Operation Manual
6 Druk op .
7 Druk herhaaldelijk op of tot het gewenste submenu-item of de gewenste instelling wordt weergegeven.
8 Druk op .
Opmerking: Als u op
drukt, wordt een instelling geselecteerd. Naast de geselecteerde instelling wordt een
sterretje (*) weergegeven.
9 Als u andere submenu's of instellingen wilt weergeven herhaalt u de volgende handeling: druk herhaaldelijk
op
of tot het gewenste submenu-item of de gewenste instelling wordt weergegeven en klik op .
10 Druk zo nodig herhaaldelijk op om terug te keren naar de vorige menu's en andere instellingen op te geven.
11 Druk op Kleur of Zwart.
Optie Handeling
Kwaliteit
1
De kwaliteit van een scan aanpassen.
Origineel
1
Het formaat van het originele document opgeven.
1
Tijdelijke instelling. Zie voor meer informatie over het opslaan van tijdelijke instellingen en andere instellingen
“Instellingen opslaan” op pagina 39.
Scannen naar een computer via een netwerk
Controleer het volgende:
• De printer is aangesloten op het netwerk via een afdrukserver, en of de printer en de computer waarop u de
scan wilt ontvangen, zijn ingeschakeld.
• De printer is geconfigureerd voor scannen via een netwerk (rechtstreeks afdrukken via IP).
1 Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat.
2 Selecteer op het bedieningspaneel de modus Scannen.
3 Druk herhaaldelijk op of tot de computer waarnaar u wilt scannen, is gemarkeerd.
4 Druk op .
5 Druk herhaaldelijk op of tot de gewenste scanbestemming wordt weergegeven.
6 Druk op Kleur of Zwart.
114