Operation Manual
273
2-4. Gebruik van overige rijsystemen
2
Tijdens het rijden
■ Camera Rear View Monitor-systeem
● De camera beschikt over een speciale lens.
De afstand op het scherm is een indicatie van
de werkelijke afstand.
● In de volgende gevallen kan het moeilijk zijn
om het beeld op het scherm te zien, ook al
functioneert het systeem goed.
• In het donker (bijvoorbeeld 's nachts).
• Als de temperatuur bij de lens extreem
hoog of laag is.
• Als er waterdruppels op de lens aanwe-
zig zijn of als de luchtvochtigheid hoog is
(bijvoorbeeld bij regen).
• Als er andere stoffen (bijvoorbeeld
sneeuw of modder) op de lens van de
camera aanwezig zijn.
• Als de zon of koplampen van andere
auto's rechtstreeks op de lens van de
camera schijnt/schijnen.
• Als er krassen of vuil op de lens aanwezig
zijn.
• Er wordt een helder voorwerp, zoals een
witte muur, in de binnenspiegel gereflec-
teerd.
• Wanneer de camera wordt gebruikt in
een omgeving die wordt verlicht door tl-
lampen, natriumlampen of kwiklampen,
kan het gebeuren dat de lampen en de
verlichte omgeving lijken te knipperen.