Instructions
34 NEDERLANDS
6. Bewaar het gereedschap en de accu niet op
plaatsen waar de temperatuur kan oplopen tot
50°C of hoger.
7. Werp de accu nooit in het vuur, ook niet wan-
neer hij zwaar beschadigd of volledig versleten
is. De accu kan ontploffen in het vuur.
8. Wees voorzichtig dat u de accu niet laat vallen
en hem niet blootstelt aan schokken of stoten.
9. Gebruik nooit een beschadigde accu.
10. De bijgeleverde lithium-ionbatterijen zijn
onderhevig aan de vereisten in de wetgeving
omtrent gevaarlijke stoffen.
Voorcommercieeltransportendergelijkedoor
derden en transporteurs moeten speciale vereis-
ten ten aanzien van verpakking en etikettering
worden nageleefd.
Alsvoorbereidingvanhetartikeldatwordt
getransporteerdishetnoodzakelijkeenexpertop
hetgebiedvangevaarlijkestoffenteraadplegen.
Houdutevensaanmogelijkstrengerenationale
regelgeving.
Blootliggende contactpunten moeten worden
afgedekt met tape en de accu moet zodanig
wordenverpaktdatdezenietkanbewegeninde
verpakking.
11. Volg bij het weggooien van de accu de plaatse-
lijke voorschriften.
12. Gebruik de accu’s uitsluitend met de gereed-
schappen die door Makita zijn aanbevolen.Als
deaccu’swordenaangebrachtinniet-compatibele
gereedschappen,kandatleidentotbrand,bui-
tensporige warmteontwikkeling, een explosie of
lekkage van elektrolyt.
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES.
LET OP: Gebruik uitsluitend originele Makita
accu’s.Hetgebruikvanniet-origineleaccu’s,of
accu’sdiezijngewijzigd,kanertoeleidendatdeaccu
ontploftenbrand,persoonlijkletselenschadeveroor-
zaakt. Ook vervalt daarmee de garantie van Makita
op het gereedschap en de lader van Makita.
Tips voor een maximale levens-
duur van de accu
1. Laad de accu op voordat hij volledig ontladen
is. Stop het gebruik van het gereedschap en
laad de accu op telkens wanneer u vaststelt
dat het vermogen van het gereedschap is
afgenomen.
2. Laad een volledig opgeladen accu nooit
opnieuw op. Te lang opladen verkort de
levensduur van de accu.
3. Laad de accu op bij een omgevingstempe-
ratuur tussen 10°C en 40°C. Laat een warme
accu afkoelen alvorens hem op te laden.
BESCHRIJVING VAN DE
FUNCTIES
LET OP: Zorg altijd dat het gereedschap is
uitgeschakeld en de accu ervan is verwijderd
alvorens de functies op het gereedschap af te
stellen of te controleren.
De accu aanbrengen en verwijderen
LET OP: Schakel het gereedschap altijd uit
voordat u de accu aanbrengt of verwijdert.
LET OP: Houd het gereedschap en de accu
stevig vast tijdens het aanbrengen of verwijderen
van de accu.Alsuhetgereedschapendeaccuniet
stevig vasthoudt, kunnen deze uit uw handen glippen
enhetgereedschapofdeaccubeschadigen,ofkan
persoonlijkletselwordenveroorzaakt.
►Fig.1: 1. Rood deel 2. Knop 3.Accu
Omdeaccuteverwijderenverschuiftudeknopaande
voorkantvandeaccuenschuiftutegelijkertijddeaccu
uit het gereedschap.
Omdeaccuaantebrengenlijntudelipopdeaccuuitmet
degroefindebehuizingenduwtudeaccuopzijnplaats.
Steekdeaccuzovermogelijkinhetgereedschaptotueen
klikgeluidhoort.Alsuhetrodedeelaandebovenkantvan
deknopkuntzien,isdeaccunietgoedaangebracht.
LET OP:
Breng de accu altijd helemaal aan
totdat het rode deel niet meer zichtbaar is.Alsudit
niet doet, kan de accu per ongeluk uit het gereedschap
vallen en u of anderen in uw omgeving verwonden.
LET OP:
Breng de accu niet met kracht aan.Als
deaccunietgemakkelijkinhetgereedschapkanwor-
dengeschoven,wordtdezenietgoedaangebracht.
Accubeveiligingssysteem
Hetgereedschapisuitgerustmeteenaccubeveiligings-
systeem. Dit systeem sluit automatisch de voeding
naar de motor af om de levensduur van de accu te
verlengen.
Hetgereedschapkantijdensgebruikautomatischstop-
penwanneerhetgereedschapen/ofdeaccuaanéén
vandevolgendeomstandighedenwordtblootgesteld:
Overbelasting:
Alshetgereedschapwordtgebruiktopeenmanierdie
eenabnormaalhogestroomsterktevergt.
Schakel in dat geval het gereedschap uit en stopt u met
detoepassingwaardoorhetgereedschapoverbelast
raakte. Schakel vervolgens het gereedschap in om het
weer te starten.
Alshetgereedschapnietstart,kandeaccuoververhit
zijn.Indiesituatielaatudeaccueerstafkoelenvoordat
u het gereedschap opnieuw inschakelt.
Onvoldoende accuspanning:
De resterende accucapaciteit is te laag en het gereed-
schapstartniet.Alsuhetgereedschapinschakelt,
draait de motor wel maar stopt kort daarna. In dat geval
verwijdertudeaccuenlaadtudieopnieuwop.