Operation Manual

OPMERKING
l
Afzonderlijke zittingposities kunnen
geprogrammeerd worden onder de
twee beschikbare
programmeertoetsen aan de zijde van
de bestuurdersstoel, plus één
zittingpositie voor elke
geregistreerde sleutel.
l
Als de auto in onderhoud is geweest
en de accukabels werden
losgekoppeld, zullen de
geprogrammeerde zittingposities
gewist zijn. Herprogrammeer de
zittingposities.
Programmering
1. Zet het contact op OFF.
2. Stel de zitting in de gewenste positie af
met behulp van de zitpositie- en
rugleuningverstelschakelaars.
Zie Gebruik van de zittingen op pagina
2-6.
3. Houd de geheugen SET toets ingedrukt
totdat u een pieptoon hoort.
4. Maak binnen 5 seconden na het
voltooien van stap 3 hierboven een van
de volgende instellingen:
l
Houd voor het programmeren van
geheugentoets 1 of 2 de toets
ingedrukt totdat u een pieptoon
hoort.
l
Houd voor het programmeren van
een sleutel de sleutel
schakelaar
ingedrukt totdat u een pieptoon
hoort.
Afstellen van een geprogrammeerde
positie
(Programmeren op een toets aan de
zijkant van de zitting)
1. Druk terwijl de auto stilstaat op de
programmeertoets voor de
zittingpositie die u wilt oproepen (toets
1 of 2).
2. U hoort een pieptoon wanneer de
afstelling van de zittingpositie voltooid
is.
OPMERKING
l
Als geen zittingafstelling nodig is,
klinkt enkel de pieptoon.
l
Wanneer het contact op ON staat,
werkt de zittinggeheugenfunctie niet
tenzij de keuzehendel in de stand P
staat (automatische transmissie) of de
handrem wordt aangetrokken
(handgeschakelde versnellingsba k).
l
Wanneer het contact op OFF staat,
kan de zittingpositiegeheugenfunctie
gebruikt worden terwijl de
keuzehendel in een andere stand dan
stand P staat (automatische
transmissie) of de handrem niet is
aangetrokken (handgeschakelde
versnellingsbak). Echter als het
contact op ON wordt gezet terwijl de
zittingpositiegeheugenfunctie in
bedrijf is, wordt de werking
stopgezet.
2-10
Belangrijke veiligheidsuitrusting
Zittingen