Operation Manual

De juiste afdrukmedia kiezen
17
Afdrukmedia
Enveloppen
U kunt maximaal 10 enveloppen laden in de universeellader.
Gebruik enveloppen van 75–105 g/m
2
bankpostpapier.
Gebruik nooit enveloppen die:
gemakkelijk krullen;
aan elkaar zijn vastgeplakt;
zijn beschadigd;
vensters, gaten, perforaties, uitsnijdingen of reliëfwerk bevatten;
metalen klemmetjes, strikken of vouwklemmetjes bevatten;
zijn voorzien van postzegels;
een (gedeeltelijk) onbedekte plakstrook hebben als de klepzijde is gesloten of is
dichtgeplakt.
Gebruik alleen enveloppen die bestand zijn tegen temperaturen van 205 °C zonder te sluiten,
om te krullen, te kreuken of gevaarlijke stoffen af te geven. Raadpleeg de leverancier van de
enveloppen als u niet zeker weet of deze geschikt zijn.
Het is mogelijk dat de hoge temperatuur tijdens het afdrukken in combinatie met een hoge
vochtigheid (meer dan 60%) ertoe leidt dat de enveloppen worden dichtgeplakt.
Stel de papierbron in op de universeellader of op handmatige enveloppeninvoer en selecteer
het juiste formaat in het printerstuurprogramma of met MarkVision.
Laad enveloppen met de klepzijde omlaag en met de korte zijde bij het retouradres zo
geplaatst dat die als eerste in de printer wordt gevoerd.
Stel de rechterpapiergeleider in op de breedte van de enveloppen.
Als u zelfsluitende enveloppen laadt, moet u de achterste uitvoerlade openen zodat de
enveloppen recht uit de achterzijde van de printer worden uitgevoerd. In de achterste
uitvoerlade is ruimte voor ongeveer 10 enveloppen.
Enveloppen zullen waarschijnlijk minder krullen bij gebruik van de achterste uitvoerlade.