeg wordt weergegeven.
DE TONERCARTRIDGE IS MOGELIJK BESCHADIGD
Vervang de cartridge.
Herhaalde storingen
SPOREN KOMEN GELIJKMATIG OVER DE GEHELE PAGINA VOOR
Vervang het laadrolmechanisme bij storingen na iedere 28,3 mm (1,11 inch).
Vervang het overdrachtmechanisme bij storingen na iedere 51,7 mm (2,04 inch).
Vervang de inktcartridge bij storingen na iedere:
47,8 mm (1,88 inch)
96,8 mm (3,81 inch)
Vervang het verhittingsstation bij storingen na iedere:
88,0 mm (3,46 inch)
95,2 mm (3,75 inch)
Vervang de tonercartridge als u na meting een defect vindt dat niet in de bovengenoemde categorieën valt.
Scheve afdruk
Hierna volgen mogelijke oplossingen. Probeer een van de volgende opties:
CONTROLEER DE PAPIERGELEIDERS
Schuif de geleiders in de juiste positie voor het desbetreffende papierformaat.
problemen oplossen
192