Operation Manual

NEDERLANDSnl
22
dat inzetgereedschap beschermd is tegen vet en
stoten!
Inzetgereedschap dient zorgvuldig, volgens de
aanwijzingen van de fabrikant, te worden bewaard
en gebruikt.
Het werkstuk dient stevig te liggen en beveiligd te
zijn tegen wegglijden, bijv. met behulp van spanin-
richtingen. Grote werkstukken dienen voldoende te
worden ondersteund.
Wordt er inzetgereedschap met schroefdraadinzet
gebruikt, dan mag het einde van de spindel de
gatenbodem van het schuurgereedschap niet
raken. Let erop dat de schroefdraad in het inzetge-
reedschap lang genoeg is om de spindellengte op
te nemen. De schroefdraad van het inzetgereed-
schap moet bij de schroefdraad op de spindel
passen. Zie voor de lengte en de schroefdraad van
de spindel pagina 3 en hoofdstuk 14. Technische
gegevens.
Vreemde objecten in de machine
kunnen leiden tot een blokkering
van het schakelmechanisme. Daarom is het nood-
zakelijk om de lopende machine zeer regelmatig en
grondig door de achterste ventilatiesleuven uit te
blazen met perslucht. Hierbij dient hij stevig te
worden vastgehouden.
Stoffen afkomstig van bepaalde materialen, zoals
loodhoudende verf, enkele houtsoorten, mineralen
en metaal, kunnen schadelijk zijn voor de
gezondheid. Het aanraken of inademen van deze
stoffen kan bij de gebruiker of personen die zich in
de nabijheid bevinden leiden tot allergische reacties
en/of aandoeningen aan de luchtwegen.
Bepaalde stoffen, zoals van kwarts, eiken- of
beukenhout, gelden als kankerverwekkend, met
name in verbinding met additieven voor de
houtbehandeling (chromaat,
houtbeschermingsmiddelen).
- Om een hoge mate van stofafzuiging te
bereiken, kunt u samen met dit gereedschap
een geschikte Metabo-stofafzuiger (van
klasse M) gebruiken.
- Zorg voor een goede ventilatie van de werkplaats.
- Aanbevolen wordt om een stofmasker van filter-
klasse P2 te dragen.
Neem de voorschriften in acht die in uw land voor
de te bewerken materialen van toepassing zijn.
Asbesthoudend materiaal mag alleen worden
bewerkt door gespecialiseerd personeel.
Zorg er bij het werken onder stoffige omstandig-
heden voor dat de ventilatieopeningen vrij zijn.
Mocht het nodig zijn om het stof te verwijderen,
ontkoppel dan eerst het elektrisch gereedschap van
het elektriciteitsnet (gebruik niet-metalen voor-
werpen) en voorkom beschadiging van inwendige
delen.
Er mag geen beschadigd, niet-rond of vibrerend
gereedschap worden gebruikt.
Voorkom schade aan gas- of waterleidingen, elek-
trische geleiders en dragende wanden (statica).
Bij gebruik van de machine buiten:
FI-veiligheidsschakelaar met max. afschakelstroom
(30 mA) voorschakelen!
De stekker altijd uit het stopcontact halen voordat
instel-, ombouw- of onderhoudswerkzaamheden
worden uitgevoerd.
Een beschadigde of gebarsten extra greep dient te
worden vervangen. Indien de extra greep defect is
de machine niet gebruiken.
Een beschadigde of gebarsten beschermkap dient
te worden vervangen. Indien de beschermkap
defect is de machine niet gebruiken.
Alleen inzetgereedschap gebruiken waar de
borstels van de beschermkap bovenuit steken.
Zie bladzijde 2.
1 Afzuigaansluiting
2 Schroefgaten van de aandrijfkast (aan beide
kanten)
3Vleugelschroeven
4 Extra greep
5 Vergrendelschijven
6 Tweegaatssleutel
7Spanmoer
8 Diamantkomschijf *
9 Steunflens
10 Spindel
11 Verende Borstelkrans
12 Spindelvastzetknop
13 Segment voor het oplappen (voor werken nabij
wanden)
14 Beschermkap
15 Handgreep
16 Blokkering (tegen onbedoeld inschakelen, dan
wel voor de continu-inschakeling)*
17 Drukschakelaar (voor het in-/uitschakelen) *
18 Schakelschuif (voor het
in-/uitschakelen) *
19 Elektronische signaalindicatie
20 Stelknop voor de toerentalinstelling
* afhankelijk van de uitrusting/niet in de leve-
ringsomvang
Controleer alvorens het apparaat in gebruik te
nemen of de op het typeplaatje aangegeven
netspanning en netfrequentie overeenkomen met
de gegevens van het elektriciteitsnet.
6.1 Extra greep aanbrengen
Alleen werken wanneer de extra greep (4) is
aangebracht! De extra greep aanbrengen
zoals weergegeven.
Zie pagina 2, afbeelding A.
- Vergrendelschijven (5) links en rechts op de
aandrijfkast plaatsen.
-Extra greep (4) aan de aandrijfkast aanbrengen.
- Vleugelschroeven (3) links en rechts in de extra
greep (4) steken en licht vastschroeven.
- Gewenste hoek van de extra greep (4) instellen.
- Vleugelschroeven (3) links en rechts stevig met
de hand vastdraaien.
5. Overzicht
6. Ingebruikneming