Operation Manual

Windows Vista:
1 Klik op
.
2 Klik op Configuratiescherm.
3 Klik op Netwerk en internet.
4 Klik onder Netwerkcentrum op Verbinding met een netwerk maken.
5 Klik in het dialoogvenster Verbinding met een netwerk maken op Draadloos ad-hocnetwerk
(computer-naar-computer) instellen en klik op Volgende.
6 Volg de aanwijzingen in de wizard Draadloos adhoc-netwerk instellen. Tijdens de installatie:
a Maak een netwerknaam of SSID voor het netwerk met de computer en de printer.
b Schrijf de naam van uw draadloze netwerk op. Gebruik de juiste spelling en hoofdletters.
c Open het lijst voor het beveiligingstype, selecteer WEP en maak een WEP-beveiligingssleutel.
WEP-sleutels moeten de volgende kenmerken hebben:
Exact 10 of 26 hexadecimale tekens. Hexadecimale tekens zijn A-F, a-f en 0-9.
of
Exact 5 of 13 ASCII-tekens. ASCII-tekens zijn letters, cijfers en symbolen die op het toetsenbord worden
weergegeven
d Schrijf het wachtwoord van uw draadloze netwerk op. Gebruik de juiste spelling en hoofdletters.
Windows Vista schakelt het ad-hocnetwerk in. Het netwerk wordt weergegeven bij de beschikbare netwerken in
het dialoogvenster Verbinding met een netwerk maken. Dit geeft aan dat de computer is geconfigureerd voor
het ad-hocnetwerk.
7 Sluit het Configuratiescherm van Windows en eventuele andere vensters.
8 Plaats de installatiesoftware-cd in de computer en volg de aanwijzingen voor draadloze installatie.
Opmerking: sluit de installatie- of netwerkkabel niet aan totdat dit wordt aangegeven door de
installatiesoftware.
9 Wanneer de beschikbare netwerken worden weergegeven, geeft u de netwerknaam en beveiligingsgegevens
op die u hebt gemaakt in stap 6. Het installatieprogramma configureert de printer voor gebruik met uw computer.
10 Bewaar een kopie van de netwerknaam en de beveiligingsgegevens op een veilige plaats, zodat u deze in de
toekomst weer kunt gebruiken.
Windows XP:
1 Klik op Start.
2 Klik op Configuratiescherm.
3 Klik op Netwerk- en Internet-verbindingen.
4 Klik op Netwerkverbindingen.
5 Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van de draadloze netwerkverbinding.
6 Klik op Inschakelen als deze optie wordt weergegeven in het snelmenu.
Opmerking: als Inschakelen niet wordt weergegeven, is de draadloze verbinding al ingeschakeld.
7 Klik met de rechtermuisknop op het pictogram Draadloze netwerkverbinding.
De printer installeren op een draadloos netwerk (alleen bepaalde modellen)
42