Operation Manual

CONTROLEREN HOE DE GEHEUGENKAART IS GEPLAATST
Controleer of u de geheugenkaart in de juiste sleuf hebt geplaatst.
Er gebeurt niets als de geheugenkaart is geplaatst
Dit zijn mogelijke oplossingen. Probeer een of meer van de volgende oplossingen:
GEHEUGENKAART VERWIJDEREN EN TERUGPLAATSEN IN DE PRINTER
De geheugenkaart is mogelijk te langzaam geplaatst. Verwijder de geheugenkaart en plaats deze vervolgens snel
weer terug.
CONTROLEREN HOE DE GEHEUGENKAART IS GEPLAATST
Controleer of u de geheugenkaart in de juiste sleuf hebt geplaatst. Zie voor meer informatie “Geheugenkaart in
de printer plaatsen” op pagina 117.
TYPE GEHEUGENKAART CONTROLEREN
Controleer of de geheugenkaart die u gebruikt, geschikt is voor de printer. Zie voor meer informatie
“Geheugenkaart in de printer plaatsen” op pagina 117.
GEHEUGENKAART CONTROLEREN OP BESCHADIGINGEN
Controleer of de kaart niet is beschadigd.
CONTROLEREN OF DE GEHEUGENKAART FOTO'S BEVAT
Plaats een geheugenkaart met foto's in de printer.
AANGESLOTEN USB-KABEL CONTROLEREN
Als de printer is aangesloten op de computer met een USB-kabel:
1 Controleer of de USB-kabel niet is beschadigd.
2 Sluit het vierkante uiteinde van de USB-kabel stevig aan op de aansluiting achter op de printer.
3 Sluit het rechthoekige uiteinde van de USB-kabel stevig aan op de USB-poort van de computer.
De USB-poort wordt aangegeven met het USB-symbool
.
NETWERKVERBINDING CONTROLEREN
Als de printer en de computer via een netwerk met elkaar verbonden zijn, controleert u of communicatie mogelijk
is tussen de juiste host en het juiste apparaat. Selecteer de printer vanaf de computer of de computer vanaf de
printer.
Problemen oplossen
244