Operation Manual

5
603
5-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
Bij problemen
OPMERKING
Rijd niet door als de auto een lekke band heeft
Blijf niet doorrijden als de auto een lekke band heeft.
Zelfs als er over een korte afstand met een lekke band wordt doorgereden, kunnen
band en velg zodanig beschadigd worden dat reparatie niet meer mogelijk is.
Bij het uitvoeren van een noodreparatie
Voer de reparatie uit zonder de spijker of schroef die in het loopvlak van de band
steekt te verwijderen. Als het voorwerp dat in de band steekt, wordt verwijderd kan
het zijn dat reparatie met de reparatieset niet meer mogelijk is.
De set is niet waterdicht. Zorg ervoor dat de set niet wordt blootgesteld aan water en
gebruik deze dan ook niet als het regent.
Plaats de set niet rechtstreeks op een stoffige ondergrond zoals het zand in de weg-
berm. Als de set stof etc. opzuigt, kan een storing ontstaan.
Gebruik de set met de bovenzijde naar boven. De set kan niet goed functioneren als
deze op de zijkant ligt.
Gebruik van de bandenreparatieset
De voedingsbron van de compressor moet 12 V DC zijn, geschikt voor gebruik in de
auto. Sluit de compressor niet aan op een andere voedingsbron.
Als er benzine op de set terechtkomt, kan de set defect raken. Let op dat er geen
benzine op de set terechtkomt.
Berg de set op buiten bereik van kinderen, op de daarvoor bestemde plaats.
Demonteer of wijzig de set niet. Stel de onderdelen van de set, zoals de bandenspan-
ningsmeter, niet bloot aan schokken. Dit kan een storing veroorzaken.