Operation Manual

C M Y CM MY CY CMY K
NL
Indien het apparaat niet (goed) werkt
24
Indien het apparaat niet (goed) werkt
1. Indien de combi-magnetron helemaal niet of niet naar behoren werkt:
2. Controleer of de stekker van het apparaat goed is ingestoken. Zo niet, verwijder dan de stekker
uit het stopcontact, wacht 10 seconden, steek hem weer in en controleer of de stekker stevig vastzit.
3. Controleer of er een zekering is gesprongen of een stroomverbreker is ingeschakeld. Indien dat
niet het geval is, controleer dan of het stopcontact naar behoren werkt door er een ander apparaat
op aan te sluiten.
4. Controleer of het apparaat correct is geprogrammeerd en of de tijdschakelaar is ingesteld.
5. Controleer of de deur goed is gesloten en de deur vergrendeld is. Indien dat niet het geval is, zal
de combi-magnetron niet opwarmen.
INDIEN U HET PROBLEEM NIET KUNT VERHELPEN AAN DE HAND VAN DE BOVENSTAANDE
SUGGESTIES, NEEM DAN CONTACT OP MET EEN ERKEND SERVICETECHNICUS. PROBEER
DE OVEN OF ONDERDELEN DAARVAN NIET ZELF TE REPAREREN OF BIJ TE STELLEN.
Installatie
1. Zorg ervoor dat alle verpakkingsmaterialen aan de binnenkant van de deur zijn verwijderd.
2. WAARSCHUWING: Controleer of het apparaat nergens beschadigd is. De deur mag niet scheef
zitten of krom zijn. De deurafdichting en afdichtingsoppervlakken mogen niet beschadigd zijn. De
scharnieren en vergrendelingen mogen niet kapot zijn of los zitten. Er mogen geen deuken in de
deur of in de binnenruimte van het apparaat zitten. Indien u enige beschadiging of afwijking
constateert, gebruik de combi-magnetron dan niet en neem contact op met een erkend
servicetechnicus.
3. Deze combi-magnetron dient op een vlakke, stabiele ondergrond te worden geplaatst die het gewicht
van het apparaat en het zwaarste voorwerp dat in het apparaat zal worden geplaatst, kan dragen.
4. Zet de combi-magnetron niet op een plek waar hitte, vocht of een hoge luchtvochtigheid de werking
van het apparaat kunnen beïnvloeden. Plaats het apparaat niet in de buurt van brandbare materialen.
5. Voor een correcte werking, dient de combi-magnetron voldoende ventilatie te hebben. Zorg ervoor
dat er boven het apparaat 20 cm ruimte is; aan de achterkant en aan beide zijkanten volstaat 10
cm respectievelijk 5 cm voor een goede ventilatie. Zorg ervoor dat de ventilatieopeningen van het
apparaat niet worden afgedekt of geblokkeerd. Verwijder de pootjes niet.
6. Gebruik de combi-magnetron alleen wanneer het glazen draaiplateau, de houder van het glazen
draaiplateau en de draaias correct zijn geplaatst.
7. Controleer of het netsnoer onbeschadigd is, onder de combi-magnetron doorloopt of op een heet
of scherp oppervlak steunt.
8. Het stopcontact moet goed toegankelijk zijn, zodat de stekker van het apparaat in een noodgeval
snel kan worden uitgetrokken.
9. Gebruik de combi-magnetron niet buiten.
Aarding
Dit apparaat dient te worden geaard. Het is voorzien van een netsnoer met een aarddraad en een
geaarde stekker. De stekker dient te worden ingestoken in een stopcontact dat correct is geïnstalleerd
en geaard. In geval van kortsluiting, wordt door aarding het risico van een elektrische schok verkleind,
doordat de stroom wordt afgevoerd via de aarddraad. Het wordt aanbevolen om de combi-magnetron
op een aparte groep aan te sluiten. Een hoge spanning is gevaarlijk en kan tot brand of andere schade
aan het apparaat leiden.
WAARSCHUWING: Foutief of oneigenlijk gebruik van de geaarde stekker kan een elektrische schok
veroorzaken.
Opmerking:
1. Indien u vragen heeft met betrekking tot aarding of elektrische aansluiting, neem dan contact op
met een gekwalificeerd elektricien of servicetechnicus.
2. Noch de fabrikant, noch de leverancier kan aansprakelijk worden gesteld voor enige schade aan
de combi-magnetron of enig persoonlijk letsel dat voortvloeit uit niet-naleving van de instructies
inzake de elektrische aansluiting van het apparaat.
De draden in het netsnoer hebben de volgende kleurcode:
Groen en geel = AARDE Blauw = NUL Bruin = FASE