Operation Manual

66
c) Afspelen van een aparte demo-song
Zet het keyboard aan.
Druk op de toets "SONG" (8).
Voer het gewenste nummer van de demo-song met het numerieke toetsenbord in. Druk bij wijze van voor-
beeld op de toets "3" en daarna op de toets "5", om de demo-song "35" te selecteren.
De demo-song 100 kan door het indrukken van de toets "+100" worden geselecteerd.
Druk op de toets "START/STOP" (12), om de juist geselecteerde demo-song op te starten.
Druk nog eens op de toets "START/STOP", om het afspelen te beëindigen.
Gedurende de weergave kunt u de toets "MELODY OFF" (7) indrukken om de melodie uit te zet-
ten, wanneer u die bijv. zelf zou willen spelen.
Nog eens op de toets "MELODY OFF" drukken, schakelt de melodie weer in.
Wanner u dat wenst kan via de toetsen "TEMPO +" of. "TEMPO -" (6) de snelheid worden inge-
steld.
12. Instrumenten en effecten
a) Instrument selecteren ("VOICE")
Het keyboard beschikt over in totaal 128 verschillende instrumenten.
Afbeelding 11
Voor de selectie van het instrument handelen we als volgt.
Druk op de toets "VOICE" (10)
Voer het nummer van het gewenste instrument in (zie tabel op het keyboard)
Het nummer van het instrument wordt in het LC-display aangegeven.
Bij een nummer groter dan 99 drukt u eerst op de toets "+100" .
Voorbeeld voor instrument 124: Op toets "+100" drukken, daarna op toets "2", daarna toets "4"
Als alternatief kunnen de instrumenten ook met de toetsen " + " en " - " (in de getallengroep) worden door-
geschakeld. Wanneer u de toetsen langer indrukt, worden de instrumenten snel doorgeschakeld.
Bij het inschakelen van het keyboard is automatisch het instrument "01" geselecteerd.
15
c) Wiedergabe des Begleitrhythmus starten/beenden
Wählen Sie einen Begleitrhythmus aus, siehe oben.
Drücken Sie die Taste "START/STOP" (12), um die Wiedergabe des Begleitrhythmus zu starten.
Die Geschwindigkeit des Begleitrhythmus kann über die Tasten "TEMPO +" bzw. "TEMPO -" (6) einge-
stellt werden.
Ein erneuter Druck auf die Taste "START/STOP" beendet die Wiedergabe.
Bild 16
Schalten Sie während der Wiedergabe des Begleitrhythmus nach Wunsch die Auto-Akkord-Funk-
tion hinzu. Drücken Sie die Taste "A.B.C." (12) und danach eine der 19 Akkord-Tasten.
Wird bereits ein Auto-Akkord wiedergegeben, drücken Sie zum Umschalten auf einen anderen
Auto-Akkord einfach eine andere der 19 Akkord-Tasten.
d) Synchro-Start
Die Wiedergabe des Begleitrhythmus kann auf Wunsch erst beim ersten Tastendruck auf die Klaviatur
beginnen.
Bild 17
Gehen Sie dazu wie folgt vor:
Drücken Sie die Taste "SYNC" (12). Im LC-Display beginnt die Beat-Anzeige (28) zu blinken.
Bei dem ersten Tastendruck beginnt die Wiedergabe des Begleitrhythmus.
Zum Beenden der Wiedergabe drücken Sie die Taste "START/STOP" (12).
Wenn der Auto-Akkord eingeschaltet ist, beginnt die Wiedergabe auch beim Drücken einer Auto-
Akkord-Taste. Der Auto-Akkord und der Begleitrhythmus werden abgespielt.
e) FILL-IN-Funktion
Über die Tasten "FILL-IN NORMAL" bzw. "FILL-IN VARIATION" (12) wählen Sie die beiden Variationsar-
ten.
Bild 18