Operation Manual

198
2-1. Rijprocedures
Selecteren van een rijmodus
Afhankelijk van de rijomstandigheden kunnen de volgende modi wor-
den geselecteerd:
Normale modus
ECO-modus
Het koppel dat als reactie op het
intrappen van het gaspedaal
wordt gegenereerd, zal lager zijn
dan normaal, en de werking van
de airconditioning (verwarmen/
koelen) zal afnemen, zodat u zui-
niger zult rijden.
Wanneer de rijmodusselectie-
schakelaar naar links gedraaid
wordt, gaat het controlelampje
ECO MODE in het instrumen-
tenpaneel branden.
Druk op de schakelaar om de rij-
modus te wijzigen naar de nor-
male modus.
Sport-modus
Gebruik deze modus wanneer de
auto snel en soepel moet reage-
ren, bijvoorbeeld bij het rijden in
bergachtige gebieden of tijdens
het inhalen.
Wanneer de rijmodusselectie-
schakelaar naar rechts gedraaid
wordt, gaat het controlelampje
SPORT MODE in het instrumen-
tenpaneel branden.
Druk op de schakelaar om de rij-
modus te wijzigen naar de nor-
male modus.