Operation Manual

313
3-1. Gebruik van airconditioning en achterruitverwarming
3
Interieur
Geuren airconditioning
Tijdens het gebruik kunnen geuren vanuit het interieur of van buitenaf in het aircon-
ditioningsysteem binnendringen en zich verzamelen. Dit kan tot gevolg hebben dat
de lucht die uit de uitstroomopeningen komt niet lekker ruikt.
Het voorkomen van mogelijke luchtjes:
We raden u aan het airconditioningsysteem in de stand buitenlucht te zetten
voordat u de motor uitschakelt.
Mogelijk wordt het inschakelen van de aanjager even vertraagd direct nadat de
airconditioning in de stand AUTO wordt ingeschakeld.
Persoonlijke voorkeursinstellingen
Instellingen (bijv. inschakelen/uitschakelen automatische werking van de aircocom-
pressor wanneer de schakelaar AUTO is ingeschakeld) kunnen worden gewijzigd.
(Systemen met mogelijkheden voor persoonlijke voorkeursinstellingen Blz. 645)
WAARSCHUWING
Om beslaan van de ruiten te voorkomen
Gebruik de functie
niet tijdens het koelen bij extreem vochtige weersomstan-
digheden. Het verschil in temperatuur tussen de buitenlucht en de voorruit kan ertoe
leiden dat de voorruit aan de buitenzijde beslaat, waardoor uw zicht gehinderd kan
worden.