Operation Manual

MI 3311 GammaGT Beknopte handleiding
10
2 Beknopte handleiding
2.1 Keuze testmogelijkheden
Het instrument heeft vijf verschillende testmogelijkheden
<ORGANIZER> voorgeprogrammeerde testprocedures conform NEN3140
<ENKELV.TEST> individuele tests
<KLANT AUTOTEST> klantspecifieke voorgeprogrammeerde reeksen
<SNELTEST> eenvoudige voorgeprogrammeerde reeksen
<AUTOTESTCODE> op codes gebaseerde testreeksen, geschikt voor het werken
met streepjescodes en RFID-tags
<HELP> helpvensters
<INSTELLINGEN> menu voor het instellen van het instrument
2.2 Een test met de NEN-ORGANIZER uitvoeren
1
Stel de functie in
2
Stel het apparaattype en de beschermende
maatregelen in
Selecteer ORGANIZER in het hoofdmenu
3
Voer de testprocedure uit
4
Bekijk de resultaten
Druk op TEST om de autotest te starten
Bij bepaalde tests worden vooraf limieten
geselecteerd, maar de gebruiker kan deze
aanpassen (indien nodig).
Nadat de testprocedure is voltooid, worden het
venster voor de resultaten van de autotest (Autotest
Result) en een algemene indicatie voor
correcte/incorrecte werking (GOED/FOUT)
weergegeven.