Operation Manual
CONTROLEER DE INSTELLING VOOR PAPIERSOORT
Zorg dat de instelling voor de papiersoort overeenkomt met het papier dat in de lade is geplaatst:
1 Controleer op het bedieningspaneel van de printer de instelling voor Papierformaat in het menu Papier.
2 Geef de juiste papiersoort op voordat u de afdruktaak verzendt.
• Voor Windows-gebruikers: geef het type op via Printereigenschappen.
• Voor Macintosh-gebruikers: geef het type op via het dialoogvenster Afdrukken.
HET PAPIER CONTROLEREN
Gebruik geen gestructureerd papier met een ruwe afwerking.
HET VERHITTINGSSTATION IS MOGELIJK VERSLETEN OF DEFECT
Vervang het verhittingsstation.
Terugkerende fouten
)
)
)
)
DE DEVELOPER-EENHEID VERVANGEN
Vervang de developer-eenheid als de storingen optreden om de 43,9 mm van de pagina.
DE BEELDVERWERKINGSKIT VERVANGEN
Vervang de beeldverwerkingskit als er storingen optreden tijdens het afdrukken in de volgende gevallen:
• om de 34,6 mm van de pagina
• om de 94,2 mm van de pagina
Opmerking: De printer beschikt over twee soorten beeldverwerkingskits: een zwarte en kleurenbeeldverwerkingskit,
en een zwarte beeldverwerkingskit. De zwarte en kleurenbeeldverwerkingskit bevat cyaan, magenta, geel en zwart.
De zwarte beeldverwerkingskit bevat alleen zwart.
Scheve afdruk
D
E PAPIERGELEIDERS CONTROLEREN
Schuif de geleiders in de juiste positie voor het formaat papier dat is geplaatst.
problemen oplossen
279