Operation Manual
3 Ingebruikname
Als de machine niet op het originele metabo
onderstel gemonteerd wordt, moet er voor een
andere stabiele onderbouw worden gekozen.
Vanwege transport en verpakking worden de
gereedschappen er los bij geleverd. De
leunspaanhouder wordt met de drager op het
machinebed gemonteerd.
5.3 Onderdelen en accessoires
Gebruikt U uitsluitend originele onderdelen en accessoires van metabo.
4 Netaansluiting/schakelaar
De machine loopt op 230 V 50 Hz. De stekker
moet met een veiligheidsschakelaar L 10 A of een
smeltzekering gL 10 A gezekerd zijn en naar VED
0100 geaard en met nulleider aangesloten wor-
den.
Verlengkabels moeten minstens een doorsnede
hebben van 3x1 mm
2
. De machine begint te lopen
als U de groene knop indrukt en de machine stopt
als U de rode knop indrukt. In de schakelaar is een
relais ingebouwd die voorkomt dat de machine
weer begint te lopen als de netspanning is
uitgevallen en weer wordt hersteld.
De machine moet dus opnieuw worden
ingeschakeld.
-
-
-
-
5 Veiligheidsmaatregelen
5.1 Persoonlijke beschermingsuitrusting
Het dragen van een persoonlijke beschermingsuitrusting is bij alle werkzaamheden met de houtdraaibank
HDM 1000 beslist noodzakelijk.
Draagt u ter voorkoming van oogletsel altijd een beschermbril
Draagt u een goede hoofdbescherming (b. v. bouwhelm).
Houtschijven en windscheuren kunnen bij bewerking barsten en ernstig hoofdletsel veroorzaken.
Draagt u ter bescherming van uw luchtwegen een stofmasker (Partikelmasker). Het stof van eiken- en
beukenhout kan kankerverwekkend zijn.
Draagt u géén loshangende werkkleding, het roterende werkstuk kan zich in mouwen e. d. vastgrijpen.
5.2 Veiligheidsvoorschriften
Geen hout met windscheuren gebruiken, omdat er kans bestaat dat het hout splijt door optredende middelpunt
vliedende kracht.
Geen dwarse stukken hout gebruiken. Deze stukken hout hebben een foutieve vezelverloop en neigen tot
barsten of scheuren.
De leunspaanhouder moet dicht (ca. 5 - 10 mm) bij het werkstuk gemonteerd worden
Bij het draaien niet in de mogelijke vluchtweg van het werkstuk staan.
Bij nieuwe werkstukken met de kleinste spindelsnelheid beginnen.
Bij het bewerken tussen de centers moet u centerpunten met een doorsnede van minstens 5 mm aanbrengen.
Drie of vierklauwplaat alleen met beschermkap voor klauwplaat gebruiken.
-
-
-
-
-
-
-
44