Operation Manual

MI 3321 MultiservicerXA Automatische controle
8
3 Automatische test
3.1 Instelling van de automatische controle
- Kies in het hoofdmenu 'Apparaattest' en druk op de toets 'Enter'.
- Onder 'Apparaattest' kiest u 'Klant-Autotest'.
- Door bediening van ↑/↓ kunt u de menupunten selecteren.
3.2 Instelling van de parameters en grenswaarden
- ↑/↓Sequentiestap/meetparameter selecteren
- Door bediening van 'F4' kan men de diverse meetparameters openen om deze
vervolgens met ←/→ aan te passen.
- Met 'F1' accepteert u gewijzigde parameters.
3.3 Zo wordt een nieuwe automatische controle aangemaakt
- Kies in het hoofdmenu 'Apparaattest' en druk op de toets 'Enter'.
- Onder 'Apparaattest' kiest u 'Klant-Autotest'.
- Door bediening van ↑/↓ kunt u de menupunten selecteren.
3.4 Zo wordt een automatische controle uitgevoerd
- Kies in het hoofdmenu 'Apparaattest' en druk op de toets 'Enter'.
- Onder 'Apparaattest' kiest u met de toetsen ↑/↓ 'Klant-Autotest' en drukt u op de
toets 'Start'.
- Sluit het testobject op het apparaat aan.
- Plug de sondekabel in het testapparaat in voor de tests waarbij een sonde vereist is.
- Door bediening van de toetsen F1, F4 of F5 beoordeelt u of het testobject de visuele
controle met goed gevolg heeft doorstaan of niet.
- Vervolgens start u de metingen met de 'Start'-toets. Wanneer een meting met
positief resultaat afgerond is, gaat u met de 'Enter'-toets naar de volgende teststap.
- Door indrukken van de toets F2 kunt u het helpmenu openen waarin de
meetconfiguratie van de individuele meting getoond wordt.
- De metingen worden opeenvolgend uitgevoerd, zolang aan de voorwaarden voor de
individuele metingen voldaan wordt. Anders geeft het apparaat een langere
zoemtoon en kan men via de F-toetsen de meting nogmaals herhalen, deze
overslaan of de automatische sequentie afbreken.
- Aan het einde van de autotest-controle kan het testobject opgeslagen worden. Hetzij
via zijn testobjectaanduiding, via een barcode of via een transponder.
- De resultaten van de afgeronde automatische test kunnen bekeken en opgeslagen
worden.