Operation Manual
24
Terughaalveer vervangen
Het starterhuis wegnemen (zie hoofdstuk “Startkabel vervan-
gen”).
De luchtgeleiding van het starterhuis scheiden (zie hoofdstuk 
“Startkabel vervangen”).
Zekerring (
1) wegnemen  (tang  voor buitenzekerringen,  zie 
Toebehoordelen).
Kabeltrommel (2) eraf nemen.
Schroef (3) eruit draaien.
De terughaalveer (4) met behulp van een schroevedraaier of een 
dergelijk gereedschap gelijkelijk uit de verklemming hieven. 
Hier-
Reserveterughaalveren worden reeds in het huis gespannen 
geleverd. Een 
eruit gesprongen veer kan als aangegeven weer worden ingezet 
( ).
De nieuwe terughaalveer (
4) moet vóór de inbouw in het star-
terhuis met universeel vet, bestelnr. 944 360 000, licht worden 
ingevet. Dan de terughaalveer (
4) inzetten en
licht aandrukken, zodat de tongen (
) in de opnemers klikken.
De kabeltrommel (2) en lagerhals niet invetten!
Schroef (3) erin draaien en slechts licht vastdraaien.
De kabeltrommel bij het eropzetten lichtelijk draaien tot deze 
voelbaar inklikt. Dan de zekerring aanbrengen.
Startkabel opwikkelen (zie Hoofdst. „Startkabel vervangen“).
De luchtgeleiding aanbrengen (zie hoofdstuk “Startkabel ver
-
vangen”).
Bij het opzetten van het starterhuis eventueel licht aan de start
-
greep trekken, tot het startmechanisme aangrijpt.










