Operation Manual

CONTROLEER DE INSTELLINGEN VOOR DONKERHEID, HELDERHEID EN CONTRAST
De instelling Tonerintensiteit is te laag, de instelling RGB-helderheid is te laag of de instelling RGB-contrast is te
laag.
Wijzig deze instellingen via het menu Kwaliteit op het bedieningspaneel van de printer.
Windows: wijzig deze instellingen via Printereigenschappen.
Macintosh: wijzig deze instellingen via het dialoogvenster Druk af en de pop-upmenu's.
MOGELIJK IS DE PRINTER NIET ONLANGS OPNIEUW GEKALIBREERD
Voer Kleur aanpassen uit vanuit het menu Kwaliteit van het bedieningspaneel van de printer.
CONTROLEER HET PAPIER
Laad papier uit een nieuw pak.
Gebruik geen papier met een ruw of vezelig oppervlak.
Zorg ervoor dat het papier dat u in de laden plaatst niet vochtig is.
Controleer of de instellingen voor papiersoort en -gewicht overeenkomen met het gebruikte papier.
KLEUR BESPAREN IS INGESCHAKELD
Schakel Kleur besparen uit in het menu Kwaliteit op het bedieningspaneel van de printer.
EEN TONERCARTRIDGE IS BIJNA OP
Verwijder de aangegeven cartridge uit de printer. Schud de cartridge een aantal malen heen en weer en plaats
deze weer terug.
Installeer een nieuwe tonercartridge.
EEN TONERCARTRIDGE IS VERSLETEN OF DEFECT
Vervang de versleten of defecte tonercartridge.
Herhaalde storingen
)
)
)
Hierna volgen mogelijke oplossingen. Probeer een van de volgende opties:
problemen oplossen
315