Operation Manual
2.Vooruit ûen terugspoelen
Druk op de " " of de " " toets om vooruit of terug te spoelen. De spoelsnelheid kan per disk
verschillen.
Iedere keer dat " " wordt ingedrukt, wijzigt de snelheid van het vooruitspoelen als volgt:
vooruit X2, vooruit X4, vooruit X8, vooruit X20, normaal.
Iedere keer dat " " wordt ingedrukt, wijzigt de snelheid van het terugspoelen als volgt:
achteruit X2, achteruit X4, achteruit X8, achteruit x20, normaal.
3.Afspelen pauzeren
Druk op " " om het afspelen te pauzeren.
Druk nogmaals op " " om het afspelen te hervatten.
4.Afspelen stoppen
Druk op " " om het afspelen te stoppen.
Druk op " " om het afspelen van het huidige nummer te hervatten.
5.Herhaald afspelen
Druk tijdens het afspelen op "repeat" om de herhaalfunctie te selecteren. Druk eenmaal om
een enkele track te herhalen. Druk tweemaal om een te herhalen map te selecteren.
Druk drie keer om de hele disk te herhalen. Druk viermaal om de normale afspeelmodus te
herstellen.
Herhaalmodus: repeat "OFF" repeat" ONE " repeat" DIR " repeat "ALL ".
6.Herhaalfunctie instellen tussen A en B
Druk eenmaal op de IA-BI toets om beginpunt A in te stellen.
Druk een tweede maal om eindpunt B in te stellen.
Druk een derde maal om de functie af te sluiten.
7.Schermweergave van afspeelmodus
Druk in afspeel ûof stopmodus op de "display"-toets op de afstandsbediening om de
speelduur of resterende speeltijd van de huidige track weer te geven.
2
3
1
2
1
2
1
2
1
2
3
1
CD Afspeelbediening
Na het invoeren van een disk in het apparaat zal de CD automatisch afgespeeld worden (Als er
op een onjuiste toets op het apparaat of de afstandsbediening wordt gedrukt, toont het
scherm " ")
1.Selecteer het nummer dat als eerste afgespeeld dient te worden.
Gebruik cijfertoetsen " 0-9 " en " 10+ " op de afstandsbediening om het gewenste nummer te
selecteren (het nummer dient niet hoger te zijn dan het aantal tracks op de disc)
Bijvoorbeeld: druk om de twaalfde track te kiezen eerst op "10+" en dan op "2".
2.Naar een ander nummer overslaan
Druk op de " " of " " toets. Ieder keer wordt overgeslagen naar het begin van een andere
track.
Druk op de " " toets om het afspelen van de volgende track te starten.
Druk op de " " toets om het afspelen van de vorige track te starten.
3.Vooruit en terugspoelen
Druk in afspeelmodus op de " " of de " " toets om vooruit of terug te spoelen. De
spoelsnelheid kan per disk verschillen.
Iedere keer dat " " wordt ingedrukt, wijzigt de snelheid van het vooruitspoelen als volgt:
vooruit X2, vooruit X4, vooruit X8, vooruit X20, normaal.
2
3
1
2
1
NL-16










