Operation Manual
231
2-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
2
Tijdens het rijden
Ruitenwissers en -sproeiers
Ruitenwissers met regelbaar interval (indien aanwezig)
De werking van de ruitenwisser wordt geselecteerd door de hendel als
volgt te bewegen:
Als de intervalstand wordt geselecteerd, kan het wisinterval ook worden
gewijzigd.
Intervalstand
Lage snelheid ruitenwissers
Hoge snelheid ruitenwissers
Enkele slag
Verhoogt de frequentie van
het interval
Verlaagt de frequentie van het
interval