Operation Manual

19
NL
Bas boost 0...12 dB bij 45 Hz
Voeding +12 V (10 – 15 V), min aan massa
Zekering 1 x 30 A
Afmetingen (B x H x D) 221 x 57 x 236 mm
Gewicht 2,15 kg
TECHNISCHE WIJZIGINGEN VOORBEHOUDEN
2. BIJZONDERHEDEN
· Complementaire balanseindtrap
· Automatische in-/uitschakeling via de autoradio
· Traploos instelbare hoog- en laagdoorlaatfilter
· Traploos regelbare bascorrectie
· Instelbare ingangsgevoeligheid
· Brugbaar 2-/1-kanaals bedrijf
· Tri-modus bedrijf
· Elektronische contactverbreker tegen kortsluiting, gelijkspannings-offset en boventemperatuur
· Mute-schakeling ter onderdrukking schakelklikken
· Laagniveau-uitgangen (cinch voetjes) voor de aansluiting van extra versterkers
· Bedrijfsindicatie (groene LED) en overbelastingsindicatie (rode LED)
3. BELANGRIJKE INSTRUCTIES VOOR DE MONTAGE
· Dit apparaat is uitsluitend geschikt voor de aansluiting op een 12 volt systeem met negatieve massa.
· De warmte die wordt afgegeven bij de krachtafgifte vereist een plaat van montage met voldoende
luchtcirculatie. Het is van groot belang dat de koelribben van de warmteafleider niet tegen een plaat
of een oppervlak aanliggen waardoor de luchtcirculatie negatief zou kunnen worden beïnvloed. De
versterker mag niet in kleine of ongeventileerde ruimten (bv. holte voor het reservewiel of onder de
vloerbedekking van de auto) worden geïnstalleerd. De montage in de kofferbak verdient aanbeveling.
· Monteer de versterker dusdanig dat hij verreweg is beveiligd tegen schokken, vuil en stof.
· Let er op dat de in-/uitvoersnoeren ver genoeg van de stroomtoevoerkabels verwijderd zijn omdat
er anders gevaar bestaat voor stoorinstraling.
· Let er op dat de zekering en de bedieningselementen na de montage toegankelijk zijn.
· Het vermogen en de betrouwbaarheid van de installatie is afhankelijk van de kwaliteit van de
montage. Laat de montage bij voorkeur door een vakbedrijf doorvoeren. Dat geldt vooral voor een
installatie met verschillende luidsprekers of voor een complex meerwegsysteem.
4. AANSLUITINGEN
4.1 STROOMVOORZIENING EN AUTOMATISCHE INSCHAKELING
Belangrijke aanwijzing: scheid voordat u met de installatie begint de plusklem van de motoraccu.
Zo voorkomt u kortsluiting.
De elektrische leidingen die over het algemeen voor auto’s worden toegepast in boordnetten zijn niet
voldoende voor de behoefte van een eindversterker. Let er op dat de elektrische leidingen naar GND en
naar +12 V klem voldoende gemissioneerd zijn. Voor de verbinding van de accu naar de stroomklemmen
van de versterker dient een kabeldoorsnede van ten minste 10 mm² te worden gebruikt.
Maak eerst de verbinding tussen de GND-klem en de versterker en de minpool en de accu. Een goede
verbinding is van groot belang. Verwijder vuil zorgvuldig van het aansluitingspunt van de accu. Een losse
aansluiting kan storing, storend geluid of vervorming veroorzaken.