Operation Manual
Het symbool kan zich op de compressor
bevinden. Het heeft betrekking op de olie in de
compressor en wijst op het volgende gevaar: Kan
bij het inslikken en indringen in de luchtwegen
dodelijk zijn. Deze aanwijzing is alleen voor het
recyclingproces van belang. In de normale modus
bestaat er geen gevaar.
Neem de specifieke aanwijzingen in de
overige hoofdstukken in acht:
GEVAAR duidt een direct gevaar aan, die de
dood of ernstig lichamelijk letsel tot
gevolg kan hebben wanneer dit
gevaar niet vermeden wordt.
WAAR-
SCHUWING
duidt een gevaarlijke situatie aan,
die de dood of ernstig lichamelijk
letsel tot gevolg kan hebben
wanneer dit gevaar niet vermeden
wordt.
VOORZICH
TIG
duidt een gevaarlijke situatie aan,
die lichamelijk letsel tot gevolg kan
hebben wanneer dit gevaar niet
vermeden wordt.
LET OP duidt een gevaarlijke situatie aan,
die materiƫle schade tot gevolg kan
hebben wanneer dit gevaar niet
vermeden wordt.
Aanwijzing geeft aan dat praktische aanwij-
zingen en tips gegeven worden.
3 Bedienings- en controle-
elementen
3.1 Homebeeldscherm
Fig. 3
(1) Veld vriesgedeelte (3) Beeldscherm
(2) Menuveld
Het homebeeldscherm is de uitgangsweergave voor de
gebruiker. Van hieruit worden alle instellingen uitgevoerd.
Door op het beeldscherm te drukken kunnen de functies
worden opgeroepen en de waarden worden gewijzigd.
3.2 Bedieningsstructuur
Veld vriesgedeelte
Fig. 4
(1) Symbool vriesgedeelte (2) Temperatuurweergave
vriesgedeelte
In het veld vriesgedeelte wordt de ingestelde temperatuur van
het vriesgedeelte weergegeven.
De volgende instellingen kunnen worden uitgevoerd:
-
Temperatuurinstellingen
-
Apparaat uitschakelen, beeldscherm blijft functioneel.
Menuveld
Fig. 5
(1) Hoofdmenu (2) Geactiveerde optie
Het menuveld biedt toegang tot de opties en instellingen van
het apparaat. Bovendien worden geactiveerde opties weerge-
geven.
3.3 Navigatie
Door op menu te drukken krijgt u toegang tot de afzonderlijke
opties. Na bevestiging van een optie of instelling klinkt een
geluidssignaal. De weergave wisselt naar het homebeelds-
cherm.
De bediening van het apparaat vindt plaats via de volgende
symbolen:
Stand-by:
Apparaat of temperatuurzone inscha-
kelen.
Menu:
Opties oproepen.
Min / Plus:
Instelling veranderen (bijv. tempera-
tuur regelen).
Navigatiepijl links / rechts:
Opties kiezen en in het menu navi-
geren.
Met de navigatiepijlen kan men door
de afzonderlijke opties bladeren. Na
de laatste optie wordt de eerste optie
weer weergegeven.
Terug:
Keuze annuleren.
De weergave wisselt naar het
volgende hogere niveau resp. naar
het homebeeldscherm.
OK:
Keuze bevestigen.
Na bevestiging wisselt de weergave
naar het homebeeldscherm.
Bedienings- en controle-elementen
* afhankelijk van model en uitvoering 5