Operating Instructions and Installation Instructions

PELLETKACHEL Hoofdstuk 4
INSTRUCTIE- EN INSTALLATIEBOEKJE pag. 33
Werking Technische dienst - Alle rechten voorbehouden aan MCZ GROUP S.p.A. - Reproductie
verboden
OPMERKING:
De pictogrammen nr.11 – nr.12 – nr.13 – nr.14 kunnen op
twee verschillende manieren branden:
 VOLLEDIG VERLICHT (PICTOGRAM VOLLEDIG ZWART)
 ALLEEN MET RANDVERLICHTING
Als de pictogrammen volledig verlicht zijn, worden de specifieke
functies geregeld.
Voorbeeld: als het ventilatorsymbool helemaal is verlicht, kunnen we
de snelheid van de hetelucht ventilator regelen met de knop
nr.5
Als alleen de randen van de iconen zijn verlicht, zijn de betreffende
functies actief maar kunnen ze alleen worden gewijzigd door het
betreffende menu te openen. Door de betreffende menu te openen
gaat het pictogram volledig branden (zie boven)
Voorbeeld: als alleen de rand van het ventilatorsymbool is verlicht,
kunnen we de snelheid van de ventilator niet aanpassen met
de toets nr.5, maar de functie is wel actief want de
ventilator is ingeschakeld (als de kachel is ingeschakeld).
Om de ventilatorsnelheid te kunnen wijzigen, ga naar het
menu om in te stellen waardoor het pictogram gaat
branden.
4.4.4. Type en vervanging van de batterijen
De batterijen bevinden zich in het onderste gedeelte van het apparaat,
nabij de steunbasis. Om de batterijen te vervangen, verwijder het
deksel, vervang de batterijen en respecteer de polariteit die zowel op
de afstandsbediening als op de batterijen is aangegeven.
Om te kunnen functioneren zijn nr. 3 Micro LR03/AAA 1,5V
alkaline batterijen nodig.
Het pictogram nr.4 geeft informatie over de laadtoestand van de
batterijen. Als deze pictogram aangeeft dat de batterijen ontladen zijn,
betekent dit dat de batterijen moeten worden vervangen en dat de
afstandsbediening weldra zal uitschakelen.
Als de afstandsbediening is uitgeschakeld doordat de
batterijen ontladen/afwezig zijn, kan de kachel alleen
vanaf het noodpaneel op achterkant van de kachel
worden bediend (zie paragraaf 4.5). Tijdens de
noodtoestand blijven alleen enkele basisfuncties
beschikbaar: inschakelen, uitschakelen en
handmatige regeling in drie vermogens-
/ventilatiestanden.
De meegeleverde batterijen kunnen een beperkte
levensduur hebben. Het verdient aanbeveling steeds
reservebatterijen ter beschikking te hebben.
Let bij het vervangen van de batterijen goed op de
polariteit die is aangegeven in de behuizing van de
afstandsbediening.
Lege batterijen bevatten milieuschadelijke metalen en
moeten gescheiden ingezameld worden.
Indicatie batterij ontladen