Operation Manual

Art 40-55
Gebruikershandleiding
26

Eerste ingebruikname
Instelmogelijkheden voor de satellietinstallatie
(andere centrale antenne):
Satelliet selecteren.
OK Instellingen overnemen.
 Verder naar de volgende stap..
 Instellingen selecteren en aanpassen.
LNC-
frequentie
Normaal hoeft u de waarde voor High- en Low-
Band niet te wijzigen, tenzij de LNC (LNB) van uw
satellietinstallatie een afwijkende oscillatorfrequentie
gebruikt (belangrijk voor de frequentie-indicatie).
Voedings-
spanning
Wanneer uw toestel is aangesloten op een
éénkabelinstallatie zonder externe voeding kunt
u de antennevoeding (13 V of 18 V/max. 500 mA)
inschakelen.
 Verder naar de volgende stap..
Ga verder naar paragraaf Instelmogelijkheden voor
alle ontvangsttypes.
Optus D1160°E
Türksat 42°E
Hellas Sat2 39°E
Eutelsat 36A 36°E
Eutelsat 28A 28,5°E
ASTRA2 28,2°E
ASTRA3 23,5°E
Eutelsat 5 West A 5°W
Nilesat 7°W
Eutelsat 7 West A 7,2°W
Eutelsat 8 West A 8°W
Eutelsat 12 West A 12,5°W
Telestart12 12,5°W
Intelsat901 18°W
ASTRA1 19,2°E
Eutelsat 16A 16°E
Hot Bird 13°E
Eurobird 9A 9°E
Eurobird 7A 7°E
ASTRA4A 4,8°E
Thor/Intelsat10-02 0,8
Gelieve hier aan te geven welke satelliet u ontvangt.
Opmerking: De nieuwe gekozen parameter moet bevestigd worden met de knop .
Terug met Verder met
Satelliet selecteren
OK
Enkele
satelliet
selecteren
Gelieve aan te geven, met welke oscillatorfrequentie uw LMC werkt.
Wanneer uw apparaat is aangesloten op een SCD of een externe voedingsbron, kunt u met
"13V" of "18V" de antennespanning (13 of 18V/ max. 350 mA) inschakelen.
LNB-frequentie, netspanning
ASTRA1 19,2°E low band 9750 MHz 10000 MHz 10200 MHz 10600 MHz
Voedingsspanning uit 13V 18V
Terug met Verder met
LNC-
frequenties,
Voedings
-
spanning