MONTAGEHANDLEIDING MAC A 301/302/401/402 STUURKAST 21/01/2003
MAC A 300/400 STURING Toepassing De MAC A 300/400 is een motorsturing ontworpen voor het aansturen van één of twee motoren (max. 500W) bij draaihekken, schuifhekken, garagedeuropeners, slagbomen en rolluiken. De sturing is uitgerust met fazenaansnijding en krachtinstelling. Door gedeeltelijke bestukking is het mogelijk om de prijs te drukken van versies zonder fazeaansnijding en krachtuitschakeling of om enkel één motor aan te bieden.
MAC A 301 MAC A 302 MAC A 401 MAC A 402 1 vleugel zonder fazeaansnijding en krachtregeling. 2 vleugels zonder fazeaansnijding en krachtregeling. 1 vleugel met fazeaansnijding en krachtregeling. 2 vleugels met fazeaansnijding en krachtregeling.
MENU BEREIK FUNCTIEWAARDEN 0 1 Normale werking, toestandsaanduiding 00…99 MOTORSPANNING 2 00…50 3 00…50 4 00…03 5 00…99 6 00…99 7 00…40 8 00…99 9 00…20 A 00…62 B C D E F 00…08 00…10 00…04 00…03 00…99 FABRIEKSINSTELLING - 50V…230V KRACHT MOTOR 1 (“00” geen krachtuitschakeling) Meerwaarde van 0…1A bij de aangeleerde max stroomopname. KRACHT MOTOR 2 (“00” geen krachtuitschakeling) Meerwaarde van 0…1A bij de aangeleerde max stroomopname.
SPECIFICATIES MAC A 300/400 AANSLUITINGEN – FUNCTIE Aansluiting 230V voor toebehoren Aansluiting tweede motor Aansluiting verlichting 230V – 500W Aansluiting waarschuwingslicht 230V – 500W Aansluiting elektrisch slot 12V – 1A/24V – 500mA Aansluiting 24V voor toebehoren 500mA Separate aansluiting open/dicht/stop Aansluiting noodstop Aansluiting fotocel Aansluiting eindschakelaar M1 Aansluiting eindschakelaar M2 Aansluiting bevel 1 vleugel Ligplaats voor twee ontvangers Beugel voor twee condensatoren LED – in
FUNKTIES Algemeen - De sturing gebeurt via een microprocessor. - Het aantal bewegingen in openloop wordt in een intern geheugen vastgelegd voor servicedoeleinden. - Werking zonder eindeloopschakelaar is mogelijk. De afschakeling op het einde gebeurt dan via krachtafschakeling of op looptijd. - Door het parallel verbinden van de ingangen IMPULS, STOP, OPEN, TOE en ENKELE VLEUGEL kunnen meerdere motorsturingen met slechts één ontvanger I uitwendige impulsgever gestuurd worden.
Looptijd - De maximale looptijd kan per motor ingesteld worden van 0...98sec. in stappen van 1 sec of op 3 min. (Menu 5 voor M 1, menu 6 voor M2) - In dichtloop bedraagt de looptijd automatisch ca. 1 sec. meer dan in openloop, om zeker te zijn van een goede sluiting als er geen elektrisch slot gebruikt wordt. - Als de looptijd van M2 (menu 6) op "00" ingesteld wordt, dan gedraagt de sturing voor 2 motoren zich als een sturing voor 1 motor.
- Wordt een motor door kracht uitgeschakeld, dan wordt dit aangeduid op de display tot het volgende bevel. Zo kan herkend worden of b.v. één vleugel op het einde door de eindeloopschakelaar, door looptijd of door kracht afgeschakeld werd. - Tijdens de werking gaat de sturing na of de stroom van de motoren gemeten wordt. Als dit niet het geval is, kan de elektronica voor het opmeten van de stroom defect zijn. De alarmmelding "E 1" voor motor 1 en "E2" voor motor verschijnt dan op de display.
INGANGEN Impuls-ingang voor drukknop, sleutelcontact, codeklavier, externe ontvanger Aan de IMPULS-ingang (klemmen 25/26) kan een potentiaal-vrij N.O.- contact aangesloten worden. De TEST- / IMPULS -tester op de printplaat werkt eveneens op deze ingang. Een IMPULS' ontvanger bevel kan aan deze klemmen gekoppeld worden en parallel aan een tweede sturing gekoppeld worden.
OPGELET: De STOP-ingang is geen veiligheidsingang (geen noodstop)! Toe-ingang voor drukknop, externe ontvanger Aan de TOE-ingang (klemmen 29/30) kan een potentiaal vrij NO contact aangesloten worden. Een TOE-ontvangerbevel kan op deze klemmen gekoppeld worden en parallel aan een tweede sturing gekoppeld worden. Functie : Keuze bedieningswijze dichtloop: impuls of houdcontact (MENU E). Bij blijvende impuls van de TOE-ingang blijft de deur in gesloten toestand staan.
Functie : Bij bevel in open-loop werken enkel de eindschakelaars open, bij dichtloop enkel de eindschakelaars dicht. Er volgt direct een stop. Bij het volgende bevel (impuls) wordt van de eindschakelaar weggegaan. Als een motor op zijn eindeloopschakelaar staat, volgt er geen motorstart in de richting van de eindeloopschakelaar. Enkele-vleugel-ingang: voor gedeeltelijke sturing van M2 Aan de enkele vleugel-ingang (klemmen 41/42) kan een potentiaal vrij N.O. kontakt aangesloten worden.
Wordt menu A op 62 ingesteld, dan volgt er bij elke motorstart een korte impuls aan de lichtuitgang. Zo kan b.v. met een extra trappenhuislichtautomaat een langere lichttijd gestart worden. Waarschuwingslicht-uitgang voor het aansluiten van waarschuwingslampen, knipperlichten etc. Aan de waarschuwingslichtuitgang (klemmen 14/15) kan direct een 230V verlichting van max. 500W aangesloten worden. Functie : Het waarschuwingslicht wordt over een relais voorwaarschuwingstijd (menu 9) en tijdens de motorloop.
INDIENSTSTELLING BIJ ELEKTRO-MECHANISCHE MOTOREN 1). Motoren met een grote variatie in opgenomen vermogen. - Spanning aanleggen. - Menu 5 (looptijd) instellen op een tijd die zeker kleiner is dan de benodigde tijd om het volledige traject te doorlopen. De waarden in menu “2” en “3” verminderen tot waarde 1. - Correcte aansluiting van de motor(en) controleren. (eerste beweging = open). - Menu “1” (motorspanning) instellen op waarde zodat de motor de poort kan openen en sluiten.
INDIENSTSTELLING BIJ ELEKTRO-HYDRAULISCHE MOTOREN - Bij de elektro-hydraulische motoren is er geen krachtregeling in de stuurkast. - Deze motoren werken enkel op looptijd. - De afregeling van de kracht gebeurt op de motor zelf. ZEKERINGEN EN BESCHERMINGEN VAN DE INSTALLATIE - Zekering 1 (T5A) schermt direct de netvoeding af. - Zekering 2 (T800mA) schermt de interne logica en de inplugvoeten af. - Zekering 3 (T200mA) schermt de 24V AC uitgang af.