Operation Manual
NEDERLANDS
10
• Zaag alleen werkstukken die groot
genoeg zijn, zodat ze bij het zagen
veilig vastgeklemd kunnen worden.
• Druk het werkstuk tijdens het zagen
steeds op de tafel en plaats het
nooit op zijn smalle kant. Probeer
het zaagblad ook nooit af te rem
-
men door er van opzij (met een
voorwerp) tegenaan te drukken. Er
bestaat gevaar voor ongevallen,
wanneer het zaagblad wordt ge
-
blokkeerd.
8.1 Rechte sneden
Maximale afmeting van het werkstuk
(gegevens in mm):
Uitgangspositie:
– Transportvergrendeling uitgetrok-
ken.
– De zaagkop is naar boven ge-
zwenkt.
– De draaitafel staat op de 0°-stand,
de vastzetgreep voor de draaitafel
is aangetrokken.
– De inclinatie van de kantelarm ten
opzichte van de loodlijn bedraagt
0°, de grendelhefboom voor de in-
stelling van de inclinatie is vastge-
zet.
Een werkstuk zagen:
1. Druk het werkstuk tegen de werk-
stukaanslag en klem het vast met
de werkstukspaninrichting.
2. Veiligheidsvergrendeling (63) bedie-
nen en Aan/Uit-schakelaar (64) in-
gedrukt houden.
3. Laat de zaagkop aan de handgreep
langzaam neer. Druk de zaagkop tij
-
dens het zagen niet te hard op het
werkstuk, het motortoerental mag
niet te sterk dalen.
4. Zaag het werkstuk in één beweging
door.
5. Laat de Aan/Uit-schakelaar los en
laat de zaagkop langzaam in de bo
-
venste uitgangspositie terugzwen-
ken.
8.2 Versteksneden
3 Opmerking:
Bij het verstekzagen wordt het werkstuk
gezaagd in een hoek ten opzichte van
de achterste aanlegrand.
Maximale afmeting van het werkstuk
(gegevens in mm):
Uitgangspositie:
– Transportvergrendeling uitgetrok-
ken.
– De zaagkop is naar boven ge-
zwenkt.
– De inclinatie van de kantelarm ten
opzichte van de loodlijn bedraagt 0,
de grendelhefboom voor de instel
-
ling van de inclinatie is vastgezet.
Een werkstuk zagen:
1. Draai de vastzetgreep (65) van de
draaitafel (66) los.
2. Stel de gewenste hoek in.
3 Opmerking:
De draaitafel klikt vast in de hoekstan-
den 0°, 15°, 22,5°, 30° en 45°.
3. Draai de vastzetgreep van de draai-
tafel vast.
4. Zaag het werkstuk zoals beschre-
ven onder "Rechte zaagsneden".
8.3 Schuine sneden
3 Opmerking:
Bij het schuin zagen wordt het werkstuk
gezaagd in een hoek ten opzichte van
de loodlijn.
Maximale afmeting van het werkstuk
(gegevens in mm) bij een hellingshoek
van 45:
Breedte ca. 120
Hoogte ca. 60
63
64
Stand draaitafel
Breedte ca. Hoogte ca.
15° 110 60
22,5° 105 60
30° 100 60
45° 80 60
Breedte ca. 120
Hoogte ca. 45
65 66