Operation Manual

Beheerdersondersteuning
Helderheid van het display aanpassen
Als u problemen hebt met het aflezen van het display, kunt u de LCD-helderheid aanpassen in het menu Instellingen.
1 Zorg ervoor dat de printer is ingeschakeld en dat het bericht Gereed wordt weergegeven.
2 Raak aan op het beginscherm.
3 Raak Instellingen aan.
4 Raak Algemene instellingen aan.
5 Raak herhaaldelijk aan totdat Helderheid wordt weergegeven.
6 Raak aan om de helderheid te verlagen of raak aan om de helderheid te verhogen.
De instellingen voor de helderheid kunnen worden aangepast van 5 tot 100 (100 is de standaardinstelling).
7 Raak Indienen aan.
8 Raak aan.
Menu's op bedieningspaneel uitschakelen
Aangezien een printer vaak door veel mensen wordt gebruikt, kan een systeembeheerder ervoor kiezen het
bedieningspaneel te vergrendelen zodat de menu-instellingen niet kunnen worden gewijzigd via het
bedieningspaneel.
1 Zet de printer uit.
2 Houd op het toetsenblok en ingedrukt terwijl u de printer aanzet.
3 Laat de knoppen los wanneer het scherm met de voortgangsbalk wordt weergegeven.
De printer voert de opstartcyclus uit, waarna het menu Configuratie wordt weergegeven.
4 Raak herhaaldelijk aan totdat Paneelmenu's wordt weergegeven.
5 Raak Paneelmenu's aan.
6 Raak aan totdat Uitschakelen wordt weergegeven.
7 Raak Indienen aan.
8 Raak Menu Configuratie afsluiten aan.
Spaarstand aanpassen
1 Zorg ervoor dat de printer is ingeschakeld en dat het bericht Gereed wordt weergegeven.
2 Raak aan op het beginscherm.
3 Raak Instellingen aan.
4 Raak Algemene instellingen aan.
233