Operation Manual

56
NEDERLANDS
Gevaar!
Voordat u met de service- en
onderhoudswerkzaamheden begint:
zet u de machine uit.
trekt u de stekker uit het stopcon-
tact.
wacht u tot de machine helemaal
stilstaat.
Beschadigde onderdelen, vooral
beschadigde onderdelen van de vei-
ligheidsvoorzieningen, mogen alleen
door originele fabrieksonderdelen of
door de fabrikant goedgekeurde
onderdelen vervangen worden. Als u
dit nalaat, dan kan dit tot onvoorziene
schade leiden.
Voordat u met de service of met het
onderhoud begint:
Controleer de werking van alle
veiligheidsvoorzieningen na elk
onderhoud.
Controleer of er zich geen
gereedschappen of dergelijke aan
of in de machine bevinden.
Onderhoudswerkzaamheden of repa-
raties die niet in dit hoofdstuk
beschreven staan, mogen uitsluitend
door vaklui uitgevoerd worden.
10.1 Schaafmessen monteren
en demonteren
Tip:
Botte schaafmessen herkent
men aan
een verminderde schaafcapaciteit,
een vergroot gevaar op terugslag,
en
overbelasting van de motor.
Gevaar!
Snijgevaar bij stilstaande
schaafmessen: Bij het vervangen van
de schaafmessen moet u veiligheids-
handschoenen dragen.
Om de schaafmessen te demonteren:
1. Trek de stekker uit het stopcontact.
2. Neem de aanslag weg.
3. Neem het beschermingsprofiel voor
de schaafassen weg.
4. Maak borgschroef (73) los en draai
de afvoertafel (74) met stelschroef
(75) helemaal naar boven.
5. Schroef de vier boutjes met vier-
kante kop (76) in de aandrukstrip
van de schaafbeitel (77) er helemaal
in (handschoenen gebruiken!).
6. Neem eerst het schaafmes (78),
dan de aandruklijst van het schaaf-
mes (77) uit de schaafas (79).
7. In de geleidingssleuf van de
schaafas zitten er nu nog twee
veren. Markeer nauwkeurig de posi-
tie van de veren (voor de montage)
en neem ze er vervolgens uit.
8. Maak de oppervlakken van de
schaafas en de aandruklijst van het
schaafmes schoon met harsoplos-
middel.
Gevaar!
Gebruik geen schoonmaak-
middelen (bv. om harsrestanten te
verwijderen) die de lichtmetalen delen
zouden kunnen beschadigen; de sta-
biliteit van de lichtmetalen delen zou
hierdoor immers aangetast kunnen
worden.
Om de schaafmessen te monteren:
Gevaar!
Gebruik uitsluitend toegelaten
schaafmessen die in over-
eenstemming zijn met de EN 847-
1 (zie ook „Beschikbare acces-
soires“) – ongeschikte, verkeerd
gemonteerde, botte of bescha-
digde schaafmessen kunnen los-
komen respectievelijk het terugs-
laggevaar sterk doen toenemen.
Let op dat altijd alle schaafbeitels
worden vervangen.
In de beitelas en in de aandruk-
strip van de schaafbeitel zijn de
cijfers "1", "2" en "3" ingeslagen.
Let er bij de montage op, dat de
cijfers van de schaafas en de
aandruklijst van het schaafmes
overeenstemmen. Zo niet, kan
onbalans tot lagerbeschadiging
leiden.
Uitsluitend schaafmessen met de
opdruk „HS“ of „HSS“ mogen
bijge-slepen worden!
Bij het bijslijpen alle schaafbei-
tels in gelijke mate bijslijpen,
anders kunnen door onbalans de
lagers worden beschadigd.
De schaafmessen mogen maar
tot een breedte van 12 mm bijge-
slepen worden.
De schaafmessen moeten met
originele fabrieksonderdelen
gemonteerd worden.
9. Breng de veerhouders weer op hun
oorspronkelijke positie in de gelei-
dingssleuf van de schaafas aan.
10. Plaats de aandruklijst voor het
schaafmes in de geleidingssleuf van
de schaafas. Schroef de vier boutjes
met vierkante kop er zo ver uit dat
de schaafbeitel er nog net ingescho-
ven kan worden.
11. Breng een scherp schaafmes aan en
lijn het met de aandruklijst van het
schaafmes zo uit, dat geen van beide
aan de zijkant van de schaafas uit-
steekt.
12. Druk het instelkaliber (80) voor
schaafbeitels zoals afgebeeld in de
richting van de pijlen op de afvoerta-
fel (81);
Het instelkaliber moet met de zijkant
(82) tegen de voorzijde van de tafel-
blad liggen.
13. Afstellen van de schaafbeitel (83):
De instelling is correct als de schaaf-
beitel op het hoogste punt het instel-
kaliber net raakt.
14. Voer de instelling bij elk uiteinde van
de schaafbeitel uit.
15. Om de schaafbeitel vast te schroe-
ven, de vier boutjes met vierkante
kop in de aandrukstrip van de
schaafbeitel er helemaal uit draaien:
eerst de twee buitenste boutjes, dan
de binnenste boutjes.
10. Service en onderhoud
73
74
75
767778
79
80 82
81
83