Gebruiksaanwijzing Koel-vriescombinatie 090112 7081976 - 01 CT(P)(esf)(sl)30../33 ...
Het apparaat in vogelvlucht Inhoudsopgave 1 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 Het apparaat in vogelvlucht.................................. Apparaat- en uitrustingsoverzicht............................. Toepassingen van het apparaat............................... Conformiteit.............................................................. Opstelmaten............................................................. Energie sparen.........................................................
Algemene veiligheidsvoorschriften Klimaatklasse voor omgevingstemperaturen van N 16 °C tot 32 °C ST 16 °C tot 38 °C T 16 °C tot 43 °C 1.3 Conformiteit Het koelmiddelcircuit werd op lekkages gecontroleerd. Het apparaat voldoet aan de van toepassing zijnde veiligheidsbepalingen en de EG-richtlijnen 2006/95/EG, 2004/108/EG, 2009/125/EG en 2010/30/EU. 1.4 Opstelmaten Fig. 2 Model Apparaathoogte A (mm) CTP(esf) 30.. 1611 CTP(esf) 33.. 1761 CT(esf)(sl) 33.. 1761 1.
Bedienings- en controle-elementen heidsmaatregelen treffen, b.v. handschoenen dragen. Consumptie-ijs, met name waterijs of ijsblokjes niet onmiddellijk en niet te koud consumeren. Neem de specifieke aanwijzingen in de overige hoofdstukken in acht: GEVAAR duidt een direct gevaar aan, die de dood of ernstig lichamelijk letsel tot gevolg kan hebben wanneer dit gevaar niet vermeden wordt.
In gebruik nemen q Stel het apparaat niet op in direct zonlicht en ook niet naast een fornuis, verwarming of dergelijke. q Het apparaat met de achterkant en indien gewenst inclusief de meegeleverde wandafstandhouders (zie beneden) direct tegen de muur plaatsen. q Het apparaat mag alleen in onbeladen toestand worden verschoven. q Stel het apparaat niet op zonder hulp. q De plaatsingsruimte van uw apparaat moet volgens de norm EN 378 per 8 g R 600a koelmiddel over een volume van 1 m3 beschikken.
In gebruik nemen 4.3.3 Middelste lagerdelen omzetten u Veerklem Fig. 7 (31) verplaatsen: Sluitnok omlaag drukken, veerklem eroverheen en eraf trekken. u Veerklem aan de nieuwe scharnierkant weer erin schuiven totdat hij inklikt. Fig. 7 Fig. 5 u Afdekplaat Fig. 5 (12) voorzichtig afhalen. u Middelste lagerbus met Fig. 5 (14)onderlegschijfje Fig. 5 (13)180° gedraaid aan de nieuwe scharnierkant goed (met 4 Nm) vastschroeven. u Afdekplaat Fig. 5 (12) 180° gedraaid aan de nieuwe greepzijde weer vastklikken.
Bediening 4.4 Inbouw in het keukenblok 4.6 Apparaat aansluiten LET OP Gevaar voor beschadiging van de elektronische componenten! u Gebruik geen omvormer (omzetten van gelijkstroom naar wisselstroom) of spaarstekker. WAARSCHUWING Brand- en oververhittingsgevaar! u Gebruik geen verlengsnoer of verdeeldoos. Fig. 9 (1) Opbouwkast (3) Keukenkast (2) Apparaat (4) Wand Het apparaat Fig. 9 (2) kan worden ingebouwd in de keuken.
Bediening 5.2 Kinderbeveiliging Met de kinderbeveiliging zorgt u ervoor dat kinderen bij het spelen het apparaat niet onbedoeld uitschakelen. 5.2.1 Kinderbeveiliging instellen Moet de functie worden ingeschakeld: u Instelmodus activeren: toets SuperFrost Fig. 3 (5) ca. 5 s indrukken. w Op de display wordt het symbool Menu Fig. 3 (9) weergegeven. w Op de display knippert c. u Met de toets SuperFrost Fig. 3 (5) kort bevestigen. w Op de display verschijnt c1. u Met de toets SuperFrost Fig.
Bediening 5.3.5 Deelbare draagplateau gebruiken Richtwaardes voor de opslagduur van de verschillende levensmiddelen in het vriesgedeelte: Brood en banket 2 tot 6 maanden Wild, varkensvlees 6 tot 10 maanden Vis, vet 2 tot 6 maanden Vis, mager 6 tot 12 maanden Kaas 2 tot 6 maanden u De glasplaat met aanslagrand (2) moet achteraan liggen. Gevogelte, rundvlees 6 tot 12 maanden 5.3.6 Opbergvakken in de deur verplaatsen Groente, fruit 6 tot 12 maanden Fig.
Onderhoud Bij een kleine hoeveelheid in te vriezen levensmiddelen: u Ca. 6 u wachten. Bij de maximale hoeveelheid in te vriezen levensmiddelen (zie typeplaatje): u ca. 24 u wachten. u Levensmiddelen in het vriesvak leggen, zodat ze contact met de bodem of de zijwanden hebben. w SuperFrost schakelt na ca. 65 u automatisch uit. w Het symbool SuperFrost Fig. 3 (6) gaat uit, wanneer het invriezen is afgesloten. w Het apparaat werkt in de energiebesparende normale modus verder.
Storingen w Dit maakt een snelle en doelgerichte service mogelijk. u Het apparaat gesloten laten, totdat de Technische Dienst komt. w De levensmiddelen blijven langer koel. u Trek de stekker uit het stopcontact (daarbij niet aan het snoer trekken) of de draai de zekering uit. u Deurvakken volgens afbeelding uit elkaar nemen. 7 Storingen Na het reinigen: u Apparaat en onderdelen droogwrijven. u Apparaat weer aansluiten en inschakelen. u SuperFrost inschakelen (zie 5.4.4) .
Uitzetten In de temperatuurdisplay wordt aangegeven: F0 tot F9 → Het betreft een storing. u Contact opnemen met de Technische Dienst. (zie Onderhoud). De buitenkant van het apparaat voelt warm aan. → De warmte van het koelmiddelcircuit wordt gebruikt om condenswater te voorkomen. u Dit is normaal. Temperatuur is niet laag genoeg. De deur is niet goed gesloten. Deur van het apparaat sluiten. Niet voldoende be- en ontluchting. Luchtrooster schoonmaken. De omgevingstemperatuur is te hoog. Oplossing: (zie 1.