Operation Manual
In de temperatuurdisplay wordt aangegeven: F0 tot F9
→
Het betreft een storing.
u
Contact opnemen met de Technische Dienst. (zie Onder-
houd).
De buitenkant van het apparaat voelt warm aan.
→
De warmte van het koelmiddelcircuit wordt gebruikt om
condenswater te voorkomen.
u
Dit is normaal.
Temperatuur is niet laag genoeg.
→
De deur is niet goed gesloten.
u
Deur van het apparaat sluiten.
→
Niet voldoende be- en ontluchting.
u
Luchtrooster schoonmaken.
→
De omgevingstemperatuur is te hoog.
u
Oplossing: (zie 1.2) .
→
Het apparaat werd te vaak of te lang geopend.
u
Afwachten of de benodigde temperatuur weer vanzelf
wordt bereikt. Zo niet, contact opnemen met de Technische
Dienst. (zie Onderhoud).
→
U heeft teveel nieuwe levensmiddelen zonder SuperFrost
opgeslagen.
u
Oplossing: (zie 5.4.4)
→
De temperatuur is verkeerd ingesteld.
u
Stel de temperatuur lager in en controleer na 24 u.
→
Het apparaat staat te dicht bij een warmtebron.
u
Oplossing: (zie In gebruik nemen).
De binnenverlichting brandt niet.
→
Het apparaat is niet ingeschakeld.
u
Apparaat inschakelen.
→
De deur was langer dan 15 min. open.
u
De binnenverlichting schakelt bij geopende deur na
ca. 15 min. automatisch uit.
→
Wanneer de binnenverlichting niet brandt terwijl de tempe-
ratuurdisplay wel verlicht is, is de gloeilamp stuk.
u
Vervang de gloeilamp. (zie Onderhoud).
8 Uitzetten
8.1 Apparaat uitschakelen
Aanwijzing
u
Om het volledige apparaat uit te schakelen, hoeft alleen het
koelgedeelte uitgeschakeld te worden. Daarbij wordt auto-
matisch het vriesgedeelte uitgeschakeld.
u
Aan/uit-toets
Fig. 3 (1)
ca. 2 seconden indrukken.
w
De temperatuurdisplay gaat uit. Het apparaat is uitgescha-
keld.
w
De binnenverlichting gaat uit.
8.2 Buiten werking stellen
u
Apparaat leegmaken.
u
Stekker uittrekken.
u
Apparaat reinigen (zie 6.2) .
u
Laat de deuren een stukje open staan zodat er geen onaan-
gename geuren kunnen ontstaan.
9 Apparaat afdanken
Het apparaat bevat nog waardevolle materialen en
mag niet met het gewoon huis- of grofvuil worden
meegegeven. Het recyclen van afgedankte appa-
raten moet vakkundig gebeuren overeenkomstig
de plaatselijk geldende voorschriften en wetten.
Let erop dat bij het afvoeren van het afgedankte apparaat het
koelmiddelcircuit niet wordt beschadigd, zodat het koelmiddel
(informatie op het typeplaatje) of de olie erin niet ongewild vrij-
komen.
u
Apparaat onbruikbaar maken.
u
Trek de stekker uit.
u
Snijd het aansluitsnoer door.
Uitzetten
12










