Operation Manual

Transparanten*
* Raak de afdrukzijde van transparanten niet aan. Zorg dat er geen krassen op komen.
4 Plaats het papier of speciale afdrukmateriaal in de universeellader.Schuif de stapel zo ver mogelijk in de
universeellader.
Opmerkingen:
Laat de stapel niet boven de maximale stapelhoogte uitkomen door te veel papier onder de indicator te
duwen.
Plaats nooit afdrukmateriaal van verschillende formaten en soorten tegelijk.
Het afdrukmateriaal hoort vlak op de universele lade te liggen.
Als het afdrukmateriaal te ver in de universele lade is geduwd, drukt u op de drukhendel van het papier om
het te verwijderen.
Plaats enveloppen met de klepzijde omhoog, waarbij het adres van de verzender eerst in de printer wordt
ingevoerd.
Let op—Kans op beschadiging: Gebruik geen enveloppen met postzegels, klemmetjes, drukkers, vensters,
bedrukte binnenzijde of zelfklevende sluitingen. Het gebruik van deze enveloppen kan de printer ernstig
beschadigen.
5 Stel via het bedieningspaneel van de printer het papierformaat en de papiersoort in.
a Zorg ervoor dat de printer is ingeschakeld en dat Gereed wordt weergegeven.
b Raak aan op het beginscherm.
c Raak Paper Menu (Menu Papier) aan.
d Raak Paper Size/Type (Papierformaat/-soort) aan.
Papier en speciaal afdrukmateriaal laden
70