Operation Manual

Afdrukken
Standaarddocumenten afdrukken
Documenten afdrukken
1 Plaats papier in de printer.
2 Open het gewenste bestand en klik op Bestand Afdrukken.
3 Klik op Eigenschappen, Voorkeuren, Opties of Instellen.
4 Pas de instellingen aan.
5 Klik op OK.
6 Klik op OK of Afdrukken.
Tabbladen van Voorkeursinstellingen voor afdrukken gebruiken
Met Voorkeursinstellingen voor afdrukken beheert u de afdrukfunctie wanneer de printer is aangesloten op een
computer. Alle printerinstellingen bevinden zich op de vier belangrijkste tabbladen van Voorkeursinstellingen voor
afdrukken: Printerinstelling, Geavanceerd, Watermerk en Afbeeldingen verbeteren.
Locatie Handelingen
Printerinstelling
De afdruksnelheid en kwaliteit aanpassen door een van de volgende instellingen te
selecteren: Automatisch, Snel afdrukken, Normaal of Best.
Een papierformaat selecteren voor normaal papier, enveloppen, banners of
afdrukken zonder rand.
Staande of liggende afdrukstand selecteren.
Het aantal exemplaren opgeven dat moet worden afgedrukt.
Selecteren of u de taak wilt sorteren.
Opgeven of u de laatste pagina van de taak als eerste wilt afdrukken.
Geavanceerd
Dubbelzijdig afdrukken selecteren.
Een indeling selecteren: Normaal, Banner, Spiegelen, N per vel, Poster, Brochure of
Zonder rand.
Watermerk
Instellen waar watermerken worden weergegeven op uw documenten.
Watermerken maken.
Lettertype, formaat en de plaatsing instellen voor watermerken.
Afbeeldingen verbeteren
Het contrast van afbeeldingen vergroten of verkleinen.
De functie Flits vullen gebruiken om donkere gedeelten van afbeeldingen lichter te
maken.
Afbeeldingen scherper of zachter maken.
Afdrukken
94