Operation Manual

28
Videoresolutie
Dit gedeelte is bedoeld voor het opgeven van de instellingen voor de video-uitvoerresolutie. Geef de
instellingen op volgens de aangesloten televisie.
Druk op RESOLUTION.
•Telkens wanneer u op RESOLUTION drukt, wordt de resolutie gewijzigd zoals
hieronder weergegeven.
•De resolutie kan niet voor elke HDMI-uitgang apart worden ingesteld.
•Wanneer u RESOLUTION ingedrukt houdt terwijl de resolutie is aangegeven op
het display, verschijnt “HDMI Init.” op het display en wordt de standaardinstelling
hersteld.
•Standaard instellingen staan onderstreept.
Auto
480/576i
1080P24
1080P
1080i
480/576P
720P
Source Direct
(Auto)
(1080 progressive, 24-beeldjes)
(Bron direct)
(1080 progressive)
(480/576 interlace)
(1080 interlace)
(480/576 progressive)
(720 progressive)
•Als de videoresolutie niet is ingesteld op “Auto”, stelt u deze in in overeenstemming met de resolutie
van uw televisie/AV-ontvanger.
•De beelden worden niet normaal geprojecteerd als de resolutie van de televisie/AV-ontvanger en de
uitvoerresolutie van dit apparaat niet overeenkomen.
•Beeld en geluid worden onderbroken als het aangesloten apparaat wordt uitgeschakeld of de ingang
wordt omgeschakeld.
•Wanneer u de videoresolutie van het toestel wijzigt, duurt de validatie tussen het toestel en het
aangesloten apparaat enkele tot 10 seconden. Er wordt ondertussen geen audio/video uitgevoerd.
Instellingen die tijdens de weergave worden ingeschakeld
Basisversie
Geavanceerde versie
Informatie
Basisversie
DVD